rk 17. 1875 Vrijdag, 25 April A AN LANDBOUWGEMEENTE- EN POLDER-BELANGEN GEWIJD. Zestiende Jaargang. Haarlemmermeer-Polder. Prijs van het Abonnement: in het Jaar6. Prijs der A.dvertentiSn van 16 regels 75 Cent, elke regel meer 12'/2 Cent. VERGADERING van HOOFD-INGELANDFN U 1 T G A V E IV. Bij Hoofdstuk 11, Volgnr. 19, Art. 4, Onderhoud van ponten en roeibootenvoorgedragen op 1050.stelt, de Commissie voor- om dien post met 170.te verhoogen daar zij zich heeft vereenigd met het gevoelen van den Hoofd- opzigterom twee ijzeren roeibooten aan te koopen. 1871 22.32 1311. 1872 22.31 1304— 1873 21.71 1078. 1874 19.57 1224— H A A R L E MM I] It 11E E It. Prijs van een enkel Nommer 15 Cent. ALLE TOEZENDINGENItEDAKTIE EN UITGAVE BETREFFENDE te adresseren aan VAN BOIVGA C°.te Amsterdam. Utterly k Woenadag.) Groote Letters worden naar hare plaatsrnimte berekend. Het door Dijkgraaf en Heemraden op Dingsdag 13 April 187 5 in veiling gebragte Woonhuis en Erf, ter grootte van 3 aren60 centjarenkadastraal bekend onrier N°. 1225 Sectie G, gemeente Aalsmeer (zijnde de voormalige woning van den opzigter aldaar)heeft opgebragt de som van f 1050. Kooper daarvan is geworden de lieer Mr. J. Tak, te Nieuwer- Amstel. Uitslag van den door Dijkgraaf en Heemraden op 15 April 1 875 gehouden aanhesteding tot het vervangen van Erie Hou- ten Bruggen in de Hoofdwegen door Bruggen met gemeUelde Landhoofden en ijzeren Liggersover den Vijfhuizer- en Ben- nebroekertogt. Hiervoor werd ingeschreven door: Perceel 1. Perceel 2. Massa. Gebr. Bos, te Haarlemmermeer1 2970. E. Stigter te Woubrngge, 9600. 4880. W. van den Berg, te Haarlem, 9290. 4877. 14057. D. van Essen, te Woubrugge 9500. 4825. P. van Vliet, te Woubrugge, 9520. 4500, 13682. L. Kieviet, te Haarlemmermeer, 9424. 4700. van den Plaarlemmermeerpolderop V\roensdag den 16den December 1874, des morgens ten 10 urein het lokaal van Staats, te Haarlem. Vow sitter de Heer J. W. M. van de PollDijkgraaf. (Vervolg en Slot, zie het vorig Nummer.) Op den Heer P. Langerhuizen Lz. heeft deze Begrootiug een zeer goeden indruk gemaaktzoowel door de daarin voor- gestelde verlaagde polderlastenals het voornemen om de dijken krachtig te verbeterentervvijl spreker zich tegen de buitengewone aflossing van 12,000.verklaart. De Heer Dr. C. E. Heynsius waardeert zeer bet gespro- kene door den Ileer P. Langerhuizen Lz., doch betreurt het dat de schuld van 12,000.die nog op den polder rust, niet wordt afgelost, daar de gunstige toestand der geld- middelen dit allezins toelaat. De Heer Mr. T L. L. Prins zegt, dat ook hij als lid der Begrootings-Commissie de aflossing was toegedaan maar heeft toegegeven aan de meerderheiddie geen buitengewone aflossing verlangde. De Voorzitter zegt, dat bij het opmakcn -der Begrooting 1874 gerekend was om de helft der aannemingsominen voor de inrigting van de kolenloods aan den Cruquiusen die der bruggen over den Lisserdwarstogtte brengen ten, laste van 1875. Dat echter deze sommen kunnen worden uitbetaald uit het bedrag dat voor steenkolen is uitgetrokken. Op het cijfer voor brandstoffen werd ongeveer 9000.minder uitgegeven dan geraamd wasniettegenstaande de thans voor- handen zijnde voorraad geheel uit de dienst 1874 betaald werd. Dat de Einantieele Commissie voor het dienstjaar 1874 zich met de voorgestelde handelwijze vereenigt, en hij alzoo magtiging vraagt om de gelden voor de kolenloods en die voor de bruggen te mogen afschrijven van den post brandstoffenwaarmede de Vergadering zich vereenigt. Wij- ders zegt de Voorzitter, dat de opbrengst der dijken door verbetering in waarde moet. worden opgevoerd en geeft de Voorzitter daarop verder een duidelijk overzigt van den finan- tieelen toestand. De Heer Mr. J. D. Viruly blijft bij het eenmaal aange- nomen beginseldat de geldepvoortspruitende uit verkoop van onroerende goederenuitsluitend moeten gebruikt worden tot sehulddelgingwaarop de Heer P. Langerhuizen Lz. aanvoert dat men in het vorig jaar, naar zijne overtuiging, zeer te regt van dat beginsel is afgevvekenen herhaalt zijne ingenomenheid met deze Begrootingdaar toch de kwestie is dat er nieuwe werken zijn daar te stelleu als het bou- wen van steenen bruggen, enz.aan al hetwelk spreker de voorkeur geeftboven buitengewone sehulddelging. De algemeene beraadslaging hiermede eindigende, wordt tot de artikelsgewijze behandeling overgegaanen wel met de Hoofdstuk I. Euishoudelijk Bestuur. Alle artikelen van dit Hoofdstuk, voorgedragen op een ge- zamenlijk bedrag van f 27,655.worden zonder hoofdelijke stemming aangenomen en goedgekeurd. Met het voorstel van den Heer Dr. C. E. Heynsius, om de post te laten staan en het Bestuur te magtigen om deze zaak te overwegen, vereenigt zich de Commissie, en blijft deze post alzoo onveranderd op het voorgedragen cijfer. Bij Volgnr. 21, Art. 6b, Koslen van brandstoffenbespreekt de Heer Dr. C. E. Heynsius den gunsiigen stand der steeu- kolenprijzen en deelt de Heer Mr. A P. Amersfoordt mede dat weldra een proef zal worden genomen met het uitreiken van premien bij zuinig kolenverbruilr. Daarop wordt het geheele Hoofdstuk II, voorgedragen op 135,7 17.—, zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Hoofdstuk IV. "Volgnr. 31, Art. 4, Renten en aflossing van schuld. Bij dit artikel heeft eeue langdurige discussie plaats waaraau achtereenvolgens deelnemen de Heeren: Mr. J. D. Viruly, Jhr. W. A. L. Mock, C. W. Graaf van Limburg Stirum, J. G. Sciione, Jhr. Mr. J. A. Repelaek, D. W. P. Wisboom van Giessendam, Dr. C. E. Heynsius, Mr. J. P. Amersfoordt, P. Langerhuizen Lz., de Voorzitter en P. Knaap Gz. waarna het voorstel der Commissiein stemming gebragt, met 12 tegen 6 stemmen wordt verworpen. Voor stemden de Voorzitter, P. Langerhuizen Lz., H- A. Hanedoes, Jhr. W. A. L. Mock, Jhr. Mr. J. A. Repelaf.r en C. W. Graaf van Limburg Stirum.) Het geheele Hoofdstuk IV, voorgedragen op 14,615. wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurdeven als het volgend Hoofdstuk V op het voorgedragen cijfer van f 2301 Hoofdstuk VI. Volgnr. 36, Art. 1. Aanleg van nieuwe werken, voorgedragen op 31,20 en nader omschreven in staat Q. Bij het in dien staat uitgetrokken bedrag van25,000. voor het afwerken van den Ringdijk, vraagt de Heer P. Lan gerhuizen Lz. of dit bedrag in een jaar kan verwerkt'worden. De Heer Dr. C. E Heynsius heeft finantieel geen bezwaar tegen deze post daarin geval deze bovengenoemde som niet geheel kan worden verwerkt, de overschietende gelden bij Supplement-Begrooting op de dienst 1876 kunnen .worden gebragt. De Heer Mr. J. P. Amersfoordt bespreekt daarop de genomen proeven met verschillende mestspecien op gedeelteu dijksgrond bij Aalsmeeren zegt dat de proefneming is ge- daan onder toezigt van den Heemraad J. G. Sciione, wiens rapport daaromtrent luidt als volgt. Rapport betreffende de proefneming en de' uit- komsten, genomen met verschillende mest- soorten, op een gedeelte van den dijksgrond van den Haarlemmermeerpolderperceel 53. „lngevolge uwe opdragt, zijn, onder toezigt van den onder- geteekende, op bovengemeld gedeelte dijksgrond, zijnde een deel van de in den laatsten winter geegaliseerde dijksgronden, de navolgende proeven genomen met het doel om tot de kennis te geraken of het aanwenden van kunstraest en faecalien met voordeel voor den Polder zoude kunnen geschiedeu. Het daartoe bestemde perceel, groot 1 hectare, werd verdeeld in drie stukkenhet eene groot /2 hectarede beide andere groot elk '/t hectareen in de eerste dagen der maand Maart met Amsterdamsche faecalien (Liernurmest), zwavelzure kalk en minerale guano, stelsel G. Ville, bemest, waarnadezelve met gras- en klaverzaad zijn bezaaid, ingeegd en toegerold. Ten gevolge van het aanhoudende drooge wederwas de opgang van het zaad in dezen meerendeels zeer liglen veen- grond ongunstig; dat deel echter, dat met Amsterdamsche faecalien was bemestvertoonde meer ontkieming en groei- kracht dan de beide andere gedeelten, waarschijnlijk veroorzaakt door den vloeibaren aard dier mest, welke invloed uitoefende op de ontkieming van het zaad. Door voortdurende droogte bleef het jonge gewas kwijnende, zoodat ik vreesde dat het geheel zoude verdroogen. Latere regen deed het zich ont- wikkelenhet sterkst waar de Liernurmest gebragt wasde plaatsen waar de bakken gestaan haddenwaar misschien wat overgestort waswaren duidelijk te hevkennende beide andere perceelen vertoonden niet die welige en gezonde kleur. Op het einde Augustus stond er op alle perceelen een fiksche snede grasmerkbaar beter dan op de daarnevens gelegene dijksgrondendie onbernest waren gebleven. Het perceel Liernurmest muntte boven de anderen uit, bovenal was de kruin van den dijk aldaar beter bezet met gras dan de andere gedeelten. De geldelijke opbrengst van het per ceel was niet groot, in het geheel 90.40.voor de eerste snede der bermen en het overige uedeelte van den dijk en 50.voor de eerste snede van het jonge gras; deze som van f 90.kan moeijelijk als de juiste waarde aangenomen wordendaar het bij onderhandsche verpachting moeijelijk is de juiste waarde te bedingen, zoo als bij open- bare verpachtingenwaar gegadigden zijn bijeen en hier een pachter gezocht rnoest worden. Toch was de opbrengst bevredigendin aanraerkiug genomen dat het daarnevens liggend perceel N°. 52, groot 3.80 hectarenbij publieke verpachting 82.heeft gegolden. Of de dijksgronden met deze meststof zich verbeteren, bewijst, dunkt mijdeze uitkomst, onder ongunstige omstandigheden verkregen, beslis- send. Of het echter met financieel voordeel voor den Polder zal kunnen geschiedenbetwijfel ik zeerde resultaten zullen eerst blijken het aanstaande jaarof ze dan beter en meer pacht gelden dan de daarnevens liggende onbemeste. Vol- geus bijgaand staatje is de bemesting met Liernursmest het goedkoopst geweesthebbende bedragen ruim 100.per hectareterwijl de bemesting met minerale guano en zwavel zure kalk ruim 140.per hectare heeft bedragen, en het resultaat van de Liernurmest het gunstigst was. Wanneer de Amsterdamsche of Leidsche faecalia nu voor 0.20 dc 100 kilogram te koop zouden zijnfranco te ontvangen aan den dijk, zoude, bij eene bemesting van 25,000 kilogram per hectare, de som met losloon p. m. 65.per hectare be dragen als ze tot dien prijs zouden kunnen worden verkregen zoude ik u in overweging willen geven en het wenschelijk achten de proefneming met deze in het aanstaande voorjaar te herhalen, weder op een gedeelte van den thans geegaliseerd wordenden dijkgronden een gedeelte dat reeds eenige jaren vast gelegen heeft. Ik geloof toch dat de weteuschapof deze faeces met voordeel op de dijksgronden kunnen worden gebezigdwel de kosten en moeite van een herhaalde proef neming waard is." De Heer Rapporteur vnegt daarbijdat de min gunstige resultaten hoofdzakelijk zijn veroorzaakt door de droogte en uit dien hoofde geen vaste maatstaf is aan te geven. Daarop geeft de Heer Dr. C. E. Heynsius opgaaf van de prijzen der verschillende gebruikte mestsoorten verdeeld op ongeveer 4 bunders, en zegt dat, niettegenstaande de droogte, nog de gunsti'gste resultaten met de Liernurmest zijn ver kregen. Na al het gehoorde wordt besloteu om den Heer J. G. Schone te magtigen op nieuw eene proef met een gedeelte ringdijk te nemen, waarvoor de Vergadering een crediet ver- leent van 250. De Heeren J. J. Korthals en Dr. C. E. Heynsius verlaten daarop de Vergadering. De Heer Mr. J. D. Viruly bespreekt de opbrengst van de ringdijkenwaarbij de Voorzitter belangrijke opgaven doet van het verschil in opbrengst tusschen gelijk gemaakten en nog niet gelijk gemaakten ringdijk. Deze opgaaf luidt als volgt: De vraag doet zich voor, of door de verbetering van den ringdijk, bestaande in het ega- liserende opbrengst is toegenomen. De ringdijk tusschen den Bennebroeker- en Venneperdwarsweg is in 1867 geega liseerd en alzoo is dit gedeelte dijk een goede grondslag van vergelijking, De opbrengst is geweest Jaar. Oppervlakte in Hectaren. Bedrag. Bedrag per Hectare. 1864 21.49 928 44. 1865 21.49 1497 71 1866 21.35 817. 40 1867 21.35 937. J) 44 1868 21.35 1309. 62 1869 21.35 1653 80 1870 21.35 935. 44 1871 21.35 1377. 69 1872 21.20 1469. 70 1873 16.28 1159. 72— 1874 16.28 1690. 105 Aanmerkingenin het jaar 1867 heeft de verbetering plaats gevonden. Voor het gedeelte ringdijk voor de gronden van den Heer Mr. J. D. Viruly, van af den Uitweg voor Kavel N°. 22, in Sectie Q, Q, tot de opstalgronden benoorden den Lisser- dwarsweg. Jaar. Oppervlakte in Hectaren. Bedrag. Bedrag per Hectare. 1869 8.68 394— 44— 1870 8.68 265 30 1871 8.68 413 45 1872 8.68 427 45— 1873 7.59 495 61— 1874 7.59 697 85 Aanmerkingen: in 1871 heeft de verbetering plaats gehad. Het gedeelte ringdijk tusschen den Bennebroekerdwars- weg en de gronden van Oorlog bij Heemstede heeft opgebragt als volgt Bedrag per Hectare. 40.— 60— 60 50.— 65 Jaar. Oppervlakte in Hectaren. Bedrag. 1870 20.96 802—

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Weekblad van Haarlemmermeer | 1875 | | pagina 1