- 58 - Uitgaven. O n t v a n g's t e n. Uitgaven. Inkomsten ftemengde fllerigten. het besluit Uwer Vergadering van 4 April van dit jaar, en korat voor in Hoofdstuk VIbuitengewone uitgaveDwaar 76,814.50 voor aanleg van nieuwe werken en f 600. voor buitengewone herstellingen gevorderd worden. „Tot bestrijding van deze uitgaaf wordt voorgesteld eene leening te sluiten groot f 61,000.zoodat daarvoor uit de gewone middelen 16,414.50 overschiet. „Wanneer men nu nagaat dat er buitendien een sora van 23,427.voor gewone verdiepingen is uitgetrokken, dan meent Uwe Commissie met voldoening te kunnen wijzen op den niet ongunstigen iinantieelen toestand van den Polder, wat betreft de f 77,414.50 voor aanleg van nieuwe werken zoo is daaronder begrepen eene som van 40,000.voor de daarstelling van bulpgemalen bij de machines. Uwe Com missie is echter van gevoelen, dat, zonder eenigermate tekort te doen aan de goede uitlozing, deze bijgemalen kunnen vervallenof aithans tot de daarstelling er van ge- wacht moet worden tot duidelijk de noodzakelijkheid dezer gemalen gebleken zal zijn. Zij baseert hare meening op het gevoelen van de deskundigen in den Polder, volgens hier bijgaand uittreksel eener brief van den Hoofdopzigter luidende „„Het vermogen der stoomtuigen te vergrooten door twee Centrifugalen of andere bedoe'de werktuigen, zal in natte tijden zeer weinig invloed op de waterstanden hebben en om iets aan een hulp-werktuig te hebben in drooge tij den, eenige dagen na regen, om het uitzakkende water meester te blijven daartoe zal dat werktuig minstens 150 kub. meter per minunt moeten verplaatsen, en niet 50 kub. meter, als de Centrifugaal de Wit doet. Neemt men dus drie zulke Centrifugalen, zoo zal waarschijulijk hun af- voer van 150 kub. meter niet minder steenkolen kosten dan de afvoer van circa 300 kub. meter van ieder onzer stoom tuigen thans kost, en gewis zou men die groote stoomtuigen, door hen langzaam te doen werkenmet veel minder kolen 150 kub. meter per minuut doen opvoeren dan de Cen trifugalen. „„Ik wil niet tegensprekendat zulke hulpmachines hun nut kunnen hebben bij een bemaling die aan vermogen tekort schietmaar voor onsgeloof ik stellig niet aan dat nut omdat de aanwezige stoomkracht voor Haarlemmermeer stel lig niet te klein is." „Mogt de Vergadering zich daarmede kunnen vercenigen dan zou er dit jaar 40,000.minder geleend behoeven te wordenen daardoor eene besparing aan rente worden ver- kregen van f 1710.welke som zou kunnen bijdrngen in de voorziening van de verhooging van eenige jaarwedden welke wij bij de behandeling der artikelen zullen voordragen waarbij echter onder de Commissie verschil van gevoelen be- staat. Met al de overige posten kan Uwe Commissie zich vereenigen en zij stelt nu voor om Hoofdstuk I, Volgnr. 1 Jaarwedden der leden van het Bestuur, te verhoogen met 1700. als: aan den Dijk- graaf 500.elk der zes Heemraden met 200.(min- derheid hiertegen). Yolgnr. 3 Jaarwedde van den Secretaris en den renning- meester, te verhoogen met f 600.als: aan den Secre taris 200.aan den Penningmeesler 400.(eenstemmig). Volgnr. 4, Jaarwedde der overige beambtente ver hoogen met 550.als: aan den Hoofdopzigter 500. en aan den Bode 50. Hoofdstuk IV, Eenten van gevestigde schuld, Volgnr. 31, te verminderen met 900.voortspruitende uit 6 maanden rente van 21,000.(te brengen op 1912.50). Hoofdstuk VI, buitengewone uitgavenVolgnr. 37, te verminderen met40,000.alzoo te brengen op 37,414.50. Hoofdstuk VII, Onvoorzieue Uitgaven, te verhoogen met 610.alzoo te brengen op 3311.19 J/2. Hoofdstuk V, Buitengewone Ontvangsten, Volgnr. 57, Geldleeningen te verminderen met 40,000. Alzoo de Begrooting voor 1878 vast te stellen in Ontvangst op307,810.135 Uitgaaf op300,810.13s Batig saldo. 7,000. Over de Algemeene beschouwingen niemand het woord ver- langendewordt tot de artikelsgewijze behandeliDg overge- gaanen wel met de Hoofdstuk I, Artikel 1, Jaarwedde van het Bestnur. Wordt besproken de verhooging der tractementen van den Dijkgraaf en der Heemraden, waarbjj de Heer Mr. J. P. A. Teding van Berkhoot voorstelt, dat die in deze Vergade ring zal geschieden. Dit voorstel, tot directe behandeling in stemming gebragt, wordt met 8 tegen 7 stemmen verworpenwaarbij zich het Dagelijksch Bestuur van medestemmen heeft onthouden. Poor stem<1 ende Heeren A. Wijnands, Mr. J. P. A. Teding van Berkhoot, J. Blokland Jzn. Baron van Ittersum, Jhr. J. B. van Merlen, A. J. G. Timmermans en Jhr. P. M. G. von Fisenne.) Bij Volgnr. 3Art. 4Jaarwedde der overige beambten wordt door de Commissie voorgedragen eenzelfde verhooging voor den Secretaris en den Penningmeesterwaaroratrent eene gelijke beslissing wordt genomennamelijk dat alle bovengenoemde verhoogingen niet kunnen geschieden dan bij herziening van het Begleraent, en waaromtrent in de vol- gende Vergadering eene voordragt zal worden ingewacht. Wat betreft het met 500.verhoogen van het trac- tement van den Hoofdopzigter, hiervoor worden, zoo door den Voorzitter als door den Heer Mr. J. P. A. Teding van Berkhout, zulke krachtige en overwegende argumenten aan- gevoerddat de vergadering, van het doelmatige en nood- zakeljjke overtuigd, de voordragt by hoofdelijke stemming met 18 tegen 3 stemmen goedkeurt. {Tegen stemdende Heeren Mr. J. D. Viruly P. Knaap Uk! en C. W. Graaf van Limburg Stirum.) De Heer Mr. -.P. Amersfoordt brengt hierbij ter sprake het wonen van den Hoofdopzigter iu den Polder, waarvan het wenschelijke noch door de Commissie der Begrooting, noch door de Vergadering wordt gedeeld. Daarop wordt het voorstel der Commissieom de bezol- diging van den Bode met 50.te verhoogen, met 20 stemmen tegen 1 (Mr. J. D. Viruly) aangenomen. De voorgestelde verhooging der bezoldiging van de Brug- en Pontwachters geeft aanleiding tot veel discussieover welk onderwerp de Heeren Mr. J. P. Amersfoordt, Jhr. W. A. L. Mock, Jhr. P. M. G. von Fisenne, H. van Wicke- voort Crommelin, Mr. T. L. L. Pbins, C. W. Graaf van Limburg Stirum en Mr. J. D. Viruly het woord voeren. Het voorstel der Commissie, om het loon van de Brug- en Pontwachters te verhoogeuovereenkomstig staat Bin stemming gebragt, wordt met 13 tegen 8 stemmen verworpen. {Vuor stemden: de Heeren Jhr. J. W. M. van de Poll, Mr. J. P. A. Teding van Berkhout, J. Blokland Jzn., Dr. C. E. Heynsius, Jhr. J. B. van Merlen, A. J. G. Timmermans, Jhr. W. A. L. Mock en Jhr. P. M. G. von Fisenne.) Daarop stelt de Heer C. W. Graaf van Limburg Stirum voor, dat de Brug- en Pontwachters geen tapperij zullen mogen houden, en dan eene bezoldiging van 8.'s weeks zullen genieten. Dit in stemming gebragt, wordt met 11 tegen 10 stemmen verworpen. V66r stemden de Heeren Jhr. .T. W. M. van de Poll, Mr. J. P. Amersfoordt, J. Blokland Jz.J. G. Schone, Dr. C. E. Heynsius, Mr. T. L. L. Prins, J. A. E. Baron van Ittersum, P. Langerhuizen Lz.Jhr. J. B. van Mer len en C. W. Graaf van Limburg Stirum.) Door deze stemmingen is nu besloten dat het loon der Brug- en Pontwachters zal blijven wat het tot nog toe was tengevolge waarvan staat B met /460.wordt verlaagden alzoo gebragt op 4740. Het geheele Artikel 4tengevolge van bovengenoemde ver anderingen met 90.verhoogd en alzoo gebragt op 17,397.05 in stemming gebragt, wordt met 17 tegen 4 stemmen aangenomen. {Tegen stemden de Heeren Mr. J. P. Amersfoordt, J. G. Schone, J. A. E. Baron van Ittersum en C. W. Graaf van Limburg Stirum.) Volgnummer 10, Artikel 13, kosten voor het bijhouden van het Gaarderboekvoorgedragen op 200.wordt met 200.verhoogd en alzoo gebragt op 400. Volgnummer 15, Artikel 18, onderhond der lokalen van de Secretarie, stelt Mr. J. P. Amersfoordt voor om die te verplaatsen naar den Polder; welk voorstel, als niet genoegzaam ondersteundbuiten behandeling blijftnadat het ondoelmatige daarvanzoowel door de Commissie als andere leden dezer Vergadering, duidelijk is aangetoond. Het geheele Hoofdstuk I, verhoogd met 290.en alzoo gebragt op 30,527.05 in stemming gebragt, wordt met 17 tegen 4 stemmen aajigenomen. {Tegen stemden de Heeren Mr. J. P. Amersfoordt, J. G. Schone, J. A. E. Baron van Ittersum en C. W. Graaf van Limburg Stirum.) Op geen der Artikelen van Hoofdstuk II eenige bemerking zijnde, wordt het op het voorgedragen cijfer van 159,844. goedgekeurd, even als Hoofdstuk III op dat van 15,889.89. Hoofdstuk IV, Volgnummer 31, Artikel I, Eenten van gevestigde schuld, wordt met 900.verminderd en ge bragt op 2722.50. Dit Hoofdstuk, daardoor gebragt op 53,022.50, wordt zonder hoofdelijke stemming goedgekeurdeven als Hoofd stuk V op het voorgedragen cijfer van 1001. Bij Hoofdstuk VI, Volgnummer 37, Artikel 1, aanleg van nieuwe werken, voorgedragen op 76,814.50, stelt de Com missie voor dit met 40,000.te verminderen, door het stichten van bijgemalen niet uit te voeren. De Heer Dr. C. E. Heynsius stelt voor om de f 40,000. voor het jaar 1878 niet op de Begrooting te brengen. Het laatste voorstel in stemming gebragt, wordt met 13 tegen 8 stemmen aangenomen. {Tegen stemden de Heeren A. Wijnands, Jhr. Mr. J. A. Refelaer, Mr. J. D. Viruly, Mr. J. P. A. Teding van Berkhout, Jhr. J. B. van Merlen, Jhr. W. A. L. Mock, Jhr. P. M. G. von Fisenne en H. van Wickevoort Crommelin.) Alvorens de Onvoorziene Uitgaven te regelen, wordt tot de overgegaanvan alle welke Hoofdstukken alleen Hoofdstuk V, Volgnummer 57, Artikel 4, Geldleeningen, verandering onder- gaatdaar het voorgedragen cijfer van 61,000.wordt verminderd met/40.000.en alzoo gebragt op/21.000. terwijl het geheele Hoofdstuk daardoor wordt gesteld op 22,300.—. Daarop worden de Onvoorziene Uitgaven, voorgedragen op /2501.19)/2 met 610.verhoogd en gebragt op 3111.19 J/j, en de Polderlasteu bepaald op 10.per hectare. De geheele Begrootinggebragt in Ontvang op307,810.13'/^ en Uitgaaf op300,810.13 J/j Batig saldo 7000. in stemming gebragt, wordt met algemeene stemmen aange nomen. VII. Daarop wordt gelezeu een preadvies in zake het adres betreffende het peil van het Noordzeekanaalwelk voorstel aldus luidt HAARLEM, December 1877. In Uwe Vergadering van den 28 Februarij jl. werd ons opgedragen aan Z. M. den Koning een adres te zendenter verkrijging van een afdoende regeling van het peil op het Noordzeekanaal. Het Bestuur van Rijnland heeft echter besloten te Halfweg versterking van stoombemaling aan te brengenen acliten wij het raadzaam, alvorens aan Uw besluit uitvoering te geven, af te wachten de resultaten die de voorgestelde maatregelen van het Bestuur van Rijnland op den waterstand van Rijn- lands boezem zullen hebben, en stellen U mitsdien voor deze zaak voorloopig te laten rusten. Dijkgraaf en Heemraden van den Haarlemmermeerpolder, (get.) J. W. M. VAN DE POLL, Dijkgraaf. n J. C. VAN DE BLOCQUERYSecretaris. Waarmede de Vergadering zich vereenigt. VIII. Ten slotte wordt het Dagelijksch Bestuur gemagtigd om de perceelen Grasgewas en Ringdijken voor meer dan een jaar te verhuren aan hen, die dit verlangenonder de door de Commissie uit het Dagelijksch Bestuur gestelde voorwaar- den, o. a.: dat zij 10 percent boven de pachtsom zullen betalen en het eerste jaar 45 kub. meter mest per hectare, op het door hen gehuurde perceel zal worden gebragt. IX. Niemand der leden meer het woord verlangendewordt deze zitting door den Voorzitter gesloten. Men leest het volgende in de „Amst. Ct." Maar zeer zelden is het publiek op de hoogte van het eigenlijke lot en leven van ambulante kunstenmakers- of hoe moet men ze noemen saltimbanques, of wat anders, - die zich van tijd tot tijd in de groote steden, als voorbijgaande verschijningen, opdoen. Dikwijls is hun persoon en afkomst met zekere geheimzinnigheid omgeven, en slechts zelden wordt de sluijer opgeligt, wie en wat zij eigenlijk zijn. Dezer dagen was dit het geval aan de prefek- tuur der politie te Parijs met eene dierentemster. Zij was eene schoone, welgemaakte vrouw, met fraaije oogen en haar, doeh vertoonde de treurige sporen van gebrek, doorgestane vermoeijenissen en leed. Hare kleederen waren daarmee in overeen- stemming. Tocli deed zij zich ondanks dat alles goed, en inderdaad belangwekkend voor. Zij vroeg in den uitersten nood een onder- komen voor den nacht aan het politie-bureau. Het werd haar toe- gestaan en zij den volgenden dag naar het depot van St. Lazare overgebragttrekt niemand zich harer aan, of raakt zij niet in staat een middel van bestaan aan te wijzen, dan wordt zij tot eenige dagen gevangenisstraf veroordeeld, en daarna staat zij weer op straat volgens den gewonen, dagelijkschen loop van zaken. Frankrijk heeft voor vrouwen die van armoed dreigen om te ko- men, bij gebreke van kostwinning, geen toevlugt. En dat een dierentemster niet spoedig gelcgenheid vindt haar beroep nit te oefenen, en van allerlei bij-omstandigheden afhankelijk is, ligt in den aard der zaak. Wie bleek nu, bij het onderzoek aan de prefektuur, de deernis- waardige te zijn, die door honger en ellenae gedwongen werd bij de politie nachtverblijf te vragen, zelfs met het vooruitzigt, dat eenige dagen gevangenis daarop volgen zouden? Eene dochter van goeden huizeEva Kleatch, weduwe Yacoblentz, geboren te St. Petersburg, 29 jaar oud. Haar vader was hankier, en had zich een niet onaardig vermogen verworven. Toen zij vijf jaren oud was verlieten hare ouders met haar St. Petersburggingen zich te Parijs metterwoon vestigen, en plaatsten haar op een school van Ursulinnen, te Conflans-Sainte-Honorine. Zij bleef aldaar ver- scheidene jaren. Toen het tijdstip naderde waarop zij hare eerste kommunie zou hebben moeten doen, namen hare ouders haar van de school af, daar zij oorspronkelijk tot de grieksche kerk behoorde, en zij kwam van dien tijd af bij hare ouders, rue Chauveau-Lagarde, inwonen. In hetzelfde huis hield een jonkman, Yacoblentz, zoon van een koopman te St.-Petersburg, verblijf, en zoowel om zijn aan- enamen omgang als dewijl bij een landgenoot was, had hij voort- urenden vriendschappelijken omgang met de familie Kleatch. Hij had een gunstig voorkomeu, was fraai en sterk gebouwd, maar - in zijn ligchaamskracht lag juist zijne zwakheid. Hij verwaarloosde zijn kantoor en den handel, maar hield zich te meer met gymnas- tische oefeningen en krachtproeven bezig en was een waar athleet geworden. Eindelijk bezweek hij voor He verzoeking om zich geheel aan dat vak te wijden en - hij verliet op zekeren dag Parijs met het gezelschap van het Cirque Torrenti. Eva Kleatch, toen slechts vijftien jaar oud, ontvlugtte hare ouders, om zijn lot te deelen. Spoedig hadden zij berouw, door kommer verzwaard. Zij hoopten op vergiffenis; schreven hun wederzijdsche ouders en vroegen ver- lof tot een huwelijk. Die van Yacoblentz weigerden kort en bondig die van Eva Kleatch gaven hunne toestemming, onder voorwaarde dat het huwelijk niet in Frankrijk en niet in Rusland voltrokken zou worden. Het werd alstoen in Januarij 1867 te Liverpool ge sloten. Hij bleef aan het Cirque Torrenti verbonden als athleet, zij - hoe ze er toe kwam, wordt niet gemeld - trad als dieren temster op. Met het Cirque reisden zij nu de wereld rond. Twee kinderen sproten uit hun echt, een jongen en een meisje, die zoodra mogelijk bij de kunstvertooningen der ouders gebruikt werden, en hunne positie verbeterden, door den vermeerderden bijval van het publiek. In October des vorigen jaars waren zij met het gezelschap te Bahia, op eene kunstreis door geheel Amerika. Van daar werd het cirque Torrenti te Rio-Janeiro verwacht, en personeel en materieel werd derwaarts ingescheept aan boord van een groot Noorweegsch schip, de Dalmbregdat 21 October onder zeil ging. Slechts weinige dagen later leed het schipbreuk en van de 425 personen die aan boord waren, gelukte het slechts 32 zich aan land te redden. Yacoblentz kwam in de golven omEva en de twee kinderen bragten er het leven af. Al dadelijk begon nu echter de onafzienbare ellende. 56 dagen lang moesten de geredde schipbreukelingen in de open lucht, en het noodigste missende, zich behelpen. De beide kinderen bezweken in dien jammervollen tijd. Eindelijk daagde een schip op, dat de ongelukkigen opnam, en hen naar New-York bragt. De zieken werden aldaar in het hospitaal opgenomen. Eva beviel er van haar derde kind, maar het werd doodgeboren. Weduwe en kinderloos, stond zij nu alleen in de wijde, wijde wereld, en met het ver- gaan van het Cirque, en de dieren, waarmede zij hare kunsten vertoonde, was haar geheel bestaan vernietigd. De andere kunsten makers konden hun beroep weder meer of minder spoedig en ge- makkelijk opvatten; maar met hare „specialiteit", die wilde dieren vereischte, was dit het geval niet. Door liefdegaven werd zij in staat gesteld als derde-klasse- passagier met de stoomboot Pereire naar Havre te vertrekken, en zoo kwam zij Februarij 11. weder in haar tweede vaderland terug. Van alle middelen ontbloot, heeft zij den weg van Havre naar Parijs, zestig mijlen, te voet, bedelende, in schuren nachtverblijf houdende, afgelegd. Eindelijk, zij kwam te Parijs, maar in zoo deerniswaardigen toestand, dat de prefektuur van politie, voor het oogenblik, haar eenige toevlugt was. De vraag is nuwelke ondememer van publieke vermakelijk- heden heeft bij geval juist een dierentemster noodig Die vraag is eenigermate beantwoord Francoui heeft zich over den ongelukigen speelbal van zooveel noodlottige omstandighedeu outfermt, en haar in zijn cirque eeu engagement aangeboden. Wel heeft hij tegenwoordig geen menagerie en dus geen dieren temster noodigmaar hij zal van hare geschiktheid en kennis partij trekken voor het dresseren van paarden in vrijheid. Zij had dat werk in Brazilie reeds bij de hand gehad. In de aanstaande week zal zij in den cirque optreden. Als een nieuw staaltje van onzen stadhuisstijlontleent de »8tandaard" het volgende aan een rapport van het Amsterdamsche gemeentebestuur betreffende de nieuwe groenmarkt »De meerderheid wenscht zich bij het terrein aan den Buiten- singel tegenover de Rozengraclit neer te leggen, mits de Bloem* markt daaraan worde verbonden." Drukkerij van Bonga C°. Amsterdam.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Weekblad van Haarlemmermeer | 1878 | | pagina 6