■I 1877. Vrijdag, 7 December. VA N A AN LANDBOUW, GEMEENTE- EN POLDER-BELANGEN GEWIJD. Achtiende Jaargang. No. 49. De zuivelbereiding in Denemarken en Zweden 3?rijs der -A.dvertentien van 1 6 regels 75 Cent, elke regel meer 12'/a Cent. M9PM KnMVPSw ^\\\\w II AARLEMMERMEER Pry's van een enkel Nommer 15 Cent. ALLE TOEZENDINGEN, REDAKTIE EN UITGAVE BETREFFENDE, te adresseren aan VAN BONGA C0., te Amsterdam. WJtterl{fk Woensdag.) VOLGENS Studien iiber das Molkereiwesen von C. Petersen, C. Boy sen und Br. Wilh. Fleischmann, DOOR Dr. W. D. GRATA MA. Fervolgzie ons Nommer 48.) Van niet minder belang voor de ontwikkeling der zuivel bereiding in Denemarken was het tot stand komen van zoo- genaamde „boter- en kaasfabrieken". Vooral voor Zweden zyn deze inrichtingen van groot belang geweest. Men vervverkt daar de melk van eenigs boerderijen gezamentlijk. Zulke fabrie- ken kwamen op verschillende wijze tot stand. Nu eens was bet een maatschappydie znlk een fabriek opzettedan weer was het een ondernemend landbouwer, die zijne melkery op groote scbaal inrichtte. Men kocht de melk of alleen den room van de omliggende boerderijen. Bij de ontvangst der melk werd deze onderzocbt en de prijs er van bepaald. Soms ook vereenigden zich eenige kleine landbouwers met bet doel om hunne melk voor gemeenschappelijke rekening te laten bewerken. Zoo als men begrijpt zal het welslagen van een dergelijke onderneming grootendeels afhangen van haret, organisatie. Deze kan men niet beter leeren kennen dan uit hare statuten. Bij het belang der zaakschijnt het mij het best ze over te nemen nit de belangrijke verhandeling van H. von Baumhauer over: „De afroomingsmethode van Swartz." (Tijdschrift ter bevordering van Nyverheid van 1874, pag. 218.) „Leden der vereeniging zijn zijdie een aandeel (meestal van 100) in het maatschappelijk kapitaal hebben genomen of van uittredenden een aandeel hebben gekocht, steeds onder goedkeuring van het bestuur; dit bestuur, gekozen door de leden, bestaat uit een directeur, een directeur-plaatsvervanger een penningmeester en nog twee leden. „De directeur is voorzitter der vergaderingenuitvoerder barer besluiten en aan hem is de zorg voor de gebouwen voor de werktuigen voor het dienstpersoneel en het toezicht op alle werkzaamheden opgedragen. „De leden hebben stemrecht in de algemeene vergaderin gen; verder voor ieder aandeel, hetwelk zy bezittenhet recht om dagelijks 10 liters melk aan de melkerij af te leveren op de werkzaamheden in de melkerij toezicht te houdenen hunne aandeelen geheelof in gedeelten aan anderen te Ver- pacbten; deze paehter verkrijgt daardoor al de rechten van den aandeelhouder, die daardoor zijn stemrecht verliest. "De leden zyn daarentegen verplicht zich aan alle besluiten der algemeene vergadering te onderwerpan, de door die ver- gadering beslotene geldelijke stortingen te voldoen, en zich de keuze tot bestuurslid te laten welgevalllen tenzij zij reeds het vorige jaar bestuurslid zijn geweest. „Het lidmaatschap wordt verloren, wanneer het lid aan de genoemde verplichtingen niet voldoet, in ieder geval, wauneer by aan de vereenigiDg vervalschte melk heeft" geleverdof, wanneer hij schuldig verklaard is aan eene uit winzucht be- dreven strafbare handeling; een dusdanig ontslagen lid moet zijne aandeelen binnen drie maanden na bekomen mededeeling verkoopen, bij gebreke waarvan deze aandeelen zonder ver- goeding het eigendom der vereeniging worden. „Ieder aan de vereeniging melkleverend lid is verplicht op den door de directie bepaalden tijd de melk aan het gebouw der vereeniging af te leveren, en wel dadelijk na het melken zoo zuiver mogelijk, en in vaten, die, na telkenmale gebruik goed moeten worden gereinigd en uitsluitend tot dit doel raogen gebruikt worden. „De aflevering van melk wordt verboden en afgewezen bij de volgende gevallen „1°. van koeien die aan de uiers, of in het algemeen ziek zijn, „2°. van koeien, die eerst voor acht dagen gekalfd hebben of binnen zes weken kalveren moeten, ,,3°. van nieuw aangekochte marktkoeijendie niet reeds driemaal gemolken zijn geworden. "4°-in het algemeen iedere melk, die in eene of andere harer eigenschappen niet normaal is, even zoo als zij die zeer dun of vetarm is. MAls dun wordt de melk beschouwd wanneer haar soortelyk gewicht bij 15° geringer is dan 1,029, als zeer vetarm, in- dien zij na 18 of 24 uren in den cremometer bij 10° a 15° C. minder dan 18 volumen-procenten room afscheidt. „Iedere melk, welke door leveranciers uit opzet, en ten nadeele van de vereeniging veranderd (afgeroomd, met water vermengd enz.) is, geldt als vervalscht. Blijkt het bij het melkonderzoek dat de leverancier vervalschte melk aan de ver eeniging heeft ingezonden zoo kan deze de daardoor ontstane schade verhalen door zoowel zijne aandeelen als ook zijne geheele melkleverantie zonder vergoeding als haar eigendom te verklaren. Is deze leverancier slechts een paehter, zoo verliest hij niet alleen zijne geheele melkleverantie, maar kan bovendien nog een boete van 100 beloopen. „Bij verscbil van meening over de deugd der melk moeten de leveranciers zich onvoorwaardelijk onderwerpen aan de uit- spraak van het onderzoek, verkregen door de Miillersche in- strumenten voor het melkonderzoek, voor zoo ver zij tot de toelichting van het bepaalde geval geschikt zyn. „Op aanvrage van het bestuur en ook van den directeur is ieder melkleverancier verplicht zijne koeyen onder het opzicht van dien directeur te doen melkenen hem de noodige boe- veelheid melk tot onderzoek gratis af te staan die daaraan niet voldoet, wordt als inbrenger van vervalschte melk beschouwd. „Melkleveranciersdie een grootere hoeveelheid melk afleve- ren, dan zij dit naar gelang van hun aantal aandeelen ge- rechtigd zijn, moeten voor iedere 100 liters daafboven 1 betalen. Het bestuur echter is gemachtigd te bepalen in hoe- verre een aandeelhouder of paehter de vergunuing bekomen kan tot die meerdere levering. Bij iedere levering wordt de aangebrachte hoeveelheid melk na meting en onderzoek, in het melkboek ingeschrevenen daarenboven nog in een klein boekje, hetwelk de leverancier telkens moet medebrengenterwijl aan het einde van iedere maand na vergelijking met het kleine boek het groote melk boek wordt gesloten en aan den penningmeester overgedragen. „De leverancier van melk heeft het recht de produkten der melkerij: boterzoete en magere kaas, wei enz. tegen den vastgestelden prijs te nemen, hetgeen alsdan op zijn boekje als debet wordt geplaatst. „De bedrijfkosten en de kosten van het bestuur worden ver- deeld over de ingekomen hoeveelheid melk; de kosten daaren tegen voor de gebouwen en voor het. onderhoud der werktui gen worden gebracht op de aandeelen. „leder jaar moet het bestuur aan de algemeene vergadering de rekening en verantwoording iuleveren van alle inlcomsten en uitgaven der vereeniging, eene statistieke opgave van de hoeveelheid ingezonden melk, en de daaruit verkregen pro- duetie. "Bij ontbinding der vereeniging door twee derde der leden beslotenworden de eigendommen publiek geveild en de op- brengst onder de aandeelhouders verdeeld. Verschillen over de uitlegging der statuten beslecbt de algemeene vergaderingter wijl de deelnemers van iedere verdere regtsvervolging afzien." Door zulk een inrichting zal men alle voordeelen kunnen geuieten, verbonden aan een industrie, die op grootere schaal gedreven wordt. Daar de hoeveelheid melk die verwerkt wordt, zooveel grooter is dan die van iedere boerderij afzonderlijk zal men meer zorg kunnen besteden aan de afzonderlijke be- werkingen. In dergelijke fabrieken kan men gemakkelijk betere toesteilen bezigendan wanneer men slechts gerinore hoeveel- heden dagelijks ts verwerken heeft. Het is daar voordeelig eene stoommachine te bezigenwaardoor veel handenarbeid gespaard wordt. De persoon aan het hoofd van zulk een fa briek, die dus jaar in jaar uit niets anders doet dan boter en kaas maken, zal daarin meer ervaring krygen dan een gewoon landbouwer. Immers deze moet niet alleen zorgen voor de melkerij, maar bovendien ook voor zyne andere zaken. Men zal in zulke inrichtingen dus een beter produkt kunnen ver- krygeu, dan als de bewerking geschiedt op iedere boerderij afzonderlijk, en dat met minder onkosten. Bovendien is het verliesdat men daar bij de bewerking in 't groot lijdt, niet zoo aanzienlijk als bij die in 't klein. Door dit stelsel krijgt men dus in evenredigheid uit dezelfde hoeveelheid melk niet alleen meer, maar ook betere boter en kaas. Daarenboven hebben zulke fabrieken het voordeel, dat zy in den regel het product beter kunnen afzetten, dan de kleine landbouwer wanneer deze niet het voordeel heeft dicht bij eene groote stad te wonen. Vooral voor den kleinen landbouwer werken deze inrichtin gen voordeelig. Zij toch zullenwanneer zij te ver van eene stad verwijderd zijn, om hun melk zoet te verkoopen, haar aan die inrichtingen altijd tot vrij goede prijzen kunnen afzet ten zonder dat zij haar in meer gangbare handelsproducten als boter en kaas behoeven om te zetten. Immers hierdoor wordt het kapitaal, dat noodig is om eene boerderij aan te leggen, zeer verminderd, daar men geen inrichtingen behoeft te maken voor karnen enz. Ook houdt men meer tijd over voor andere bezigheden. Vooral de boerin zal daarvan voor deel hebben. Zij toch heeft behalve voor de melkery ook te zorgen voor de kinderen en voor het huishouden. Wordt zy van de zorg voor de melkerij ontslagen, dan zal zij zich meer kunnen wijden aan hare huiselyke bezigheden enplichten, en zoo zal de welvaBrt van bet huisgezin in hooge mate bevor- derd worden. De voordeelen, die zulke boter- en kaasfabrie- Groote Letters worden naar hare plaatsruimte berekend. ken afwerpenspringen zoo in het oog, dat dit stelsel in De nemarken dan ook algemeen in zwang is gekomen. Een bezwaar tegen dit stelsel is, dat men de melk niet ver mag vervoeren, voor men ze laat roomen. Immers door het schudden bij het vervoer roomt zy minder snelen vooral in de zomerwarmte loopt men gevaar, dat de melk spoedigzuur wordt. Zulk een inrichting zal dan ook het best voldoen als men de melk verwerkt van eenige boerderyen, die op niet te grooten afstand van elkaar liggen. Dit bezwaar wordt althans gedeeltelijk opgeheven door de roomingsmethode van Swartz waarop ik later terugkom. Zooals van zelf spreekt is zulk een stelsel alleen van toe- passing voor kleine plaatsen, terwijl men op groote landgoe- deren, waar, zooals in Oost-Pruisen soms 300—400 stuks vee gehouden worden, het voordeeligst zal doen zelf de melk te verwerken. Opdat door die fabrieken steeds een behoorlijke prijs voor de melk zal kunnen besteed worden, moet de daar gevolgde handelwijze zoo volkomen mogelijk zijn. Men moet dus tracbten die steeds te verbeteren. Prof. Segelcke meende zulke verbe- teringen in de zuivelbereiding niet beter te kunnen bevorderen dan door boter-en kaastentoonstellingen. Voor dergelijke ten- toonstellingen werden door de regeering en de Maatschappij slechts kleine subsidies gegeven. Verreweg het grootste ge- deelte der onkosten wordt gedekt door vrijwillige bijdragen van de belanghebbenden. Men behoeft daar zijn toevlucht niet te nemen tot lotingen of iets dergelyks om de noodzakelijke on kosten goed te kunnen maken. In Denemarken handelt men zelf, en verlangt niet, dat a lies van wege de regeerinv o-e- schiedt. D D Eigenaardig is de wijzewaarop men er in geslaagd iszoo wel den bezoekers als den tentoonstellers zelf belang in te boe- zemen. De boter-en kaasmonsters worden alleen voorzien van een bepaald merkteeken ingezonden. Op de tentoonstelling worden die voor de zekerheid vervangen door loopende num- mers. Na de keuring wordt aan ieder voorwerp een plaatje vastgemaakt, waarop geschreven is, welke prijs of premie het monster gekregeu heeft, of waarom het niet bekroond is. Zoo zag men bijv. op de groote zuiveltentoonstelling te Kopenhagen in 1875 opmerkingen als: „te licht van kleur," „een weinig zuur." Was het voorwerp bekroond, dan werd op het plaatje tevens de naam van den eigenaar vermeld. Een dergelijke beoordeeling kon niemand kwetsen, daar alleen de namen van die inzenders bekend werden gemaakt, die bekroond werden. De door anderen tentoongestelde voorwerpen bleveu met het anonieme merk voorzien. Bovendien had ieder bezoeker het recht met hulp der aan- wezige assistenten de voorwerpen nader te onderzoeken. Men kon zich zoo overtuigen van de juistheid der beoordeeling door de jury. De uitspraak der jury steunde behalve op de beoor deeling volgens reuk en smaak tevens op een chemisch onder zoek. Een navolgingswaardig voorbeeld is zeker, dat men niet alleen den boer, die de boter inzond, maar ook de boerin be- kroonde, want zij toch is het, die de boter gemaakt heeft. De inzenders konden dus weten waarom zij niet bekroond waren, en tevens, waar zij zich bij verbetering van hun pro duct vooral op moesten toeleggen. Maar ook de bezoekers, die slechts komen om te zien en te leerenwaren daartoe beter in de gelegenheid. Zij zagen bijv. wat ..melkachtige," wat „olieachtige" boter wasen leerden op die wijze de waar beter beoordeelen. Oppervlakkig zou men meenen, dat men door het openbaar maken der beoordeelingenhet aantal iuzendingen zou doen verminderen. De ondervinding leert het tegendeel. Vele in zenders tochdie zich eerst door zulke opmerkingen beleedigd gevoeldennamen ze na bedaard overleg ter harte. Het ge- volg hiervan was, dat zij hun producten trachtten te verbeteren en als zij dit meenden bereikt te hebben, op een andere ten toonstelling op nieuw inzonden. Wil men een industrie op den duur tot bloei brengen dan moet men er voor zorgen, dat men voor die producten een goeden prijs kan bekomen. Prof. Segelcke wees er op, dat menom steeds den hoogsten prijs voor een artikel te kunnen verkrijgen, dit zoo moet maken, als de verbruiker het liefst heeft. Nu wil men in 't algemeen, maar vooral in Engeland de boter liefst zoo versch mogelijk, omdat zij dan nog al haar frischkeid heeft. De boterhandelaars zagen dan ook spoedig in, dat het van helang is de boter zoo versch mogelyk aan de markt te brengen, daar zij dan het duurst betaaid wordt. De meeste Deensche boter komt tegenwoordig dan ook volko men versch op de Londensche markt.' Behalve van de deugd der boter zullen de prijzen ook nog afhangen van den tijd waarop die boter aan de markt gebracht wordt. Het was Prof. Segelcke, die er op wees, dat de bo- terprijzen op^de Engelsche markt in Januari en Februari steeds het hoogst zyn. Na Februari beginnen zij tedalen, en zijn in Juni eu Juli het laagst, om daarna langzamerhand weer te

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Weekblad van Haarlemmermeer | 1877 | | pagina 1