- 38 -
Politiek Overzigt.
1 7 Maart 1872.
fteineng-de iSerlglen.
Jttgczoubeu.
ABBENES.
dat door de buitengewoon snelle uitbreiding van de middelen
van verkeer, geene zekerheid was te verkrijgenof met binnen
zeer korten tijd eene geheele verandering in de prijzen zou komen.
Deze twijfel zal voor hem, die de waarde van statistieke
eijfers weet te waardeeren worden weggenomen door de opmer-
kingdat de prijs van dierlijke voortbrengselen, in tegenstelling
van dien'der granen, allengs en aanhoudend gerezen is. Hij zal de
eijfers, die den prijs aangeven vertrouwen als eene uitdrukking
voor de totale voortbrenging in de verschillende statendie
niet plotseling verandert. Voor anderen moge hier bet oordeel
van Hartstein over de Londensche markt, wier beteekenis
voor het buitenland jaarlijks toeneemt, eene plaats vinden
Men behoeft ook voor de naaste toekomst niet te vreezendat
door den toenemenden uitvoer van vee naar Londen, indien
hij een veel grooteren omvang mogt verkrijgeneene overlading
dezer markt zal ontstaan. Men zou er zich veel meer over kunnen
bekommerendatbij liet snelle aangroeijen van de bevolking der
Eoofdstad en de daardoor vermeerderde behoefte aan vleesch
niet eer gebrek dan overvloed zal geboren worden. Daarenboven
moet in aanmerking worden genomen, dat het vleeschverbruik
in de Engelsche fabriekstreken zeer aanzienlijk is en dagelijks
grooter wordt.
Men heeft slechts noodig zich de oorzaken voor den geest te
stellendie het op dezelfde hoogte blijven der graanprijzen aan
den eenen kant en het rijzen van die der dierlijke voortbrengselen
aan den anderen kant, ten gevolge hebben gehad om elken
twijfel weg te nemen, dat de stand der prijzen binnen korten
tijd zal veranderen. Een uitvoerig uiteenzetten van deze oor
zaken zou voor dit opstel te ver gaanen wij zulleu daarom
slechts de voornaamsten daarvan vermelden.
Indien de prijzen van het graan veel minder zijn gestegen
dan die der meeste andere landbouw-voortbrengselenin het
bijzonder die van vleesch en zuivel, zoo vindt dit zijne verklaring
vooreerst daarin, dat, niettegenstaande in Duitschland de ver-
meerdering der graanopbrengsten geen gelijken tred heeft gehouden
met het toenemen der bevolking, de naburige staten toeh, ten
gevolge der allerbelangrijkste uitbreiding van goedkoope mid
delen van vervoer, met de Duitschers op hunne markteu kunnen
mededingen, terwijl zij in staat zijn om veel goedkooper graan
voort te brengen.
Het achterblijven van de veeteelt, 't welk ik straks zal aan-
toonen, tegenover den aanmerkelijken vooruitgang van den
landboaw in 't algemeenlevert het bewijs, dat de graanteelt
bij den landbouw op den voorgrond is gesteld iets dat ook met
zekerheid wordt aangetoond door het feit dat de wetenschap
die met de praktijk op het gebied der landbouwkunde steeds
in naauwe betrekking heeft gestaan, in den jongsten tijd hare
eerste laauweren heeft behaalddoor uit te maken welke de
voedingsmiddelen der planten zijn. Dit heeft ongetwijfeld aan-
leiding gegeven tot het op den voorgrond plaatsen van den graan-
bouwomdat door nit te maken welke de voedingsstoffen der
planten zijn, den praktischen landbouwer een maatstaf is gege
ven waarnaar hij de waarde der verschillende meststoffen kan
beoordeelen. Van hier het algemeen te voorschijn komen en
gebruik maken van kunstmest, tegenwoordig zelfs in die mate
in streken waar de landbouw eenigermate op een hoogen trap
staat, dat ook de. kleine boer dien niet alleen gebruikt, maar
zelfs voor onontbeerlijk houdt. De wetenschap toonde aan
dat men zonder stalmest van het veld kan oogstenen vele
landbouwers namen gretig dit middel te baat, om zich van de
oude mestmachine, den veestapel, als een noodzakelijk kwaad
althans voor een deelte ontslaan. Menigeen heeft de veeteelt
opgegeven en tegenwoordig zijn er vrij waf boerderijen waarin
zonder van stalmest gebruik te makende landbouw wordt
gedreven.
Terwijl men de veeteelt meestal slechts als een middel be-
schouwde om mest te verkrijgen valt het ligt te begrijpen waarom
de teelt van voedergewassen zoo weinig mogelijk werd gedreven
en' waarom het graandat dadelijk geld gafde eerste plaats
verwierf. Tevens was de kunstmest een middel om de geheele
hoeveelheid mest voor den akker op eene gemakkelijke wijze te
vermeerderen, daardoor de opbrengsten te verhoogen, en, ten ge
volge van beide gunstige voorvvaardenland, dat vroeger voor
akkerbouw ongeschikt wasonder den ploeg te brengenvooral
toen de ondervinding leerde dat nieuw ontgonnen boscbland
door kunstmest uitstekend voor de teelt van granen geschikt
wordt. Geen wonder alzoo dat in vele streken de boschgronden
bij zamenwerking van verschillende gunstige omstandigheden in
korten tijd aanmerkelijk in prijs stegen. Zooontstond, te gelijk
met het toenemen der bevolkingniet alleen eene vermeerdering
van graanteelt op de tot nu toe bebouwde oppervlaktemaar
vele nieuwe gronden werden bij de oude bouwlanden gevoegd.
Bij dit op den voorgrond treden der graanteelt, waartoe de
wetenschap aanleiding gaf, komt als tweede oorzaak van het
niet sterker rijzen der graanprijzen, eene daarmede gepaard
gaande en wel berekende verandering der bOuwwijze in de naburige
landendie nu met de inlandsche graanbouwers begonnen
mede te dingen. Weet niet ieder landbouwer, dat het Hon-
gaarsche graan op de markten aan den Kijn een belangrijke
rol speelt? Dit feit, dat maar al te zeer de aandacht van
velen onzer landbouwers ontsnapt, bewijst, dat de marktprijs
van vele voortbrengselen niet bepaald wordt door hetgeen in den
engeren kring eener streek wordt voortgebrachtook niet door
de voortbrengselen van eene provincie of een landmaar door die
van alle deelen der aardedie met elkander in verbinding staan.
Deze stelling, die niet bepaald op alle voortbrengselen toe-
passelijk is, omdat de kosten van vervoer bij velen de kosten
van voortbrenging te zeer verhoogen, heeft eene volkshuis-
houdkhndige beteekenis van verre strekking; wijl het daardoor
voor iederen producent mogelijk wordt, overeenkomstig zijuen
eigenaardigen toestand, voort te brengen; om namelijk de vruchten
te telendie voor zijn grond en onder zijne luchtsgesteldheid
het meest geschikt zijn. Vervolg hierna).
Frankrijk heeft zijnen minister van financien verlorenen
moet zich voor het oogenblik met een noodhulp tevreden stellen.
Is de man, aan wien Thiers het beheer van 's lands geld-
middelen toevertrouwtplotseling overleden? Neen. Is die
man afgetreden omdat hij voorstellen had gedaan waarmede
zijne ambtgenooten zich niet konden vereenigen? Neen. Is hij
tot een andere hooge staatsbediening geroepen? Neen. Maar
wat is dan de reden zijner aftreding of liever, zijner verwij-
dering uit het kabinet? Doodeenvoudig: de verklaring, door
hem afgelegd.als getuige in een strafzaak, in een krimineel proces
bedoelde verklaring was van dien aarddat de andere ministers
aan Thiers hebben te kennen gegeven met zulk een kollega niet
langer te willen zittenen hoe gaarne Thiers den beer Pouyer-
Quertier, zoo heet die ex-minister, ook behoudeu had,
want beider gevoelens, wat de handelspolitiek betreft, komen
volmaakt overeenmoest hij hem toeh laten glippen
Pouyer-Quertier was gedwongen zijn ontslag de vragen. Het
proces, hierboven bedoeld, was dat van den heer Janvier de
la Motte een der prefektendie tijdens het keizerrijk Na
poleon III met den meesten ijver gediend hebben; hij werd
beschuldigd van valschheid in openbare geschriften, van ver-
duistering van landsgelden, van misbruik van magt, van
knevelarij, en niettegenstaande hij en zijne drie medebeschul-
digden al de hun ten laste gelegde feiten bekendenant-
woordde de jury (de gezworenen) op de hem vcorgelegde 676
vragen, geen enkele uitgezonderdneen, en dus was de man
waren de vier mannen niet schuldig, en werden zij op vrije
voeten gesteld. Al het schandelijkeal het misdadige, al het
laakbare door hen verrigt en ter zake waarvan zij vervolgd
werden in voorarrest zatenwat den hoofdbeschuldigde aan-
gaatna door Zwitserland te zijn uitgeleverdwas niet schan-
delijk, niet misdadig, niet laakbaar, zeiden zij en hielden zij
volen deze hunne meening werd ten voile beaamd door
den man die aan het hoofd staat van het beheer der staatshuis-
houding, door den minister van financien, die tot taak heeft
te waken tegen bedrog, oneerlijkheidmisbruik van 's lands
penningen. De minister van financien vond al die onre-
gelmatighedendoor den prefekt gepleegdallezins natuur-
lijk, onvermijdelijk zelfs; en nu sprak het ywel van zelf
dat de andere ministers, voor hunne eer en hunneu goeden
naammoesten verklaren dat hun kollega, naar hun inzien
den bal misslaat, en dat hij of heengaan of andere ambtge
nooten krijgen moest. Het eerste gebeurde, en wat te Rouaan
in de laatstverloopen dagen is voorgevallenstelt het fransche
Staatsbeheer gedurende Napoleons regering op nieuw in een
zeer ongunstig licht.
In Engeland heeft een negentienjarige politieke d^veeper de
koningin aangerand, toen zij in een open rijtuig van een
toertje huiswaarts keerde. Dat de dwaas, O'Connor ge-
naamdkwade bedoelingen had, is niet geblekenhij wilde
Victoria niet vermoorden; zijn doel was alleen haar schrik
aan te jagen; de pistool, welke hij der vorstin voorhield,
was oudonbruikbaar en niet geladenen hij dacht de ko
ningin op deze wijze te kunnen dwingen aan de fenianshare
iersche vijanden, de hand boven het hoofd te houden. Of-
schoon geen raoordenaar, zal O'Connor zijne vermetelheid
toeh zwaar moeten boeten.
De godsdienstbeweging in Duitschland en in Oostenrijk
tegen de ultramontanenmeer bepaald tegen de voorstanders
van de leer van 's pausen onfeilbaarheidbreidt zich al meer
en meer uit en wordt door de regeringen begunstigd. In
Pruissen is thans bij het Heerenhuis in behandeling het door
het huis der afgevaardigden reeds aangenomen ontwerp van
wet, regelende het schooltoezigteen wet, insgelijks strek-
kende om de magt der katholieke geestelijkheid op de scholen
tegen te gaan.
Belgie behoudt zijnen diplomatieken vertegenwoordiger bij
den paus, en door Erankrijk is een nieuwe gezant bij den
koning van Italie benoemd.
De graaf van Chambordvan wiens kortstondig bezoek te
Dordrecht wij in ons vorig overzigt melding maaktenbevindt
zich nog steeds te Breda. Deze pretendent naar de konings'
kroon van Frankrijk doet in die noord-brabantsche stad nie-
mand kwaad, en niemand legt hem iets in den weg. Of hij
nog lang daar vertoeven zal, weet men niet; doch hij verlenge
zijn verblijf zoo veel hij wil, zoo lang hij of zijne omgeving
niets verrigt, dat uit een politiek of diplomatiek oogpunt
onze regering in moeijelijkheid zou kunnen brengenis de
zoon van den hertog van Berri eenvoudig te beschouwen
als ieder ander vreemdeling die ons land bezoekt.
In Rusland worden groote toebereidselen gemaakt voor de
aanstaande viering van den tweehonderdsten verjaardag van
czar Peter den Groote.
Denemarken ziet met verlangen de terugkomst van zijnen
koning te gemoet, Deze vorst, die eenige maanden te Athene, bij
zijnen zoon, den koning van Griekenland, heeft doorgebragt, be
vindt zich thans in Italie, en zal, onmiddellijk na zijnen
terugkeer te Kopenhagen, een nieuwen minister van financien
moeten benoemen. De koning van Zweden en Noorwegen
is ziekelijk en moet vooreerst zich van veel werken onthouden.
De Gemeenteraad te Zwolle heeft Burgemeester en Wetbouders gemagtigd
om in voorkomende gevallen de sneeuw te doen opraimen. Een van de
raadsleden vond het een overdreven eisch altijd op zindelijke straten te
willen loopen en zeide dat men zich bij morsige straten moest bedienen
van goede schoenen. Een schoenmaker zou niet beter voor zijn vak heb
ben kunnen pleiten.
In eene arbeiderswoning aan den Haarlemmerwegonder de gemeente
Sloterdijkis in den vroegen morgen van 5 dezer een zoo hevige brand
ontstaan dat weldra huis en inboedel bijna geheel in de asch werden ge-
legd. De moeder heeft met moeite hare kinderen gered. Eene spuit uit
Amsterdam was het eerst bij den brand aanwezig, Naar men verneemt
had de bewoner een en ander voldoende verzekerd.
Aan de dames-telegrafisten in Rusland hangtnaar men zegteen
ontslag met een klein pensioentje boven het hoofden welomdat het
gebleken is dat zij te veel praten over den inhoud van de telegrammen.
Wel staan er strenge straffen op maar "er blijven steeds ovcrtreedsters.
Te Oosterzee stierf dezer dagen een arbeiderdie geheel alleen met
zijn hond leefde. Na den dood van zijn meester, bleef het dier trouw bij
het lijk de wacht houden en liet aan iedereen, die den doode trachtte te
naderenzijne tanden zien, Eindelijk heeft men den hond met geweld
moeten verwijderen om het lijk te kunnen kisten.
Te Z. trad onlangs op een laten a vond een jongman een logement
binnen, doch vernam dat alle kamers reeds bezet waren. //Dat is niets",
zeide hij, //dan slaap ik maar op het biljart." //Wel ja, waarom niet."
Den volgenden morgen moest hij voor dit nachtleger drie gulden tachtig
cents betalen. Hij gaf hierover zijne verbazing te kennen, doch men legde
hem uit dat het gebruik van het biljart drie stuivers de partij kostteen
dat zulksnaar berekeningvan twaalf uur 's nachts tot zeven uur 's mor-
gen9, drie gulden tachtig cents bedroeg.
Terwijl in andere plaatsenzelfs in de kleinste gemeentenaanzien-
lijke bijdragen worden geleverd om het feest van 1 April ook plaatselijk
te vierenheeft men te Grohingen - wegens gebrek aan deelneming - van
het aanvankelijk voomemen moeten afzien. De subcommissie had lijsten
ter teekening bij de ingezetenen doen rondgaan, doch het resultaat daarvan
was, dat voor het gedenkteeken de nymph, geteekend is voor f 59; voor
het asyl ten behoeve van oude en van verminkte zeelieden f 331.50 en
voor de plaatselijke feest viering f 226. De commissie heeft teregt begre-
pendat die som van f 226 te gering was om daarvan een fees£ te kun
nen organiseren. Zij heeft daarom een ander besluit genomen dat zeker
algemeen zal worden toegejuicht. Voor zoover de inteekenaren, bij de op-
haling der gelden toonen daarmede genoegen te nemenzullen namelijk de
f 226 verdeeld worden onder de besturen van de verschillende weeshuizen
aldaar en de godsdienstige israelietische armenschoolten einde daarvoor
aan de kinderen dier inrigtingen ter gelegener tijd een feestdag kunne wor
den bereid. De genoemde sommen van 59 en f 331.50 zullen aan de
hoofdeommissie te Brielle worden overgemaakt.
In Palankaeene plaats aan den Donau in Hongarijeis een balzaal
ingestort, waarbij zeven jongelingen en vijf meisjes zijn omgekomenter
wijl bovendien nog vijftien jongelingen zoo erg zijn gekwetstdat er wei
nig kans bestaat voor hun levensbehoud.
Iemand, niet juist op de hoogte van de natuurlijke historiekwam
bij een heer te visite die op gemeubeleerde kamers woonde en eeu mooi
tijgervel voor zijn sofa had liggen. Sakkerlootzei de bezoekerdat is
een mooije huid Van welk dier is die nu wel? Die huid is van mij,
mijnheer! antwoordde de ei^enaar trotsch.
Dezer dagen is in de gemeente Baflo een ergerlijke diefstal gepleegd.
Gedurende eenigen tijd lag daar een persoon die geen huisgezin hadte
bed lijdende aan pokziekteweshalve het geraden was de hulp van an
deren in te roepen. Het oog viel op eene vrouwdie meermalen poklij-
ders had opgepast en daartoe dus bijzonder geschikt scheen. De ziekte
nam echter in hevigheid toe met het gevolg dat de lijder bezweek. De
vrouwmet het oppassen belastnam al spoedig de gelegenheiddat zij
alleen waste baat om haar voordeel te zoeken op minder gepaste wijze.
Zij ging aan het zoeken en schijntterwijl zij met het lijk nog alleen in
het sterfhuis waseenige effecten te hebben gevonden. Hiermede te Gro-
ningen waar zij woontteruggekeerdzocht zij die effecten voor geld te
verwisselen maar hare houding en gesprek deed alien schijn ontstaan dat
die effecten niet op eerlijke wijze in haar bezit waren gekomen. Zij zoude
het geld den volgenden dag bij een geacht effectenhandelaar komen halen,
doch kwam niet opdagen. De politie, van het vorenstaande onderrigt
vernam weldra dat bedoelde vrouw dezelfde wasdie den poklijder te Baflo
had opgepast, nam de vrouw onder hare hoede en de effecten in beslag
zoodat de erigenamen juist bij tijds voor schade werden behoed. Het bru-
taalste van deze geschiedenis isdat de vrouwdie ruim is betaald voor
de oppassing zich na den diefstal nog eens naar het sterfhuis heeft bege-
venvermoedelijk aldaar ncg weder heeft gestolen, en, waarschijnlijk be-
schonken geraakthet huisraaddat zij geen kans zag mede te nemen
zoodanig heeft door elkander geworpen dat er niet veel goeds van terug
te vinden was. De aangehoudene bragt vroeger vele jaren in de bedelaars-
kolonie door.
Te Frankfort is in den vroegen ochtend van den 1 dezer een zeer
bewoond huis in de Jiidengasse ingestort. Onverwijld is men aan het werk
gegaan om de personen die onder het puin bedolven lagen te trachten
te redden. Omstreeks den middag had men een twaalftal te voorschijn
gebragt, die echter, op eene enkele uitzondering na, reeds waren overleden.
Uit Madrid meldt men, dat door de overheid aldaar eene fabriek
van valsche Fransche banknoten is ontdekt. De vervaardigers zijn gevan-
gen eh de door hen gemaakte banknoten in beslag genomen.
Zaturdag jl. heeft Tjitte Hendriks de Vries, te Knijpe (in Friesland)
zijn 107den verjaardag vrij goed gezond gevierd.
Volgens het Vaderland werd onlangs in een der garnizoensplaatsen
een soldaat gestraftdie in eenigzins wanordelijke kleeding de kazerne had
verlaten om een haring te koopenwat door den officier van de week als
volgt werd opgeteekend //Vier dagen politiekamerwegens het halen van
een haring zonder stropdas of schako en met de knoopen los."
Men leest in het Weelcllad van het Uegt: //Ter zake van de gratie,
door den Koning op zijnen geboortedag aan Hendrikje Kolk, wed. Dalsem,
geschonken vernemen wij nader het volgende Bij arrest van het Prov.
geregtshof in Drenthe van 14 Mei 1864 was zij veroordeeld tot de dood-
straf, wegens vergiftiging van haren man. Die straf werd bij koninklijk
besluit van 29 September 1864 verwisseld in tuchthuisstraf van 20 jaren.
Zeven a acht jaren van deze laatste straf waren dus verstreken toen het
Z. M. goedgunstig behaagde de ongelukkigeberouwhebbende zondares
op de dringende bede harer grijze oudersin overeenstemming met het
ad vies van den hoogen raad en van alle gehoorde autoriteitengeheele
kwijtschelding van straf te verleenen. Buitengewone redenen bestonden er
voor deze buitengewone koninklijke gunst. Hendrikje Kolk had gedurende
de jaren harer gevangenschap steeds onmiskenbare blijken gegeven van een
diep berouw zij had zonder ophouden getracht de op haar rustende smet
zoo veel mogelijk uit te wisschen door haar uitmuntend gedrag was zij
een voorbeeld ten goede voor hare mede-gevangenenIntusschen leed zij
aan eene ongeneeslijkelevensgevaarlijke kwaal. Verdere gevangenschap
was voor haar de onvermijdelijke dood terugkeer tot hare betrekkingen
niets anders dan de vergunning om haar ellendig leven welligt nog korten
tijd te rekken en in de armen harer ouders te sterven. Zoo ooitdan is
hier door den Koning een schoon gebruik gemaakt van het schoonste pre"-
rogatief der kroon."
Pas waren wij eenigzins bekomen van den aangenamen
indruk der feestviering in November van het vorige jaar door
Dr. J. P. Heije, te Amsterdam aan de leerlingen der school
alhier geschonken, naar aanleiding van bet welvolbragte
annexatieplan van Pruissen en Holland... o foeil ik wil
zeggen van liet huwelijk tusschen den heer Zervas van Keulen
en mejufvrouw Heije, of alweder naderde de langverbeide
dag van 1 Maartde verjaringsdag van Dr. J. P. Heije
die ook nu, gelijk reeds jaren achtereen, het jonge volkje te
Abbenes een vrolijk, prettig feest op dien gelukkigen stond
bereid had.
Uie dag, zoo lang met ongeduld ingewacht, was eindelijk
aangebrokenWel was het weder winderig en guur, maar
toeh niet zoo onbevallig als den vorigen dag. Wat kan men
ook van deze wisselzieke maand de schrik van alle tering-
lijders 1 anders verwachten? Waarlijk, als er geen goede
menschen op Gods lieven aardbodem leefden, die hartelijkheid
en warme ingenomenbeid van zich lieten uitstralen, dan zou
ik wenscheu en voorstellen, deze maand uit alle mogelijke
en onmogelijke almanakken te schrappenonder conditie
echter, dat die professor Plan... nudat doet er niet
toemij de zekere voorspeliing kon gevendat het dan
altijd zacht en lief weer zou zijn.
Het feest werd dan geheel binnen het school gevierd. Ik
geloof dat meer dan 116 leerlingen tegenwoordig waren.
Hebt gij wel eens uitbundige kiuderpret bijgewoond?
Niet? Nu, dan hadt gij den lsten Maart in de school te
Abbenes moeten zijn; „want even was de klok koud, die
negen sloeg". of daar begon het gewoel, gejoel en ge-
krioel. Er was behoorlijk ruimte in het vertrek gemaakt,
zoodat het dartele volkje naar hartelust dansen en springen
kon. Ontslagcn bijna grootelijks van den menschelijken dwang,
vertoont ieder zich zooals zijne ware natuur is. Kan het kind
anders achterhoudend zijn, dan is het volkomen openhartig;
de schuchtere bedeesdheid is overgegaan in tamelijk vrijmoe-
dige luidruchtigheid, en de toeh altijd knellende schoolvorm is
op zulk een dag door de natuurlijke ongedwongenheid op de
vlucht gejaagdoch lieve tijd ze praten en lagchen dan met
den meester en gaan met hem om, alsof het een zeer gewone
schoolkameraad van hen was die het in tollen en knikkeren
toeh niet van hen winnen kan. Nu, een schoolmeester met