1874.
Vrijdag, 10 Julij.
No. 28.
VAN
AAN LANDBOUW, GEMEENTE- EN POLDER-BELANGEN GEWIJD.
Vijftiende Jaargang.
Haarl emmer meer.
Landbouw.
\mmm®
•mi mmww®
Prijs van het Abonnement:
in het Jaar6.-
Prijs der A.dvertentien
van 16 regels 75 Cent, elke regel meer 12/2 Cent.
Bij den Burgerlijken Stand zijn aangegeven
De Longziekte.
HAARLEMMERMEER
Prijs van een enkel Nommer 15 Cent.
ALLE TOEZENDINGENREDAXTIE EN UITGAVE BETREFFENDE,
te adresseren aan VAN BONGA C0., te Amsterdam.
Utterly U Woentdag.)
Groote Letters worden naar hare plaatsrnimte berekend.
Dezer dagen vierde een drietal beambten van den Haar-
lemmermeer-polder hun zilveren feest van dienst bij de
stoomwerktuiaen van Haarlemmermeeren wel de machinist
W. Holla en de stokers M. Verkuijl en M. van den Splinter,
die vijf-enrtwintig achtereenvolgende jaren bij de ondeweming
vverkzaam waren geweest.
Het bestuur van den Haarlemmermeer-polder liet die gebeur-
tenis niet onopgemerkt voorbij gaan en vereerde aan elk
hunner een geschenk in zilver met toepasselijke inscriptie.
Hartelijk hopen wij dat die wakkere mannen nog lang voor
onzen polder gespaard mogen blijven.
van 24 Junij tot 7 Julij 1874.
GEBOREN Cornelia Willemijntje, dochter van J. Wientjes en W.
Leenslag. Barend, zoon van J. H. Muller en J. de Haan. Neeltje,
dochter van W. Meijn en F. de Boer. Dirk, zoon van J. Grisnigt en
J. M. Jongeneel. Johanna Maria, dochter van J. Grisnigt en J. M.
Jongeneel. Adrianus Hendrik, zoon van C. N. Vermeulen en M. K.
Jonkers. Gijsbertje, dochter van G. den Boer en F. Schaap. Geer-
truida Maria Peternella Paulina, dochter van C. Stolwijk en A. den Blanken.
Cornelia Jenneke dochter van J. van Gameren en M. K. van Stam.
Huiberdiua, dochter van L. Melissen en M. van Brugge. Cornelis Gijs-
bertus, zoon van L. van Wijk en B de Jong. Johannes, zoon van
J. Drooger enC. H. van Tuijl. Jan Willem, zoon van A. Burghout en
G. Ossen. Jannetje, dochter van T. Bennemeer en S. Groot. Ca-
tharina, dochter van G. J. Lamboo en M. Bijt. Gijsbert, zoon van F.
Briene en A. Roeland. Petronella, dochter van H. J. J. van Verse-
veld en M. van Geest. Cornelia, dochter van A. Verbaten en J. van Loon.
LEVENLOOS GEBOREN. 1 kind van M. de Vries en G. Eeken.
1 kind van P. van Geijlswijk en M. de Koning.
OVERLEDEN Trijntje, oud 3 maanden, dochter van W. Slootweg en
M. van Smeerdijk. Karel Hendrik, oud 4 dagen, zoon van J. Bever-
sluis en K. C. A. van den Haak. Frans, oud 14 weken, zoon van F.
de Bonte enM. Drooger. Johannes, oud 2^ jaar, zoon vanF. Lammers
en P. van Riet. Gerardus, oud 18 maanden, zoon van J. Wenteler en
G. Groot Averla. Gijsbertje, oud 10 weken, dochter van W. Kok en H.
van der Heideu.Jacobus Gerrit, oud 25 jaren, zoon van J. Monte en W.
onder de Linden. Cornelia, oud 7 weken, dochter van J. de Zee en
en P. van der Pligt. Klaasje Wortel, oud 37 jaren, gehuwd met G
Goter. - Hester, oud bijna 6 maanden, dochter van L. van Wijk en G.
van Wijk. Jacobus, oud 2 maanden, zoon van K. Kieft enS. E. Jagt-
man. Jan, oud 7 weken, zoon van G. Verheul en G. van Loon.
Willem, oud 5 maanden, zoon van M. Baks en E. Verboom. Geertruida,
Rosalina, oud 5 weken, dochter van M. Lamboo en J. de Jong. Su
sanna Catharina Johan, oud 64 jaren, gehuwd met K. Lamboo.^
ONDERTROUWD: F. E. Kemp met A. Broertjes. J. van Echtdom
(wednr.) met G. K. Klomp wed.) J. van Oorschot (wednr.) met F. Berk-
hout (wed.) T. van Biert en A W. Alberts, (wed.) A. van Egmond
en G. Boterman. A. van Veldhuizen (wednr.) en J. K. Baks (wed.).
GEHUWD: P. Koole met F. Groninger. J. Volkers metM. E. Bal-
makers. B. van Loonen met E. Harding. F. Boele met M. L. de
Ruijt. W. L. Benier (wednr.) met A. W. Boomkamp.
Statistieke opgaaf van het Hijks-Telegraafkantoor
te Haarlemmermeer.
Gedurende de maand Junij 1874 werdeD door dit kantoor
verzonden79 berigten, waaronder 6 naar kantoren van bij-
zondere telegraafmaatschappijen.
Ontvangen werden: 71 berigten, waaronder 1 buitenlandsch.
Opbrengst naar den maatstaf van 82 enkelvoudige berigten.
Verdeeling naar hunne onderwerpen14 handels- en 6
dagbladberigten59 stuks waren van gemengden aard.
Van de aangeboden telegraramen werd van 1 het antwoord
betaald; 1 werd met postbezorging buiten de lijn aangenomen.
De beer P. Ledeboer, candidaat-notaris te Aalsmeer, is
tot gemeente-ontvanger aldaar benoemd.
Door de Maatschappij van Landbouw in Priesland is een
gouden medaiile toegekend aan den beer H. Pasma Pz.te
Heerenveen, voor het antwoord op de uitgeschreven prijsvraag
„omtrent de oorzaken van de zoogenaarnde viezigheid van boter
vooral des winters."
Beverwijk7 Julij. De laDderijen, 180 hectaren bouw-
en weiland met 5 boeren hofsteden toebehoorende aap wijlen
jhr. J. Deutz van Assendelft, ingezet voor 191,325, zijn
gisteren afgeslagen en hebben opgebragt 217,048.
Dalfsen7 Julij. De groote grasverpachtingen vau uitge-
strekte grasvelden zijn alhier gehoudenmen berekent de op
brengst per 1000 pond op stam tegen16 a/ 22 voor jvelken
prijs alles vlot werd verpaebt.
-Wij vernemen dat alle uitzigt bestaat op een best boek-
weitverbouw. Niet alleen dat de na de vorst gezaaide reeds
ontkiemt, maar zelfs ook het zaad dat tijdens de vorst in den
grond lag komt goed te voorschiju en bij gunstig zomerweder
zal de opbrengst ruim worden. Aardappelen boonen en erwten
beloven eveneens veel. Boomvruchten en inzonderheid appelen
znllen een ruitn beschot opleveren.
Ameron^en6 Julij. Het hooigras is onder deze gemeente
zoo goed als binnen. Liet het zich omstreeks eene week
geleden door de vele stortregens ongunstig aanziende warme
meer drooge dagen die daarop gevolgd zijn hebben alles weer
goed gemaakt. De prijzen van het hooigras zijnals altijd
zeer aanzienlijk geweest. Wei is waar gingen sommige per-
ceelen voor lager prijzen dan verleden jaar van de hand doch
andere daarentegen deden ruim een derde meer.
Borkulo6 Julij. Het hier gevestigde veefonde vindt voort-
durend veel deelneming. In M thans loopende 16e boekjaar
is reeds tot een waardebedrag van 33,300 verzekerd.
De pruimenboomen zijn thahs in de omstreken van de Bilt
zoo vol geladen, dat de takken bijna bezwijken onder den
last der vrueht. De opkoopers hebben reeds bij enkele eige-
naars aanvragen gedaan tot verzeuding tegen zeer hooge prijzen.
Zoo zal ook deze vrueht, niettegenstaande zij in zoo groote
inenigte zal voorkomen, door de buitengewone verzendingen
niet dan tegen hooge prijzen verkregen kunnen worden.
Voor zoover bekend is, zijn in den loop der week van 28
Junij tot en met 4 Julij in de provincie Noord-Holland dris
runderen uithoofde van lorigziekte onteigend en afgernaakt,
namelijk 1 te Beemster en 2 te Landsineer.
De op den Isten Julij 1. te Aalsmeer gehouden
stelling van aardbeziengeteeld in de gemeente Aalsmeer,
opgeluisterd door groene heesters en bloemengeschikt tot
versieringheeft aan aller verwacbting beantwoord.
In het nieuwe, bij ui'tsteic riaartoe geschikte, schoollocaal
smaakvol versferd met heesters en bloemen, waren ongeveer een
duizendtal scboteltjes met aardbezien teutoongesteld.
Des voormiddags ruim elf uur opende de heer D. Vetman,
voorzitter der afdeeling, deze zeldzame tentoonstelling met eene
toepasselijke rede.
Gedurende den dag, tot des avonds 8 uur, viel de tentoon
stelling een ruim bezoek ten deelzoowel van inwoners als
van vreemdelingen.
Des avonds 9 uur was bij den logementhouder P. Kaptein
gelegenheid om deel te nemen aan een aardbezien-souper,
opgeluisterd door het muziek van de Haarlemsche Schutterij
De uitslag der tentoonstelling is als volgt
N°. 1 van het programma10 inzenders. Voor de grootste
en schoonste aardbezien, 12 soortenvan elk 5 stuks:
Iste prijs, zilveren vergulde medaiile en 1 0, of 25, de heer
G. Keessen Dzn.; 2de prijs, zilveren medaiile of 10,
de heer A. Eveleens; 3de prijs, bronzen medaiile of 5
de heer D. Blootshoofd.
N°. 2. Voor de meeste soorten: 7 inzenders. Iste prijs, zil
veren vergulde medaiile en 10, of 25, uitgeloofd door het
hoofdbestuur der Hollandsche Maatschappij van Landbouw voor
110 soorten, de heer A. Eveleens; 2de prijs, zilveren me
daiile of 10, voor 75 soorten, de heer P. Hartung;
3de prijs, bronzen medaiile of 5voor 66 soorten.de heer
C. Eveleens.
N°. 3. Voor eene verzameling van de beste en schoonste
ordinaire of Aalsmeerder aardbezien, 50 stuks: 27 inzenders.
Iste prijs, zilveren medaiile of 10, de beer J. Baarse; 2de
prijs, bronzen medaiile of 5, de heer A. D. Keessen;
3de prijs, 2,50, de heer D. Joore.
N°. 4. Voor eene verzameling van de lstekwal, 10 soorten:
13 inzenders. Iste prijs, zilveren medaiile of/ 10,de heer
C Keessen Dz.2de prijs, bronzen medaiile of 5 de
heer Wm. Oor; 3de prijs,/ 2,50, de beer J. Alderden.
N 5. Voor eene verzameling van de grootste en schoonste
aardbezien, 6 soorten, van elk 6 stuks: 30 inzenders. Iste
prijs, zilveren medaiile of 10, de heer A. Eveleens;
2de prijs, bronzen medaiile of 5, de heer G. J. Maarsen
3de prijs 2,50, de heer A. D. Keessen.
Tot opluistering:
De grootste en schoonste partij groene heesters en bloemen,
geschikt tot opluistering 6 inzenders. Iste prijs, zilveren me
daiile en 5, of 15, de heer C. Eveleens; 2de prijs,
zilveren medaiile of 10, de beer N. N.3de prijs, bron
zen medaiile^ of 5, de heer Jj. Baarseen aan den beer
W. D. Maarsevoor eene colleotie prachtige bloemen, zonder
heesters, een getuigschrift
In bet Verslag van den LnnMouw in Nederland over 1872
zijdBde cijfers opgenomen walruit de geschiedenis van de
longgiekte van 836 af op te maken is. Het is noodig
om den veebouders die geschiedenis nu en daD eens indach-
tig te makenten einde de verkeerde begrippen te keer te
gaan, die zich telkens omtrent den aard der ziekte voordoen,
en vaak noodlottige gevolgen hebben, bij de poging der wel-
denkenden om deze te bestrijden.
De boofdzaak is om de overtuigiDg te vestigen dat de ziekte
steeds door besmetting ontstaat. Alle veebouders dienen die
overtuiging te hebbenzoo zij de juiste maatregelen toepas-
sen zullen die hen tegen de ziekte bescbermen moeten en' die
wanneer de kwaal zich op hunne stallen geopenbaard heeft,
deze zoo min mogelijk schade zal doen aanbrengen. Daarbij
dienen zij te weten dat irienten gezonde, nog niet besmette
dieren vrijwaart tegen de ziekte. Alles wat tegen die beide
waarlieden schijnt te strijden berust op verkeerde of verkeerd
verklaarde waarnemingen. Ontstaat de ziekte onder een kop-
pel, zonder dat men na kan gaan hoe de besmetting overge-
bracht is, dan moet men evenwel overtuigd blijven dat die,
hoe dan ookheeft plaats gebad. Wordt een ingeent dier
evenwel ziek, dan was dit reeds besmet voor het inentenof
behoorde tot die zeldzame uitzonderingen waarbij onvatbaar-
heid voor het tegengif, even als groote vatbaarheid voor de
ziekte zelfs bij herhaling, of ook onvatbaarheid voordeziekte
zeive wordt opgemerkt, verscbijnselen die zich bij andere ziek-
tende kinderpokken bijvoorbeeldevenzeer voordoen.
De longziekte beerschte reeds in het begin dezer eeuw hier
en daar in Duitschland en Frankrijk, en heeft zich eerst ver-
bieidtoen er meer vee verhandeld werd, en veehouderijen
ontstonden die geheel en al door aangekoebt vee in stand
werden gehoudenen vooral toen de stoombooten en spoor-
wegen het vervoer van vee, tot zelfs op groote afstanden
gemakkelijker maakten. De vetmesterijen verbonden aan bran-
dewijn- en jenever-stokerijenaan bierbrouwerijen of suiker-
fabrieken en dergelijke op gtaan-, aardappel- en suikerbietbe-
werking steunende fabriekenzijn braudpunten van longziekte
geworden niet omdat het voeder daartoe de minste aanleiding
geeftmaar omdat er aanhoudend besmet vee wordt aangevoerd
en bij sommigeu zelfs de ziekte voortdurend op de stallen
beerschte. De verzendingen van bet vee hebben de ziekte
algemeen gemaakt, en sorps met groote sprongen naar ver-
afgelegen plaatsen overgebracht. Dit wordt verbazend in
de hand gewerkt door het soms zeer langdurige incubatietijd-
peik dei kwaal, dat gewooulijk veertien tot een-en-twintig
dagen maar ook maanden duurt; terwijl de besmette dieren
gedurende dat tijdperk evenzeer als na bet uitbreken der ziekte
en zelfs langen tijd na de genezing besmettelijk zijn. Ook
wordt de smetstof door allerhande voorwerpende kleeren
van den bezoeker onderanderen overgedragen tot op verre af
standen terwijl bet outsmetten der stallenzelfs met de meeste
zorg volbrachtnimmer volkomen zekerbeid geeft De ge-
zegende vinding van den Belgischen veearts Willems het In
enten, kan, met onvoorzichtigheid toegepast, soms de ziekte
overbrengen naar nog niet besmette stallen. Wanneer daarbij de in-
entstof genomeu wordt uit longen die het begiusel van ver-
rotting vertoonenwerkt zij als gif, in plaats van te bescbermen.
Belgie is vrij gebleven van de longziekte tot 1827, maar
negen jaar later was het geh^ele land besmet. Zoodra in 1842
de invoer van slachtvee in Groot-Brittanje werd opengesteld
verseheen ook daar de ziekte en verspreidde zich in een vijftiental
jaren over het geheele land. Eerst in 185 8 is zij naar Mel
bourne overgebracht en heeft zich vandaar zoozeer over Nieuw-
Holland verbreiddat zij in 1872 reeds 1 400 000 runderen
verloren had doeu gaan. Uit Belgie, naar alle waarschijnlyk-
heidwerd de kwaal in 1833 naar Nederland, en wel naar
Loenen op de Yeluwe overgebracht. Terwijl er hevig getwist
werd over de al dan niet besmettelijkheid, maar niets gedaan
om de ziekte te stuitenging zij van hier, hoe is niet recht
bekend, in 1835 over naar Loosduinenwaaruit Znid-Holland
achtereenvolgens en Noord-Holland en Utrecht in 1837 be
smet geraakten. Friesland bad de eerste zieken in 1842.
Overijssel verloor er van 1839 tot 1862 ruim 7200 stuks
vee. Gelderland 4500 en Noord-Brabant 3300, waarbij deze
beide gewesten telkens op nieuw besmet werden door in Hol
land aangekoebt vee. In Groniugen, Drenthe Zeeland en Lim-
burg openbaarde zich de ziekte telkens, evenals na 1853 in Gel
derland en Noord-Brabant, maar werd ook telkens door krachtige
maatregelen in haren voortgang gestuit. In deze provincien
is bet gesteld geweest als in de Oostzee-landenMecklenburg
Sleeswijk-Holstein en Oldenburg, waar de ziekte telkens ver
seheen, maar even zooveel malen afgeweerd werd; jnist die
streken waar de veestapel meer door aankoop dan door aan-
fok in stand werd gehouden, leden het meest door de ziekte.
Eigenlijk geheerscbt en zich algemeen verbreid heeft zij alleen
in Friesland, Ltrecht en de beide Hollanden de vier pro
vincien waar zij tot op dit oogenblik nog heerscht, en van
waar telkens de besmetting van de andere gewesten uitgaat.
Van de 234 000 runderen, eene waarde van minstens 28
millioen guldens, die er gedurende de laatste veertig jaren
aan de longziekte verloren zijn gegaan, verloren deze vier
provincien er 217 000 stuks, of Utrecht en de beide Hol
landen 175 000 stuks, dat is gemiddeld jaarlijks omstreeks