4J^m
1878.
Vrijdag, 16 Augustus.
KK 55.
V A IV
A AN LANDBOUW, GEMEENTE- EN POLDER-BELANGEN GEWIJD.
Negentiende Jaargang.
Prijs van het A.bonnement:
in het Jaarf 6,—
Prijs der A.dvertentien
van 1—6 regels 75 Cent, elke regel meer 12/a Cent.
Haarlemmermeer-Polder.
VERGADERING van HOOFD-INGELANDEN
Haarlemmermeer.
Bij den Burgerlijken Stand zijn aangegeven:
II A A K L E M M E It M E E R.
Prijs van een enkel Nommer 15 Cent.
ALEE TOEZENDINGEN, REDAKTIE EN UITGAVE BETEEFEENDE,
te adresseren aan VAN BONGA C0., te Amsterdam.
tJiterl{Jk Woenadag
Groote Letters worden naar hare plaatsrnimte berekend.
van den Haarlemmermeerpolder, op Woensdag den lOden
April 1878, des morgens ten 10 ure, in het Lokaal
van Staats, te Haarlem.
Voorzitter: Jhr. J. JF. M. van de Poll.
Tegenwoordig 17 leden, als: de Heeren Mr. J. P. Amers-
foordt, Jhr. J. W. M. van de Poll, Jhr. W. A. L. Mock,
P. Knaap Gz.H. van Wickevoort Crommelin, J. Blok-
land Jz.A. Wijnands, Mr. J. P. A. Teding van Berkhout,
Jhr. J. B. van Merlen, Jhr. Mr. J. W. H. Rutgers van
Rozenburg, Mr. J. D. Viruly, Mr. T. L. L. Prins, A. J.
G. Timmermans, Dr. C. E. Heynsius, P. Langerhuizen Lz.
J. J. Korthals en H. A. Hanedoes, terwijl de Heeren
C. W. Graaf van Limburg Stirum, Jhr. P. M. G. von
Eisenne, J. G. Schone en J. A. E. Baron van Ittersum
verhinderd waren deze Vergadering bij te wonen.
I. De Voorzitter opent de Vergadering en doet mededee-
ling van het overlijden van den Hoofd-Ingeland Jhr. Mr.
J. A. Repelaer, herdenkt de diensten door den overledene
aan den polder bewezen en betreurt het verlies van een ver-
dienstelijk lid dezer Vergadering. De Voorzitter deelt tevens
mededat een brief van rouwbeklag aan den zoon is verzonden.
II. De volgende mededeelingen worden gedaana. Dat
de kas van den Penningmeester op den 9den April jl. eene
waardeaanwees van /36.939.1J, van welk bedrag/25,000.
in prolongate is belegd bij de Haarlemsche Bankvereenigiug.
De Voorzitter brengt hierbij in behandeling een voorstel
tot het tijdelijk opnemen van gelden naarmate de behoeften,
echter een bedrag van vijftig duizend gulden niet te boven
gaande, hetgeen door de Vergadering wordt goedgekeurd.
b. Dat de in dit jaar benoodigde grind voor den Polder is
besteld bij den Heer A. B. A. Quack, tegen f 1.07 per
stere, de kosten van vracht voor rekening van den Polder.
c. Dat de voorraad steenkolen aan de diverse stoomtuigen
bedraagt 34,400 hectoliters. Het Dagelijksch Bestuur wordt
gemagtigd om de steenkolen en grind onderhands aan te
koopen, zoo als vroeger is geschied.
d. Dat van Heeren Gedeputeerde Staten is ingekomen een
ontwerp-besluit tot wyziging van het bijzonder reglement voor
den Haarlemmermeerpolder, met betrekking tot de tractemen-
ten van den Secretaris en Penningmeester, alsmede tot ver-
hooging der huishoudelijke kosten.
e. Dat van evengenoemd Collegie de goedkeuring is ont-
vangen op den verkoop van een gedeelte grond en polderkade
aan W. van der Toorn en J. Oostwouder.
Dat op den 22sten Maart jl. eene kasopneming bij den
Penningmeester heeft plaats gehad en die administratie in
goede orde is bevonden.
g. Dat op den 1 oden Maart jl. te Amsterdam de ver-
kiezing van Hoofd-Ingelanden is gehouden en daarby de af-
tredende Heeren Jhr. W. A. L. Mock en A. J. G. Timmer
mans zijn herkozen. Tot onderzoek der van die Heeren inge
komen geloofsbrieven worden benoemd de Heeren Mr. J. D.
Viruly, Jhr. J. B. van Merlen en J. J. Korthals.
h. Dat de verpachting van het grasgewas van de ringdijken
en polderkaden heeft opgebragtaan ringdijken f 17,171.
aan polderkaden 2,170.— totaal 19,341.—
i. Het Dagelijksch Bestuur bekomt magtiging om gelden
niet benoodigd voor de dienstin prolongate uit te gevenen
k. erlangt tevens de magtiging tot verkoop van eenige
roerende goederenbestaande in oud ijzer enz.af komstig van
de verschillende stoomtuigen.
I. fen slotte deelt de Voorzitter mede een ingekomen mis
sive van den Secretaris en Penningmeester des Polders,
houdende dankbetuiging voor de gunstige bcschikking ten aan-
zien hunner tractementen genomen.
III. Wordt aan de orde gesteld
1°. eene derde Suppletoire Begrooting met de daarbij be-
hoorende Memorie van Toelichtingin ontvang en uitgaaf op
9300.—
2°. een staat van afschrijving van enkele posten der Be
grooting, waarop minder is uitgegeven, om daarmede de
Onvoorziene Uitgaven te verhoogenbedragende 2850.
3°. een staat van afschrijving uit den post Onvoorziene
Uitgaven, om daarmede eenige posten, die overschreden zijn,
te verhoogen, bedragende 2852.01'/2;
4°. een staat, aanwijzende de betalingendie gedaan zijn
uit den post Onvoorziene Uitgaven, bedragende 1717.52;
voor welke Dijkgraaf en Heemraden verzoeken goedkeuring te
verleenen.
De Finantieele Comraissie uit Hoofd-Ingelanden rapporteert,
by monde van den Heer A. Wijnands, dat zij alle stukken
heeft onderzocht en bij haar geene bezwaren bestaan om de
goedkeuring daarvan aan deze Vergadering voor te dragen.
Naar aauleiding hiervan wordt tot goedkeuring besloten.
In verband met deze zaak volgt een beschouwing over het
tijdstip waarop de Penningmeester, ingevolge zijne instructie,
de rekening van het afgeloopen jaar moet indienen.
Eenige leden zouden wenschen dat dit Later dan 1 Mei
plaats vond, omdat men alsdan een juister overzigt van den
financielen toestand ontving en geen Supplement-begrootingen
behoefde vast te stellen.
De Vergadering besluit voor alsnog dit jaar het financieel
beheer te laten zoo als het isdoch wenscht een beteren regel
ten opzigte van het indienen der rekeningen van de leveranciers
tot stand te zien gebragt.
IV. Wordt gelezen een voorstel van het Dagelijksch Bestuur
naar aanleiding eener missive van Burgemeester en Wethouders
van Haarlemvan dezen inhoud
Naar aanleiding en ter uitvoering van een besluit van
den Raad der Gemeente Haarlem, dd. 20 dezer, N°. 4,
hebben wij de eer U een exemplaar van dat besluit te doen
toekomenmet beleefd verzoek ons te willen mededeelen of
Uvv bestuur geuegen is bedoelde brug over te nemen. In dat
geval zullen wij gaarne in overleg treden omtrent de voor-
waarden.
Burgemeester eu Wethouders van Haarlem
(get,) E. A. J'tRDENS, Burgemeester.
TIELEN1IJS KRUYTHOFF, Secretaris.
Aan Heeren Dijkgraaf en Heemtt&en
van den Haarlemmermeerpolder.
Het besluit is van den volgenden inhoud:
De Raad der Gemeente Haarlem
Gezien het voorstel van Burgemeester en Wethoudersbe-
Ireffende overdragt aan het Bestuur van den Haarlemmermeer
polder van de aan deze Gemeente toebehoorende brug over
de ringvaart van den Haarlemmermeerpolder,
BesluitDe aan de Gemeente Haarlem toebehoorende brug
over de ringvaart van den Haarlemmermeerpolder, zonder
teruggaaf van de kosten van aanleg te vragenaan Dijkgraaf
en Heemraden van dien polder op nader te bepalen voor-
waarden over te dragen, en, ingeval Dijkgraaf en Heemraden
tegen de overname bezwaren mogten hebben, aldaar een ma-
tigen tol te heffen.
Gedaan in de vergadering van 20 Februarij 1878.
(get.) E. A. JORDENS, Burgemeester.
TIELENIUS KRUYTHOFF, Secretaris.
Bij besluit van den Augustus 1860, gewijzigd bij be
sluit van 26 September daaraanvolgendeis aan de gemeente
Haarlem concessie gegeven tot het voor hare rekening leggen
van eene draaibrug over de ringvaart van den Haarlemmer
meerpolder onder voorwaardena. dat de werken tot deze
zaak betrekkelijkworden uitgevoerd in overleg met den
Hoofdopzigter van den Haarlemmermeerpolder; b. dat de
gemeente Haarlem zich verbindt de brug ten genoege van het
Bestuur van den Haarlemmermeerpolder voortdurend te onder-
houden, zoolang de gemeente Haarlem de brug wil behouden.
Bij het besluit van 1 Augustus te voren was besloten aan
de gemeente Haarlem, ter tegeraoetkoming in het ouderhoud
van een weg, welke zal worden gemaakt ter verbetering der
gemeenschap met den Haarlemmermeerpolder, loopende langs
de Zomervaart en verder over het land van N. van Loon,
met een draaibrug over de ringvaartvoor het gebruik van
welken weg vooreerst geen tol zal worden gehevengedurende
tien jaren uit de polderkas een subsidie te verleenen van
75.'sjaars.
Burgemeester en Wethouders van Haarlem hebbenbij mis
sive van 13 Augustus 1870, N°. 63/736, ter uitvoering van
een raadsbesluit zich gewend tot deze Vergadering om verlen-
ging van de subsidie, en wel tot een grooter bedrag dan
f 75.'sjaars, vooral met het oog op de belangrijke kosten,
die gevorderd worden voor het onderhoud van den weg en
de brug.
Dijkgraaf en Heemraden hebben, naar aanleiding van die
missive, voorgesteld om de verleende bijdrage ad 75.
's jaars op nieuw voor den tijd van tien jaren toe te staan.
Dit voorstel werd echter in de Vergadering van 16 November
1870, met 9 tegen 6 stemmen verworpen.
Na 1870 hebben er over de brug en den weg geene verdere
onderhandelingen of briefwisselingen plaats gehad met de ge
meente Haarlem.
In de Vergadering van het Dagelijksch Bestuur van 8 Maart jl.
hebben Dijkgraaf en Heemraden de zaak in ernstige overwe-
ging genomen en besloten voor te stellen te besluitenle Niet
te treden in het aanbod van de gemeente Haarlemom de
brug over te nemen; 2e Dat, indien het Gemeentebestuur
van Haarlem genegen is om aan den weg een betere rigting
te geven, een nader voorstel daaromtrent tegemoet gezien en
in overweging genomen zal worden.
Over deze zaak voeren de Heeren: Jhr. Mr. J. W. H.
Rutgers van Rozenburg, Jhr. W. A. L. Mock, Dr. C. E.
Heynsius Mr. J. P. Amersfoordt en A. Wijnands het woord.
Uit de discussie blijkt, dat de Vergadering ongenegen is
eene subsidie aan de gemeente te verstrekken in de kosten
van onderhoud van den weg; waardoor het heffen van een
tol, volgens mededeeling van den Voorzitter, misschien zoude
worden voorkomen.
Op voorstel van Jhr. Mr. J. W. H. Rutgers van Rozen
burg wordt beslotenom in geen verdere onderhandeling met
de gemeente Haarlem te treden en alleen het eerste gedeelte
van het voorstel, luidende: „niet te treden in het aanbod
van de gemeente Haarlem, om de brug over te nemen", in
stemming te brengen.
Het le gedeelte van het voorstel, alzoo in stemming gebragt
wordt met 16 stemmen aangenomen.
De Voorzitter onthield zich, als Lid van den Raad der
gemeente Haarlem, van medestemmen.
V. De Commissie tot onderzoek der Geloofsbrieven van
de nieuwbenoemde Hoofd-Ingelanden brengt mondeling rapport
uit fer zake de verkiezing van de Heeren Jhr. W. A. L. Mock
en A. J. G. Timmermans, beide Heeren tot Hoofd-Ingeland
herbenoemd.
Daar de Commissie al de tot het onderzoek overgelegde
stukken in orde heeft bevonden, stelt zij voor om evenge-
noemde Heeren als Hoofd-Ingelanden toe te latenwaartoe
dan ook wordt besloten.
De resumptie van dit punt der Notulen heeft, naar aan
leiding van het Reglement van Orde, onmiddellijk plaats en
wordt de redactie daarvan door de Vergadering goedgekeurd
terwijl zich hierbij de Heeren Jhr. W. A. L. Mock en A. J. G.
Timmermans van medestemmen onthielden.
VI. Als laatste punt op de Agenda wordt overgegaan tot
de benoeming van een Heemraadin plaats van den dit jaar
aftredenden Heer Jhr. Mr. J. W. H. Rutgers van Rozenburg.
Het bureau van stemopneming is zamengesteld uit den Voor
zitter en de Heeren Mr. J. D. Viruly en Mr. T. L. L. Prins.
Nadat de Heer Jhr. Mr. J. W. H. Rutgers van Rozen
burg de Vergadering tijdelijk heeft verlaten, wordt tot de
stemming overgegaan, waaruit blijkt, dat genoemde Heer
met algemeene stemmen is herbenoemd, hetgeen onmiddellijk
aan den in de Vergadering teruggekeerden Heer, bij monde
van den Voorzitter, wordt medegedeeld, met den wensch,
dat het den Heer Jhr. Mr. J. W. H. Rutgers van Rozenburg
gegeven worde nog vele jaren als Lid van het Dagelijksch
Bestuur, tot heil des Polders, werkzaam te zijn; welke toe-
spraak, onder het op nieuw aanvaarden dezer betrekking, door
den Heer Jhr. Mr. J. W. H. Rutgers van Rozenburg op
gepaste wijze wordt beantwoord.
VII. De Voorzitter zegt, dat op den 19den Junij e. fc,
feest in den Polder zal zijn, wegens herdenking aan de 25-
jarige droogmaking, en vraagt het gevoelen der Vergadering,
om daarvoor eene bijdrage uit de Polderkas te verstrekken.
De Vergadering is hiertoe niet genegen, maar wel dat
voorwerpenden Polder betreffendebij die gelegenheid zullen
ten toon gesteld worden, voor welke bestrijding der kosten
een crediet van 100.wordt voorgesteld. Dit in stemming
gebragt, wordt met 15 tegen 2 stemmen aangenomen.
VIII. Op de vraag des Voorzittersof een der Leden nog
iets heeft voor deze Vergaderingbespreekt Mr. J. P. Amers
foordt de opname der waterberging en geeft in overweging om
belanghebbenden bij publicatie te herinnerendat bij aaugifte
hunnerzijds gelegenheid zal zijn hun waterberging op te nemen.
De Voorzitter zegt, dat tot zoodanige kennisgeving ook plan
bestaat.
IX. Niemand meer het woord verlangende, slilit de Voor
zitter deze Zitting.
Ds. Reedete Nieuw-Vennepheeft het beroep naar de
Herv. Gemeente te Gulpen (Limburg) aangenomen.
van 7 Augustus tot 13 Augustus 1878.
GEBORENAdriauus, zoon van L. Krijnen en W. van Diemen.
Leendert, zoon van T. Braak en J. Visser. Hendrika Geertruidadocliter
van J. H. Kok en G. Meester. Jan, zoon van J. Meijer en T. West-
broek. Barbera, dochter van H. Huizinga en C. de Jonge. Adrians,
dochter van C. Steevena en A. C. Bus. Berdina, dochter van Maria
Kikkert, ongehuwd.
LEVENLOOS GEBOREN: 1 kind van D. Walraven en P. Kloosterman
OVERLEDENWilhelmina, oud 3 maandendochter van B. Terlouw
en T, Vreken, Pieter, ond 4 dagen, zoon van J. Vis en E, Verzijde.