1876. Vrijdag, 28 April. 1\K 17. VAN AAN LANDBOUW, GEMEENTE- EN POLDER-BELANGEN GEWIJD. Zeventiende Jaargang. Haarlemmermeer-Polder. Haarl emmer meer. Landbonw. sssw» Prijs van het AJjonnement in het Jaar6.- Prijs der A^dvertentien van 16 regels 75 Cent, elke regel meer 12'/a Cent. BENOEMINGEN. Bij den Burgerlijken Stand zijn aangegeven Meststoffen, IIA A R L E M1E R M E E R Prijs van een enkel Nommer 15 Cent. ALLE TOEZENDINGEN, REDAKTIE EN UITGAVE BETREFFENDE te adresseren aan VAN HOINGA C°.te Amsterdam. tliterltfk Woenadag.) Groote Letters worden naar hare plaatsrnimte berekend. Z. M. heeft benoemdtot hoogheemraad van Delfland (Zuid-Holland)J. van Woerden; tot heemraad van den polder Waard en Groet (Noord-Holland)T. J. Geertsema; tot heem raad van den polder de Zeevang (id.), P. Kleen Jz.tot dijkgraaf van het heemraadschap van den Schardam en Keu- kendam (id.), C. Kaaskooper; tot heemraad van den Zuid- polder bij Edam (id.), S. Buis; tot heemraad van het dijks- bestuur van Wieringen (id.), C. Bakker Sr. Agenda voor de Vergadering van Hoofdingelanden van den Haarlemmermeerpolder, te houden op Woensdag den 3 Mei 1876, des morgens ten 10 ure, in het locaal van Staats, te Haarlem. 1. Mededeelingen. 2. Uitslag van den verkoop der Dijksgronden en beslissing over het al of niet gunnen der Per- ceelen. -3. Rapport der Finantieele Commissie tot verkoop van Veldweg aan H. H. van Waveren. 4. Rapport van idem omtrent het verzoek van den heer A. L. Dijserinek, tot beginding van den Veldweg achter den Lisserbroekpolder. 5. Verzoeken van eenige opstalhoudersom opstalgrond te verveenen bniten de lijn van 40 meters uit het ringvaartsboord. De uitslag van de op den 25 April 1876 door Dijkgraaf en Heemraden van den Haarlemmermeerpolder gehouden Ver- packting van het Grasgewas over 1876 van de Bermen der Wegen is: dat deze hebben opgebragt de som van 7359. van 19 tot 25 April 1876. GEBORENJohanna, dochter van J. Meijer en K. van der Meide. Teuntjedochter van A. de Groot en J. Donker. Marritje, dochter van G. Siebeling en J. Scheer. Hendrikus, zoon van L. van Wijk en B. de Jong. Maria Anna, dochter van C. van Doom en C. Beinsdorp. Adrians, dochter van P. Pijnakker en P. van den Berg. Elisabeth, dochter van H. Verzijde en S. K.'nniadc. Arnolduszoon van A. Panis en C. Heij. Maria Johanna Huberta, dochter van E. Zwetselaar en H. J. Baben. Berendina, dochter van W. J. de Jong en F. H. Londo. Agatha Maria, dochter van C. Smit en E. Schouten. Apolonia Maria, dochter van L. Jonkman en H. van Veen. Anna Margaretha dochter van J. Bus en A. M. Ack. Jan Willem, zoon van J. H. Wallbrink en E. Guiteneau. OVEB.LEDENMaarten Bloem, oud 52 jarenwednr. van Grietje Louw. Hendrik Anthonie, oud 14 jaren, zoon van G. de Bruin en J. Beaker. Klazina Abenes, oud 39 jaren, gehuwd met Ente Breed. Elbert, oud 16 maanden, zoon van P. Benjamin en T. Doets. Abra ham, oud 11 maanden, zoon van P. Faas en M. van der Valk. ONDERTROITWDJ. L. Buijn met A. Arisman. S. Kroon met A. M Verdonk. S. Blok met A. Engel. J. Schoondermerk met J. Witte. K. T. Huijts met C. van Gink. II. van Sprundel met E. Pronk. T. Raven met D. J. Rutte. P. Troost met M. Haan. GEHUWD: geene. De werklieden iu de veenderijen tegenover de Lijnden (ongeveer 100 man) hebben het werk gestaakt en verlangen hooger loon. De bazen willen niet toegevenomdat zy meenen dat het loon ongeveer f 4.per dag, hoog genoeg is. Zij die genegen zijn te werkenworden daarin door de anderen belet. Men vreest ongeregeldhedenzoodat de politie drukker surveilleert. Naar aanleiding van de vele en daaronder, naar het schijnt, enkele gegronde bezwaren, ingebragt tegen het voorschrift van den Minister van Binnenlandsehe Zaken tot het in den stal houden van wegens longziekte verdacht vee, schijnt die maatregel langer dan tot 1 Mei a. s. niet te kunnen worden volgehouden. Namens den Minister van Binnenlandsehe Zaken heeft de Commissaris des Konings in de provincie Zuid-Holland mitsdien de Gemeentebesturen geraagtigd met ingang van 1 Mei a. s. aan de veehouders, die verdacht vee naar hunne weide wenschen te vervoerende daarvoor vereischte ver- gunning te verleenen, onder zoodanige voorwaarden als door den distrikts-veearts noodig zullen worden geacht. Ter gelegenheid van het 30e Nederlandsch Landhuishoud- undig Congres zal op 30 Junij, op de terreinen van de veemarkt te Amsterdam, eene tentoonstelling gehouden worden van paardenfokvee en pluimgedierte. De aangifte voor in- zendingen worden voor 20 Junij ingewacht, wat het vee betreft bij den heer N. Wafelbakker, en wat het pluimgedierte etreft bij den heer G. P. Westermanbeide leden van het bestuur. Het ingezondene moet uiterlijk ten 8 ure des morgens ter keuring gereed staan. In den avond van den 21 dezer hield de Afdeeling Am sterdam van de Nederlandsche Maatschappij van Tuinbouw en Plantenkunde eene vergadering in Natura Artis Magistra, waarin de heer W. Boomkamp, van Noordwijk, een belang- wekkende voordragt hield op het gebied van tuinbouw en plantenkundeaanschouwelijk voorgesteld door levende voor- jaarsbloemen. Met algemeene stemmen besloot de Afdeeling tot het houden eener bloemententoonstelling aan het Buiksloter Tolhuis, op 29 Julij tot 2 Augustus a. s. Ten bewijze der uitgebreidheid van den eijerhandel in Twente, kan dienendat in de vorige week in twee keeren door de raderstoomboot van Zwolle bijna een half inillioen stuks zijn vervoerd naar Amsterdam. De commissie ter verdelging van Mei-keverste Wageningen, die ten vorigen jare honderden hectoliters heeft onschadelijk gemaakt, heeft ze thans verkrijgbaar gesteld om als meststof te dienen voor 5 de kub. meter. Een gedeelte der kevers is, nadat ze gekookt warennog geroosterd en gedroogd en als veevoeder voor f 1 per hectoliter verkrijgbaar. De Com missie, die uit eigen fondsen de taak op zich nam, hoopt daardoor de gemaakte kosten zoo mogelijk goed te maken. In het lijdperk van vier weken19 Maart tot 15 April 1876, zijn door longziekte aangetast: in Zuid-Holland 118, in Noord-Holland 8, in Utrecht 12, in Friesland 57, te zamen 195 runderen. In het vorige tijdperk van vier weken waren 247 runderen door die ziekte aangetast. De Dorpsvereeniging Laren-Lochem hield onlangs eene ver gadering in het Wapen van Ampsen bij Lochem. Als spreker trad op de heer F. R. Corteri. Met onverdeelde belangstelling werd de voordragt van het begin tot het einde aangehoord. En geen wonder. De heer Corten bezit in hooge mate de gave om populair te spreken. Zijn onderwerp ten voile meester, weet hij uit den rijken schat van zijn kennis en ondervinding zooveel uiterst. belang- rijke zaken op zoo bevattelijke en tevens aangename wijze mede te deelendat hij voortdurend zijn hoorders boeit en zich steeds van hunne belangstellende aandacht weet te verzekeren. Het is niet mogelijk een volledig overzigt te geven van zijn belangrijke rede. Misschien kan het zijn nut hebben er het volgende van aan te stippen. In het eerste deel van zijn voordragt handelde de spreker over de betrekkelijke waarde van kunstmeststofferi en stalmest. Oogenschijnlijk verkrijgt men door goede kunstmeststoffen alles wat men redelijkerwijze van mest verlangen kan. Met overleg en kennis van zaken gebruikt, geeft een goede kuristmest een goeden oogst. Zou men nog iets meer dan dat van mest verlangen? Zeer zeker. Met bemesting beoogt men tweeerlei doel. In de eerste plaatsvoediug van de plant die men voortbrengen wil; in de tweede plaats: verbetering van den grond. Voeding van de plant, door in den grond te brengen die bestanddeelendie de plant voor hare ontwikkeling, voor haar groei en voor vruchtvorming noodig heeft; verbetering van den grond, door humusvorming. In iederen bouwgrond is humus noodig. De humus is het die aan den grond die eigenaardig bruine kleur geeft, die we zoo gaarne op onze akkers waarnemen-. Overal doet hij goed, zoowel op de li«-t- ste zandgronden als op de zwaarste klei. Hier werkt hij als spons, die het water en de meststoffen, welke anders door den ligten grond direct weg zouden vloeijenopslurpt en vasthoudt, om ze ten goede te doen komen aan de plant; ginds werkt hij juist anders om, en maakt den al te vasten bodem los en poreus en zorgt dat water, warmte en luc'nt kunnen doordringen iu den bodem. Die humus verkrijgen we niet door kunstmeststoffen. Hij wordt alleen gevormd door stalmest. Al de plantaardige bestanddeelen, die in de faecale stoffen aanwezig zijn en die, welke als strooisel in de stal mest worden gebragt, gaan tot humus over en komen aan den grond ten goede. Met stalmest voedt men dus de plant en verbetert te gelijk den grond; met kunstmest doet men in hoofdzaak alleen bet eerste. Men zij dus in zijn beoordeeling van die beide mestsoorten niet eenzijdig en verwerpe niet de eene, en zie in de andere niet alles; neenmen gebruike beide, om elkander aan te vullen. De stalmest sta in de rij der meststoffen bovenaan; want wat men door haar niet ver- mag, dat doe men met kunstmeststoffen, of als men van de eerste Diet genoeg heeft, dan vulle men bet ontbrekende met de tweede aan. Men redenere niet aldusStalmest kost mij geen geld en om kunstmest te krijgen, moet ik een groote som uitgeven, en men bedenke tevens wel, stalmest kan niet alles doen. Stalmest kost in den regel wel degelijk geld. Wil een landbouwer wetenwat hem zijn stalmest kostdan houde hij goed boek; dan brenge hij op de debet dat is op de schuld-zijde van zijne rekening alles wat hem zijn bedrijf kost, aan verbruik van gebouwen werktuigen, aan vee, voe- derarbeidsloon en wat dies meer zijen daartegenover plaatse hij al wat hij in den zak krijgt; de opbrengsten van zijn botervan zijn varkens, van zijn vee of van zijn producten die hij verkoopt en de winst die hij behalen moeten als hij dan sluitals hij balans krijgtzonder dat hij daarbij ook zijn mest in rekening heeft gebragt, dan eerst kan hij zeg<jen: mijn stalmest kost mij geen geld, ik heb ze overgewonnen. Maar dat gaat niet gemakkelijk; dat gebeurt niet ligt. In den regel zal er een verschil bestaan en dat verschil is de prijs van de mest. En nu is het zeer eigenaardig, dat, hoe beter de boer zijn landbouwbedrijf voerthoe meer winsten hij dus behaalt, dat verschil des te kleiner zal zijn. En, wie goed boert, voert ook goed; de kwaliteit van de mest is dan ook zooveel beter. Men bedenke dus welde beste boer krijgt de beste mest, die hem het minste geld kost, veel minder dan wanneer hij zijn zaken geheel of ten deele verwaarloost. Stal mest kost dus wel degelijk geldmaar stalmest kan. ook niet alles. Van al de chemische bestanddeelendie een compleete meststof in zich vereenigen moet, bevat de stalmest in zekere verhouding iets. Maar al stapelt men nu ook duizende ku- bieke meters stalmest op elkaar, dan krijgt men wel een zeer groote massa en krijgt men wel van ieder der bedoelde che mische bestanddeelen, die de planten tot voedsel noodig heb ben zooveel meermaar in de onderlinge verhouding waarin die bestanddeelen in de stalmest aanwezig zijn, brengt men geene verandering. Nu is het evenwel een feitdat de eene plant bijv. meer kalk, de andere meer phosphor en de derde weer meer potasch noodig heeft. Iedere plant voedt zich bij vooikeur met die stoffen, die voor haar groei meer bijzonder noodzakelijk zijn en gebruikt minder van die, welke zij wel niet missen kanmaar die toch niet zoo uitsluitend tot haar zaroenslelling, tot haar ontwikkeling dieneu. Wanneer nu een stuk grond een zeker bestanddeel mist, dat voor de ontwikkeling van een plant, die men er op ver- bouwen wil, bijzonder noodig is, dan baat het weinig of niet, of men al op dien grond een zeer groote hoeveelheid van mest brengt, die allerlei verschillende plantenvoedsels in kleinere kwantiteiten in zich vereenigd bevat. Want velen daarvan zullende te verbouwen planten ongebruikt laten liggen, neenmen moet juist dat in hoogere mate aan den grond geven, wat de plant, die men op dien grond wil laten groei- jenbijzonder noodig heeft en hetwelk niet in den grond ge- vonden wordt. Bij voorbeeldklaver heeft voor zijn groei in hooge mate kalk noodig. Wil men nu op een grond, die arm is aan kalk, klaver doen groeijen, dan helpt het niet of men in dien grond al groote massa's stalmest brengt; neen, kalk is het hoofdbestanddeeldat de klaver noodig heeft; die kaik bezit de grond niet. Men voege dus bij de stalmest een bemesting met kalkdan eerst kan men een goed klavergewas verwachten. Stalmest kan dus niet alles ze worde door kunstmest aangevuld. Er zijn velerlei goede kunstmeststoffen. Over enkele daarvan sprekende, meent de heer Corten, hoezeer ook zijn gevoelen vroeger dienaangaande anders is geweest, dat de Ville-mest- stoffen op den duur de overhand zullen behouden. Over die Ville-mest wordt een hevige, soms bittere strijd gevoerd toch loopt die strijd meer over de consequentialdie Prof. George Vjlle uit zijn systeem gelrokken heeftdan over het systeem zelf. In die consequential wil spreker den heer Ville niet volgen. Wie gezond verstand heeftbegrijpt dat het systeem waar isProf. George Ville heeft eenvoudig gezegd wat hierboven reeds is aangevoerdieder plant heeft voor haar groei, voor haar behoorlijke ontwikkeling noodig een zeker aantal voedselstoffendie zij uit de lucht, maar bijzonder uit den grond haalt. Welnu, als ge nu een plant op een stuk grond wilt laten groeijen en vruchten voortbrengenzorg dan dat die plant in den grond vinde die voedingstoffendie zij bijzonder noodig heeft; als die grond die niet heeft, breng ze er dan in, m. a. w. mest den grond met die bestanddee len, welke de plant, die ge verbouwen wilt, in den grond vinden moet, om zich zoo te ontwikkelen dat ge er een goeden oogst van krijgen kunt. Het is zoo klaar als de dag, dat dit systeem volkoraen waar is; op zich zelf is het dan ook nooit aangevallen. Nu kan het misschien wezendat in sommige gevallen die meststoffen, die men zo6 in den grond brengt, te duur zijn; dat doet echter aan de waarde van het systeem niets af. Daarem is het alleen noodig dat ik vraag: als ik mijn grond zoo beliandel, kryg ik dan een krachtigen planten- groei? een ruime opbrengst? Spreker haalde uit zijn eigen on dervinding als voorbeeld aan hoe hij van een sedert eenige jaren uitgebouwd, uiterst schraal stuk gronddoor bemesting met George Ville mest, een ruime opbrengst van suikerpeen had gekregen. Doch zoo als reeds gezegd is; men gebruike de kunstmest met verstandmen hoede zich voor eenzijdigheid verbeffe de theorie niet alleen ten toon; maar geve ook plaats aan de praktijk, die leert dat de veestapel den waren rijkdom

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Weekblad van Haarlemmermeer | 1876 | | pagina 1