1875. Vrijdag, 50 Julij. N°. 51. VAN A AN LANDBOUW, GEMEENTE- EN POLD.ER-BELAN GEN GEWIJD. Zestiende Jaar gang. GEBRUIK VAN DORSCHWERKTUIGEN Prijs van het Abonnement: in het Jaarf 6.- Prijs der Advertentidn van 16 regels 75 Cent, elke regel meer 12Cent. door W. 0. H. STARING. Nr-\~ i it l i: it m i: it u i: i: it Prijs van een Enkel Nommeb, 15 Cent. ALLE TOEZENDINGEN, REDAKTIE EN UITGAVE BETREFFENDE te adresseren aan VAN BONGA C°.te Amsterdam. MJiterlijk IVoetisdag. Groote Letters worden naar hare plaatsruimte berekend. Overgenomen nit het TijdschriftBe Volksvlijt". (Vervolg en Slot, zie ons vorig Nummer.) De tegenwoordige dorschwerktuigen hebben twee stelsels tot grondslag. Het Amerikaansche, bij de werktuigen van Stout aangenomen, is in der tijd door den Engelschman Atkinson uitgevonden. Gelijk zoo vele werktuigen, de maaiwerktuigen en de ploegen onder anderen, is ook dit, door de Engelscben verwaarloosd in de handen der Ame- rikanen eenvoudiger, minder kostbaar en daardoor tot een zeer algemeen bruikbaar werktuig gemaakt. Het bestaat uit een zeer snel rondbewogen rol met pennen, die door pennen strijkenwelke boven de rol vastgezet zijn. De garven worden door die pennen opgenomen en de korrel als 't ware uitgewreven, die dan, met het uitgedorsckte stroonaar voren vliegt. De plank met vaststaande pennen, kan door een andere met meer of minder uiteenstaande verwisseld en de toestel alzoo voor verschillende granen en voor boonen' en erwten geschikt gemaakt wordenmaar of bij voor koolzaad te gebruiken is, zou men baast betwij- felen uit een klacht die onlangs daarover in de couranten is aangeheven. Het werktuig is alzoo niet zelfwannend, maar vereischt een later schoonmaken met den wanmolen en dit zou ook niet kunnen verkregen worden zonder aan- merkelijk meer kracbtverbruik dan men voor het drijven van den kafmolen noodig lieeft. Desverkiezende evenwei wordt er ook een wanmolen geleverd, die, tegelijkertijd in beweging gebracht, het graan marktschoon oplevert. Deze zoogenoemde hekeldorschers zijn geschikt voor kleine bou- werijen, die van tien tot vijftig hectaren land onder den ploeg bebben, en gaarne den prijs van een paard zullen geven om daarmede het dorscbloon van drie of vier ar- beiders uit te paren. Want zoo zwaar is dit dorschen voor de paarden niet of, in den winterkan men zulks zonder een zeer hoogen eisch, boven het gewone werk van hen vergen. Maar al te dikwijls toch staan de dieren hun meester uit te lachen, wanneer deze zich des winters, des nachts om vier uur met zijne huisgenotenvrouwdoch- ters en dienstmeiden incluis, op den dorschvloer staat af te sloven, en het werk verricht, dat zijne paarden, zon der er in 't minste sleehter om te wordenzouden kun nen volbrengen. In het Zutphensche hebben de aldaar alge meen kleine boeren die slechts een tiental hectaren, bouw- land met een paar paarden bewerkendit thans ingezien en gaan zich zulke hekeldorschers aanschaffen. Voor 300 gulden hebben zij het dorschwerktuig en den rosmolen waarbij deze tevens aan de karn en den hakselsnijder ver- bonden is. Want terecht. begrijpen de meesten, dat, nu ze eenmaal den rosmolen hebbenhet zaak is om ook de daghuren te besparendie karnen en hakselsnijden vorde- ren. Wanneer de hakselsnijder zestig gulden kost moeten er zesendertig gulden jaarlijks aan daghuur of knechtsloon en onderhoud bespaard worden, en dat dit gemakkelijk te verkrijgen is behoeft men toch geen oogenblik te betwijfe- len. Hoewel het aan de boeren op't zand in het Zutphen sche reeds sedert dertig jaar voorgedaan ishebben zij thans eerst het voordeel van het dorschwerktuig ingeziennu de schaarsheid van daghuurderszoowel als van boeren- knechts en meidenmet de hooge eischen der beide laatst- genoemdenhen van zelf dwingen om door werktuigen en paardenkracht, menschenhanden te vervangen. Daarover evenwei hebben zij zich in 't minst niet te beklagen. Het is een natuurlijk en niet te ontwijken gevolg van toenemen- de welvaart en van vooruitgang bij den landbouw. Tegen- over de meerdere uitgaven, die de boer verplicht is te maken, staan ook hoogere prijzen voor de ter markt ge- brachte voortbrengselenendeze mogen nu en dan tijde- lijk eens terugloopende oude prijzentijdens de daghuren van acht stuiver daags in den zomer algemeen waren, ko- men niet weerom. Tegenover de Amerikaansche hekeldorschers, waarvan er nu reeds duizend door Stout gemaakt zijn, staan de Engelsche werktuigen met een roluit overlangs geplaatste staven samengestelddie met groote snelheid voor een stel dergelijke staven rondloopt, waartusschen dan de garven gestoken en uitgedorscht worden. Dit stelsel, op honder- den wijzen veranderd en verbeterd, is dat van de werk tuigen die tevens het graan wannenof, zooals men zegt, marktschoon opleveren, en die meestal meer dan twee paar den behoeven om in beweging gebracht te worden. Voor groote boerderijen, met meer dan vijftig hectaren bouwland, blijft het zaak om deze kostbare werktuigen aan te schaffen r waarmede men in ongelooflijk korfcn tijd den oogst afdorscht, en het graan juist dan ter markt kan brengen, wanneer daarvan de hoogste prijs te maken is. Dat hier al spoedig met voordeel paardenkracht door stoomkracbt te vervan gen is, spreekt van zelf. Men kan aannemen dat zulks bepaaldelijk gescbieden moet zoodra men meer dan drie paarden noodig beeft om het werktuig te drijven. Van de Engelsche dorschers schijnen die van de fabrikanten Clay ton en Shctleworth te Lincolnzooals zij thans onder anderen door de Heeren Boeke en Huidekoper te Gronin- gen geleverd worden, de meest.e aanprijzing te verdienen wanneer men stoomkracht bezigt. In den Haarlemmermeer wandelt er nu reeds negen jaar zoodanig een van erf tot erfomvoor loonin weinige dagen den geheelen oogst eener boerderij af te dorschen. 115 hectoliter tarwe, 175 hectoliter garst of 265 hectoliter haver afdorschenis voor zulk een werktuig een dagtaak van tien uur. De welbe- kende heer Reinders te Groot-Zeewijk bij Warffum ge- bruikt er een sedert zes jaar en is alleszins daarmede te- vreden. Dat die Engelsche fabriek nog al een enkel werk tuig in de wereld zond, blijkt uit de fabrieknommers 11,547 van het dorschwerktuig en 13 080 van het daarbij behoo- rende stoomwerktuig, die zulk een toestel, te Garsthuizen onder Stedumin Groningen, draagt. Van de groote door paarden te drijven werktuigen, die het graan marktschoon opleveren, zijn er uitmuntende En gelsche bij de vleet te verkrijgen. Thans echter zijn er een paar in Liinbnrg in gebruik, die als het non plus ultra van deugdelijkheid geroemd worden. Ze zijn uit de fabriek van Geautreau te Dourdan, in Seine et Oise in Erank- rijk, en worden door den heer Corten te Maastricht ge leverd. Wat wij te denken hebben van een geheel nieuw werk tuig, uitgevonden door Favier en Hugent te Perwez in Waalsch-Brabant, op de grenzen van Namenmoet de ondervinding leeren. Zoo de eerst verschenen courantbe- richten juist zijndan heeft men hier den superlativus van alle non plus ultra-werktuigen te verwachten. Wanneer men zich echter zulk een grootkostbaar werktuig wil aanschaffen, zoo zal het meestal zaak zijn om tevens tot den stoom over te gaan. Blijft men zich echter aan paarden houden, dan schijnt het raadzaam, om zich te bepalen bij den Amerikaanschen hekeldorscher zooals die door Stout geleverd wordt. Voor twee paarden levert hij dien vpor 150, voor ien paard voor 120 gulden. Nu kan er echter voor het drijfwerk dekeusgedaan wor den tusschen drie verschillende stelsels; de ouderwetsche rosmolenzooals wij die bij onze door paarden gedreven grut- en oliemolens en vooral ook bij de karnen ken- nen; de op den grond liggende, geheel ijzeren rosmolen der Engelschen, of de Amerikaansche tredmolen. Wanneer er voldoende ruimte is, en het dorschwerktuig niet ver- plaatst behoeft te worden, verdient die ouderwetsche ros molen, als de eenvoudigste, minst kostbare, gemakkelijkst te herstellen en minste kracht vereiscbendede meest.e aanbeveling, ook omdat daaraan andere werktuigen met groot gemak gehecht, kunnen worden: de hakselsnijder karn, lijnzaadkneuzer of meelmolen. De Engelsche ijzeren rosmolens daarentegen, kunnen met het meeste gemak ver- plaatst wordenen met het dorschwerktuig van de eene boerderij naar de andere, of ook wel naar de akkers reizen om daar den oogst af te dorschen en het stroo, aan groote mijten bijeengezet, ter gelegener tijd weg te halen. De hoo ge prijs en de moeilijkheid van herstellen, waar men over niets dan een boerensmid te beschikken heeft, maakt even wei dat men ziebier te lande niet veel meer dan op de tentoonstellingen van landbouwwerktuigen aantreft. Heeft men echter geen plaats voor een paardenspoor met omstreeks vijf meter middellijn en voor het overbrengen der beweging door middel van een groot drijfwiel, dan vindt men in den Amerikaanschen tredmolendie bij hon- derden hier te lande door Stout verbreid is, een uitmuntend hulpmiddel. De toestel neemt zeer weinig plaats in, is desgevorderd zeer gemakkelijk te verplaatsen en kan, mits met zorg behandeldschoon gehouden en goed gesmeerd jaren lang dienstdoen; terwijl alleen de tredplanken, vooral wanneer men paarden, wier ijzers met kalkoenen gewapend zijn, bezigt, nog al eens vernieuwing vorderen. Dat het werken in den tredmolen de paarden zoude vermoeien of moeilijk aan te leeren is, zijn vooroordeelen. Hij die inder- tijd te Amsterdambij een landbouw-tentoonstellingeen paar sleperspaardenop hunne hooge, echt Amsterdamsche kalkoenen, in een tredmolen van Stout beeft zien gaan, twijfelt er niet aan of de paarden leeren zulks in een oogen blik evenzeer als de zware stier van Mettray zulks geleerd heeft, wiens goed uiterlijk tevens aantoont, dat dagelijks karnen voor hem een gezonde beweging uitmaakt. Raad zaam is het evenwei om tweepaards-tredmolens te bezigen. Het ongelijk voortgaan dat mefi vaak van een te wachten heeft, wordt weer goed gemaakt door het blijven voortgaan van het tweede paard want zeer zelden zal het gebeuren, dat ze beiden op hetzelfde oogenblik ophouden of aantrek- ken. Stout maait zulk een tweepaards-tredmolen voor 320, en een eenpaards voor 175 gulden. Wat nu eindelijk de handdorschmolens betreft, waarvan er een in werking hiervoor is afgebeeldzoo moet ik eerst in herinnering brengen, dat omstreeks 1848 die werktui gen door Engelsche fabrikanten geleverdzeer in de mode- waren. Geen Engelsche catalogus van landbouwwerktuigen uit dien tijd, of men zag daar een paar man met het vroolijkste gezicht aan den handdorscber draaien alsof 't kinderspel ware; geen landbouwtentoonstelling of de hand- dorscher was er te zien en menigeen heeft zich toen laten overbalen om er een aan te' schaffen. Na een paar jaar ge bruik zijn ze alien verdwenen. In de Encyclopedic van den Landbouw door Morton, waar de dorsehwerktuigen en de werktuigen in bet algemeen, met bijzondere zorg bewerkt zijn, zoekt men te vergeefs naar den handdorscber. Op de groote landbouwtentoonstelling te Londen in 1862 was er geen voorhandenalthans er werd door niemand acht op geslagen. Alle reden is er alzoo, dat men het aanprijzen en ver- spreiden bier te lande van die handdorschers, als eene koorts- verbeffing bescbouwen moet, door op levering azende fabri kanten in het leven geroepen. Dergelijke periodiek terug- komende ziekten vindt men immers bij den landbouw telkens, die even spoedig weer verdwijnen als ze gekomen zijn, de aardperen-koortsde zeedennen-koorts en derge lijke meer. Het moge den meesten niet bijzonder schaden om door eigen ondervinding van zulke kwalen genezen te worden, maar bier is 't iets anders. De kleine boer, dien 't niet past om groote uitgaven te doen, koopt, wegens den lagen prijs van ruim honderd guldenzulk een hem uitbundig aangeprezen banddorschmolen, en onder- vindt weldradat het verstandiger is om een paarddan vier man .voor zulk een werktuig te spannen. Daarenboven is bet werk zoo vermoeiend, dat men meestal wel gedwon- gen zal zijn om drie paren arbeiders, elkander aflossende, aan de draaiers te zetten wanneer er eenigszins aanhoudend gedorscht zal worden. Velen schaffen zich al spoedig een rosmolen aan, om hunnen handdorscber te drijven; maar moeten het dan berouwen van niet terstond een hun vrij wat beter passend hekeldorschwerktuig te hebben genomen. De gewone berekening toch is,dat een paard anderhalven gulden daags kost tegen den gulden daags daghuur voor den arbeider, of, in het algemeen, dat een paard ander- half maal zooveel kost als een dagbuurder, maar bet werk verricht van aclit man. Deze beredeneering doet ongetwijfeld de deur toe. Hij die den boer aanraadt om den mest met vier of zes kruiwagens naar het land te brengen, in plaats van met kar en paard, heeft ongetwijfeld bijbedoelingen die waarschijnlijk niet onvoordeelig zijn voor zijn eigen beurs. Hoe zich de verschillende wijzen van dorschen onderling verhouden heeft onlangs de Zwitserscbe Hoogleeraar Eritz, van de polytechnische school te Zurichzoeken uit te maken', door met groote vlijt allerhande opgaven, uit allerhande streken en tijden bijeen te verzamelen, De handdorschwerk- tuigen waarover hij spreekt, zijn diegene welke thans hier te lande rondgevent worden, en van 1866 tot 1870 in Duitschland werden gebruikt. De Zwitser veroordeelt ze met de woorden//De handdorschers leveren de hier opge- geven uitkomsten alleen bij krachtige inspanning der manschappen aan de draaiersen zijn slechts dan aanbe- velenswaardigwanneer de dagloonen laag zijn en men spoedig, bij eene kleine bouwerij, al zijn eigen volk aan't werk zettende, het dorschen achter den rug wil hebben." De Hoogleeraar Eritz heeft dan opgespoord wat het dor schen kost van een vim of honderd garven tarwe, van

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Weekblad van Haarlemmermeer | 1875 | | pagina 1