demengfle Berigten.
- 118 -
Aurdappelziekte.
daar het han wegens de behoeftige en ziekelijke omstandig-
heden der kweekster, niet zal ontbreken aan de gelegenbeid
oin te kunnen weldoen.
Ala een bewijs dat de Friesche harddravers nog geld waard
zijndiene dat bet paard van den heer Kramer te Wolsum
dat te Leeuwarden op de laatste barddraverij van wege Z. M.
den Koning de premie gewonnen heeftdezer dagen voor
niet minder dan /4000 is verkocht.
Een landbouwer te Zaandam heeft aan den Minister van
Financien vrijdom van accyns gevraagd en verkregen voor
den inalag van 290 Kgv. zout, om te dienen tot het nemen
van proeven tot inkuiling van groenvoeder.
Volgens de Buenos Ayres Standard is de ma'isoogst iu de
Argentijnsche republiek zoo overvloedigdat de spoorwegen
alles niet vervoeren kunnen? De ma'is wordt een gewichtig
uitvoerartikel. Voor uitvoer is ongeveer 200,000 ton beschik-
baar, en elke stoomboot neemt duizenden zakken met voor
de Europeesche markten.
De Staats-Courant bevat het verslag omtrent de verwachtin-
gen van den oogst over 1882 in de provincie Noord-
Holland.
Eogge en Gent staan over bet algemeen goed te velde.
Tarice stond aanvankelijk uitmuntend, maar beeft later van den
regen veel geleden.
Boekioeit belooft een geringen oogst.
Raver staat tamenlijk goedin het noordelijk gedeelte der
provincie zelfs zeer goed.
Karwei- en Mosterzaad zullen een middelmatig, op sorumige
plaatsen een ruim bescbot opleveren.
Erwten en Boonen beloven een goed gewas van stroodocb
de regen was voor het zetten van de vrucht nadeelig.
Viae staat middelmatig.
Aardappelen doen eene goede opbrengst verwachten en zijn
van goede kwaliteit. Onder de vroege soorten werd hier en daar
ziekte aangetroffen.
Het grasgewas had zich door den zachten winter en het
gunstige weer in het vroege voorjaar aanvankelijk reeds goed
oiitwikkeld, waardoor het vee reeds vroeg in de weide kon
worden gelalen. Ook de opbrengst van hooi is ruimmaar
door de aanhoudende regens in Juni en Juli ondervindt de
hooibouw grooten tegenspoed. Veel hooi is dan ook slecht ge
wonnen of staat nog op het land om te drogen.
De vruchtboomen badden veel te lyden van den storm in
den bloeitijdzoodat slechts een zeer geringe opbrengst kan
worden verwacht. Aardbezien gaven een ruime opbrengst. Be-
halve de gewone verzendingen binnenslands, werden ettelijke
duizende kilogrammen naar het buitenland verzonden.
Met bloembollengewas is, ten gevolge van ziekte, over het
algemeen ongunstig.
Men schrijft uit Anna Paulowna, aan de Heldersche en
Nieutcedieper Courant
„Dank zij de fiksche bemaling, begint de waterstand van
lieverlede weder normaal te worden, indien wij ten minste
in de eerste dagen van regen bevrijd blijven.
Intusschen beginnen de weeen van de overstrooming zich
reeds te doen gevoelen. Er is zeer weinig werk, maar, wat
het ergste is: de gansche aardappelenoogst is mislnkt. Eene
oppervlakte van circa 200 bunders, met aardappelen beplant,
zal niets opleveren maar vermoedelijk een verlies van ongeveer
/60.000 aantoonen. Het zwaarst worden hierdoor de kleine
landbouwers en daglooners gedrukt, en met recht vraagt men
hier en daar: Is in dezen niet een beroep op de publieke
liefdadigheidof wellicht op de commissie tot ondersteuning
van noodlijdenden door overstrooming gewettigd? O. i. kan
het niet twijfelachtig zijn."
Naar aanleiding van bovenstaande bericht meldt men aan de
Amsterdamsche Courant nog uit Anna-Panlowna
De regen van Woensdag 12 Juli jl. moetten minste in het
Westelijk deel des Polders in een soort van wolkbreuk zyn
overgegaan. Binnen enkele uren waren slooten en vaarten niet
meer in staat de neerstortende waterstroomen te bevatten.
Noodkaden brachten hier en daar eenige bescherming aan
maar over honderde hectaren stroomde ^pt water, over dammen
en wegen heen, en spoedig slonden de landerijen blank.
De gewone bemalings-middelen hoe goed ook
scboten te kort, om tijdig de landen te ontlasten en van
daar een schade die, hoewel nog niet naauwkeurig te bepalen,
in bovenstaand bericht zeker niet te hoog is geschat. Om
eenig denkbeeld te geven van den gevallen regen, kan dienen
dat behalve het water, hetwelk met spuien en met de vier
wiudmolens uit den polder verwijderd werd sedert 13 Juli
jl. door de beide stoommachinesvolgens een matige bereke-
ning, meer dan 2 millioen kub. meter water zijn uitgemalen.
Men schrijft aan de L. Ct. het volgende:
De zomer heeft, wat het weer aangaat, tot dusver het
niet zoo slecht gemaakt als die van 1879 toen de zon bijna
niet te zien was en het iederen dag regende, de uitkomst
van den oogst spoedig beslist werd en het buitenland in den
aanvoer van aardappelen moest voorzien. Ofschoon de vroege
aardappel overal ziek is, op kleigronden hevig, bijna niet de
moeite waard ora te rooien, op zandgrond met veel uitzonde-
ringen, doet zich van den laten aardappel geen zoo nadeelige
uitkomst verwachten. Althans dat, zoo als in Zeeland de oogst
zou verloren gaan, stelt men zich nog niet voor. Datzelfde
jaar was ook zeer nadeelig voor den hooibouw. Thans duurt
de bouw wel lang, maar dit is meer geschiedterwijl de
landman toch nog met een goeden voorraad binnenkwam. Met
het hier wat minder, elders wat beter gewonnen hooi, zal de
lange wintertijd toch afgewacht kunnen worden. Vervolgens is
van Mei af het weiland bijna niet zonder gras geweest. Want
het weer was, hoe wisselvallig ook en eenige koude dagen nit-
gezonderd groeizaam. Deze zomer is echter voor sommige
producten ongunstig. Bloemkool was er tot heden zeer goed
erwten zullen voor den wintervoorraad wel bijkomen, ook de
boonen herstellen zichhoewel onder de snijboonen veel roest
in het blad ontstond door de nattigheid. Het graan kreeg nog
niet te veel regen om bekommering te veroorzaken vlas en
koolzaad zullen niet bedrogen doen uitkomen. Aardbezien waren
er veelmorellen worden ruim geplukt, aalbessen zijn er niet
minder dan anders, moerbezien moeten meer warmte hebben
om ryp te wordenook de wijnstok is nog achter. Opmerkelijk
is dat de wind bijna zonder afwijking reeds weken lang uit
het zuidwesten blies, hetgeen vroeg of laat veel keerwind uit
den oostelijken hoek kan veroorzaken. De uitgebreide teelt van
Convallaria majalishet Lelictje der dalen, belooft ook dit jaar
geen voordeel. Men heeft bevonden dat, ofschoon het gewas
frisch in het blad staat, niet alleen driejarige, weldra anders
voor het opsteken geschikte, pollen of „zegelljes" weder ziek
zijn in den wortel en geen gezonde loten hebben gezetmaar
dat ook zelfs dat onheil bij vijfjarige pollen is waargenomen;
eene ziekte, die noch door droogte, noch door nattigheid schijnt
te ontstaan, welker oorzaak met geen zekerheid kan worden
aangeduiden, in weerwil van genomen proefnemingen, niet
was uit te roeien.
Uit Harlingen schrijft men
Buitengewoon groot is de hoeveelheid hooi, door de Friesche
landbouwers reeds binnengehaald en nog te oogsten. Daarmede
in overeenstemming is de opbrengst van boter, zoodat volgens
een deskundige de Friesche boeren mogen worden gerekend
elk 2 valen boter (vierde vaten of kinnetjes natuurlijk) per
week te maken de groote en kleine veehouders dooreen ge
nomen. Onder de boeren zijn er, die tegenwoordig vier vat
boter ter markt brengenen daar de prijzen zeer voldoende
mogen heeten, zal dit jaar wel gedeeltelijk vergoeden wat er
in vorige jareu schade geleden is. Hier en daar ziet men
de gerst reeds op het veld liggenhetgeen buitengewoon
vroeg is.
In een ingezonden artikel in de Midd. Crt. schrijft de heer
H. J. E. Gerlach 't volgende over de middelen tegen aardap-
pelziekte
Nu alweer uit verschillende streken van ons land berigten
tot ons komen, dat de gevreesde aardappelziekte zich vertoont,
is 't niet te verwonderen dat door velen met belangstelling de
pas verschenen brochure is ter hand genomen, getiteld „Die
Kartoffelkrankheit kann besiegt werden durch eine einfach und
leicht auszufiihrende Kulturmethode," om kennis te nemen van
die wijze van behandeling, waardoor het genoemde kwaad zou
kunnen worden voorkomen.
Vreezende te veel ruimte in uw blad te vergen voor een
volledig uittreksel van dat werkje, vraag ik alleen verlof
daarin mede te deelenwaarop iu hoofdzaak die „Kulturme-
thode" berust en dat te meer, omdat het nog tijd is om haar
in toepassing te brengen voor dezen oogst en de landbouwers
dus weldra proefondervindelijk kunnen weten, of zij steek-
houdend is of niet.
Naauwkcurige proeven hebben aangetoonddat de oorzaak
dier ziekte is de schimmelplant peronospora infestans, welke
zich 't eerst op het loof, in den vorm van bruine of zwarte
vlekkenvertoont.
De genoemde plant ontwikkelt knoppendie met sporen
zyn opgevuld en na eenigen tijd afvallen. Valt nu een der-
gelijke knop in de voohtige aarde, of op het door daauw
bevochtigde blad van de plant, dan berst de want van het
knopje open, de sporen treden te voorschyn en verspreiden
zich naar alle zijden.
Als hoofdgeleider der sporen van het loof naar de knollen
fungeert het regenwater, waardoor men verklaartdat de ziekte
een buitengewouen omvang verkrygt in zulke jaren waarin er
veel regen valt in 't tijdperk tusschen 2 weken voor den oogst
der wintergranen en 2 a 3 weken daarna.
Vertoont zich nu de ziekte in 't loof, dan moet men trach-
ten de zich voordurend outwikkelende sporen te beletten
de knollen te bereiken.
Men heeft daarvoor tijd gedurende zeven dagen, gerekend
van den dag waarop zich de ziekte heeft vertoond en moet
nu zorgen de knollen met een zoodanigen aardenwal te bedek-
kendat de, door het water of door andere oorzakenmee-
gevoerde sporen de knollen niet bereiken, alvorens hun kiem-
kracht verloren te hebben en onschadelyk gemaakt te zijn.
Om dezelfde reden buigt men het loof zijwaarts naar den
grond om de hoeveelheid vocht le verminderen, die anders
langs den stengel naar binnendriDgt en met sporen bezwangerd
kan zijn.
Dit zyn de twee voornaamste middelen die aangewend kun
nen worden wanneer de ziekte in het loof aanwezig is.
Om de ziekte te voorkomen leert men ons het volgende
1. men gebruike als peters volkomen gezonde aardappe
len, gevallen van planten waarvan het loof vrij van ziekte is
gebleven
2. men pote aardappelen in goed bewerkten en fijn gemaak-
ten grond, daar 't bewezen is dat fijne en daarom ook zandige
grond beter tegen de ziekte beschut dan zware, grove klei
3. men leggen de poters in rijen op een onderlingen afstand
van 20 a 30 centimeters;
4. het aanaarden begint zoo vroeg mogelijk wanneer zulks
niet meer kan schaden aan de ontwikkeling van 't loof, en
5. de volgende verhooging heeft plaats zoo spoedig moge
lijk nadat de ziekte is waargenomen en geschiedt tot op een
dikte van ongeveer 5 centimeters boven de meest aan de op
pervlakte liggende knollen. Tegelijkertijd wordt het loof zacht
omgebogen, zonder het evenwel te knakken.
Om het ziek worden der aardappelen te voorkomen nadat
ze gedolven zijn, wachtte men met het rooijen minstens twee
liever drie weken, nadat het loof volkomen gestorven is. Doet
men dit vroeger, dan staat men bloot aan 't gevaar, dat de
knollen, in den grond beschut geweest zynde voor de ziekte-
sporen, nu blootgesteld aan lucht en lichtoogenblikkelijk
besmet worden met millioenen en millioenen sporendie in
't loof aanwezig zijn en als regen op de gerooide aardappelen
zullen neervallen.
Vandaar het nu gemakkelijk te verklaren verschijnseldat
aardappelenin Augustus of September volkomen gezond
scbijnende, na eenige dagen plotseling ziek worden, een onge-
val waaraan voornamelijk de groothandelaars in dat artikel
blootstaan en waardoor dikwijls zeer groote geldelyke verliezen
geleden worden.
Wat het zieke loof betreftdit mag volstrekt niet onder-
geploegd of op de mestvaalt gebragt worden, 't best wordt zulks
op 't veld verbraud, waardoor nog een menigte, misschien
kiemkrachtige sporen, vernietigd worden.
Welligt worden onder de lezers van dit blad landbouwers
gevondendie de aanaarding (om de andere voorbehoedmid-
delen in toepassing te brengen is het nu te laat) cens willen
probeeren en wanneer die dan later van die proefneming de
resultaten eens willen bekend maken dan is wederom iets
gedaan ter bestrijding van die vreeselijke plaag, die jaarlijks
voor millioenen guldens schade veroorzaakt.
Volgens de N. R. Ct. heeft H. M. de Koningin haren wensch
te kennen gegeven om op HD. verjaardag in Nederland te
zijn, waarom Z. M. de Koning besloten heeft, (heden) 28 Juli
uit Salzburg op het Loo terug te keeren.
Z. M. de Koning heeft als prijs voor de ophanden zijnde
races te Ascot uitgeloofd een grooten zilververgnlden beker,
gedekt door een deksel met rnassief zilveren vrouwenstatue
alles ter hoogte van ongeveer een meter.
Tegen het hoofd eener school in den Alblasserwaard is pro-
ces-verbaal opgemaakt wegens overtreding van de wet op den
kinderarbeid. Vier van de schoolmeisjes beneden de twaalf
jaren waren nl. door hem belast om tegen geringe belooning
de school en kerk aan te vegen.
De gemeente-ontvanger te Ede (Gelderland) heeft eene pu
blieke verkooping van veldvruchten en turf gehoudenzonder
notaris, deurwaarder of griffier. Als riaartoe niet bevoegd
zal hij voor de rechtbank te Arnhem moeten lerecht staan,
daar op last van de justitie proces-verbaal van het gebeurde
is opgemaakt.
Door wijlen vrouwe M. van Raalte, wed. B. du Moulin, is een
legaat van i200 francs besproken aan elk der volgende instellingen
te Amsterdam, als aan het Nederl. Israel. Meisjes-Weeshuis, het
Nederl. Israel. Jongens-VVeeshuis en het Nederl. Israel. Oude
Mannen- en Vrouwenhuis.
Mevrouw B., geboren R., eene dame uit den zeer gegoeden
stand, omstreeks 33 jaar, moeder van negen kinderen, heeft te
Amsterdam Vrijdag middag 14 Juli haar woning verlaten kort na
haar vert.rek zond zij aan haar familie een briefje, inhoudende, dat
zij uit zwaarmoedigheid de haren verliet, met het voornemen nimmer
terug te keeren den echtgenoot beval zij in het bijzonder de zorg
voor de goede opvoeding hunner oudste dochter aan. Duizend
gulden zijn toen uitgeloofd voor het terug bezorgen der dame, hetzij
levend of dood. Den 25 dezer is haar lijk door een paar visschers
onder Diemen nit het water opgehaald.
In den avond van 22 dezer, omstreeks 7 uur, reed op de Korte
Prinsengrackt te Amsterdam een meisje met een kinderwagen, waarin
zich twee kinderen bevonden, een van twee en een van vier jaar.
Een jongen die daar voorbij kwam, wierp het wagentje om, zoodat
het kind van twee jaar op een schuit en dat van vier jaar in het
water terecht kwam. Toen men het kind van twee jaar opnam was het
reeds een lijk terwijl het andere kind er met een kwetsuur af
kwam. Volgens eene andere lezing zou een meisje van 9 jareu
spclende tegen het wagentje zijn geloopen, hetwelk dientengcvolge
op de schuit geraakte, met bovengemeld noodlottig gevolg.
De jonge Alkmaarsche Harddraverijvereeniging" heeft de eerste,
door haar georganiseerde harddraverij uitgeschreven tegen 23 Aug.
a. s. Zij zal gehouden worden met paard en rijtuig in de Hard-
draverijlaan te Alkmaar. Prijs /400.
Toch g e h o 1 p e n. X. tot een koopman. «Zeg eens, De
Brouw, heeft dat geheimmiddel nou wezentlijk al iemand geholpen
Winkelier. „Op m'n woord, ik verzeker het je." X. »En
wie dan, als ik vragen mag?" Winkelier. ,Wel, allereerst mij
zelf, want had ik het niet juist bijtijds in commissie gekregen,
dan was ik bepaald failliet gegaan."
Op last van den Keizer van Rusland is grootvorst Nikolai Ni-
kolajewitsch onder curateele gesteld. De grootvorst ontvangt nu
nog slechts zeven duizend roebels per maand en bovendien vrije
woning, rijtuigen, paarden, vuur en licht. Al het overige moet
uit het maandgeld bestreden worden. Schulden zullen niet meer
door den Keizer betaald worden.
Op 't woordje speculeeren
Rijmt heel best eclipseeren
Op Griek en metalliek
Rijmt ziek en ook paniek.
By 't woord conpon betalen
Hoort men zeer dikwijls falen
Een woord op groote winst,
Dat vind ik wel het minst.
P. J. Vlind, uit Koog aan de Zaan, mag van geluk spreken.
Hij had een paar dagen voor het vergaan van de oAdder" op dat
schip dienst genomen als hofmeester, doeh had zijn ambt nog niet
kunnen aanvaardeu, omdat zijn verhuisbiljet, dat uit Zutphen moest
komen, nog niet in orde was. Men had zich daar ter plaatse ver-
gist en hem verward met zijn broeder vandaar eenige vertraging
in de toezending, tengevolge waarvan V. van zijne nieuwe betrek-
king afzag en aan wal bleef. Een paar dagen na de ramp met de
a Adder" ontving hij bedoeld biljet.
In zekeren schouwburg zou een voornaam acteur eene gastvoor-
stelling geven. Bij die gelegenbeid zou worden opgevoerd het
treurspel «Hamlet", van Shakespeare". De zaal was eivol en
de toeschouwers waren in gespannen verwachting, vermits men
genoemden acteur die de titelrol vervullen zou, reeds lang met ver-
langen had te gemoet gezien. Hij werd dan ook bij zijn opkomen
met oorverdoovend applaus begroet. Hoorbare stilte heerschte
toen hij het bekende »Te zijn of niet te zijn" zou uitspreken
maar toen hij tot de vraag kwam: »Wat is beter te sterven of te
leven", klonk het op eens uit den hemel van de zaal met een
stentorstem «gooi er om op 1 1 1" Dat er de impressie wel eenig-
zins door leed, zal wel geen betoog behoeven.
Vraag. Een jager gebruikt iets, dat juist zoo heet als datgene
waarop hij niet zeer gesteld is doet men hierbij een jongensnaam
vooralgaan, dan is het een lekkernij of een lastig volkje.
Antwoord. Janhagel.
Vrijdag-avond was eene vrouw uit de lieffe des volks te Nij-
megen op de straat bezig haar 7jarig zoontje een duchtig pakslaag
te geven. Een voorbijgaand korporaal van het 5e regiment infan-
terie, die meende dat dit de ouderlijke macht te buiten ging, trok
partij voor het knaapje. De moeder was over deze inmenging zoo
verontwaardigd, dat zij den korporaal aanvloog en duchtig toeta-
kelde, zoodat hij het geraden achtte het hazenpad te kiezen en