- 158 Over (le voortplauting der aardappelziekte. Vliegen in den koestal. De grootste broeikas der wereld De energie en de praclische zin der Amerikanen toont zich op allerlei gebied. Niet alleen de landbouw aldaar wedijvert met den Europeschen, wat aangaat graanbouw en vooral veefokkerij, ook in de ooftteelt hebben de Amerikanen in de laatst verloopig jaren aanzienlijke vorderingen gemaakt. Op de laatste teutoonstelling te Philadelphia waren niet minder dan 15,000 borden uitgestald met ooft in honderden soorten, alle in de Vereenigde Staten en Canada gekweekt. De En- gelsche markten worden door Amerikanen van vruchten, vooral van appelen, voorzien en daardoor wordt de prijs van Euro- peesch ooft gedrukt. Zelfs naar Rusland worden Amerikaansche appelen uitgevoerd; dit artikel i9 aldaar bij vruchthandelaren reeds een constaute waar geworden. En terwijl deze dingen aldus geschieden, zoo merkt de redactie van de Landb. Ct. naar waarheid op, overlegt men in ons lieve vaderland maar steeds of met ooftteelt iets te verdienen zou wezen en of het de kosten en moeite loonen zou, om alle daartoe ge- schikte en ongebruikt liggende plekken gronds met vrucht- boomen te beplanten. De Staats-Courant bevat het volgende verslag omtrent de verwaclitingen van den oogst in 1880 in de provincie Friesland. Rogge kan over het algemeen, vooral op de kleigronden, als goed geslaagd beschouwd worden. In de zandstreken heeft zij echter nog al veel geleden door nachtvorsten. Qerst. De enkele berichten, die over dit gewas zijn ingezonden, melden ons, dat het licht van korrel was en schijnt weinig verbouwd te zijn. Klaver. Deze vrucht schijnt over 't algemeen, zoowel in klei- als in zandstreken, goed gelukt te zijn en voldoende zaad te hebben opgeleverd. Haver. Hiervan kan hetzelfde worden gezegdwel had zij op sommige plaatsen in het zuiden der provincie veel te lijden van regen- en hagelbuien, doch in andere oorden slaagde zij daarentegen bijzonder goed. Koolzaad. De berichten hieromtrent zijn minder gunstig. Het koolzaad was matig en had over het algemeen een slecht beschot van zaad. Vlas. Uit enkele streken meldt men ons, dat deze vrucht veel te lijden had van hevige regenbuien. Over het algemeen schijnt de opbrengst echter goed te zijn. Er is over het geheel weinig zaad gewonnen. Chichorei heeft in den beginne veel te lijden gehad van droogte en koude. Het fraaije weder echter, in de maand Augustus, heeft weer veel goed gemaakt, zoodat men een goede opbrengst mag verwachten. Aardappelen. De vroegste soorten zijn goed, de late hebben veel van de ziekte geledeu. De late nachtvorsten in dit voorjaar schijnen er het hunne toe te hebben bijgedragen, om deze vrucht gedeeltelijk te doen mislukken. Met uitzondering van de jammen, zijn de ver- waehtingen omtrent de late aardappelen niet groot. Boekweit. Al de berichten, omtrent dit gewas ingekomen, luiden gunstig. In enkele streken leed het nog al van de aanhoudende droogte. Het prachtige weder gedurende den oogst zal zeker op de qualiteit gunstigen invloed hebben uitgeoefend. De hoeveelheid honig, die de bijen hebben vergaderd, moet bijzonder groot zijn. Gras- en hooilanden. Hoewel het zich in het begin door de lange koude en droogte niet best liet aanzien, was de opbrengst der graslanden overvloedig. De verkwikkende regens in Juni en het daaropvolgende aanhoudende fraaie weder in de maanden Juli en Augustus, brachten weer terecht wat de koude en droogte hadden bedorven. De hooioogst was uitmuntend. De hoedanigheid van het hooi liet ook niets te wenschen over. Kanariezaad. De opbrengst van dit gewas zal zeer goed zijn het heeft buitengewone zware aren. Erwten. De berichten over deze vrucht zijn nog al vrij gunstig. De erwten zijn ook door het fraaie weder best binnengekomen. Er wordt in de kleistreken nog al geklaagd over wormen in de peulen van de groene erwten. Boonen. Deze hadden algemeen veel stroo en waren uitmuntend van peul. Men kan ze als goed geslaagd beschouwen. Onderzoekingen hebben aangetoond, dat de sporen der schiraraelplaut op de aardappelen (peronospora infestansmet de knollen overwinterenwaarop zij kleine zwarte vlekken uitmaken. Er gaat geen jaar voorbijof men treft poters aan die hierdoor besmet zijn. Met het kiemen der aardappelenin het voorjaar, ontwikkelt zich ook die scbimmel en groeit door den stengel tot in het loof omhoog, terwijl zijne myce- liumdraden van onderen wegsterven en opgeslupt worden. De schimmelsporen treden uit de spleten te voorschijn en zoo kan door enkele aangetaste stammen door den wind de woekerplant over het geheele veld verspreid worden. Op de vochtige bladen blijven de sporen kleven kiemen en dooden zoo het loof. Van het loof uit geraken nieuwe schimmels door den regen in den bodemvooral daarwaar door de schom- meling de stengels gespleten zijn. Daar ze uiterst fijn zijn slempt de regen ze ook in den grond- Hier dringen ze door de nog niet lederachtig geworden schil der knollen en ver- oorzaken het celrot, zonder aanvankelijk het meel te vernie- tigen. Om de ziekte zooveel mogelijk te beperkeu, neme men dus poters van de meest gezond gebleven stukkenzoeke er alle zieken uit en bewaar die droog en luchtigwant zelt3 in den kelder en de mijt kuunen nog de oogen besmet worden. Het ziek worden van het loof kan niet voorkomen worden om echter de knollen te vrijwaren, kieze men soorten, die voorzien zijn van eene sterke schaal, aarde de planten tijdig minstens twee malengoed aan, waardoor men eene dikke aardlaag tegen de schimmels bekomt en ook de opbrengst verhoogd wordt. Men weet dat de dieren moeten gevoed worden naar gelang van hunne ligchamelijke zwaarte, de werkzaamheden die zij moeten opleveren en de produkten die wij er van willen genieten. Hoe geruster nu de koeijen in den stal staan of liggen en hoe minder beweging zij maken des te beter zal het voeder dat zij gebruikenzich in melk, vleesch of vet omzetten zoodat wij hieruit moeten besluiten dat de koeijen, die nu in den regel met het verschijnen der vliegen in den stal ver- minderd zijn aan melk- en roomopbrengst, dit ligt aan de ongemakken en plagerijen, hun door de vliegen voortdurend veroorzaakt. Om de vliegen uit den koestal te verdrijven, zou ik aanraden, de buiten- en binnenmuren van den stal tot een hoogte van 50 centimeters tot een meter met koolteer te verwen en eenige stokken besmeerd met vogellijm, die men maakt door lijnolie te laten verkoken en bij deze een weinig bruine suiker te voegen als ze bijna dik geworden is. De lucht of geur van den koolteer is zeer gezond, maar men moet zorgen dat er in den stal een goede luchtafvoer onderhouden wordt zonder togt te veroorzaken. De koeijen goed wasschenbor- stelen en zoo zuiver mogelijk houden is met broeijend weder zeer aan te bevelen en deze werkzaamheden wordeD door eene meerdere opbrengst rijkelijk beloond. i9 de thans voltooide oranjerie van koning Leopold II te Laeken in het park van het kasteel. De inhoud bedraagt 45,000 kubieke meters de glazen koepel heeft eene hoogte van 30 en eene doorsnede van 60 meters. Twee vuurtorensschoorsteenen in den vorm van minarets geven aan het geheel een Oo9tersch karakter. Het inwendige is daarmede in overeenstemming. Het verwarmen van het reusachtig gebouw vereischt een lengte van 5000 meters aan buizen. Onder de planten die dezen wintertuin zullen versieren zijn vooral te noemen twee reuzenpalmenreeds aangekomen, van welke de eerste 13 meter hoog is, terwijl zijne kroon 8 meter doorsnede heeft, en de tweede 19% meter. Het vervoer van den eersten uit de groote serres van Enghien, die de koning heeft aan- gekocbteischte een span van 21 paarden; de boom woog 24,000 kilogram. DE DOORD te 's HADE. Den 23 September is te 's Gravenhage een ontzettende misdaad gepleegd. Nadat het eenige zoontjeoud 13 jaar, van den heer Bogaardt, een Indisch millionair, wonende op het Plein 1813 aldaar, des middags ten 4% ure nog niet te huis was ge- komen, informeerde men bij den onderwijzer, den heer Bou- scholte, aan de Koninginnegrachten vernam daar dat de koaap reeds ten 3 ure door een heer, uit naam van den vader, per rijtuig was afgehaald. Slechts deze inlichting kon men gevendat de bevvuste persoon iemand wa9 van middelbare lengtemet zwarten snor en fantasiehoed. De knaap had wel vreemd opgekekendat bij op dit ongewone uur de school moest verlaten, maar ging vrolijk aan de hand van zijn ge- leider mede. De familie verkeerde natuurlijk in de groot9te ongerustheid en aarzelde dan ook niet lang de politie te waarschuwen. Terwijl deze links en regts nasporingen deed, ontving de heer B. tegen 6% ure per post den volgenden uitvoerigen brief: Geachte Heer. Daar ge uw zoon wel zult misschen, maak ik van papier gebruik om u zijn wegblijven op te helderen. Hij is in bewaring genomen door een wanhoopig man die u uit indie nog kent. Ik moet mijne zaken redden, ge zoudt er mij goedwillig geen geld genoeg toe geven daarom doe ik 't zooomdat ik mij dan gelijktijd op uw vrouw Marie, die ik haat, kan wreken in haren zoon. Ik heb vijf en zeventig duizend, 75000 gld. noodig. Uw zoon is door mij in een kelder gesloten, waar hij wel kan leven, doch van mij niets krijgt, hij zal 't dus niet lang uit houden, en het hangt van u slechts af hem vrij te maken, zoo spoedig dat hij nog leeft. Laat dus 't geld morgen middag brengen dan is hij nog gered. Ik kan ook niet lang wacbtcn want ik ben op't uiterste. Zoo ik 't geld niet krijg, dan dood ik hem en mij door een paar schoten of ik vlueht en laat hem stil zitten. Ik ben zoo zeker van mijne zaak dat 't slechts van u afhangt hem te redden. Doet gij dat niet dan zal hem geen dag leven blijven, al zou ik 't alleen maar doen uit woede dat ge mij niet helpt. Veel tijd om 't geld op te halen geef ik u dus niet. Gij geeft 't bedrag aan bankbilletten in een pakket gesloten aan een uwer dieustmeiden, deze gaat er mede de Hoefkaae op, zij zal die wel weten, 'tis de eerste laan links, als zij van 't Holl.-station komt. Zij loopt dus met 't pakket in de hand als herkenningsteeken, de Hoefkaae op, en volgt die tot aan 't einde, altijd tusschen de weilanden, doch voor dat ze aan 't eind is zal ze wel iemand ontmoeten, die haar vraagt of ze uw dienstmeid is, aan deze geeft ze 't pakket dan is alles goed. Ze moet echter niet verzuimen door te loopen tot't einde, dus niet stil blijven staan. Zij gaat juist om 3 uur van huis, dan is ze tegen half vier aan de Hoefkade en begint haar marsch. Ge zult er niemand iets van zeggen, want als ik bemoeilijk word, dan dood ik uw zoon dadelijk. Poog niet iets te ondekken, want ge kunt niets snappen, en 't in kennis stellen aan de politie, zou uw zoon dooden, omdat ik dan 't geld niet onbemoeilijkt zou krijgen. Ge kunt me ook niet verassen want ik de politiezaken dadelijk. Dengene die ik zend om 't pakket te halen, is iemand die van niets afweet, mijn ware naam niet kent, en denkt dat hij een bundel brieven van een meisje, die ik niet zelve wil ontmoeten voor mij ontvangt. Van hem kunt ge dus niets vernemen, aan hem hebt ge nietsdoch komt hij niet op de bepaalde tijd bij mij terug, of is hij niet alleen, of hebt ge hem iets van de zaak gezegd, zoo dat hij mij doorgrond, dan dood ik uw zoon dadelijk of laat hem ver- hongeren. Mijn posteljon kent de gevangenis niet, en kan mij niet vinden als heel eenzaam, terwijl ik hem in 't oog laat houden door mijn confrater. Uw zoon komt niet terug voor dat de bankbiljetten behoorlijk zijn ingewisseld, denk daarom, ik zal hem echter alsdan eenig voedsel geven, maar is de zaak niet eerlijk, dan blijft hij voor de kelderratten. Denk niet dat hij in of bij den Haag zit, och nee, dat niet, hij zal zaterdag met de trein arriveren bij u t'huis, zoo mijn zaken opfleuren, dan krijgt ge 't geld terug. Kom niet zelve 't brengen of zend geen ander als uw dienstmaagd, want dan komt 't niet terecht, daar mijn posteljon een macbiene is; alsdan daar ik niet langer kan wachten, vlueht ik en laat uw zoon zitten. Uw dieDstmeid gaat dus om 3 uur van huis met 't pakket in de hand en begint hare wandeling, op vrijdag 24 Sept. Lees nu goed alles over, denk er aan dat mijn posteljon van niets weet, dat ge door in iets van 't voorgeschrevene af te wijken, uw zoon dood, dat ik geen koud hollandsch bloed in mij heb, dat door't te laat terug komen van mijn posteljon ook alles bedorven is, het- geen door zijn schuld niet zal gebeuren. Zoo deze brief niet bij 't pakket is dan houd ik uw zoon nog een dag of acht voor ik hem terug zend. Maak nu dus niet dat de moord voor niets gebeurt, door dwaze handelingen van uwe zijde; - ik ben toch in 't voordeel daar ik zeker van mijne zaak ben. Ik ben niet bang voor mij, dat ge 't aan de politie zegt, want die snappen toch niets, maar dan krijg ik geen geld en sterft uw zoon voor niets. De politie had inmiddels wijd en zijd getelegrapheerd en de opsporing verzocht. In den nacht van Donderdag op Vrijdag werd een ontdekkingstocht in de duinen ondernomen, maar geen spoor werd toen ontdekt. Vrijdag voormiddag echter werd in het duin nabij Loosduinen door een rijksveldwachter het lijk gevondenverborgen tusschen struikgewas, de handen en voeten gebonden en het hoofd rustende op de schooltasch. Sporen van buitengewoon geweld waren zichtbaar. Onvermoeid zetten politie en justitie hare nasporingen voort om den dader van dit gruwelstuk te ontdekken. Van den koetsier, die <fen onbekenden persoon aan een der spoorweg- stations in het rijtuig nam, kwam men alleen te weten dat hij den man met den knaap tot het einde der Laan van Meerdervoort heeft gebracht. Verschillende personen hebben den knaap met zijn vermoedelijken moordenaar nog tegen het vallen van den avond in het duin ontmoet. De veronderstelling is niet gewaagd dat het onmensch ontwarende dat men hem reeds op het spoor was, zich gehaast heeft zich van het knaapje door verworging te ontdoen. Inmiddels heeft men heden eene vrouw naar de plaats ge- zouden, waar volgens den brief de geeischte geldsom in ontvangst zou worden genomen doch er deed zich niemand op. De geheele stad is door deze vreeselijke gebeurtenis in rep en roer gebracht; men hoort over niets anders spreken. Het Vaderland verzekert dat het lijk gevonden is niet alleen geworgddoch met acht messteken doordoorddie ieder op zichzelf voldoende waren om den dood te veroorzaken. Uit den mond van den voerman vernam de berichtgever van dat blad nog, dat bij het uitstijgen uit de vigelante de moordenaar den knaap opmerkzaam maakte op het hijgen van het paard met de woorden: „Kijk het paard eens jagen en zweetenof we ook fliuk gereden hebben"; zonder het tarief te raadplegen betaalde de moordenaar 2 voor vracht en sloeg met het kind den weg naar het duin in. Van wpge de politie wordt aan het Bagblad nog het volgende berigt: „Al9 belangrijk valt nog te vermelden dat in een woning gelegen in de duinen onder Loosduinenheden nacht is in- gebroken en aldaar ontvreemd is een paar hooge laarzen, een blauwe kiel en een blauwe borstrok. De hoofdcommissaris gelast scherp en onraiddellijk onder- zoek, ten eerste aan de spoorwegstations en onder de stal- houders en koetsiers, en bij ontdekking van eenige bijzonder- lieid terstond berigt. Nu de afschuwelijke misdaad meer en meer in de stad be- kend geworden is, blijkt ook nog meer van de sensatie die daardoor onder de ingezetenen is te weeg gebragt. Door de familie is eert 2000, later 10,000 uitgeloofd voor de ontdekking en de aanhouding van den vermoedelijken dader van den moord. Deze is ondanks alle pogingen nog niet ontdekt. De lijkschouwing moet bewezen hebben dat wel degelijk goed aangebragte mes- of degenstooten den dood hebben ver oorzaakt, en dat het kind zich moet hebben verweerd. Ge- tuigen zouden in het duin gezien hebben dat het werd voort- gesleurd maar aan slrafoefening te hebben gedacht. De familie moet onbewust zijn aanleidiug te hebben gegeven tot per- soonlijke wraakneming. Bij de ter aardebestelling van den verraoorden knaap was de toevloed der meuigte ontzettend. De algemeene deelneming en verontwaardiging werden kenbaar gemaakt. Menige traan werd gestort. Verschrikkelijke verweuschingen werden geuit. Zes-en-twintig bloemkransen werden op de lijkkist nedergelegd. De schoolmakkers van den ongelukkigen jongeling liepen aau beide zijden van den lijkwagen, begeleid door den hoofd- onderwijzer. Ook zij legden een krans nerler. Vrienden steunden den vader. Ds. Romeuie was by het geopend graf de tolk van den algemeenen indruk van afschuwdien de gruweidaad had te weeg gebracht. Gevoelvol sprak hij den ouders en bloedverwanteo toe. De hoofdonderwijzer Bouscholte legde mede een krans op het graf en verklaarde, dat de overledene een zijner beste leerlingen was. Onder dankbetuiging voor de eer, den afgestorvene bewezen, eindigde deze hoogst treurige plecbtigheid." In den avond van 27 September is, volgens het Vaderland, ten huize van den heer Bogaardt opnieuw een briefkaart be- zorgd van dezelfde band met de woorden: Onze tcraak is nog niet voldaan. Het postmerk van dezen brief was Rotterdam. Het aantal leden van Natura Artis Magistra te Amsterdam bedroeg op 1 Sept. 6444. In het jongste geuootscbapsjaar is de diergaarde bezocbt door 72142 vreemdelmgen, 56464 dienstboden, 1566 school- kinderen en (kosteloos) 3374 weeskinderen. De ontvangsten bedroegen /249,045 (waarvan /53,298 aan introduetie), de uitgaven /228,9~98. De schuld beloopt 924,000, de bezittingen komen op de balans voor ad f 1,384,000. De huwelijksvoltrekking tusschen de bruid van 81 en den bruidegom van 77 jaren, welke op Donderdag 11. te Amsterdam zou hebben plaats gehad, is door ongesteldheid der bruid een paar weken uitgesteld. De sluiswachter Nijland te Katerveer is voor bijna f 40 bedrogen. Door een schipper is hem een bon van 40 sigaren, in plaats van een bankje in de hand gestopt. Door de arrondissements-regtsbank te Rotterdam is iemand tot een b&lf jaar eenzame opsluiting en J 25 boete veroordeeld, wegens bedriegelijke oplichting, gepleegd door middel van een der in den laatsten tijd in omloop zijnde waardelooze papieren, die veel overeenkomst hebben met bankbiljetten van zestig gulden, doch volgens welke de Nederlandsche Bank aan toonder zestig sigaren betaalt. Te Breda heeft men bij een eenvoudig burger ingebroken en een trommel met ongeveer f 2500 aan effecten gestolen. De eigenaar zat in de comedie met genoegen te luisteren naar de schurkestrekeu van //Robert en Bertrand of de lustige vagebonden." Op verschillende plaatsen in het Noorden van Schotland heeft het gesneeuwd en dezer dagen was er te Louden zulk een mist dat het verkeer op de rivier met levensgevaar gepaard was. Men moet toch maar ongelukkig wezenTe Amsterdam loopt een man langs een huis, dat in een bovenraam een bloemenrekje heeft. De staart van een opgelaten vlieger kronkelt zich om een plant, sleept die van het rekje af, en valt juist den man op het hoofd, zoodat hij verwond naar het gasthuis moest worden vervoerd. Eene huismoeder te Leeuwarden, die in Julij van het vorige jaar beviel van 3 kinderen, is in den loop dezer week weder bevallen van 2. Door een goederentrein, is tusschen Yenlo en Maastricht, een lijnopziehter overreden. Armen en beenen werden hem als van het lichaam gesneden en kort na het ongeluk is hij overleden. Vriidag laatstleden ging een man met zijne vrouw teParetz, bij Spandau, des middags uit werken en sloot de vier kinderen, waarvan het oudste een twaalfjarig meisje was, in het woonvertrek op. Des avonds terugkeerende, zagen de ouders tot hunne verbazing dat de kinderen verdwenen waren, zonder dat men kon zien hqe zij

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Weekblad van Haarlemmermeer | 1880 | | pagina 2