Een nieuw Stoomrijtuig;. 2&9ste Staats-l<oterij. f f f f f f De schipbreuk van de „Deutschland". Een verschrikkelijke outploffing te Bremerhaven. en Vrouwenhuis vaste goederen onder OchtenWamel en Dnimpt, geza- menlijk gesehat op eene waarde van f 30,500. Ten bewijze, dat bij het jongste St.-Nikolaasfeest sommige nering- doenden nog al goede zaken gemaakt hebbenwordt medegedeeld dat door een heer in een winkel te Utrecht voor p. m. f 3000 aan verschillende goederen ia aangekocht. Een der pakkendragers aan de kaai te Deventer dronk op St.-Niko- laaadag (ten geYolge eener weddenachap) acht dubbele maatjea of ruim twee flea8chen jenever en werd ten gevolge van rumoermaken op de atraat in het politiebureau gebragt om uit te alapen. Des avonda kon men hem ech- ter niet wakker krijgenzoodat er geneeakundige hulp moeat worden in- geroepen. Op laat van den geneesheer ia hij toen naar het gaathnia ver- voerdwaar hij Vrijdag ia overleden. Zekere R.oud 23 (jaargehnwd en vader van twee kinderendia- mantwerker, wonende in de Batavieratraat te Amsterdam, heeft een einde aan zijn leven gemaakt door het drinken van vitriool De zelfmoordenaar wierp zich, na het gebruik van dit vergif, in het water, doch werd ge- red en naar het Israelitisch ziekenhnis gebragt, alwaar hij na verloop van eenige nren bezweek. Hij laat een zwangere weduwe achter. Het toeval kan aoma zonderling met namen apelen. Dezer dagen ia een rijk grondbezitter van Saint-Omer veroordeeld tot twee jaar gevange- nisstraf, omdat hij, door miabrnik van sterken drank aan delirium tre mens lijdende, in een der aanvallen dier ziekle, onverhoeds op een buurman, die hem bezoeken kwameen revolver loate en hem zwaar verwondde Die dronkaard nu heet Brandy, en de geneeaheerdie over zijn geeates- toestand adviea moeat geven, was dr. Tereinier uit Cognac I De luchtballon I'Vniversdie te Parijs met een wetenschappelijk doel was opgestegen ia op eene hoogte van 230 meter gebaraten en te Vincennes neergekomen met de luchtreizigera. Niemand hunner is gedood; wel zijn de kommandant Maugin de kolonel Laussedatde kapitein Re- nard de heer Godard en zijn helperbenevens eenige pasaagiera gekwetat, maar niet gevaarlijk hun toeatand is bevredigend. Een koopman in vodden te Marseille heeftzonder het te willen aan zijne regie erfgenamen die er niet het minst op rckenden een zeer aan- zienlijk vermogen nagelaten. De man voelde zijn einde naderen en liet een notaris ontbiedendoch deze was niet te hnis. Een ander wordt in zijne plaats gehaald en komt, zoo spoedig mogelijk, met de getuigen, De stervende begint zijn uiteraten wil te dicteren maar voor hij zijn erfge- naam nog genoemd heeftovervalt hem een hoestbui en hij heeft geen kracht meer iets te zeggen. Hij stierf. De familie arme menschen uit den omtrekverschijnen nu en vinden een fortuin van 300,000 franca aan papier. Maar terwijl men het huisraad nazietwordt in een kastje nog een doos gevonden met 15,000 franca, en, bij het tellen der bedde- lakena wordt uit een er van nog 90,000 francs aan papier geschud. Men weet nietof er nog niet meer gevonden zal worden. Te Arnhem loopt het geruchtdat zich aldaar in de nabijheid van den Doorwerth een wolf zou vertoond hebben die niet is kunnen worden opgevangen. Een matrooa, genaamd A. de Jong, Belg van geboorte, is geheel onverwacht door erfenis eigenaar geworden van een zeer groot vermogen. Daar deze gelukkige erfgenaam zich onlangs op een Hollandsch schip op- nieuw heeft laten //aanmonsteren" en thans nog in zee iazoo is het bijna zeker, dat hij van zijn rijkdom nog geen kennia draagt. Een belgisch no taris heeft bij verschillende Hollandsche waterschouten nopena deze per- aoon information ingewonnen. De conducteur en de postiljon van de postkar van Koevorden konden Zondag avondwegens de gevallen sneenwniet verder komen dan tot Ilardenberg. Zij hebben daarop rnggelings tegen elkander plaats genomen op een ladder waarvoor een paard gespannen was, en zoo hebben zij de postpaketten teZwolle aangebragtwaar zij acht uur later dan gewoonlijk aankwamen na den geheelen nacht onder storm en jagtsneenw op de lad der te hebben doorgebragt. De Kinderdijkeen Maassluissche vischlogger, werd in den avond van 19 Nov. door een barkschip overzeild. Daar men dacht dat de logger onmiddellijk zinken zou, sprongen de 17 man dadelijk op het schip over; daar aangekomen, bemerkte men dat de jongen was achtergebleven. //Piet, waar ben je?" riep de vader. /rNog op den logger", antwoordde het kind. Op dat oogenblik werden de schepen door een rukwind van elkander ge- drevenen de logger verdw een met den knaap te midden van een hevige storm en hemelhooge zeeen in de duisternis. Ook het barkschip had water in, doch zette de geredden toch behouden te Gravesend aan walvan waar deze over Harwich naar Maassluia*~ver- trokken den knaap ongetwijfeld verloren wanende. Toen Piet bemerkte dat het groote schip verdween, ging hij omlaag in de kajnit, atak er de lamp aan, en haalde toen, op het dek teruggekeerd het zeil neer. Toen verveelde hij zich, ging weder omlaag, rolde zich in een deken en ging alapen; later ging hij bedaard prenten zitten kijken tot de morgen aanbrak. Hij ging nn eens boven kijken. Een Engelache kotter bemerkte het wrakmaar kon het door hooge zee niet naderen. Onder aanhoudende Btorm ging zoo de Zaturdag voorbijen Piet bleef hulpeloos rondzwerven Verve- ling schijnt echter de voomaamste ramp voor hem te zijn geweesthij doodde die door alles goed na te kijken, iets te eten en te drinken en droog goed aan te trekken. Zondagochtend eindelijk zag hij landdat meer en meer naderde. Weldra bragt een Fransch oorlogschip een boot nit, maar de branding belette het naderen. Toen sprong een matrooaeen negerover boord en kwam al zwemmend en duikend op den logger af. //Wacht"zeide Piet; ik zal 'tje gemakke- lijk inaken"zonder aarzelen sprong hij over boordwaarna de neger hem- na eenig dobberen greep en behouden aan land bragt, waar hij allerlief- derijkst werd verpleegd. Een week na de overzeiling stapte de knaap gezond en wel, in een ge heel nienw pakmet eenig epeelgoed voor zijn zusjea en eenige francs op zakte Maaasluis weder aan wal. Ondanks al zijn wederwaardigheden had Piet geen oogenblik angst gevoeld, hij was geen oogenblik zelfs »in de war" Mejufvrouw Bettina von Rothschild, dochter van baron Alphonsus, ia met haar neefhet lid van de Weener firmain het huwelijk getreden. De jongelui zetten hun huiahouding op met 125 millioen. Mejufvrouw Bettina heeft, ondanks haar koloasaal vermogen, het niet beneden zich geacht een examen voor het lager onderwijs te Parijs te doen. In verschil lende vakken van wetenschap moet deze dame zeer uitmunten. Een landbouwer te Oudenrijn heeft een 17jarig paard gekocht voor den veel te hoogen prija van f 700alleen omdat het haar van het dier eene zeldzame klenr heeft. De vorige week is in het hotel Drouot te Parijs eene kollektie kost- bare violen en strijkstokken verkocht, door een voornaam liefhebberdie een half jaar geleden stierf, nagelaten. Deze veiling had de levendigste belangatelling opgewekt. Zelfa uit Engeland waren kooplustigen opgekomen en het waren vooral fabrikanten van muziekinstrumenten en kooplieden in dit artikel, die elkander het bezit der zeldzaamate voorwerpen betwiatten. Op den dag voor de veiling had de beroemde Sivori de schoonste instru- menten voor gegadigden, die het verzochten, bespeeld. Een echte Stradua- rius werd voor 7000 francs aan den heer Hart, een voomamen fabrikant in Engeland, toegewezen. Deze viool had vroeger aan den heer Cuisinier toebehoord, die dit waarlijk eenig instrument elk jaar eens ter bespeling afstond aan den kweekeling van het conservatoire, die in de le vioolklas- se den eersten prijs behaalde. Een alt van Straduarius is voor 7000 francs- aan de heeren Gand en Bernardel verkocht, en blijft dus, voorloopig al- thans in Frankrijk. De vorige week had te Brugge een kluchtig voorval plaats. Een sol- daat van het garnizoen aldaar was uit geweest en droomende in zijne vrij- heid had hij het uur van appel der kazerne vergeten. Eenigzins beschonken en vermoeid, was hij in een der zijstraatjes der Langestraat gesukkeld, waar een beerkar stond. Hij klom op en lag weldra in den beerbak zoo vast te alapendat hij in zijn roes niet bemerktedat men tusschen 3 en 4 ure des morgens wegreed om bij een der ingezetenen den gemakpnt te ledigen. Toen men daar aankwamzonder natuurlijk te weten dat zich een men8chelijk wezen in den beerbak bevond, begon men welhaaat den put te openen en te ontruimen. Men kwam met de eerste kuip op en wierp den inhoud in den bak, zeggende: vdat is er een!" Maar hoe stonden de werklieden te kijkentoen eensklaps de soldaat opsprongwakker geworden van de koude en de welriekende specie, welke hij op het lijf kreeg, en weglicproepende //dat is er twee I" Dat hier de werklieden pret bij hadden en het gerucht van het avontunr zich spoedig door de stad verspreidde, zal wel niet gezegd behoeven te worden. De heer J. G.commies by 's Rijks belastingen, en zyn collega, heb ben aan de Heijtschen dijk te Charloisterwijl zij op surveillance waren een kikvorsch over den weg zien springen. In dit jaargetijde, wanneer znlke dieren zieh liefst in het diepst van de slooten ophouden kan zoo iets wel als eene bijzonderheid vermeld worden. Een soldaatdie op post stond voor een publiek gebouw met den last den bezoekers wandelstokken en regenschermen te doen afleggenvor- derde dit ook van een heerdie geen van beiden bij zich haddeze voer- de hem toemaar, mijn beste vriendik heb er geen bij meDat doet er niet toezei de krijgsmandan ga je er maar eerst een halen Onlangs zag men te Parijs in de groote Avenue, die naar het Bois de Boulogne voert, een wagen zonder paarden. Het was een nieuw stoomrijtuigdat allerhande wendingen maakte. Nu eens stond het plotseling stildan draaide het regts of links, of in de rondte, en dat alles ging met een buitenge- wone naauwkeurigheid. De vaart was zoo snel als van een sterken paardendrafen het rolde bijna zonder gedruisch over de chaussde. Het stoomrijtuig ontmoette verscheidene malen stoornis op zijn weg, maar zijne wendingen, tusschen de gaande en komende rijtuigen die den weg vuldenzonder stil te staan waren zo6, als de beste koetsier niet beter had kunnen wenschen met een span paarden. Slechts eenmaal stond het stil en dat was in de nabijheid van het kerkhof van Mont- martre, om een lijkstoet voorbij te laten trekken. Het publiek beschouwde het overal met een nieuwsgierigheid die aan geest- vervoering grensde en vele lieten toejuichingen hooren. Dit merkwaardige rijtuig kwam uit Le Mans en is uitgevonden en vervaardigd door den daar wonenden fabriekant Ernest Bollee die het slechts voor eigen gebruik dacht te bezigen. De mi nister van openbare werken Crillaux een van Frankrijks beste ingenieurs, en de vorige minister, de markies de Talhouet, hoorden van dit voertuig spreken en wenschteu het in oogen- schouw te nemen. Zij maakten een rijtoer in de streek van Le Mans, onder de leiding van den zoon des uitvinders, en de uitslag was zoo bevredigend, dat Crillaux verklaarde.dat het probleem van de locomotieven op gewone wegen gebeel opgelost was door het rijtuig, en Bollee toesteraming gaf daarmede door alle steden van Frankrijk zelfs Parijs, te rij- den. Deze toestemming heeft de vervaardiger zich ten nutte gemaakt, en de uitslag wekt aller bewondering. Het nieuwe stoomrijtuig, dat vier fransche mijlen in het uur aflegtver- bruikt slechts voor drie franc kolen gedurende dien tijd. Nog wacht den Parijzenaars een nieuwe verrassing van gelijken aarddaar het rijtuig naar Courbevoie door een lo- comotief zal worden getrokken zonder aanwending van steen- kolen, daar de machine door zaamgeperste lucht in beweging wordt gebragt. De menigte proeven, daarmede genomenheb ben geheel aan de verwachting beantwoord. VIJFDE KLASSE. Prijzen van f 100.en daarboven. Eerste Lijst. N° 100.— n 2122... 100.— u 3483. 100.— 3881. 400.— 4189... 200.— H 5645. 100.— It 7116... 100.— 8624. 400.— Tweed N° 1099. 100.— n 1653... 400.— it 3208... 200.— n 5800. 100.— u 6946... 1000.— II 8844... 200.— u 9404... 400.— u 9973... 100.— II 10109... 400.— If 10844. 200.— It 11046.... 100.— Derde N° 2507. 100.— tr 3009. 200.— 3412. 100.— 4294. 400.r 6941 1000.— a 8304. 1000.— u 8614... 100.— 9623 200 10197. 400.— 10210. 100.— H 10226. 100.— Vierde N° 550 400.— H 1259. 400.— 6243. 1000.— 6911... 200.— H 7707... 100.— H 1000.— U 8980. 100.— 10346. 100.— 1000.— 13688. 100.— N°. 11122... 100.— u 11145... 100.— 11324... 1000.— 1000.— 12143... 100.— 12196... 100.— 12370... 100 100.— Lijst. N°. 11072... 100.— a 12049... 400.— 12362... It 100.— 13559... 2000.— 14153... 100.— 14395... 1000.— v 17193... 200.— 18980... 400.— 100.— 20772 200.— Lijst. N°. 10487... 100.— 10960... 100.— 11086... 200.— 12273... 100.— a 12278... 100.— 12341... 100.— 16283... 400.— 18795... 100.— 400.— 19426... 100.— 100.— Lijst. N°. 14147. 1000.— 14566... 400.— 14619... H 100.— 1000.— 15326... 100 v 15539... 400 u 17461... 200 17591... 100.— 17629... 100.— 20691 1000.— De Duitsche trans-atlantische stoombootvaart deelt op droe- vige wijze in de talrijke zeerampenwaarvan het jaar 1875 te gewagen heeft. De schipbreuk der Schiller in 't Engelsche kanaal zal nog elkeen in 't geheugen liggen. Thans is ze ge- volgd door die van de Deutschlandeen der prachtigste stoomschepen van de Noord-Duitsche Lloyd, 't Was in 1866 in Engeland gebouwd328 voet lang en van 600 paarden- krachten. Zondag 11. stoomde het uit de Bremerhaven met bestem- ming naar New-York, 't Sneeuwde den geheelen dag en 's nachts werd om 't half uur het peillood uitgeworpen. Om 4 uur, juist nadat het lood 17 vadem had gepeildstootte het schip, de kapitein gelastte onmiddellijk rugwaarts te stoomen, doch eer de schroef enkele keeren gedraaid had brak zijen nu vvas het schip aan de genade van weer en wind overge- leverd. Zoo hevig stootte het, dat de kapitein alles wagen wilde om het van de zandbank af te brengen en hij liet daar- voor alle zeilen bijzettenin de hoop dat de stormwind het schip over de zandbank heen en weder in diep water werken zou. De boot bleef echter roerloos en woelde zich dieper in het zand. Vuurpijlen werden opgelaten en kanonschoten gelostten einde van land hulp te vragen. De booten werden in gereed- heid gebragt om, als het weer wat bedaarde, in zee te worden gelaten. Tegen het bevel van den kapitein werden twee der kleinere booten in zee gebragt. De eene met zes man werd onmiddellijk in stukken gebroken de andere spoelde ten laat- ste te Sheerness aan, met den bootsman en de lijken van twee passagiers. Toen het dag werd, bespeurde de kapitein, dat het schip gestrand was op de Kentish-Knock, een zandbank tusschen Harwich en den mond van de Theems. Daar de vuurpijlen beantwoord waren van het strand en men wist niet zeer ver van de kust af te zijn, geloofden de passagiers de verzekeringen van den kapitein dat er hulp zou komen van de Engelsche kust. Zeer kalm en bedaard bleven de passagiers daarom maandag den geheelen dag. Toen echter tegen deu avond geen hulp kwam, duisternis inviel en de vloed zijn grootste hoogte bereikte, werd de toestaud der on- gelukkigen zoo hagchelijk mogelijk. De vloed dreef het water in het schip, dat kajuiten, hutten en salon binnenstroomde. De kapitein gelastte den mannen om vrouwen en kinderen in hun hoede te nemen en in het want schuilplaats te zoeken. Zoo men slechts den nacht doorkwam was men er zeker van dat des morgens redding zou opdagen. Nu verloren echter enkelen hun tegenwoordigheid van geest. Vele arme vrouwen, verschrikt toen ze op het dek kwamen door de wilde golven en den builendeu ijskouden wind, weigerden met hare kinderen het salon te verlaten. Vruchteloos wees men er haar op, dat ze in het salon ver- drinken moesten ze weigerden te volgen. Tot in het midden van den nacht, toen verreweg het grootste gedeelte van de bemanning en passagiers in het want waren vastgesjord hoor- de men 't geweeklaag der achtergeblevenen in het salon waar- onder 5 nonnen die voortdurend gillend smeekten Ach Gott maclie es nur kurz." Het beklagenswaardige lot dier vrorae zusters, die welligt deu vorigeu dag voor het eerst de zee zagen en wier ontzetting zoo goed te begrijpen is, mar- telde enkele moedige Duitschers op zoo duldelooze wijze dat zij met de grootste doodsverachting herhaaldelijk pogingen deden om haar nog te redden door te midden van de bruisende golven cp het dek te springen en haar te trachten uit het sa lon omhoog te trekken. Doch alles bleef vruchteloos en toen een groote golf het salon geheel vuldeeindigde het lijdm der diepbedroefde vrouwen. Tweehonderd der driehonderd opvarenden werden gered. Zij werden alle liefderijk opgeuomen in het Great Eastern Hotel te Harwich, doch men vreest dat nog enkelen het leven zulien verliezen, ten gevolge van het bevriezen van ledematen. De nonuen werden gevonden met elkanders handen ineen- gesloten. Een der reizigers hing zich aan boord van het schip op uit angst van te verdrinken, terwijl een ander bezig was te beproeven zich bloed af te tappen uit den pols, om een zachten dood te sterven. De mail werd gered en men wanhoopt er niet aan de hulk van de Deutschland nog vlot te krijgen. De Weser Zeitung bevat in een buitengewoon nommer een verhaal van deze ramp. Het stoomschip Mosel was Zaturdag voormiddag ten 11 ure uit de Nieuwe Haven naar de Voorhaven verlegd om de nog ontbrekende passagiers en bagage aan boord te nemen. Voor den boeg van het schip lag de stoomboot Simson, die het op stroom moest slepen. Reeds was alles gereed en waren de passagiers door het luiden der klok gewaarschuwd dat zij aan boord moesten komen, toen er nog twee wagens aankwamen de een met bestel-, de auder met passagiers-goederen. Op laatstgenoemde wagen stonden vipr kisten en een vat, en ter wijl het werkvolk bezig was dien wagen te ledigen, hoorde men den knal. De kade stond juist vol menschen, deels sjouwers en ander personeeldeels passagiers, die van hunne vrienden en be- trekkingen afscheid namen. Een ooggetuige, die op het dek der Mosel stondzegt dat hij bij den schok een aantal don- kere voorwerpen die hij door den schrik niet kon onderschei- den in de lucht zag vliegen en hij eensklaps op het dek on der een hoop zand, glas, stukken vleeschenz. laggelijktij- dig was op de kade weinig of niets meer van menschen te zien. Onbeschrijfelijk was de vernieling aan boord van de Mosel. De lantaams op het dek waren verbrijzeld, de zijdeplaten van het schip gebarsteu de bakboordschutten in het voorschip in- gedrukt en verpletterdschotten en kajuiten uit elkander ge- wrongen, zelfs de hutten aan stuurboordzijde door de forsche luchtdrukking uit elkander geperstvooral in de kajuiten der eerste klasse lag alle breekbare waar in stukken dooreen. De gevnlde spijsketels voor de tusschendeks-passagiers lagen be- dolven onder glasscherven. In het ruim en overal vond men armen, beenen en andere ledematen, waarvan eenige door de open luiken in het benedenruim waren geslingerdkortom allerwege lag alles door elkander vermengd met bloed en stuk ken van menschelijke ligchamen. Kapitein Leist die op het dek achter een boot stond, wer den de kleederen van het lijf geslagen. De eerste, derde en vierde stuurman werden zwaar gewond twee schiemannen vie- len dood en van de overige bemanninsr worden velen vermist. Al de overige matrozen der Mosel zijn door deu knal deels doof, deels hardhoorend geworden. De stoomboot Simson, die lager lag dan den wal, heeft minder geleden dan de Mosel. Wel is het dek vernield en in het oppergedeelte van het schip bijna geen plank heel geble- venmaar de scbade is veel gemakkelijker te herstellen. Ook is de bemanning er met den schrik afgekomen alleen de ma chinist en de stokers zijn ligt gewond. Onmiddellijk na den knal kwam een afdeeling militairen die jnist van het exercitieplein terugkeerdentegelijk met de politie aan. Dadelijk werden de dooden en gekwetsten, bene vens velen die door den slag slechts verdoofd waren, voor loopig in een schuur gebragt en vervolgens naar de zieken- barakken getransporteerd. Op den geheelen weg daarheen lag weldra eene breede streep bloed. Verscheidene gekwetsteu wer den door partikulieren in huis genomen. Inmiddels was er naar Bremen geseindvan waar met een extra trein twintig

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Weekblad van Haarlemmermeer | 1875 | | pagina 2