- 214 -
Land boil w.
worden aanbesteeddan wel of men de leverantie zal doen
plaats liebben zoo als in de laatste jaren is geschied.
De heer 't Hooft vraagt, waarom vroeger met de aanbe-
steding i9 opgehouden.
De Voorzitter antwoordt dat er vroeger nog al vele aan-
merkingen waren op hetgeen bij aanbesteding werd geleverd
doch meent dat aanbesteding wel iets goedkooper zal zijn.
De heer Dorbeck is voor aanbesteding, hetgeen zeker goed
kooper zal zijn.
De heer de Breuk meent dat in het bezwaar van vroeger
wel is te voorzienwanneer er monsters zijn en aan de
Schoolcommlssie wordt opgedragen om het geleverde na te zien.
Ook de heeren Klapwijk en Knaap zijn voor aanbesteding.
De Voorzitter zegt, dat dan ook de leveranciers van buiten
de gemeente kunnen inschrijven, want dan moet het publieke
aanbesteding zijn.
De heer Biesheuvel vraagt of het niet kon bij onder-
handsche inschrijvingbijv. door boekhandelaren in de gemeente.
De Voorzitter zegt, dat zulks niet kan zouder goedkeuring
van Gedeputeerde Staten.
De heer 't Hooft is tegen publieke aanbesteding om de
redenen en de inlichtingeu door den Voorzitter gegeven
namelijk dat het vroeger niet goed heeft gewerkt.
Daarop wordt in stemming gebragt de vraag of de levering
publiek zal worden aanbesteed, welke vraag met 12stemmen
tegen 1 stem (die van den heer 't Hooft)toestemmend wordt
beantwoord.
De Voorzitter deelt mede dat nog is ingekomen een adres
van A. T. de Ruyter, boekhandelaar te Hoofddorp, waarbij
wordt verzocht dat de levering der schoolbehoeften publiek
moge worden aanbesteedof hem een gedeelte der levering
moge worden opgedragen.
Dit adres kan, door de reeds gevallen beslissing, als afge-
daan worden beschouwd.
XII. Is aan de orde het Suppletoir Kohier van den Hoof-
delijken Omslag voor 1879, welk Kohier gedurende 14 dagen
heeft ter lezing gelegenen waartegen geen bezwaren zijn
ingekomen.
Niemand hieromtrent het woord verlangende, wordt gemeld
Kohier vastgesteld op een bedrag van 218.50 en de
termijn van invordering bepaald op 18 December 1879.
XIII. Gelezen een verzoek van P. Wijnbeek, Haarlemmer-
meer, om ontheven te worden van betaling van Hoofdelijken
Om9lag.
Overwegende dat de termijn tot het indienen van bezwaren
reeds lang is verstreken, en het Kohier reeds is vastgesteld
en goedgekeurdwordt besloten op het verzoek afwijzend
te beschikken.
XIV. Aan de orde is de behandeling der begrooting van
inkomsten en uitgaven voor 1880.
Het daaromtrent door de Financiele Commlssie uitgebragt
rapport luidt als volgt
Haarlemmermeer30 October 1879.
Aan den Gemeenteraad van Haarlemmermeer.
De Financiele Commissie, in wier handen zijn gesteld de
Begrooting van inkomsten en uitgaven voor 1880, met fie
daarbij behoorende Memorie van Toelichting, heeft die stuk-
ken op heden onderzocht.
Als resultaat van haar onderzoek heeft zij de eer aan uwe
Vergadering mede te deelen
Volgnr. 46 jaarwedde Gemeente-Opzigter.
Het trok de aandacht der Commissie, dat deze po9t weder
op 600 is geraamd.
Bij de aanstelling van den Gemeente-Opzigter is bepaald
dat die jaarwedde op 800 zou worden gebragt, zoodra de
opzigter bevoegd zou zijn onderwijs te geven in het teekenen
tot heden heeft men daaromtrent niets vernomen zoodat het
der Commissie aangenaam zal zijn te vernemen hoe het met
die aangelegenheid gesteld is, vooral ook met het oog op
hetgeen daaromtrent in den laatsten tijd in dagbladen is ge-
schreven.
Volgnr. 51. Met het oog op den voorraad grind, aanwezig
bij de hard gemaakte wegenkorat ons deze post hoog voor
de Commissie stelt echter geen verandering voor.
Volgnr. 57. De Commissie acht het wensehelijk dat het
marktplein worde verhoogddaartoe schijnt thans meer dan
ooit geschikte gelegenheid te bestaanmet het oog op de
verdieping der Hoofdvaart. De Commissie zou wenschen dat
de Raad daartoe in beginsel besloot. De kosten zouden dan
gevonden kunnen worden door afschrijving van den post voor
Onvoorziene Uitgaven.
De Commissie had verder geene bemerkingenen stelt voor
om de Begrooting, zoo als die door Burgemeester en Wet-
honders is voorgedragen goed te keuren, onder dankzegging
aan Burgemeester en Wethouders, voor de naanwkeurige
opmaking der Begrooting, en aan den Secretaris, voor de
hulp der Comissie verleend.
De Commissie voornoemd,
(Get.) G. B. 't Hooft.
P. Knaap Gz.
(NB. De heer Bultman afwezig, met kennisgeving.)
De Voorzitter zegt, naar aanleiding van het rapport der
Commissie, dat de Gemeente-Opzigter Rinck voornemens is
examen voor teekenen te doenen wel spoedig.
Voorts wordt de post omtrent de wegen toegelicht; terwijl
Burgemeester en Wethouders, met betrekking tot de ophooging
van de markt, zeker overwegen zullen wat daaraan kan worden
gedaanen daaromtrent nadere voorstellen aan den Raad zullen
doen.
De heer Biesheuvel vraagt, of de heer Rinck ingeval hij
examen doet, alsdan onderwijs mag geven.
De Voorzitter antwoordt, dat zulks er van afhangt welk
examen hij doet v
De Voorzitter vraagtof een der leden voorlezing van de
Begrooting verlangt, aangezien elk der leden daarvan een
exemplaar heeft bekomen zoodat die aan alle leden bekend is.
Niemand verlangt de voorleziug.
Nadat de Voorzitter nog een paar inlichtingendie gevraagd
warenhad gegeven en geen der leden omtrent de Begrooting
meer het woord verlangt, stelt de Voorzitter voor de Begrooting
vast te stelleu in ontvang en in uitgaaf op 69,725.593.
Dienovereenkomstig wordt besloten zonder hoofdelijke stem
ming.
XV. Komt in behandeling de Begrooting voor het Burgerlijk
Armbestuur voor 1880.
Het daaromtrent door de Financiele Commissie uitgebragt
rapport luidt als volgt:
Haarlemmermeer, 30 October 1879.
Aan den Gemeenteraad van Haarlemmermeer.
De Financiele Commissie, in wier handen is gesteld de
Begrooting van het Burgerlijk Armbestuur voor 1880, heeft
die Begrooting onderzocht en daarop geene bemerkingen ge
vonden; zij stelt derhalve voor die Begrooting goed te keuren.
De Commissie voornoemd
(Get.) G. B. 't Hooft.
P. Knaap Gz.
De Voorzitter stelt voor deze Begrooting vast te stellen in
ontvang en uitgaaf op 4,505.99.
Daartoe wordt besloten zonder hoofdelijke stemming.
XVI. Aan de goedkeuring der Vergadering wordt onder-
worpen het navolgende ontwerp-besluit
De Raad der Gemeente Haarlemmermeer
Gezieu de wet van 7 Julij 1865, Staatsblad ns. 79;
Overwegende, dat het tot dekking der gemeentelijke uit
gaven over 1880 noodig is te beschikken over een gedeelte
der Rijksbelasting op het personeel
BesluitEr zal worden beschikt over vier-vijfde gedeelten
van de opbrengst der Rijksbelasting op het personeel over
1880/81, in deze Gemeente geheven zullende worden.
Gedaan te Haarlemmermeer ter openbare Raadsvergaderiug
van den 30 October 1879, enz.
Dit besluit wordt vastgesteld zonder discussie of hoofdelijke
stemming.
XVII. Wordt aan de goedkeuring der Vergadering onder-
worpen het volgende ontwerp-besluit:
De Gemeenteraad van Haarlemmermeer
Gezien het Raadsbesluit van 30 October 1879, waarbij is
goedgekeurd de Begrooting van het Burgerlijk Armbestuur
dienst 1880;
Overwegende, dat op die Begrooting in ontvangst is gebragt
eene Bom van 4000 wegens subsidie nit de Gemeentekas;
Dat uit gemelde Begrooting blijkt, dat de aangevraagde
subsidie van 4000 werkelijk benoodigd is, ten einde de
door het Armbestuur te doenc uitgaven te bestrijden
Dat men, tot dekking der uitgaven, op geene andere of
hoogere ontvangsteu kan rekenen dan die vermeld in de aan-
gehaalde Begrooting;
Dat uit de goedgekeurde rekening van het Armbestuur over
1878 blijkt, dat het buiten de subsidie geene genoegzame inkom
sten heeft, en het verstrekken van subsidie dus onvermijdelijk is;
Dat het Armbestuur naar behooren voldoet aan zijne ver-
pliglingen
Gelet op de artikelen 59 en 60 der wt van 28 Junij 1854,
Staatsblad n°. 100;
Besluit:
Aan het Burgerlijk Armbestuur van Haarlemmermeer wordt
over het jaar 1880 eene subsidie verleend ten bedrage van
vierduizend gulden.
Gedaan te Haarlemmermeer ter openbare Raadsvergaderiug
van 30 October 1879, enz.
Dit besluit wordt zonder discussie of hoofdelijke stemming
vastgesteld.
XVIII. Aan de Vergadering worden voorgelezen de ont-
worpen voorwaarden waarop verpacht zullen worden de dorps-
gronden der Gemeente.
Die voorwaarden worden zonder hoofdelijke stemming goed
gekeurd.
Eveneens wordt aan de Vergadering voorgelegd een kaart
of schetsteekening, aantoonende de wijze waarop Burgemeester
en Wethouders den nog beschikbaren dorpsgrond in bouwterreinen
venschen te doen verdeelenmet bepaling dat dan elk
zoodanig terreiu afzonderlijk zal worden verhuurd.
Aan deze verdeeling wordt door de Vergadering lnsgelijke
hare goedkeuring gegeven.
XIX. Alsnu komen weder in behandeling de adressen van
de afdeeling Nieuw-Vennep der Maatschappij Tot Nut van
'tAlgemeen en van eenige ingezetenen van Nieuw-Vennep, waarbij
wordt verzocht dat Nieuw-Vennep van goed drinkwater moge
worden voorziendoor het doen slaao en stellen van een
Nortonpomp in de kom van Nieuw-Vennep.
Door Burgemeester en Wethouders wordt overgelegd een
rapport van den Gemeente-Opzigter, waaruit blijkt, dat het
slaan van een Nortonpomp kost/196, en, ingeval het water
niet aan den eisch van goed drinkwater voldoet, eene som van
75 ter tegemoetkoming in de gemaakte kosten.
Burgemeester en Wethouders stellen voor om op gemelde
voorwaarden eene proef te nemen met het slaan eener Norton-
pomp.
Omtrent deze zaak volgen eenige discussien; daarbij wordt
door den Voorzitter aangemerkt, dat, als de proef niet ge-
luktde kosten/75 zijn, doch, is het te verkrijgen water
goed, dan znllen de kosten natuurlijk hooger worden.
De heer 't Hooft maakt de opmerking, dat, als het te
verkrijgen water niet goed is, men er nog filters bij zou moe-
ten geven.
De heer Tensen stelt het geval dat het water drinkbaar is,
maar dan moet er een pomp zijn; zal die pomp voor het pu
bliek toegankelijk wezen of moet daar toezigt bij zijn De
kosten zullen dan in elk geval belangrijk hooger worden.
De heer van Vuuren herinnertdat bij een voor eenige
jaren ingesteld onderzoek gebleken is, dat het water in de
Hoofdvaart niet slecht is en zeer wel drinbaar.
De heer Verkaijl zegt, dat het water, te verkrijgen door
een Nortonpijp, bepaald beter zal zijn dan dat uit de Hoofd
vaart; in het welwater zijn geene nadeelige bestanddeelen.
De heer Klapwijk zou het beter achten een zuiveringsbak
in de Hoofdvaart te makenwaardoor in ieders behoeften zou
worden vosrzien.
De heer Verkuijl dringt er op aan, dat eene proef worde
genomen met eene Nortonpomp. Spreker acht dat zeer wen
sehelijk.
De heer 't Hooft zegt er tegen te zijn, niet omdat het geld
zou kosten, maar omdat het niet zeker is dat het water goed
zal zijn. Spreker stelt daarom voor, om het water uit de wel
bij den heer Verkuijl scheikundig te doen onderzoeken.
Dit voorstel van den heer 't Hooft wordt verworpen met 7
tegen 6 stemmeu. Tegen stemden de heerenTensen
KnaapTimmermans PruissenRan Dorbeck en Biesheuvel.
Voor de heeren: 't Hooft, de Breuk, Klapwijk, van Vuuren
Reeuwijk en Verkuijl.
Alsnu brengt de Voorzitter in stemming de vraag of men
te Nieuw-Vennep eene proef zal nemen tot het verkrijgen van
goed drinkwater.
Deze vraag wordt ontkennend beantwoord met 12 stemmen
tegen 1 (die van den heer Verkuijl).
XX. De Voorzitter zegt, dat Burgemeester en Wethouders
aan den Raad voorstellen:
1°. om het getal brandmeesters bij elke brandspuit te bren-
gen van 5 op 2met toevoeging van 2 assistent-brandmeesters.
2°. Aan elken brandmeesterdie bij brand dienst doet, als
belooning te geven: voor 1 tot 12 uren dienst/2, en van
12 tot 24 uren dienst 3en vervolgens voor elke 12 uren
dienst of een gedeelte daarvan 1.50.
Dit voorstel wordt door den Burgemeester toegelicht en
het billijke er van betoogddat aan de brandmeesters eenige
vergoeding worde gegeven voor het verlies van tijd, die zij
zich bij brand moeten getroosten.
Het voorstel van Burgemeester en Wethouders wordt zonder
hoofdelijke stemming aangeDomen.
De Voorzitter zegt, dat dientengevolge in de volgende Ver
gadering eene wijziging van het brand-reglement zal worden
voorgedragen.
XXI. De Burgemeester zegt, dat het noodig is om over
te gaan tot beplanting van het terrein bij school u°. 11, en
tot het planten van een heg enz. bij de scholen n°.4 en 5.
Wordt besloten de uitvoering daarvan over te laten aan
Burgemeester en Wethouders.
XXII. Gelezen een adres van J. Waage, hulp-onderwijzer
aan school n°. 8 waarbij hij verzoekt dat aan hem eervol
ontslag uit gemelde betrekking moge worden verleend ingaande
15 December 1879.
De Voorzitter stelt voor, het gevraagde ontslag te verleenen
met ingang van 1 Januarij 1880.
Daartoe wordt besloten.
De Vergadering wordt daarna gesloten.
Volgens het Nieuws- en Advertentieblad ran Haarlemmermeer
dd. 17 dezer, zou de toesland van den persoon aan den
Ringdijk bij den Bennebroekerwegdie zijne beide handen
bevroren zijnniet zoo zorgwekkend zijn als in ons laatste
blad werd vermeld.
Het doet ons genoegen zulks te vernemenmaar dat ook
dergelijk ongeval iemand aan den Sloterweg is overkomen
doet ons waarlijk leed. Het zou ons aangenaam zijn daar
omtrent eenige bijzonderheden te mogen vernemen.
Verleden week is te Houtrijk en Polanen een drijfjagt ge-
houdeu op een opligter, van beroep klokkenmaker. De man
werd door burgers en politie achterna gezet, van hier door
den Haarlemmermeer- en Lutkemeerpolder, langs den Osdor-
per- en Sloterweg, tot aan den Overtoom. Hoewel hij meer-
malen in handen was is het niet gelukt hem in hechteni9
te nemendaar men aan den Overtoom het spoor bijster
raakte. Slechts een reiszak is hem ontnomen. Verscbillende
personen hadden hem gouden of zilveren horloges ter repara-
tie gegevendoch wachten nog steeds op terugbezorgiug.
Verleden week is te Hoogwoud eene algemeene vergadering
van de Vereeniging tot ontwikkeling van den Landbouw in
Holland's Noorderkwartier gehouden en door den Voorzitter,
den heer Groneman, met een kort woord geopend. Uit de
notulen bleekdat namens de Vereeniging twee adressen aan
de Regering zijn iugezonden. Een, dat van Regeringswege
eene kommissie mogt worden benoemd en afgevaardigd naar
de Deutsche Molkerei-Ausstellung te Berlijn, is onbeantwoord
gebleven. Het andere adres had ten doel de aandacht te ves-
tigen op het feit, dat booten met, om longziekte in Engeland
afgekeurdAmerikaausch vee, in onze havens zouden binnen-
vallen. De Minister van Binnenlaudsche Zaken had de noodige
bevelen gegevenom dat vee bij aankomst aan een naauw-
keurig onderzoek te ondtrwerpen.
Er was in een tekort van 1500 te voorzien. Krachtens
bekomen magtiging weudde het bestuur zich daarom tot de
Rijks en de provinciale Regering, omzoo noodig, subsidie
te erlangen. Van beide besturen kwam evenwel een weigerend
antwoord in.
Men zal dus op eigen wieken moeten drijven en in dat
tekort op de eene of andere wijze dieuen te voorzien. In
verband met een eu ander werd namens het bestuur voorge-
stelddat de vergadering besluite tot het nemen van eene
vergel(jkende proefneming tusschen het maken van Edammer
kaas en van boter volgens de methode Schwartz, en zij het
bestuur magtige die maatregelen te nemen, die in het belaug
der bedoelde proefneming noodig worden geacht. en er alzoo
in de Maart-vergadering van 1880 verslag kan worden uitge
bragt van den toestand, waarin de zaak dan zal zijn gekomen.
Het rapport over Chemical Flud, van den heer K. Rezel-
manwas zeer ongunstig en werd nog bevestigd door de
mededeelingen van den heer R. Koster Jz. te Berkhout, die
mede dat waschmiddel vroeger had beproefd.
De Amsterdamsche afdeeling der NederlandscJte MaatscJtappifl
voor tuinbouw en plantkunde hield verleden week in de Re-
stauratiezaal van Natura Artis Magistra eene vergadering met
dames, waarin de heer M. L. L. van Ledden Ilulsebosch te
Amsterdam als spreker optrad met eene interessante en popu
late voordragt over het conserveren (tegen bederf behoeden)
van vruchten en bloemen.