1878.
Vrijdag, 8 February.
N°. 6.
x\vv£Z/-
V A N
AAN LANDBOUW, GEMEBNTE- EN POLDER-BELANGEN GEWIJD.
Negentiende Jaar gang.
Haarlemmermeer
Landbouw.
Prijs van het Abonnement:
in het Jaar6.
Prijs der ^Advertentien
van 16 regels 75 Cent, elke regel meer 12'/a Cent.
Bij den Burgerlijken Stand zijn aangegeven
Hooi-broeijen en brand.
II AARLEMMERMEER.
Prijs van een enkel Nommer 15 Cent.
ALLE TOEZEND1NGENREDAKTIE EE UITGAVE BETREFFENDE
te adresseren aan VAN BONGA C0., te Amsterdam.
(tTiterljjk Wo.naelag.)
Groote Letters worden naar hare plaatsruimte berekend.
Ingevolge de Wet van 26 Januarij 1878 StaaUbln°. 5),
behooren thans tot het hoofdkiesdistrict Haarlemmermeer de
volgende onder-kiesdistricten Spaarndam Haarlemmerliede en
Spaarnwoude, HeemstedeBennebroek, Hillegom Lisse
Alkemade, Rijnzaterwoude, NieuwveenWilnisMyrlrecht,
Leimuiden, Uithoorn, Aalsmeer en Sloten.
Alzoo zijn afgegaan de gemeenten": Nieuwer-AmstelOuder-
AmstelDiemen en Watergraafsmeer.
Bijgekomen zijn de gemeenten: Heemstede, Bennebroek,
Nieuwveen, Wilnis en Mijdrecht.
In 1877 zijn door de verschillende geneesheeren in deze
gemeente gevaccineerd12 beneden 2 jaar ond313 van
210 jaar en 6 boven de lOjaren; te zamen 331 personen.
3
In 1 877 zijn ter Secretarie aangegeven30 gevalten van
mazelen, 2 diphtheritis3 van pokken (variolae en varioloides)
en 7 van typhus en febris typhoidea.
Voor de vacante betrekking van Hoofd-onderwijzer aan de
openbare lagere school N°. 8, nabij Bennebroek, hebben zich
34 sollicitanten aangemeld.
Voor de nationale militie, ligting 1879, zijn ingeschreven
112 personen.
van 30 Januarij tot 5 February 1878.
GEBOREN1 Trijntje, dochter van H. Jansen en T. Koos. Cornelia,
dochter van J. van Warmerdam en M. Broer. Pieter, zoon van P. i.
Wijnbeck en P. de Jong. Arnoldus, zoon van A. Panis en C. Hey.
LEVENLOOS GEBOREN1 Kind van H. van Kenlen en E. M.
Koolhaas.
OVERLEDEN Cornelis, oud 4 maanden, zoon van J. Witte en F. de
Bruyne. Johannes Gerardus, oud 12 maanden, zoon van C. W. van Velzen
en J. van Leeuwen. Maria Johanna, oud 4 maanden, dochter van M.
Cardol en M. van der Groef. Anna Maria, ond 8 weken, dochter van
J. Visser en A. M. van der Linden. Louwrina Johanna, oud 17 jaar,
dochter van T. Verboom en J. Markus. Theodoras, oud 6 jaar, zoon
van J. Jansen en A. Meester. Gerardus Jacobus, oud 4 jaar en 9
maanden, zoon van E. Breed en K. Abenes. Hendrik Adrianus, oud 7
maanden, zoon van C. Troost en H. A. van der Slnis. Hcndrika, oud
3 jaar en 9 maanden, dochter van C. Goudriaan en ADekker. Nicolaas,
oud 12 weken, zoon van Adriana de Rooy.
ONDERTROUWD: W. van Marsbergen met A. Degenaars.
GETROUWD: K. Topsvoort met C. van der Linden.
Den 3 February, des namiddags ten 5 ure, is afgebrand
de boerderij bewoond door Jan Wezelenburgaan de Vijf-
huizen. De brand scbijnt te zyn aangekomen in den schoorsteen.
De woning is verzekerd voor 3500 en de inboedel, granen,
vee enz. voor 2500.
Ruim 4000 ponden hooi, een koe en een zeug met 12
biggen, beneveus gereedschappen en al het huisraad (op 6ea
bed na) alsmede eenig goud zijn verbrand.
De brandspuit van de Vijfhuizen heeft alleen dienst gedaan
die van het Hoofddorp was wel tegenwoordig, maar is niet
in werking geweest.
Van de 81 ingeschrevenen voor de militie, ligting 1878
welke den 11 February a. s. moeten lotenhebben 18 vrij-
stelling wegens broederdienst9 idem wegens eenige wettige
zoon, 1 idem wegens eigen militaire dienst, 5 idem wegens
te klein en 4 idem wegens ligchaamsgebreken.
Uitslag der door het Gemeentebestuur op den 5 February
1878 gehouden aanbesteding van het bouwen eener school met
onderwijzerswoning in de Lisserbroek.
Ingeschreven werd door
M. van Daalente Haarlemmermeer, voor 13,957.
M. van Essen, idem 14,500.—
M. den Oudenidem 14,698.
J. Kieviet, Haarlem, 14,783.
J. Hartveldidem 15,325.—
J. Molenaar Az., Lisse, 15,400.—
Zijnde het werk aan den laagsten inschrijver, M. van
Daalengegund.
Beemster, 6 Febr. De boerenplaats Veld- en Kanaalzicht,
aan den Volgerweg alhier, groot ruim 17 hectarenwaarop
woning met stalling, is in publieke veiling verkocht voor
f 85,000, de onkosten niet medegerekend.
Het Bestuur van de afdeeling ,,'s Gravenhage" der Holland-
sche Maatschappij van Landboww heeft bekend gemaaktdat
de tentoonstelling van rozenaardbezien, planten en bloem-
bouquettentegeu de maand Julij a. s. aaugekondigdzal
gehouden worden in het Gebouv voor Knnsten en Weten-
sebappen te 's Gravenhage. Deze tentoonstelling heeft niet
alleen bier le lande de belangstelling der kweekers opgewekt,
maar ook is nu reeds toezegging ontvangen van inzendingen
uit Belgie.
Van 22 tot 24 April e. k. zal te Maastricht eene buiten-
gewone internationale tentoonstelling worden gehouden, georga-
niseerd door de Limburgsche Land- en Tuinbouw-Maatschappij.
Op last van den Minister van BinnenlaDdsche Zaken zijn
door dan Burgemeester van Kralingen vijf van longziekte ver-
dachte runderen van den stal van den landbouwer de J. ont-
eigend en afgemaakt. In de vorige week is van dien stal ddn
rund, als lijdende aan de ziekteonteigend en afgemaakt.
Bij den landbouwer V., te Liminenzijn 21 koeijen afge
maakt, als verdacht van longziekte.
Lie besmettelijke longziekte is te Rauwerd op nieuw in twee
stallen uitgebroken. Het vee van edn dezer stallen, uit twin-
tig runderen bestaande, zal eerstdaags worden onteigend en
afgemaakt.
Te Leiderdorp zijn weder 37 runderen, als verdacht van
longziekte, onteigend. Het getal aldaar wegens de longziekte
afgemaakte runderen bedraagt thans 75.
In het tijdperk van vier weken, 30 December 1 877 tot
20 Januarij 1878, zijn, blijkeris ingekomen ambtsberigten
door longziekte aangetastin Zuid-Holland 38 runderen, in
Noord-Holland 9 en in Friesland *16; totaal 63 runderen lu
het vorige tijdperk van vier weken waren 34 runderen door
die ziekte aangetast.
Naar de Landbouio-Courant van goederhand verneemtis
niet lang geleden bij Rotterdam eene lading Peruguano ont-
scheept, die niet minder dan ruim twee-en-twintig procent
steenen inhield.
Een uitstekend middel zegt Semper Virens om kool
en andere planten tegen rupsen te beveiligenen een zeer
eenvoudig middel tevens, is het volgende: men zaaije tusschen
de genoemde en andere planten Anethum graveolens, en men
zal ondervindendat men zich op gemakkelijke wijze tegen
schade heeft behoed.
Hierbij komt nog een ander voordeel, d t namelijk de ge-
melde plant in elken bodem voortkomt, zelfs in een schralen
zandgrond. Heeft men eenmaal eukele planten, dan behoeft
men zich om de zaak niet meer te bekommeren; dan zorgt de
uatuur voor de verdere nakomelingschap der moederplant,
doordien zij haar rijp geworden zaden naar alle kanten ver-
spreidt, naar gelang zij door den wind in verschillende rig-
tingen worden voortbewogen.
De scherpe geur van Anethum graveolens is de oorzaak
dat rupsen haar nabijheid en tevens de omringende planten
ontvliedenwelke in een ander geval zeer spoedig een prooi
van baar vraatzucht zouden worden.
Het Landwirthschaflliche Versuchs-Station te Konigsberg,
waarschuwt de landbouwers tegen het koopen van een goed-
koope zwartbruine lijnkoek (uit Rusland afkomstig), die°men
thans tracht in den handel te brengen. Ten minste /t van
het gewigt dezer koeken is turf of soortgelyke stof. Het
residurijk aan ijzeris 24 percent. Goede lijnkoeken be-
vatten gemiddeld slechts 7 a 8 percent asch. Bovendien
vindt men nog een groote hoeveelheid zaden van polygonum
lapathifolium in de koeken gemengd. (Van Hongaarsche koe
ken is reeds vroeger gebleken, dat ze soms veel te wenscheu
overlaten.)
(Overgenomen uit »De Banier".)
(Vervolg.)
anneer men, een honderd jaar geleden, tot een school-
jongen, of ook tot een schoolmeester(zoo heette toen wat
men nu een hoofdonderwijzer noemt,) de vraag richttehoe-
veel elementen zijn er? dan antwoordde de jongeo, als hij
het wist, en de meester, die het wist: vier, aarde, lucht,
vuur en water. Die tijd is voorbij. De onderwijzer weet nu
en de leerling moet het leeren volgens het gebod van de Wet
op het Lager Onderwijs, dat aarde, lucht, vuur en water
volstrekt geen elementeD zijn; dat er daarentegen meer dan
zestig stoffen bestaan die men elementen noemt, dat is
grondstoffenomdat menbij scheikundige ontleding der
ligchamen, altoos op eene of meer dezer stoffen stuit,
die men niet verder ontleden kan, maar die, volgeus be-
paalde regelenalle ligchamen zamenstellen. Zoo is yzer een
elementeene grondstof; ijzerroest eene verbinding van ijzer
met andere stoffen (zuurstof en water, welk laatste weer uit
waterstof en zuurstof bestaat;) ijzerroest is dus geen ele
ment, zoo als het ijzer wel is.
Het is nagenoeg zeker, dat men nog niet alle elementen
kentdie bestaaner zijn er die zoo zeldzaam worden aan-
getroffen, dat men ze slechts in de laatste tijden bij de fijnste
onderzoekingen in uiterst geringe hoeveelheid heeft gevonden
en er zullen er zeker later nog wel enkele gevonden worden.
Maar er zijn ook, die zeer algemeen en in groote hoeveel-
heden worden gevonden. Zoo is er b. v. een tamelijk groote
massa ijzer in de wereld. Geene elementen of grondstoffen
worden echter in zoo groote hoeveelheid aangetroflfen als vier
derzelve, aan welke men de namen heeft gegeven van kool-
stof, waterstof, atikstof en zuurstof. (De beide laatste namen
zijn wel zeer ongelukkig gekozendaar ze volstrekt niet uit-
drukken wat het daardoor aangeduide element eigenlijk is;
maar ze zijn nu eenmaal in gebruik.) En het zijn deze
vier, waaruit alle planten en dieren bestaan (ook ons men-
schelijk ligchaam, daar dit ons stoffelijk deel als aardsche
stol beschouwd en niet als orgaan van den geest, met een
dierlyk ligchaam gelijk staat en aan dezelfde natuurwetten
onderworpen is.) Wel spreekt men van stikstofvrije ligchamen
onder de plantaardige voortbrengsels, of stoffen, uit de plan-
ten getrokken maar eene geheele plant is nooit ten eenemale
stikstofvry hoewel deze stof in de dierlijke ligchamen in
veel grooter hoeveelheid wordt gevonden dan in de planten.
Van deze vier stoffenwaaruit alle planten en dieren, dat
is dus alle ligchamen waariu leven is, 't zij planten- of dier
lyk leven, zijn zamengesteldis alleen de koolstof, in den
gewonen staat eu alledn zonder verbinding met andere stoffen
geuomeneen vast ligchaam; de drie andere zijn gassen
men heeft ze nog nooit tot vloeibarenof veel minder tot
vasten staat kunnen brengen; gelijk men omgekeerd de kool
stof nog nooit heeft kunnen smeltendat is vloeibaar maken
veel minder vervluchtigendat is in damp veranderen. Maar
dit geldt alleen van deze elementen, zoolang ze op zichzelf
bestaan, niet verbonden met andere. Want koolstof met zuur
stof verbonden, is dampvormig, met veel zuurstof, kool-
zuur, dat voor de adembaling ongeschikt is en dus in de
longen doodend werkt; met minder zuurstof datgene wat in
het dagelijksch leven kolendamp heet, en nog veel boosaar-
diger is, daar men er door bedwelmd wordt en alzoo in be-
wusteloosheid der verstikking ten prooi wordt, zooals vele
voorbeelden bewijzen van personen die daardoor den dood
vondenvooral in zeer kleine ruimten, zooals scheepskajuiten
eu dergelijke. Daarentegen waterstof en zuurstof, die wij niet
anders dan als gassen, dat is in dampvorm, kennen, vor-
men, zamen verbonden zijnde, het water, dat wy in alle
drie de toestanden kennen van vast, vloeibaar, en dampvor-
mig, als ijswater, en waterdamp. In ons ligchoom komen
de vier grondstoffen voor in verschillende verbindingenals
vast, in het gebeente en het vleeschals vloeibaar, in het
bloed; terwijl zich in ons ligchaam ook gassen of dampen
vormen die wij uitademen.
Hetzelfde is het geval met de plantenook daarin komen
de vier gemelde grondstoffen in verschillende verbindingen
voor, en vormen dan hetzij de vaste deelen der plant, hetey
de daarin vervatte sappen of ook soms olie die men er uit
trekken kanhetzij gasvormige deelen die zich aan den reuk
(welriekend of het tegenovergestelde,) verraden.
V\at de levenskracht is, die planten en dieren vormt en
onderboudt, weet niemand; maar iedereen zietdat onder
den invloed van die levenskracht de scheikundige en andere
natuurkrachten geheel anders werken dan in de loovenlooze
schepping; maar ook dat eene plant of een dierlijk ligchaam,
aan den invloed der levenskracht onttrokken, wordt overge-
leverd aan eene werking dier scheikundige en andere natuur
krachten, die dezelfde is met die welke wij in de levenlooze
dingen zien. De werking, door de levenskracht bestuurd,
strekt tot opbouwing en onderhouding van de plant of het
dier, de andere, zonder de levenskracht, strekt tot ontbin
ding en vernietiging van het ligchaam. Maar vernietiging
is het inderdaad niet; het ligchaam wordt slechts ontbonden
in zijne bestanddeelenals die ontbinding ten einde toe wordt
voortgezet, eindigt zij onveranderllijk daarmede, dat het lig
chaam ten sloite geheel is opgelost in koolstof, waterstof,
stikstof en zuurstof.
Wij zeggenals die ontbinding ten einde toe wordt voort
gezet; en dat geschiedt niet altoos; de ontbinding doorloopt
altoos, behalve bij volkomen verbranding, eene lange
reeks van allerlei tusschen-verbindingen in verschillenden vorm
en de producten dier ontbinding worden doorgaans in die
tusschenvormen reeds wederom gebruikt tot andere doelein-
den; tot voeding, tot bemesting, enz.
Maar ook by volkomen en ten einde toe voortgezette ont
binding blijft er altijd een weinig stof over, die niet uit de
vier bovengemelde elementen bestant. Het is de stof die wij