1875. Vrijdag, 27 Augustus. UK 55. VAN A AN LANDBOUW, GEMEENTE- EN POLDER-BELANGEN GEWIJD. Zestiende Jaargaug. Haar 1 emmermeer Gemeenteraad van Haarleminermeer. Landbouw. VMM/} \mm\^ Prijs van het Abonnement: in het Jaar6.- JPrijs der Advertenlien van 16 regels 75 Cent, elke regel meer 12'/a Cent. IfiijnluiHl. Bij den Burgerlijken Stand zijn aangegeven Zitting van Donderdag 16 Junij 1875. V IIA A H L E M1ERNEGR. Prijs van een enkel Nommer 15 Cent. ALLE TOEZENDINGEN, REDAKTIE EN UITGAVE BETKEFFENDE, te adresseren aan AM J50MGA C°.te Amsterdam. literl{jH Woensdag. Groote Letters worden naar hare plaatsruimte berekend. Ilet Staatsblad N°. 144 bevat het Koninklijk Besluit van 10 Augustus 1875, houdende bekrachtiging van de door de Staten der provincier. Zuid- en Noord-Holland op 13/9 Julij 1875 vastgestelde wijzigingen in het reglement voor het Hoog- heemraadschap van Rijnland. Den 19 dezer geraakte het 8-jarig zoontje van Cornelis van SoestRR, Huigslootonder de wielen van een wagen en was eenige oogenblikken daarna een lijk. van 18 tot 24 Augustus 1 875. GEBORENHarmen, zoon van P. G. Versluis en C. Kooij. Cornelia Willemijntjedochter van J. Wientjes en W. Leenslag. Franciscus, zoon van J. A. Vreeburg en A. van Gerven. Johannes, zoon van P. J. Wijnbeek en P. de Jong. Catharina, dochter van M. Schoonderwoerd en E. Putker. Pietertje, dochter van P. Aalbersberg en J. Kool. Hendrik, zoon van K. F. Slottje en B. Langmiiur. Gerrit, zoon van J. Tesselaar en M. Quax. Maria Sofia, dochter van Q. van der Peijl en M. J. Umans. Albert, zoon van J. Sluis en H. Hagen. OVERLEDENBastiaanoud 4 maandenzoon van B. van 't Hof en H. Vaalburg. Aaltje, oud 12 maanden, dochter van F. P. van Maasdam en E. Mosterd. -Maria, oud 8 maanden, dochter van B. Mittertreiner en J. Patist. Martinus, oud 8 jarenzoon van C. van Soest £n B. de Kwaasteniet. Geertje, oud 12 weken, dochter van G. Claij en. J. Bakker. ONDERPROUWDK. J. den Dekker met E. Nibberig. GEHUWD B. Klaassen met E. Bier. Voorzitter: de Heer J. WLantzendorffer. Vervolg en Slot, zie het vorig Nummer.) 10°. De Voorzitter deelt mede, dat door M. Sleggers, J. Kort, B. van den Heuvel en C. Slikkerbij Heeren Gedepu- teerde' Staten bezwaren zijn ingebrSgt tegen hunnen aanslag over 1875 dat die bezwaarschriften zijn gesteld in handen van den Gemeenteraad, ten einde, nadat aan de reclamanten mededeeling zal zijn gedaan van de som waarop bij de rege- ling van den aanslag buD vermoedelijk inkornen is geschat en zij zullen zijn uitgenoodigd om binnen een termijn, b. v. van 8 dagen hunne bezwaren daartegen in te brengen en die zoo mogelijk door bewijzen te staven, zoowel omtrent het verzoek als, zoo noodig, betreffende de nadere opgaven van den reclamant, te dienen van berigt en raad. Tot de bebandeling dier reclames overgaande, wordt bet eerst gelezen het bezwaarschrift van M. Sleggers, alsmede de brief van Burgemeester en Wethouders, waarbij aan reclamant is opgegeven dat zijn vermoedelijk inkornen is geschat op f 1000 per jaar, en eindelijk een brief van Sleggers, waarbij bij zijn inkornen opgeeft te bedragen 665 per jaar. De heer Kuiper zegtdat de opgave van reclamant zeker onjuist is, want dat bij een zeer goede zaak heeft, veel geld verdient, en jaarlijks geld overboudt, en dat de aanslag geens- zins te hoog is. De Voorzitter stelt voor, om in dien geest aan Heeren Ge- deputeerde Staten te antwoordenen te adviseren om op het bezwaarschrift afwijzend te beschikken. Daartoe wordt besloten zonder hoofdelijke stemming. Vervolgens wordt gelezen het bezwaarschrift ven J. Kort, alsmede de brief van Burgemeester en Wethouders, waarbij aan den reclamant is opgegeven dat zijn vermoedelijk inkornen is geschat op 2700 per jaar, en eindelijk een schrijven van den reclamantwaarbij hij meldtdat die schatting te hoog is, docb tevens'nog niet met zekerlieid te kunnen be- palen hoeveel zijn inkornen zal bedragen omdat hij pas voor zichzelven is begonnen, en tevens zich beroepende op eenige andere aangeslagenendie lager zijn aangeslagen dan recla mant, en waarvan toch sommige evenveel, andere meer land in gebruik hebben, en enkelen bovendien nog eigen land be- zitten. De Voorzitter zegt er voor te zijn om den aanslag eenigzins te verlagen. De heer Bultman wenscht te weten op welken grond de berekening van 2700 rust. De heer Tensen zegt, dat men had gemeend dat reclamant bezitter was van kapitaalalthans dit in den laatsten tijd had verkregendocb dat later is gebleken dat reclamant daarover nog niet kan beschikken. De heer 't Hooft zou den reclamant willen gelijk stellen met H. C. R. Polmer, die 22.50 betaalt. De heer Bultman vraagt, op welken grond reclamant moet gelyk staan met Folmer. De beer Dorbeck stelt voor, om den aanslag te verminderen en Heeren Gedeputeerde Staten te adviseren om dien te brengen op 18 voor 12 maanden, dus op 12 voor 8 maanden. Daartoe wordt zonder hoofdelijke stemming besloten. Daarna wordt gelezen het bezwaarschrift van Blees van den Heuvel, alsmede de brief van Burgemeester en Wethouders, waarbij aan reclamant is medegedeeld dat zijn vermoedelijk inkornen is geschat op 2400, en eindelijk een schrijven van reclamant, waarbij bij zegt bezwaar te hebben tegen die schat ting, aangezien zijn inkornen het eene jaar door het andere genomen niet meer dan 1200 hedraagt. De beer Tensen meent, even als de anderen, dat van den Heuvel geld moet hebben, terwijl de heer't Hooft het tegen- deel gelooft. De heer van Riessen acht den aanslag te hoogen stelt voor aan Gedeputeerde Staten te adviseren om den aanslag te be- palen op f 22.50. Eindelijk wordt gelezen het bezwaarschrift van C. Slikker alsmede de brief van Burgemeester en Wethouders, waarbij aan reclamant wordt berigt dat zijn inkornen is geschat op f 4700.en eindelijk een schrijven van reclamant, waarbij bij zegt dat die schatting te hoog is en aantoont dat zijn zui- ver inkornen slechts 2200 per jaar bedraagt. De Voorzitter is er voor om den aanslag eenigzins te ver lagen. De heer Bultman wenscht det de aanslag geregeld worde overeenkomstig de opgave van reclamant; wanneer men het tegendeel niet kan bewijzen, mpet men de opgave als waar- heid aannemen, want waarom wordt anders die opgave g"e7" vraagd. De heer 't Hooft kan zich met die zienswijze van den heer Bultman niet vereenigen. De heer Kuiper gelooft dat reclamant zijn inkornen naar waarheid heeft opgegeven. De heer Dorbeck betwijfelt zulks. De beer 't Hooft stelt voor aan Gedeputeerde Staten te ad viseren om den aanslag te brengen op 50.25. Dit voorstel wordt verworpen met 8 tegen 6 stemmen. {Voor stemden de leden de Jong, Kuiper, van Vuuren, 't Hooft, van Riessen en de Breuk. Tegen de leden Ver- kuijl, Dorbeck, Bultman, Amersfoordt, Timmermans, Tensen, Knaap en Klapwijk). De heer Verkuijl stelt alsnu voor om aan Heeren Gedepu teerde Staten te adviseren, om den aanslag te bepalen op f 63.2 5. Dit voorstel wordt aangenomen met 9 tegen 5 stemmen, {Voor stemden de leden: Verkuijl, de JongKuijpersDor beck, van Vuuren, Timmermans, 't Hooft, Klapwijk en de Breuk. Tegen de leden: Bultman, Amersfoordt, Knaap, Tensen en van Riessen.) 11°. De heer Amersfoordt het woord gevraagd en verkre gen hebbendezegt in hoofdzaak, naar aauleiding der zoo even behandelde bezwaarschriften, dat hij gaarne eenige ver- andering zou gebragt zien in de wijze van behandeling van het Kobier van den hoofdelijken Omslag; thans wordt het Kohier opgemaakt door Burgemeester en Wethoudersdaarna wordt het ter lezing gelegd, en dan korat bet in den Raad; alsdan worden door de Raadsleden allerlei voorstellen gedaan tot verhooging of verlaging, zonder dat men daarop is voor- bereid of de aangeslagene er iets van weet. Spreker zou wen- sehen dat, even als de belastingschuldigen aan termijnen tot reclameeren gebonden zijn, ook de raadsleden gebonden wa- ren aan termijn tot bet doen van voorstellen tot verandering in het Kohier; van die voorstellen kan dan door de aange slagenen worden kennis genomen, en daarbij moesten zij het regt hebben hunne bezwaren tegen die voorstellen in te bren gen, dan zou de Raad met meer kennis van zaken kunnen oordeelen. De heeren Verkuijl, Klapwijk en 't Hooft bestrijden bet denkbeeld van den heer Amersfoordt. De heer Bultmandaarentegenis er mede ingenomenen betoogt er nader de wenschelijkheid van. De Voorzitter zegt dat deze zaak zal worden overwogen. De heer Amersfoordt zegt, dat bij dan een voorstel van Burgemeester en Wethouders zal afwachten. 12°. Nader gelezen het adres van J. Jot, gemeente-vroed- vrouw aan den Lijnden, waarbij zij verzoekt verhooging van hare jaarwedde met f 50 of dat haar vrije woning worde verschaft. Burgemeester en Wethouders, in wier handen dit adres werd gesteld, adviseren om op het gedaan verzoek afwijzend te beschikken, dewijl de standplaats goed is, en ingeval het verzoek werd toegestaanook de andere vroedvrouwen met gelijk verzoek zouden komen. De Voorzitter stelt voor om op het adres overeenkomstig het advies van Burgemeester en Wethouders, afwijzend te be schikken. Dien overeenkomstig wordt zonder hoofdelijke stemming besloten. 13°. Wordt overgegaan tot de benoeming der leden van de stemburaux. voor de verkiezing van leden voor den Gemeente raad en wel ter benoeming van twee leden voor het bu reau der le Afdeeling, en twee leden en een voorzitter voor het bureau der 2e Afdeeling. De heer 't Hooft verzoekt buiten aanmerking te blijven omdat hij zelf aan de beurt van aftreding is. Bij verschillende bierover gehouden stemmingen worden ge- kozen als leden voor het Bureau der le Afdeelingde heeren A. Kuijper en N. T. Dorbeck; en als leden voor het Bureau der 2e Afdeelingde heerenA. van Riessen en A. J. G. Timmermans; terwijl de heer J. van Vuuren tot voorzitter werd benoemd. 14®. Naardien het noodzakelijk is, om ter voorziening in de beboefte aan kasgeldentijdelijk eene geldleening aan te gaan, wordt zonder discussie of hoofdelijke stemming vast- gesteld het navolgende besluit: De Gemeenteraad van Haarlemmermeer, Overwegende dat, tot het gaande houden der dienst gedu- rende de eerstvolgende maanden, de in de gemeentekas aan- wezige gelden ontoereikende zijn en het, tot voorziening daarin noodzakelijk is, tijdelijk eenige gelden op te nemen; °P art' 136 en art' 1940 der Gemeentewet; ljfft besloten Burgemeester en Wethouders te magtigeu om voor den tijd van hoogstens zes maanden, betzij in eens hetzij in gedeelteneene geldleening aan te gaan tot een bedrag van hoogstens tien dnizend gulden, zegge 10,000 tegen eene interest van hoogstens vijf percent in het jaar. De terugbetaling der op te nemen gelden zal geschieden uit de inkomsten der gemeente over het jaar 1875. Gedaan te Haarlemmermeer ter openbare Raadsvergadering van den 17 Junij 1875 enz. 15°. Komen in behandeling de door den Gemeente-Ontvanger ingezonden staten van restanten en oninbare postenbedragende wegeus Hoofdelijken omslag 1872restant/ 6.00, oninbaar/ 5.40 idem 1873, 6.30, ,,13.16 'dem 1874, 6.00, ,,19.663 Hondenbelasting 1871, 1.75 idem 1872 ].oo idem 1873, 7.623 idem 1874, ,,14.30, ,,40.00 Schoolgeld 1874, 1.25. Nadat deze stukken waren voorgelezen en de gevraagde inlichtingen gegevenworden de staten goedgekeurd. 16°. De Burgemeester, de heer J. W. Lantzendorffer, blij- kens de Staats-Courant van heden met p°. Julij e. k. herbe- noemd zijnde als Burgemeester, wordt bij acclamatie herbenoemd tot Ambtenaar van den Burgerlijken Stand. 17°. De beer Amersfoordt, onlangs medegedeeld hebbende dat aan den Lynden een huis van den polder te huur is, geschikt als woning voor een geneesheervraagtof er nog over gedacht wordt om dat huis te huren. De Voorzitter aDtwoordtdat voor wijk 2 geene sollicitanten voor geneesheer zijn opgeroepen omdat dit jaar in de dienst is voorzien door eene overeenkomst met andere geneesheeren. De heer Amersfoordt zegt, dat dsn het polderbestuur wel zal trachten dat huis weder aan anderen te verhuren. 18°. Door den heer van Riessen wordt, namens de Ver gadering, de Burgemeester geluk gewenscht met zijne her- benoeming. De Vergadering wordt daarna gesloten. Reukuin24 Augustus. Het delven der aardappelen heeft hier een aanvang genomen. Kwaliteit en kwantiteit laten niets te wenschen over. Alleen bij de vroege soorten is de ziekte tot den knol doorgedrongende opbrengst van enkele akkers moestals onbruikbaar, geheel worden weggeworpen. Capelle (Langstraat)24 Augustus. De handel in kalf-koeijen was gedurende deze week bijzonder levendig; de Belgische kooplieden koohten alles op wat onder hun bereik was, zoo- dat er op de heden gehouden weekmarkt te Waalwijk niet veel meer voor hen overbleef. De prijzea zijn dan ook op de beste kwaliteit minstens 25 a 30 beter. Vette koeijen zijn in de beste soorten niet tot 80 c. per kilogram te koopen. De voorraad hooi aan het Oude Maasje is zoo goed als op- geruimdterwijl aan de huizen 27 a 28 per 50 kilogr. be- steed wordt.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Weekblad van Haarlemmermeer | 1875 | | pagina 1