1880 Vrijdag 6 Augustus No. 32. VAN AAN LANDBOUWGEMEENTE- EN POLDER-BELANGEN GEWIJD. Een-en-Twintigste Jaargang. Prijs van het Abonnement: in het Jaarf 6. Prijs der Advertentien Aan het pas verselienen progrannna van het onderwijs aan de RijkshmdboawscUool te Wageningen, HAARLEIIMERIHEEIt Prijs van een enkel Nommer 15 Cent. ALLE TOEZENDINGEN, REDAKTIE EN UITGAVE BETREPFENDE, te adresseren aan VAN B0i\GA C°.te Amsterdam. iilerlyK Woenadag.) van 16 regels 75 Cent, elke regel meer 12% Cent. Groote Letters worden naar hare plaatsruimte berekend. De heer K. E. van Reysinge, hoofdonderwijzer te Haar- lemmermeeris geplaatst op het drietal voor hoofdonderwijzer aan een der Openbare Kostelooze Scholen te Amsterdam. Zaturdag j.l. was voor deze gemeente een ongeluksdag. Een kind nl. van N. van Exter, Sloterweg bij den Vijfhui- zerweg8 jaar oudis in den Vijfhuizertogt gevallen en verdronken. Dienzelfden dag is Leendert van Klaveren wonende nabij den Cruquius, en die met anderen naar huis ging na zijn gezelschap verlaten te hebbennabij zijne woning in de Ring- vaart gevallen en verdronken. Hij laat eene vrouw en kin- deren na. Nog is een kind van 8 maandenhetwelk in de vorige week erge brandwonden had bekomen door het omvallen van een ketel met kokende koffij aan de gevolgen daarvan overleden. BURGERLIJKE STAND. Aangegeven ran 28 Julij3 Aug. 1880. GEBORENCatharina Maria, dochter van C. van der Meer en J. van Egmond. Maria, dochter van C. Liefbroer en L. Hen- drikse. Johanna Maria, dochter van W. N. Out en K. op den Kelder. Adriana, dochter van H. Elst en C. J. van der Heijden. Dirkje, doehter van W. Zeedijk en J. M. P. Muijs. Arie, zoon van J. den Ouden en A. Hoogendooru. Hermanus, zoon van P. J. Janbroers en E. van Lceuwen. Yolkert, zoon van D. Beets en E. Boon. OVERLEDEN: Antonia, oud 16 maanden, dochter van A. van Gijlswijk en E. Buckens. Jan, ond 8 maanden, zoon van P. Hijstek en M. Hijstek. Maria Johanna, oud 1 jaar, dochter van A. Kaptijn en M. Rntte. Maria, oud 16 jaar, dochter van W. Boelen en A. de Wit. Nicolaas, oud 8 jaar, zoon van N. van Exter en G. Hooijberg. Jacobus Cornelis, oud 7 weken, zoon van J. van A elzen en P. de Heij. Leendert van Klaveren, oud 35 jaren, gehuwd met Elisabeth Evers. Cornelia van Nispen, oud 77 jaren, wed. van Johannes Biemans. ONDERTROUWDP. Ossebaar met G. Oene (wed.) P. van Leemput met G. van Kouteren. GEHUWDK. Schouten met P. Maliepaard. N. J. Dol met N. Slimmen. Naar men verneemt, bestaat het voornemen om te Hoofd- dorp eene tweede Societeit op te rigtenten huize van den kastelein Slikker. Van alle kanten uit ons land en uit den vreemde, komen de gunstigste berichten in, aangaande den stand der gewassen van land- en tuinbouw. 't Moet zeker allerwege voortreffelijk gesteld en uitermate medegeloopen zijn, want thans hoort men uit het kamp der landbouwers geen alarmeerende nood- kreten opgaan; alleen zijn er eenige aangestoken aardappel- tjes - - in 't verschiet. Amerika zal, naar wordt gemeld, dit jaar de geheele wereld van meel kubnen voorzien. De in Luxemburg verschijnende Annalen weten mee te deelen, dat er op de geheele wereld ongeveer 58 millioen paarden loopen, nog wel met de bijvoeging, dat de rosinanten van China en Japan daarouder niet begrepen zijn. Van de groote Rijken bezit Oostenrijk-Hongarije 3,486,000 paarden (waarvan Oostenrijk 1,367,000 en Hongarije 2,179,000), Frankrijk 3,000,000 Rusland 21,470,000 Duitschland 3,352,000, Groot-Brittanie 2,255,000, Turkije 1,100,000, de Vereenigde Staten 9,504,000, de Argentijnsche Republiek 4, 000,000, Canada 2,624,000, Urugay 1,600,000 paarden. Nederland bezat in 1877 volgens het laatst verschenen Land- bouw-verslag 269,5 92 paarden. Een kip, zegt zeker landbouwblad legt in het gebeel on geveer 600 eijeren. Daarvan legt zij er in het eerste jaar van haar leven ongeveer 20, in het tweede jaar 135, in het derde 144 en verder elk jaar omstreeks 20 minder; in het negende of tiende jaar houdt zij daarmede geheel op. Die dus kippen houdt om de eijeren doet verstandig ze op te ruimen als zij vier jaar oud zijn. De Boeren-Hofstede de Lindeboom c. a., gelegen in den Houtrakpolderbenevens 3 perceeleu Bouwland aldaarden 2 Augustus jl. 's middags in de Brakke Grond" te Amster dam geveild, zijn in combinatie voor de som van f 68,987 opgehouden. Voor een groot gedeelte is de korenoogst in Hongarije reeds afgeloopen en met dorsclien een aanvang gemaakt. Ten- gevolge van de vorst in Maart hadden sommige streken in het Zuiden van het land vrij ernstig geleden, wat een ongunstig invloed op het resultaat van den oogst lieeft uitgeoefena i bet Noorden zijn de vooruitzichten gunstiger, al hebben ook daar enkele landstreken eenigszins geleden. Over het algemeen kan de oogst van tarwe in Oostenrijk-Hongarije als een goede gemiddelde oogst worden beschouwd. De opbrengst van rogge is beneden het gemiddelde, maar de hoedanigheid is uitstekend; gerst werd veel meer dan in vorige jaren verbouwd en zal veel opbrengen, ook de hoedanigheid is goed; haver en ma'is beloveu eveneens een goeden oogst. De laatste oogstberichten uit Duitschland luiden veel gunstiger dan vroeger: in Zuid- Duitschland wordt een goede gemiddelde oogst van tarwe verwacht, in Noord-Duitschland zal hij niet veel minder wezen. Rogge daarentegen zal weinig opleveren. Uit Italie, Frankrijk en EngelaDd blijven de berichten gunstig luiden, en hoewel die uit Amerika niet meer zoo eenstemmig zijn, zal toch het bedrag van den oogst niet beneden dat van verleden jaar blijven. Uit Rusland komen. voortdurend klachten, vooral uit het Zuiden, waar de velden, die voor vorst gespaard bleven, door sprinkhanen en ander ongedierte worden geteisterd. ontleenen wij het volgende tot toelichting van het vrij aanzienlijk getal varieteiten aardappelen (169 in 1879 tegen 380 in 1878) die op de proefvelden der school zijn verbouwd "In de lijst van geschenken, opgenomen in het programma 1877/78 komt voor, dat aan de Rijkslandbouwschool ten geschenke zijn afgestaan de aardappelen, ingezonden door den Grafelijken Harden- bergschen tuin te Hardenberg bij Norten (Hannover). De keurige collectie, uit Italic ingezonden, viel mede aan de Rijkslandbouwschool ten deel. Beide inzendingen kwamen voor op de Internationale tentoonstelling van Tuinbouw, in 1877 te Amster dam gehouden. Nu zou het wat erg ondankbaar, maar nog onver- standiger geweest zijn, wanneer de directeur der Rijkslandbouw school van die gelegenheid geen gebruik gemaakt had, om die varietei ten, waaronder er voorkomen, die reeds nu uitmuntende resultaten leveren, te annexeeren, en ze had laten teruggaan naar Hannover en Italie, of, wat eerder voor de hand lag, ze had laten vernietigen, omdat ze het transport terug niet waard waren. Te meer zou dat ondankbaar, ja onhandig geweest zijn, omdat ook deze schenking, even als die van de collectie Egyptische zaden en van de fraaie col lectie granen van den Vicomte Goupy de Quabeck te danken is aan het persoonlijk intermediair van wijlen Z. K. H. Prins Hendrik der Nederlanden. Men stelle zich toch ook niet voor, dat van ieder der varieteiten hectoliters zijn uitgepoot. Van iedere varieteit waren slechts 3 of 4 knollen. Nauwkeurig wordt aanteekening gehouden van alle punten, die strekken kunnen om te oordeelen over de opbrengst, kwaliteit en andere goede of slechte hoedanigheden die, welke bij voortge- zette cultuur ongunstige resultaten geven, worden niet meer verbouwd. Het proefveld der Rijkslandbouwschool strekt niet alleen tot leering voor de leerlingen, maar werkt ook naar buiten door het afstaan van uitmuntende zaden en knolgewassen. Hoe beter het aan het publiek belang beantwoordt, des te beter zal het ook beantwoorden aan 'tgeen de directeur en de leeraren in algemeene en bijzondere plantenteelt zich voorstellen met hun on derwijs te bereiken. Voor wij van de aardappelen afstappen, verdient nog eene zaak, betreffende die voor de volksvoeding nog steeds zoo belangrijke plant, vermelding. In een der dagbladen werd melding gemaakt van de aardappelen, afkomstig van het Tenger-gebergte (een gematigd klimaat) op Java residentie fassaroean, afdeeling Malang. Deze zouden nog nooit van de ziekte geleden hebben en uitmuntend van smaak zijn, zoodat ze op de markt te Batavia gretig afnemers vindcn. Aan het verzoek aan den Minister van Kolonien gericht, om eenige hectoliters te doen ontbieden, is met de meeste welwillendheid voldaan, zoodat nu een half hectoliter van deze Javaansche aardappelen op de proefvelden der school en op Duivendaal is uitgeplant. In een volgend over- zicht hopen wij gunstige resultaten te kunnen mededeelen. Het behoeft naauwelijks vermelding, dat de gewassen op de proef velden door de aanhoudende natte weersgesteldheid in 1879 evenzeer leden als elders. Vele granen legerden, niettegenstaande ze op rijen en dun gezaaid waren; andere, zoo als Sojaboontjes en de uit China ontvangen zaden, werden niet rijp." In de algemeen gelezene Engelsche landbouw-courant The Agricultural Gazettevan 22 December 1879, bl. 589, werd het volgende verslag opgenomen van den heer Dawson A .Milward, van Tullogher, New Ross, Ierland. Deze heer bezocht den 3 September 1879, de boerderij toebehoorende aan het dr. H. v. Popta-Gasthuis), gelegen onder Ritzumazijl bij Marssum, in gezelschap van twee andere Iersche heeren, in kwaliteit van speciale commissarissen der koniuklijke landbouw-maat- schappij van Ierland. Hij maakte enkele onnaauwkeurigheden in zijn verslag, die ik in de vertalingen verbeterde en nu meen ikdat vele lezers dezer courant met genoegen zullen lezenwat een vreemdeling zegt over zijn bezoek aan een der eerste plaatsenwaar in Friesland de Swartsehe methode ingevoerd is en bied de ver beterde vertaling daarom aan de redactie ter plaatsing aan. Groningen Maaart 1880. Jb. Boeke. „De heer K. N. Kuperus, ofschoon eenvoudig landbouwer en geen andere betrekking bekledende, heeft zich in het Engckch geoefeud, omdaardoor in staat te zijn Engelsche landbouw-couranten en andere boeken over landbouw te kunnen lezen. Hij is een zeer kundig man en zijne praktisch ingerigte boerderij is wel een bezoek waard. Zijne boerderijongeveer 130 are groot, bestaat geheel uit grasland. Er worden zes en dertig koeijen gehoudenalien van het echte zwart bonte Friesche ras. Dit ras is zeer in trek voor de melkery in Noord- en ZuidHolland en verscheidene zijn zelfs naar Amerika verzonden. Zij zijn grofbeenig, schoon gevormd, zyn uitstekende melkgeefsters, en wanneer zy op bun zevende en achtste jaar droog worden gelaten, kunnen zij een zwaar gewigt verkrijgen en zyn dan fijn vet, ofschoon zy toch niet alle hoedanigheden bezitten van ons Shorthorn ras. Behalve dat vee houdt de heer Kuperus omstreeks vijftig ooijen en zes en zestig lammeren, hij fokt jaarlijks achttien tot twintig kalveren aan en wanneer deze een half jaar oud zijn, verkoopt hij die, welke hij niet voor de fokkerij noodig heeft, voor omstreeks tachtig gulden per stuk. De koeijen kalven in Maart en April, hun eerste kalf brengeu ze in den regel wanneer zij twee jaar oud ziju op hun achtste jaar worden zij niet meer voor de melkerij gebezigd. Zij worden van November tot Mei op stal gezet en worden dan gevoed met hooi en lijnkoeken. Zij worden bij de horens vast gebonden en staan op een stal ongeveer een voet boven den grond, staan noch op stroo of ander strooisel en hebben de staarten aan den zolder vastgebonden, ten einde zindelijk te blijven. Er is geen ruif of krib, maar het hooi ligt voor hen op den grond en het water wordt hun in emmers gegeveu. De heer Kuperus huurt zijne boerderij voor 5 jaar te ge- lijk, hij en zijne familie hebben dit al sedert verscheidene jaren gedaan. De landheer laat al de gebouwen zetten, maar de huurder moet alle reparatiekosteu betalen; de materialen geeft de eigenaar. De eigenaar van de plaats van den heer Kuperus is eene publieke instelling en daar deze in die streek een groote uit- gestrektheid land heeft liggen, wordt deze boerderij als model-boerderij beschouwd, wanneer zij hier nieuwe systemen of proeven op het gebied van melkerij willeu iuvoeren, b.v. het Swartz systeem, en heeft de instelling ook alle daarvoor benoodigde toestellen aangeschaft. Toen voor eenigen tijd eene commissie uit Friesland naar Denemarken ging orn het botermaken in dat land te onder- zoeken, bestudeerde hij dat systeem in de boeken en door persoonlijke aanraking met de leden der commissie, en zonder zijn eigen land te verlaten heeft hjj nu sedert een halfjaar het koudwater systeem kunnen invoeren. De oude melkkelder werd er voor ingerigt door er een flink reservoir met pomp in te plaatsen, om de koelbassins te vullen; dit groot reservoir kan voldoende water bevatten voor 24 uur lang, en daaruit stroomt het water in koelbassins, waarin de melk bewaard wordt, voortdurend door buizen met kranen; een Holsteinsche karn werd aangeschaft en nu maken ze ook een ijskelder voor hem. De heer Kuperus is van meening dat, al is zijne hoeveel- heid boter niet vermeerderd, hij toch beter en meer gelijkmatige boter heeft verkregen en vooral uitstekende boter gedurende de warme maanden van het jaar. De hier gevolgd wordende handelwijze is deze: zoodra de melk van de koeijen komt wordt ze in ovaal vertind ijzeren koelvaten gedaan 20 bij 50 breed en 54 cm hoog, inhoudende ruim 30 liters melk ieder; deze koelvaten worden in houten koelbassins, gevuld met koud water, gezet en staat dan dat water even hoog als de melk in de koelvaten. Dit water vloeit steeds toe en af ten einde het zoo koud mogelyk te houden, maar om niet voortdurend te moeten pompen is er een overtollige koelbak of beter gezegd een waterreservoir, en aangezien het hierin eenigen tijd blijft staan is het water niet erg koud. De melk wordt elke twaalf uur afgeroomd, dat wil zegggen, de avond melk wordt den volgenden morgen afgeroomd, des avonds en den daarop volgenden morgen, en al deze room wordt dan in eens den daarop volgenden morgen, nadat zij ligt gezuurd is, gekarnd. De afgeroomde melk wordt gebezigd tot het maken van kleine ronde Hollandsche kaasjes en de wei wordt aan de varkens en kalveren gegeven. Zoodra Na het bezoek in Sept. is de heer Kuperus begonnen weder gewone Friesche kaas te maken. Jb. B.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Weekblad van Haarlemmermeer | 1880 | | pagina 1