1875.
Vrijdag, 51 December.
1\K 55.
VAN
AAN LANDBOUW, GEMEBNTE- EN POLDER-BELANGEN GEWIJD.
Zestiende Jaargang.
Haarlemmermeer-Polder.
jPrijs van het A_bonnement
in het Jaar6,
Prijs der Advertentien
van 1—6 regels 75 Cent, elke regel meer 18% Cent.
VERGADERING van HOOFD-INGELANDEN,
HAARLEA1NERMEER.
Prijs van een enkel Nommer 15 Cent.
ALLE TOEZENDINGEN, REDAKTIE EN UITGAVE BETREFFENDE
te adresseren aan VAN BONGA C°.te Amsterdam.
MJiterl{jk Woenadag.
Groote Letters worden naar hare plaatsruimte berekend.
gehondeu op Woensdag 22 September 1875, des morgeas
ten 10 ure, in het Lokaa! van Staats, te Haarlem.
I'egenwoordig 18 en later 19 Ledenalsde HeerenJ.
W. M. van de Poll, Mr. J. P. Amebsfoosdt, H. van Wic-
kevoort Crommelin, Jhr. W. A. L. Mock, A. Wijnands,
A. J. G. Timmermans, H. A. Hanedoes, P. Knaap Gz.J.
G. Schone, Jhr. J. B. van Merlen, J. A. E. Baron van
Itteesum Jhr. Mr. J. A. Eepelaer J. Blokland Jz. Mr.
J. D. Vip.uly, J. J. KorthalsC. W. Graaf van Limborg
Stirum P. Langerhuizen Lz.Jhr. Mr. J. W. H. Rutgers
van Rozenburg, en later de Heer G. A. van Houweninge
Gz.terwijl van de Heeren D. W. P. Wisboom van Giessen-
dam, Dr. C. E. Heynsius en Mr. T. L. L. Prins berigt is
ontvangendat zij deze Vergadering niet kunnen bijwonen.
I. De Voorzitter opent de Vergadering en verwelkomt den
voor het eerst tegenwoordig zijnden nieuw benoemden Hoofd-
Ingeland, den Heer J. A. E. Baron van Ittersum, de be-
langen des Polders in diens zorg aanbevelende.
De Notulen van den 7 April jl. worden gelezen en goed-
gekeurd.
II. De volgende mededeelingen worden dsarop gedaan, als:
a. dat de kas van den Penningmeester op den 21 September
jl. eene wrgrde aanwees van 36763.515, zich verdeelende in
11763 5 Is aan divers papier en contanten en 25000.
in prolongatie uitgegevenb. dat de voorraad steenkolen
aan de stoomtuigen bedraagt 37600 hectoliter; c. dat,
met betrekking tot het leveren van bijdragen voor de ten-
toonstelling te Philadelphia, aan het in de vorige Vergadering
genomen besluit is voldaan door het tijdelijk in bruikleen
afstaan aan de Tentoonstellingscommissie van eenige teekenin-
gen der stoomtuigen kaart' van verkaveling des Polders en
verdere zaken op de exploitatie betrekking hebbende, al welke
stukken na genomen Copy, door deze Commissie in behoor-
lijke orde aan het Polderbestuur zijn terug gezonden;
d. dat de verkochte opzigterswoning te Aalsmeer heeft opge
bragt 1050.e. dat het maken van drie bruggen in den
Polder is aangenomen door P. van Vliet, voor13682.
en het onderhoud der ringvaartsboordendoor J. van
den Heuvel Az.voor 1 1293.g. dat de perceelen
onderhoud der grindwegen zijn aangenomen als volgt
Perceelen 1 en 2door A. Eaas,voor 2095.
Perceel 3, door K. den Breijen,1120.
Perceelen 4 en 8door N. Wamsteker, 2300.
6 6, B. van den Heuvel2185.
Perceel 7, door J. van der Meer,. 1148.--;
h. dat het kroozen van vaarten en togten is aangenomen door
de Davolgende personen
Perceel N°. 1door J. Roodzand.
2A. Mesman.
3J. Griekspoor.
4n K. de Vos.
i. dat de tweede verpachting van grasgewas der Ringdijken
heeft opgebragt 1291.k. en de verpachting van het
vischwater in den Polder heeft opgebragt 1642.en in
de Ringvaart 755.I. dat door L. Kieviet is aangenomen
het maken van zes ducd'alven in de Ringvaart voor 989.
m. en het onderhoud der stoomtuigen door de fabriek Be
Prins van Oranje te 's Hage n. dat het onderhoud van
gebouwen en verdere werken is aangenomen
Perceel 1, door M. van Essenvoor 1074.50
2, J. Bruin,924.
3, B. Kruikemeijer720.
4, Gebrs. Bos,1375.—
5, Idem,998.—
6. B. Kruikemeijer,,,1295.
7J. Hulsbos,1346.-;
o. dat op 29 Mei jl. eene kasopneming bij den Penningmeester
heeft plaats gehad, ten overstaan van den Dijkgraaf en den
Heemraad J. G. Schone; p. dat Heeren Gedeputeerde
Staten van Noord-Holland hunne goedkeuring hebben verleend
tot den aankoop van twee perceelen grond tot daarstelling
van een uitweg bij mijlpaal N°. 29; q. dat voornoemd
Collegie zijne goedkeuring heeft geschonken aan den verkoop
van gedeelten Yeldwegen aan Mevrouw de Wed. de Moraaz
Imans en den Heer A. L. Dijserinck, dat de verkoop
van Veldweg aan den Heer Koning nog niet heeft kunnen
plaats vinden, omdat hij zich nog niet heeft verstaan met den
Heer H. E. Bultman; r. dat van wege dit Bestuur aan
Z. M. den Koning is ingezonden een adres van adhaesie aan
de Nota van Jhr. Mr. J. W. H. Rutgers van Rozenburg
ter verkrijging van een spoorweg door den Haarlemmermeer-
polder, van Amsterdam naar Leiden; s. ten slotte dat
eene herbesteding zal plaats vinden ter zake van eene niet
geslaagde aanbesteding van het verdiepen van de Hoofdvaart.
Al welke mededeelingen voor kennisgeving worden aan
genomen.
III. Wordt aan de orde gesteld de benoeming tot leden
der Commissie van Onderzoek voor de Begrooting, dienstjaar
1876.
De Voorzitter verzoekt de Heeren Mr. J. D. Viruly en
C. W. Graaf van Limburg Stirum met hem uit te maken
het bureau van stemopneming.
Bij de hierover gehouden stemming worden gekozen de
Heeren J. A. E. Baron van Ittersum met 9P. Langer
huizen Lz. met 9 en Jhr. W. A. L. Mock met 10 stemmen
en welke heeren zich bereid verklaren deze benoeming aan
te nemen.
Dijkgraaf en Heemraden hebben zich hierbij buiten stemming
gehouden.
IV. Volgt het Rapport der Finantiele Commissiedienstjaar
1874, omtrent de Rekening van den Penningmeester over
dat dienstjaar; dit rapport luidt als volgt:
Heemstede, den 18 September 1875.
Mijne Heeren!
Uwe Financiele Commissie over 1874, bestaande uit de
Heeren Jhr. Mr. J. A. Repelaer, J. Blokland Jz. en van
Merlen, heeft zich vereenigd den 16 jl. tot het onderzoeken
der Rekening van den Haarlemmermeerpolder over 1874, en
heeft de eer U bij deze rapport uit te brengen over dit on
derzoek.
De Memorie van Toelichting, U door den Heer Dijkgraaf
aangeboden, is in alle opzigter m duidelijk en uitvoerig,
dat nadere ophelderingen aan de Commissie niet slechts over-
bodig maar zelfs zonder in herhalingen te moeten vervallen
onmogelijk voorkwamen.
Alleen kon nog worden bijgevoegd, dat de leverancie der
in 1874 onbetaalde steenkolen was geschied op den 31
December van dat jaar, waardoor de betaling in 1874 niet
meer mogelijk was.
De Commissie heeft bij deze de eer U voor te stellenten
le Uwe goedkeuring te verleeuen aan die posten, welke de
Begrooting overschreden hebbendaarna ten 2e de Rekening
over 1874 goed te keuren, en ten 3e den Heeren, die aan
de administrate over dat jaar hebben deelgenomendank te
zeggen voor hunne goede zorgen in deze aan de belangen van
den Haarlemmermeerpolder gewijd.
Namens de Commissie voornoemd,
(get.) J. B. VAN MERLEN,
Aan Heeren Hoofd-Ingelanden van
den Haarlemmermeerpolder.
De Voorzitter brengt alsnu in stemming de volgende punten
a. Af te schrijven van den post, Volgnr. 21Hoofdst II,
Art. 60, Kosten van brandstoffenolie en smeer, 1000,
en b. Af te schrijven van den post Onvoorziene Uitgaven een
bedrag van 2986.905, om daarmede Ae verhoogen de na-
volgende posten, als:
Volgnummer 8, Hoofdstuk I, Artikel 8, met 102.70
3I915
11 I 14, 3.65
16, II, 1, 249.65
18, II, 3, 9.50
37, VI, 2, 2621.25 5
Te zamen 2986.90 5
c. Goed te keuren de betalingen gedaan uit den post On
voorziene Uitgaven, dienstjaar 1874, ten bedrage van/84.47.
Waartoe wordt beslotenonder dankzegging aan het Dage-
lijksch Bestuur, voor het gehouden beheer, en wordt ver-
volgens de Rekening welke behoorlijk ter visie heeft gelegen
en geene mededeeling van bezwaren heeft uitgelokt, goed
gekeurd en vast gesteld: op 259,947.63 in ontvangen
op 229,896,17 in uitgaafderhalve Batig Saldo30,051.46,
onder gehoudenheid om de restanteu dezer dienst ad/ 1229.263
in de Rekening van 1875 te verantwoorden en het batig
saldo als eerste post van ontvangst te brengen op de Begroo
ting voor 1876.
Dijkgraaf en Heemraden hebben zich bij het nemen van
dit besluit van mede-stemmen onthouden.
V. Wordt gelezen een voorstel van het Dagelijksch Bestuur,
naar aanleiding van een verzoekgedaan door den Heer II.
A. Tinholt landbouwer te Haarlemmermeer ten einde ver-
gunning te bekomen om aan zijn hevel te mogen verbinden een
pijp tot drenking van zijn vee in de stallen van zijn nieuw
te bouwen boerderijop de wijze zoo als znlks bij de Heeren
Mr. J. P. Amersfoordt en A. L. Dijserinck in toepassing
is gebragt.
Na ingewonnen advies van den Hoofd-Opzigter, stellen
Dijkgraaf en Heemraden voor den Heer adressant daartoe
vergunning te geven onder de volgende voorwaarden 1°. dat
bedoelde pijp de afmeting verkrijge overeenkomstig de be-
hoeften, en niet gebruikt worde om water in de slooten te
latenin welk geval deze tot wederopzeggens toe verleende
vergunning onmiddellijk zal worden ingetrokken2°. dat meer-
genoemde pijp niet meer dan vijf centimeter in diameter wijd
zij3°. dat de aanleg geschiede in overleg met het Polderbe
stuur, welk Bestuur zich het regt voorbehoudt om zich ten
alien tijde op de gronden van den Heer adressant te kunnen
vergewissen van den toestand en de wijze waarop van het
water gebruik wordt gemaakt, en bij misbruik, op de eerste
aanzegging van het Bestuur, de pijpen worden opgeruimd.
Wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd.
VI. Volgt een verzoek van den Heer P. C. van Vrijberghe
de Coningh, tot het verharden van den Veldweg bij de Gre-
velingmet een voorstel van het Dagelijksch Bestuur.
Dit voorstel is van dezen inhoud:
In Uwe Vergadering van den 7 April jl. is behandeld ge-
worden een voorstel van het Dagelijksch Bestuur, omtrent de
begrinding van den Veldweg achter den Lisserbroekpolder.
Uwe Vergadering heeft zich daarmede niet kunnen vereenigen
maar besloten ons op te dragen in nadere onderhandeling te
treden met de Heeren van Vrijberghe de Coningh en A.
L. Dijserinck, op de door Uwe Vergadering vastgestelde voor
waarden.
Wij hebben bij missive van 9 April jl.N°. 283/81, het
navolgende schrijven aan genoemde Heeren gerigt:
N°. 283/81. Haarlem, 9 April 1875.
Wij hebben de eer U mede te deelen, dat Hoofd-Ingelan
den van den Haarlemmermeerpolder in hunne Vergadering
van den I dezer besloten hebben op uw verzoek om begrin
ding van den Veldweg, achter den Lisserbroekpolder en gren-
zende laugs uwe landerijen, eene afwijzende beschikking te
nemen.
Wij zyn echter gemagtigd om met U in nadere onderhan
deling te treden over de begrinding van den weg, op de
navolgende grondslagen: 1°. dat door U in de kosten voor
de daarstelling van een nieuwe brug over den Lisserdwarstogt
in het verlengde van den IJweg, en de begrinding van den
Veldweg, wordt bijgedragen eene som van twaalf honderd
gulden in eens -, 2°. Dat door den eigenaar van kavel N°. 26
kosteloos aan den polder worde afgestaan een strook grond ter
breedte van dien bestaanden Veldweg in het verlengde van
den IJweg.
V\ij nemen de vrijheid U te verzoeken, om ons binuen twee
maanden na dagteekening dezer te verklaren of U geuegen
zijt op deze voorwaarde eene overeenkomst aan te gaanna
welken termijn alle onderhandelingen omtrent deze zaak door
ons zullen worden beschouwd als te zijn geeindigd.
Dijkgraaf en Heemraden van den Haarlemmermeerpolder
(get.) J. W. M. VAN DE POLL, Dijkgraaf.
J. C. VAN DE BLOCQUERYt Secretaris.
Aan de Heeren P. C. van Vrijberghe
de Coningh en A. L. Dijserinck.
Het daarop ontvangen antwoord is van dezen inhoud
Aan Heeren Dijkgraaf en Heemraden
van den Haarlemmermeerpolder.
Naar aanleiding van Uwe missivedd. 9 April 11.hebben
wij de eer U te berigtendat wij de voorstellen, daarinver-
vat, betreffende het dit jaar hardmaken van den veldweg
achter den Lisserbroekpolder en grenzende aan onze eigen-
dommenniet kunnen aannemenals naar onze overtuiging
niet steunendp op billijke gronden.
Wy veroorloven ons U dit nader toe te lichtenAls ge-
zamenlijke eigenaars van den polder moeten wij te zamen
de lasten dragenmaar hebben wij daarentegea ook het regt
op dezelfde lustenen daar waar de lasten en lusten niet in
billijke evenredigheid staanmoeten die zooveel mogelijk her-
steld worden door hen aan wie het vertrouwen geschonken is
om daarvoor te waken.
Zeer zeker behooren tot de voornaamste zorgen van Uw
Collegie de waterstand en de toestand van de brugggen en
wegen.
Met lofFelijken ijver, wij erkennen dit gaarne, worden de
noodige maatregelen genomen, om den polder steeds beter
en fraaijer te doen wordenen worden er steeds middelen
beraamd om ieder ingeland, hoog- en laaglanders, te doen
genieten van de kostbare bemaling, opdat ieder, dezelfde
lasten dragende, ook daarvan het voordeel zal hebben.
Hoewel in deze zoo belangrijke zaak de volmaaktheid wel
niet te bereiken zal zijn, zal zij gemakkelijk te bereiken zijn
met de andere hoofdzaak Uwer zorgennamelijk het verbe-
teren der inwendige communicatie. Zoo zijn de wegen en
bruggen hardgemaakt en verbeterdonverschillig of de eigen-
dommen waarlangs die loopen in handen van meer of minder