4^%
1876J
Zeventiende Jaargang.
Vrijdag, 7 January,
VAN
AAN LANDBOUW, GEMEENTE- EN POLDER-BELANGBN GEWIJD.
Prijs van het Abonnement:
in het Jaar6.
Prijs der Advertentien
van 16 regels 75 Cent, elke regel meer 12% Cent.
I
Haarlemmermeer-Polder.
VERGADERING van HOOFD-INGELANDEN,
Uitgaven.
Ontvangsten.
Haarlemmermeer.
Prijs van een enkel Nommer 15 Cent.
AT.T.E TOEZENDINGENREDAKTIE EN U1TGAVE BETREFFENDE,
te adresseren aan VA1V BOAfiA C°.te Amsterdam.
Uiterlijlc Woensditg.)
Groote Letters worden naar hare plaatsruimte berekend.
II
-
AABLGHNEBMEE
R.
gehouden op Woensdag 22 September 1875, des tnorgena
ten 10 ure, in het Lokaal van Staats, te Haarlem.
Voorzitterde Heer J. W. M. van de Poll.
Vervolg en Slot, zie Nummer 53 van 1875.
VII. Komt ter tafel een voorstel tot het benoemen eener
Commissie tot onderzoek der middelen om den waterstand des
polders te verbeteren. Het voorstel luidt aldus
Haarlem, Augustus 1875.
In Uwe Vergadering van den 24 September 1873 werden
in onze handen gesteld twee adressen een van den Heer J.
H. C. van der Kun, te Rotterdam, en een van de Iieeren
H. C. Reinders Folmer en andere grondeigenaren en gebrui-
kers in den Haarlemmermeerpolder, om verlaging van water-
stand in den Polder.
Wij hebben deze adressen gesteld in handen van onzen
Hoofd-Opzigterdie in bijgaand rapport zijn gevoelen over
den poldertoestand en daarin te brengen verbeteringen uitvoerig
heeft uiteen gezet.
Het komt ons hoogst wenschelijk voordat Owe Vergade
ring, even als zulks is geschied in 1868, ook nu weder eene
Commissie benoeme om de voorstellen vervat in het rapport
van den Hoofd-Opzigter van 13 November 1874, te onder-
zoeken en daaromtrent aan Uwe Vergadering een advies uit
te brengen.
Zoo als Uwe Vergadering bekend is, werd de Commissie
van 1868 op voorstel van het Dagelijksch Bestunr, benoemd
naar aanleiding van een dergelijk adres om verlaging van
waterstand.
Die Commissiebenoemd door Uwe Vergaderingbestond
uit den Dijkgraaftwee Heemraden en twee Hoofd-Ingelanden
en het resultaat van haar onderzoek was, de door Uwe Ver
gadering vastgestelde Verordening op de inpoldering en afzon-
derlijke branding door windmolens of stoomkracht van lage
landen in den Haarlemmermeerpolder, van 31 December 1869.
Mogt Uwe Vergadering zich met ons denkbeeld vereenigen
zoo hebben wij de eer U voor te stellen dienovereenkomstig
te besluitenen aan de te benoemen Commissie de navolgende
vragen te stellen: 1°. Is het noodig den waterstand in den
Haarlemmermeerpolder te verbeteren? Zoo ja, kan de Haar
lemmermeerpolder zonder vermeerdering van stoomkracht beter
dan thans worden bemalen 2°. Door aanbrenging van verbe-
tering aan de stoomtuigen? 3°. Door de middelen, aan-
gegeven in het rapport van den Hoofd-Opzigter, van 13 No
vember 1874? of zijn er andere middelen? als: 4°. Herzie-
ning der verordening op de waterbergingdd. 20 Mei 1857
en die op het kroozen en zuiveren, van den 2 Junij 1871?
5°. Daarstelling van nieuwe togten in de lage landenwaar-
mede gepaard kan gaan eene ophooging van het laagste land?
6°. Aanbrengen van duikers in de hoofdwegenter bevor-
dering van de toestrooming naar de Hoofdvaart, in verband
met verwijding der kavelslooten tot die duikers voerende
7°. Verdiepen van bestaande togten en slooten? 8°. Wordt
verlangd, bij elk der voorgeslagen middelen, die doelmatig wor
den gerekend eene aanwijzing hoe het best tot het aangegeven
doel te geraken?
Dijkgraaf en Heemraden van den Haarlemmermeerpolder,
(get.) J. W. M. VAN DE POLL, Dijkgraaf.
J. C. VAN DE BLOCQUERYSecretaris.
Aan Heeren Hoofd-Ingelanden van
den Haarlemmermeerpolder.
Nadat de Voorzitter omtrent dit voorstel nog eenige in-
lichtingen heeft gegeven wordt het zonder hoofdelijke stem
ming aangenomen.
Alsnu wordt tot de stemming overgegaan en het stembureau
zamengesteld uit den Voorzitter en de Heeren Graaf van
Limburg Stirum en Mr. J. D. Viruly.
De Vergadering hecht daarop hare goedkeuring aan het
voorstel van Jhr. Mr. J. W. H. Rdtgers van Rozenburg,
om de vier voor deze Commissie benoodigde ledenbehalve
den Voorzitter, en welke Commissie zal bestaan uit twee
Heemraden en twee Hoofd-Ingelanden, alle tegelijk op een
stembriefje te plaatsen.
Bij de stemming bekomt alleen de Heer Mr. J. P. Amers-
foordt de volstrekte meerderheid met 10 stemmen, terwijl
verder de keuze zich verdeelde op verschillende leden der
Vergadering.
Op de vraag des Voorzitters, of de Heer Mr. J. P. Amers-
foordt deze benoeming aanneemt, wordt door dien Heer
bevestigend geantwoord.
Bij eene tweede stemming bek'imen de Heemraad Jhr. Mr.
J. W. H. Rutgers van Rozenbi ag 12 en de Hoofd-Ingeland
J. Blokland Jz. 13 stemmen, beide welke heeren zich deze
lkeuze laten welgevallen, terwijl de Heeren G. A. van Hou-
weninge Gz. en P. Langerhuizen Lz. ieder 10 stemmen
op zich vereenigden. Alzoo over beide laatste heeren eene
herstemming moetende plaats viudenbekomen daarbij de
Heeren G. A. van Houweninge Gz. 9 en P. Langerhuizen
Lz. 7 stemmenterwijl de Heer Langerhuizen zich hierbij
van medestemming heeft onthoudjjn. fV
De Heer G. A. van Houweninge Gz. iilzoo tot het vierde
lid dezer Commissie benoemd, komt gedijrende deze stem
ming in de Vergadering en neemt daaraan geen deel; hij
verklaart echter, om verschillende geldende redenendeze
benoeming tot zijn groot leedwezen niet te kunnen aanvaarden,
daarbij deze Vergadering dank be'etiigende voor het op nieuw
in hem gestelde _vertrouwen.
De Vergadering alsnu eene vrije stemming hebbendebrengt
op den Heer P. Langerhuizen Lz. 15 stemmen uit, welke
heer verklaart zich die keuze te laten welgevallen.
VIII. Komt aan de orde een voorstel van het Dagelijksch
Bestuur in zake het advies van den Heer Mr. A. Philips,
omtrent den afkoop der schuldpligtigheid van Rijnlands bun-
dergeld der tot Ringvaart vergraven gronden.
De Vergadering gaat hierbij over in een gesloten zitting.
IX. Volgt een voorstel tot aankoop van een ijzeren pont.
Dit voorstel luidt aldus
fr".Haarlem, Augustus 1875.
Van den Hoofd-Opzigter hebben wij het navolgend schrij-
ven ontvangen
N°. 169. Haarlem, 1 Julij 1875.
Onder de zeven pontendie de Haarlemmermeerpolder
thans bezit, zijn er drie zeer slechteen daarvan heeft men
te vergeefs in publieke veiling trachten te verkoopen.
Het herstellen in goede orde van ieder dier slechte ponten
zou waarschijnlijk ongeveer hetzelfde kosten als men betaald
heeft voor dergelijk herstel verleden jaaraan een andere
pont verrigt, namelijk circa 900.
Indien men nn weet, dat men voor 2000.een geheel
nieuwe ijzeren pont kan koopen van nog iets ruimer afmetin-
gen dan de oude houten ponten hebbenzoo rijst de vraag
of het koopen van zulk een ijzeren pont niet veel beter is
dan het kostbare herstellen der houten ponten.
Intusschen zou het mijns inziens niet voldoende wezen een
ijzeren pont aan te schaffen en dan de drie slechte ponten
te laten vervallen of te verkoopen.
Wij hebben thans vier reservepontendaarvan kan er een
geheel gemist worden maar het is voorzigtig niet minder dan
drie reserveponten over te liouden.
Dus zou men of twee ijzeren ponten moeten koopen, of
een der slechte ponten moeten herstellen en er een ijzeren
bijkoopen.
Laten de financien het toe twee ijzeren ponten te koopen
dan is dat zeker het bestzoo dit echter niet het geval mogt
zijn dan blijft toch het aanschaffen van een ijzeren en het
herstellen van de minst slechte houten pont stellig raadzaam
boven het herstellen van twee bouten ponten.
Ik heb derhalve de eer UEG. te verzoeken een beslissing
te willen nemen omtrent hetgeen met de drie slechte ponten
geschieden moet.
De Hoofdopzigter van den Haarlemmermeerpolder,
(get.) A. ELINK STERK.
Wij zijn van gevoelen dat de aankoop van een ijzeren pont
in het belang van den Polder dringend gevorderd wordt,
en verwijzen ten overvloede naar het rapport van onzen Hoofd
opzigter, in dato 21 October 1874, en het daarop door U
genomen besluit van 16 December daaraanvolgenden°. 4.
Mitsdien hebben wij de eer U te verzoeken ons te mag-
tigen over te gaan tot den aankoop van een geheel nieuwe
ijzeren pont a 2000, en de gelden toe te staan voor de
herstelling der andere ponten.
Dijkgraaf en Heemraden van den Haarlemmermeerpolder,
(get.) J. W. M. VAN DE POLL, Dijkgraaf.
J. C. VAN DE BLOCQUERY, Secretaris.
Aan Heeren Hoofd-Ingelanden van
den Haarlemmermeerpolder.
Welk voorstel zonder hoofdelijke stemming wordt goed-
gekeurd.
X. Vervolgens brengt de Finantiele Commissie, dienstjaar
1875, bestaande uit de Heeren H. A. Hanedoes, Graaf van
Limburg Stirum en Mr. T. L. L. Prins, bij mondp van
eerstgenoemden heerrapport uit omtrent
1°. Een Suppletoir Kohier van Omslag voor de dienst
1875, voor 26 hectaren 8 aren 45 centiaren, a 9.per
hectare, alzoo tot een bedrag van 234.76, zijnde de gronden
dit jaar in openbare veiling verkocht en een gedeelte Yeldweg.
Bij den verkoop was bepaald, dat deze gronden van af 1 Ja
nuary jl. zouden worden aangeslagen in den Polder-omslag.
2°. Een Staat van betalingen uit den post Onvoorziene
Uitgavendienstjaar 1875 tot een bedrag van 1461.43.
3°. Een Staat van schadevergoedingendie aan pachters
van ringdijken enz. over 1874 wegehs inneming van gepacbten
grond moeten worden uitbetaald tot een bedrag van 161.01.
4°. Eene Suppletoire Begrooting in Ontvang en Uitgaaf,
groot f 12234.76 zich verdeelende als volgt:
Volgnr. 19, Hoofdst. II, Art. 4. Onderhoud van ponten en
roeibootente verhoogen met 2000.ten einde daaruit
te betalen het aanschaffen van een nieuwe ijzeren pont.
Volgnr. 36, Hoofdst. VI, Art. 1, Aanleg van nieuwe werken.
Bij de Begrooting van 1874 is gerekend geworden aan
de dijksverbetering te verwerken een bedrag van 12,000.
Er is slechts verwerkt kunnen worden een bedrag van/6954.37®,
waarom dan nu ook een bedrag van 5000.uit het saldo
der dienst 1874 wordt overgebragttot daarstelling van den
nieuwen weg in sectie BB, ad 3000.
Volgnr. 38, Hoofdst. VII, Art. 1Onvoorziene uitgaven,
wordt verhoogd met 2234.76.
Volgnr. 39, Hoofdst. I, Art. 1. Uit het batig saldo der
Rekening, dienst 1874, groot 30„051.46 wordt afgeschre-
ven een bedrag van 9000.
Volgnr. 52, Hoofdst. V, Art. 1, Verkoop van onroerende
goederen, zijnde de door Mr. J. P. Amersfoordt te betalen
gelden wegens de railing van dijksgronden met ZEd. aan-
gegaan volgens overeenkomst.
Volgnr. 55, Hoofdst. VII, Art. I, Omslagen. Aan dijks
gronden en veldwegen zijn verkocht ongeveer 26 hectaren, 8
aren, 45 centiaren.
Bij dien verkoop is bepaald dat die gronden worden aan
geslagen in den omslag van af 1 January 1875.
Wij hebben de eer Uwe Vergadering voor te stellen aan
deze voordragteu Uwe goedkeuring te verleenen.
De Heer Mr. T. L. L. Prins ons medelidwas verhin-
derd aan onze beraadslaging deel te nemen.
De Commissie.
De Vergadering hecht hieraan zonder hoofdelijke stemming
hare goedkeuring.
XI. De Agenda afgehandeld zijnde, vraagt de Voorzitter
of een der Leden ook nog het woord verlangtwaarop de Heer
J. A. E. Baron van Ittf.rsum den Voorzitter dank betuigt
voor de aan hem gebragte toespraak bij zijne eerste zitting in
deze Vergadering, daarbij zich aanbevelende in de welwil-
lende medewerking zijner medeleden.
XII. Niemand meer het woord verlangende, sluit de Voor
zitter deze zitting.
Predikbeurten te Kage en Abbenes.
Zondag, 9 Januarij 1876.
Te Kaag, des voormiddags geene godsdienstoefeniug.
Abbenes, namiddags ten 2 ure.
Donderdag 13 Januarij 1876.
Te Abbenes des avonds ten 6 ure.
In de gemeente Haarlemmermeer zijn in 1875:
Geboren355 mannen en 303 vrouwen, te zamen 658
waaronder 10 tweelinggeboorten.
Overleden 203 mannen en 158 vrouwen, te zamen 361,
zijnde 1 op de 35 zielen.
Levenloos geboren werden 44 kinderen.
Het getal huwelijken bedroeg 104 paren.
Echtscheidingen zijn in 1875 niet uitgesproken.
In de gemeente hebben zich in 1875 gevestigd 408 mannen
en 442 vrouwen, te zamen 850.
In 1875 hebben de gemeente verlaten 530 mannen en 522
vrouwen, te zamen 1052.
De bevolking bedroeg op 31 December 1875 6520 mannen
en 6151 vrouwen, te zamen 12,671 personen, verdeeld als
volgt: Ned. Hervormden 8210, Fransch of Waalsch Herv.
6, Engelsch Herv. 5, Evang.-Luth. 33, Herst. Evang.-Luth.
16, Doopsgezinden 158, Remonstranten 19, Christelijk-
Gereformeerden 519, Roomscb-Katholieken 3693, Oud-Room-
schen 8Ned. Israelieten 1 en tot geene gezindte behoo-
rende 3.