- 64 -
Gemengtle ficrigtcn.
Jugczoubcu.
Velsen13 April. Op de eerste voorjaars-veemarkt alhier
waren 130 stuks aangevoenl. De handel was tamelijk levendig
en de prijzen zeer hoog.
De Noord-Brabantsche Maatschappij ter bevordering van han
dellandbouw en nijverheid, onder bescliernning van Z. M. den
koning, afdeeling 's Iiertogenboscheen blijk wenschende te
gevendat ook door haar erkend en gewaardeerd worden de
groote verdiensten ten opzigte van de belangen van den land-
bouwmeer bijzonder door de tatentvolle en ijverige redaktie
van de Landbouw Courantheeft besloten het eere-lidmaatschap
der Noord Brabantsche maatschappij voornoetnd aan te bieden
aan den hoofdredaktnnr dr. L. Mulder, te Arnhem.
In den stal van den heer T. Geertsemate Beertais
reeds de elfde koe wegens besmettelijke longziekte afgemaakt.
Men meldt uit Zevenbergendat de stand der veldgewassen
grond geefl een ruimen oogst te verwachten. De wintergra-
nen beloven veelalles komt weelderig te voorschijn. Dq
aardappelen zijn reeds grootendeels in den grond. Erwten en
boonen geven eene goede verwachting. De weilanden doen
.zich prachtig voor en zullen het vee weklra een lekkeren
maaltijd verschaffen. Vruchtboomen beloven een ruimen op-
brengstwanneer ten minste geen schadelijke nachtvorsten de
blijde vooruitzigten beschamen.
AIs eene bijzonderheid kan worden vermeld, dat de trein van den Hol-
landschen spoorweg, welke de koninklijke familie van Amsterdam naar den
Haag voerde, sleehts 55 minuten noodig heeft gehad om laatstgemelde
plants te bereiken.
Gedurendc het beleg van Parijs zijn alleen van de Omnibus-maat-
sehappij 1017 paarden opgegeten, waardoor zij een bedrag van fr. 156,117
gewonnen heeft.
De diligence tusschen Noutron en Lacoquille in Dordogne is in de
lucht gevlogen. De kondukteur had een zak kruid van zeven a acht pond,
dien hij te Miallet moest afgeven, in de diligence gelegd, toen er geen
passagiers in waren, ten einde hem tegen nat te bewaren. Onderweg
kwamen er reizigerswaaronder drie naaisterseene met een warme
stoof. Het ongeluk wilde, dat het kruid in de nabijheid er van kwam, en
de ontploffing volgde. Van de vijf personen, die binnen in zaten en gekwetst
werden, verkeeren drie in levensgevaar. De ontploffing deed de paarden
aan het hollen slaan, zoodat het lang duurde eer men hulp kon verleenen,
en het rijtuig had ingehaald, waaruit de vlammen en de rooksloegen.
Eenige ingezetenen van Groningen zijn dezer dagen ernstig ongesteld
gevveest ten gevolge van het gebrniken van beefsteak en bouillon. Men
vermoedt dat het vleesch van een elders gestorven rund daar in den handel
is gebragt.
Het huis, bewoond wordende door R. H. Drenth, landbouwer te
Leete, bij Bellingwolde, is met al de zich daarin bevindende roerende goederen,
benevens 1 paard, 4 koebeesten, een varken met 10 biggen, als waarde
300 aan papier, totaal verbrand. De oorzaak is geheel onbekcnd. De
bewoners hebben zich door het venster gered. Gelukkig dat het bij dag is
gebeurd. Alles is Wei verzekerd, doch de bewoner lijdt toch aanzienlijk
nadeel.
In de Augsb. Abend Zeitung vindt men gewag gemaakt van een
nieuwen remtoestel voor spoorwagens, uitgevonden door den beijerschen
ingenieur Heberleinwaarmede een spoortreinzelfs in zijne snelste vaart
na weinige seconden tot staan gebragt kan wordenEene in tegenwoordig-
heid van een aantal deskundigen ingestelde proefheming heeft, zegt de
genoemde courant, zulke gunstige resultaten opgeleverd, //dat alle spoorweg-
maatschappijen ook om de geringe aan de jnvoering verbonden kostcn,
welke bovendien door de besparing van personeel ruimschoots zullen worden
opgewogen voorzeker zeer spoedig een stelsel zullen invoeren't welk
de veiligheid van het reizend publiek in mime mate verhoogt."
Een hevige brand heeft in het dorp Cromvoirt, nabij's Hertogenbosch
9 huizen, waaronder de school en het raadhuis, en 2 schuren in de asch
gelegd. Tegen half vier in den namiddag sloegen de vlammen uit de woning
van den burgemeester en in weinig tijds stonden eenige nabijstaande wo-
ningen, alien met rieten daken gedekt, in brand. Om de uitgebreidheid
van den brand viel er aan blusschen niet te denkenalle pogingen werden
sleehts aangewend om den voortgang te beletten, en met inspanning van
alle krachten gelnkte het dan ook, eenige huizen te behoudendie reeds
vuur hadden gevat. De inboedel der huizen is grootendeels gered en van
het groot getal op stal staaud vee verbrandden alleen een paar kalveren en
een schaap. Het is te hopen dat deze ramp het gemeentebestuur van Cromvoirt
er toe zal brengenom eene verordening te makendie de rieten en strooijen
daken in de gemeente verbiedt.
Drie en dertig ingezetenen van Zevenbergen hebben een adres van
beklag aan den minister van Binneulandsche Zaken gezondennaar aan-
leiding van 't Aprilfeest. Hun grieve is deze, dat de burgemeester ge-
weigerd heeft de vlag op 't raadhuis te plaatsen.
Volgens berigten uit San Francisco van 29 Maart heeft een geweldige
aardbeving gewoed in de vulkanische streek ten noorden van de Mojare
Om de dertig uren werden schokken gevoeld. Te Done Pine stortten 50
huizen in en werden 23 menschen gedood. Camp Independance, I«go
JJruney, California liggen in puin. Men vreest voor andere rampen in de
meer zuidelijke sierraas. Langs den oostelijken grond der Sierra Nevada,
nabij Big Pine Camp, zijn scheuren ontstaan, die uren var voortduren en
van 50 tot 200 voet breed zijn bij 20 voet diepte. Op andere plaatsen
in de nabijheid heeft de grond zich in zware golvingen uitgezet. Aanzien-
lijke bronnen hebben opgehouden te vloeijen, terwijl nieuwe ontstaan zijn.
In een artikel, geliteld: Geleerde honden, in het Album der Natuur
1872, afl. 5, deelt prof. P. Harting het volgende mede: //Ik ontving
van den heer J. P. van Hoogstraten, predikant, het volgende uittreksel
nit een brief van zijnen zoon, mr. F. J K. van Hoogstraten, advokaat
te Haarlem, gedagteekend 21 Januarij 1872. ////Een trelfend voorbeeld
van honden-instinkt, ik meen verstand. De heer W. Eldering woont
te Overveen. Van den winter hoort hij een ijselijk gejank van een hond,
des avonds voor zijn deur. De heer Eldering opent, en een hond met een
gebroken been loopt naar binnen. Het beest wordt verbonden, verpleegd,
verzorgd, en geneest. Hersteld zijnde, vertrekt de hond, waarschijnlijk naar
zijn vorig huis, en men hoort niet meer van het dier. Eeuigentijd later doet
zich weer het onde gejank hooren. Weder opent de heer Eldering de voor-
deur en ziet op de stoep zijn vroegeren verpleegde met een konfrater naast
zich, die een gebroken been heeft! De kameraad gaat het huis in, dat
n°. 1 als een geschikt hospitaal scheen te beschouwen, en toen deze hem
er goed en wel in zag, maakt hij regtsomkeer en laat n°. 2 aan de goede
zorgen van den heer Eldering over. N°. 2 moet van n°. 1 verstaan heb
ben //Wacht, heb jij je poot gebroken, dan zal ik je ergens heen brengen,
waar je het goed hebt en waar zij je wel weer zullen opknappen IDe
heer Eldering, dien ik zeer goed ken, geeft zijn woord van eer, dat zich
de zaak aldus heeft toegedragen."
Te Hunderfield in EDgeland leeft een kolporteur in postpapier met
name John Roseberry, die in April 1769 geboren, dus den leeftijd van
103 jaren bereikt heeft. Hij heeft 22 kinderen gehad, die echter alien ge
storven zijn, de laatste werd 81 jaar. Hij zelf is geboren te "Witby en alle
inwoners van het plaatsje, die den naam van Roseberry dragen, zijn zijne
regtstreeksche afstammelingen. Hij is klein, maar stevig gebouwd en geniet
een vrij goede gezondheid. Voor eenige jaren was hij blind geworden, nu
echter leest hij weer door middel van een bril. Zijn laatste patent als
kolporteur werd hem kosteloos verstrekt.
In vollen ernst verhaalt een klein komisch blad, de Fanfullade
volgende anekdote: //Mazzini bevond zich te Parijs; de politic van den prins-
president zat hem digt op de hielen. Hij wist geen beter middel om haar
te ontkomen dan zich te vermommen als gendarme en zoo in het Elysee
te gerakenwaar hij het veiligst zou zijnomdat men hem daar wel het
allerminst zou zoeken. Zoo gedacht, zoo gedaan. Het was sleehts weinige
dagen ua den coup d'etat. Het gelnkte Mazzini met alleen in het paleis
te komenmaardank zij de uniformwist hij zelfs tot den keizer door
te dringen. //Herkent gij mij, sire?" //Neen", antwoordde Napoleon III.
//Ik ben Mazzini, en ;wij hebben elkander te Londen leeren kennen. Her-
inner u eens goed!" //En wat wilt gij?" //Aan Uwe politieontsnappen."
Napoleon voorzag onmiddellijk in de noodige maatregelen, dat Mazzini,
ongedeerd en in voile vrijheid, het frausche grondgebied kon verlaten."
Haaklem, 16 April 1872.
Mynheer de Redacteur
Aangenaam zou het mij wezen indien dit schrijven in het
Weekblad van Haarlemmer'meer door UEd. werd opgenomen.
In het jaar 1 860 werd in het Weekblad eene serie zeer
belangrijke stukken over verbetering van den poldertoestand
geplaatst, die zeker veel hebben bijgedragen tot de verbete-
ringen die werkelijk sedert zijn tot stand gekomen. Natuur-
lijk werd in die slukken veel gesproken over de hoegrootheid
van den regenval en der verdamping, vvaaromtrent toen echter
nog geene waarnemingen in den polder zelf werden gedaan.
Was het een gevolg dier stukken, dat in het jaar 1861 der-
gelijke waarnemingen in den polder werden aangevangen, of
zou dat, ook zouder hunne verschijninggebeurd zijn? Ik
weet het op het oogenblik niet, maar zeker is het in alle
geval, dat sedert Februarij 1861 zulke waarnemingep geregeld
op vier plaatsen in den polder geSchieden met instrumenten
en naar inlichtingen door het bestuur van het Meteorologische
Observatorium te Utrecht welwillend verstrekt.
De verdampingswaarnemingen betreffen alleen de verdamping
van het watervlak; de verdamping der aardoppervlaktehoe
belangrijk de kennis daarvan ook voor het polderwezen moge
zijn, werd niet waargenomenook levert het groote moeije-
lijkheden op zulke waarnemingen op juiste wijs te verrigten.
Toch is het zeker, en reeds in de bovenbedoelde stukken van
1860 duidelijk aangetoond, dat de verdamping der aardop
pervlakte veel verschilt van die der watervlakte.
Maar men kan althans iets over de min of meer geheim-
zinnige hoegrootheid der verdamping uit de polderwaarnemin-
gen sedert 1861 leeren. Ja, ietsechter niet, wat men vrij
algemeen verwachtnamelijk de hoegrootheid der verdamping
van het watervlak. De verdampingsmeters geven alleen aan
de verdamping, die in hen plaatsi heeftde verdamping van
het oppervlak van water in vaarten en slooten is eene gansoh
andere zaak die misschien in eenig verband met de ver
damping in de meters staat, maar dan toch in een zeer in-
gewikkeld verband, en die zonder twijfel veel kleiner is dan
de verdamping in de meters.
Deze stelling heeft bewijs noodig en ik ga dat leveren.
Het eer9t begon ik de waarheid er van te vermoeden door
bescbouwing van de cijfers der totalen van regen en verdam
ping over geheele jaren. Voor de vier waaruemingsplaatsen
in den polder gemiddeld zijn die, in millimeters:
Jaartal.
1862
1863
1864
1865
1866
1867
1868
1869
1870
1871
Gevallen
regen.
692 2
597.7
532 6
771.0
995.4
880.0
625.2
940.0
854.8
656.4
Meer
Meer
Verdamping. gevallen dan verdampt dan
verdampt. gevallen.
850.0
910.5
800.9
816.0
811.4
751.9
877.8
733.8
779.6
800.4
184.0
128.1
206.2
75.2
157.8
312.8
268.3
45.0
252.6
144.0
Hieruit zou namelijk blijken dat er in den regel zelfs van
het watervlak veel meer verdampt dan er in den vorm van
regen, sneeuw en hagel valt, en bedenkt men nu dat de
verdamping van de aardoppervlakte zeker nog veel grooter is
dan die der watervlakte, zoo is het inderdaad, indien deze
cijfers de ware verdamping van het watervlak aangeven, te
verwonderen dat in ons goede vaderland nog altijd vrij alge
meen over te veel en te hoog water geklaagd wordt, en dat
het niet reeds lang zoo droog is geworden als de woestijn
Sahara n'en deplaise aan den heer „Rijn" en de dames „Maas"
en ,,Schelde", die toch niet van al het water in ons land
zullen beweren vader en moeder te zijn.
Bij het vermoeden dat er iets aan die cijfers haperde was
er al dadelijk een niet onwaarschijnlijke oorzaak van fouten
aan te wijzen. Het water in de verdampingsmeters verkeert
immers in een geheel anderen toestand als het water in ri-
vierenkanalenenz. De verdampingsmeters zijn namelijk
blikken bakken van 0.225 m. middellijn en ongeveer even
groote dieptegeplaatst in een houten kuip op een paal
circa 1 m. boven den grond. Die houten kuip dient om
zooveel mogelijk onbehoorlijke verwarming tegen te gaan
maar zal toch niet in staat wezen te beletten dat het water
in de verdampingsmeters, aan alle zijden door lucht omge-
venin den regel, en vooral bij zonneschijn, veel hooger
temperatuur aanneme dan het water in vaarten en slooten,
die vooral bij groote dieptenvoor een zelfde hoeveelheid
water als in de meters, zooveel minder verwarmingsoppervlak
aanbieden. v
Mijne vermoedeus werden niet weinig versterkt door het
lezen eener Verhandeling van de heeren Field en Symonsin
de vergadering der British Association for the Advancement
of Science", van 1869, te Exeter, voorgedragenwaarin de
gebreken van de gewone verdampingsmeters worden aangewe-
zen. Daar werd ook eene inrigting van verdampingsmeter aan
de hand gedaandie veel uaauwkeuriger dan de gewone in-
rigtingen de verdamping van het watervlak zou doen kennen,
en wel hierin bestaande, dat men den verdampingsmeter zelf
in een zoo groot mogelijke watermassa plaatst, welke water-
massa zoo veel doenlijk in den toestand van groote wateren
moet verkeerenterwijl het watervlak in den meter niet boven
het omringeude water mag staan. Te gelijk werd daar de
uitkomst van vergelijkende proeven met verschilleude verdam
pingsmeters van 22 Julij tot 12 Augustus 1869 gegevendie
aanwezen dat in dien tijd een van alle zijden onbeschermd
aan den dampkring blootgestelde meter 121 mm., een in den
grond gegraven meter 80 mm. en een in het water geplaatste
meter 62 mm. verdamping van het watervlak aantoonden.
Deze cijfers deden sterk verlangen naar resultaten van uit-
gebreider onderzoeken niet onnatuurlijk dus, dat ik trachtte
zulke vergelijkende proeven in den Haarlemmermeerpolder te
doen verrigten. De heer van Riessen den kundigen opzigter
des polders aan den Leegliwaternoodigde ik uit zich daar-
mede te belasteu, en welwillend werd dat verzoek aangenomen,
Thans, nu zijne vergelijkende waarnemingen zich over een
vol jaar uitstrekken, is het een gepaste tijd daarvan melding
te maken.
\lak naast den gewonen, boven omschreven verdampings
meter, werd aan den Leeghwater een andere gesteldrondom
en aan de onderzijde door water omgeven. Die meter is een
volmaakt met den gewonen meter overeenkomenden blikken
bakgeplaatst in een ruime houten kuip, die met water ge-
vuld wordt gehouden tot de hoogte van het watervlak in den
meter; deze kuip is in den grond gegraven, zoodanigdat
de grond zich, bij wijze van sloot-taludsboven het water
verheft. Daar de verdamping in den Haarlemmermeerpolder
wordt bepaald door weging der meters, raoest voorkomen wor
den dat aan de buitenzijde van dien in het water geplaatsten
meter eenig water zou blijven hangenhetgeen natunrlijk de
waarnemingen ten eenenmale zou vefvalschen. Daarom werd
die meter geplaatst in een juist daarom passend dun blikken
omhulseldat met drie pooten op den bodem der kuip rust,
terwijl de meter zelf met een smalle kraag over de vertikale
zijden van het omhulsel reikt, ten dinde het indringen van
hemelwater tusschen meter en omhulsel te beletten.
De uitkomst van die vergelijkende waarnemingen over het
eerste jaar van hunnen duur, wordt in onderataande tafel in
millimeters gegeven
Verdamping Verdamping Meer verdampt Gemiddelde
Maand Gevallen in in in gewonen temperatuur
regen. gewonen nieuwen dan in nieuwen aan het
meter. meter. meter. Hoofddorp
1871. (Celsius).
Maart.,. 20.7 69.7 46.8 22.9 7.0
April734 73.6 53.7 19.9 8.4
Mei29.5 118.3 82.7 35.6 1 1.5
Junij 63.4 110.6 88.8 21.8 15.0
Julij118.0 126.8 91.4 35.4 18.2
Augustus. 19.4 130.9 93.4 37.5 20.1
September. 80.3 80 .3 58.9 21.4 15.6°
October .123 8 31.0 21.4 9.6 8.5°
November. 51.5 26.8 12.0 14.3 3.0
December. 57.8 16.5 7.4 9.1 1.0°
1872.
Januarij ..75.8 15.1 6.5 8.6 3.6°
February. 31.2 29.9 15.3 14.6 5.1
Totaal. 744.8 829.0 578.3 250.7
Waarlijk een hoogst belangrijk verschil blijkt tusschen de
verdamping volgeris den gewonenen den nieuwen meter te
bestaannamelijk van 250.7 op de 829.0 mm. of van ruira
30 percent. Volgens den gewonen meter zou er wederom in
het bedoelde jaar meer verdampt dan gevallen zijn en wel
eene hoogle van 84.2 mm., doch volgens den nieuweu meter
is er daarentegen 166.5 mm. meer gevallen dan verdampt, en
het kan niet twijfelachtig zijn, welke dezer beide waarden
het meest met de ware verdamping van het watervlak over-
eeukomt.
Inderdaad, zoo iets zeker kan geacht worden, dan is het
dat ook de nieuwe meter nog in omstandigbeden verkeert die
de verdamping, welke daarin plaats heeft, grooter moet ma
ken dan de verdamping van het watervlak. Het water in de
kuip heeft niet de uitgebreidheid, niet de diepte, niet de be-
weging, die water in een groot kanaal zal hebben; daarbij
moeten de vertikale wanden van den nieuwen meter een vijf-
tal centimeters boven het watervlak verheven en dus aan de
stralende warmte der zon blootgesteld zijn. Om deze redenen
is het duidelijkdat de temperatuur ook in den nieuwen ver
dampingsmeter hooger zal wezen dan in groote wateren en
dat dus daarin meer zal verdampen dan van die wateren
hoezeer ook de temperatuur en de verdamping veel meer met
die van deze wateren zullen overeenkomen dan in den gewo
nen door lucht omgeven meter.
Wil men de verscbillen tusschen de verdampingen in den
gewonen en in den nieuwen meter meer en detail nagaan
dan moet vooreerst worden opgemerkt dat de waarnemingen
geregeld des morgens en des avonds ten acht ure plaats heb
ben en dat dus de verdamping zich in verdamping gedurende
den nacht en gedurende den dag laat splitsen waarvoor men,
in millimeters uitgedrukt, over het geheele jaar heeft:
Verdamping Verdamping Meer verdampt in
in in gewonen dan
gewonen meter, nieuwen meter. in nieuwen meter.
des nachts 139.7 98.0 41.7
des daags. 689.3 480.3 209.0
Totaal... 829.0
578.1
250.7
Waaruit blijktdat de verhouding tusschen de verdampin
gen bij dag en bij nacht over dit voile jaar voor beide meters
ongeveer dezelfde, en wel ongeveer als 1 tot 5 is. Over
iedere maand afzonderlijk gaat dit echter volstrekt niet door.
In het algemeen zijn de verschillen tusschen de twee verdam
pingen gedurende den nacht alleen in de onderscheidene maan-
den weinig uiteenloopendhoe uiteenloopend de verschillen
in de onderscheidene maanden voor dag en nacht te zamen
gelijk men uit de voorlaatste tafel gezien heeft, ook mogen zyn.
Overigens ziet men uit die voorlaatste tafel dat, gelijk te
verwachten was, de verschillen tusschen de totale verdampin
gen des zomers over het algemeen veel grooter zijn dan des
winters, doch dat de grootte der verschillen niet van de tem
peratuur alleen afhankelijk is. In Junij bijv. is het verschil,
bij 3.5 hoogere gemiddelde temperatuur, 13.8 mm. klein f
dan in Meien in October is hetbij 5.5° meer gemiddelde
warmte, 4.7 mm. kleiner dan in November. Wanneer men
nu opmerkt dat in Junij veel meer water viel dan in Mei,
en in October v,eel meer dan in November, zoo ligt de gevolg-
trekking voor de hand dat de grootere vochtigheid des damp-
krings in Juoij en October dan in Mei en November, de oor
zaak zal geweest zijn dat in eerstgenoemde maanden ondanks
hoogere temperatuur, de verdarapings-verschilleu kleiner dan
in. de laatstgenoemde maanden zijn geweest.
De groote invloed der betrekkelijke vochtigheid van den
dampkring (dat is: de verhouding der hoeveelheid waterdamp
werkelijk in de lucht opgenomen tot de hoeveelheid die er
in zou zijn vervat, bij volkomen verzadigingonder gelijke
temperatuur) blijkt vooral door onderlinge vergelijking van de
De temperatuur wordt in den polder alleen aan het Hoofddorp waar
genomen, en wel des morgens en des avonds ten 8 ure en des namiddags
ten 2 ure. De hier vermelde gemiddelde temperatuur is uit die waarne
mingen berekend.