Gemeiigile Berigten.
- 2 -
Jhr. W. A. L. Mock, in de Ned. Sport het winterbeslag
der paarden, als de wegen door sneeuw en ijzel glad zijn,
besprekende, deelt daarbij mede, dat hem voorleden winter te
Wiesbaden een beslag werd getoond, dat zeer werd geroemd,
en waarvan men by het afrijden van gladde hellingen de beste
resultaten had gehad.
Het is een gewoon ijzer met iets dikker wanden; terwijl
het gedeelte, waar zich kalkoenen bevinden, een breed vlak
vormt dat hoi is, in welke holte atukken caoutchouc worden
beveatigd met een staafje dat er doorheen wordt gekionken.
De ijzers worden fabriekmatig gemaakt, en kunnen verwarmd
en vervormd worden naar den hoef; ze mogen echler niet in
water afgekoeld worden. De maker er van is Ernst Schneider,
Gertraudtenstrasse 18, 19 te Berlijn. Men behoeft slechts de
maat der hoeven in Ned. dnimen of in papier uitgemeten, aan
hem op te geven, teneinde ze in de goede afmeten, aan hem
op te geven, teneinde ze in de goede afmeting te bekomen,
De heer M. betaalde voor vier ijzers met Gummistollen, 6
mark 50 pf. Met dit beslag werd door hem met een zijner
paarden de proef genomen, die zeer goed voldeed. Het voordeel
er van isvastheid van standhoegenaamd geen gevaar
voor kwetsing; steeds gewapend tegen gladheid, en eidelijk:
gemakkelijke dragt der voeten op de ijzers, terwijl de Gum-
mistollen alle dreuning wegnemen.
In de laatste jaren zijn de veehouders in Noord-Holland
gewoon hunne koeijen, als ze op stal komen, netjes het baar
te laten knippen. Dit geknipte koehaar bedraagt in Noord-
Holland honderdduizende kilogrammen, en wordt tot nog toe
op de mestvaalt of in den grond geborgen. Wenschelijk zou
het zijn en voor de fabrikauten van koeharen vloerkleden en
tapjjten, en voor den een of anderen ondernemenden arme, deze
grondstof bij de veehouders op te halen en nuttig te gebruiken,
terwijl tot heden een schat van koehaar voor de nijverheid
verloren gaat.
Dezer dagen verkocht de Heer J. Wydenes, te Twik, een
stierkalf van bijna een jaar oud, voor negenhonderd gulden.
Dit kalf is bestemd voor Amerika.
Te Eede werd dezer dagen in eene vergadering van de
Afdeeling Neder-Veluwe van de Geldersch-Overijselsche Maat-
schappij van Landbouw, door Prof. A. Mayer, directeur van
het Proefstation te Wageningen, de teelt van lupine in het
belang van den roggebouw zeer aangeprezen, naraelijk als
hemesting voor het roggeland, waarvan men te Wageningen en
in Noord-Duitschland uitstekende resultaten lieeft gezien. Een
paar landbouwers hebben het aanbod van Prof. Mayer, om ook
te Eede proeven te nemen, aangenomen de meststof (Ka'iuit),
voor de teelt van lupine geschikt, wordt den proefnemers
kosteloos door hem verstrekt. Voor den roggebouw op de
Veluwe, die in den regel zeer middelmatig is, kan deze zaak
van veel belang zijn.
De afdeeling Gouda en omstreken van de Hollandsche
Maatschappij van Landbouw is met Burg, en Weth. van Gouda
en met de Kamer van Koophandel aldaar in overleg getreden,
ten einde middelen te beramen om verbetering te brengen
in den bloei der Goudsche markten. De koeijen-, schapen- en
lammerenmarkt gaat blijkens een ingesteld onderzoek
sterk achteruit; de kalveren- en vooral de varkensmarkt daar-
entegen vooruit.
Het middel van uitloving van premien werd overwogen,
maar verworpen.
Zijn de kikkers vergiftig?
De beantwoording van bovenstaande vraag vond ik in een
Pransch tijdschrift, waar omtrent het vergiftige van sommige
amphibieen en kruipende dieren het volgende gezegd wordt:
„Op het land duidt men onder den naam „vergiftige dieren"
een zeker aantal kruipende dieren aan, zooals de paddeu,
salamanders, hagedissen, adders, slangen enz. Sommige schrijven
hun min of meer bovennatuurlijke eigenschappen toe en be-
weren dat zy bepaald vergiftig zijn. Dit is het volksvoor-
oordeel, dat door de wetenschap gedeeltelijk geregtvaardigd
wordt.
Het vocht dat de padden wanneer zij geplaagd worden, op
grooten afstand uitwerpen, veroorzaakt op de menschelijke
huid eene aandoening die slechts langzaam geneest; wanneer
dit vocht soms in de oogen geraakt, zijn de gevolgen van
ernstiger aard en kunnen zelfs het verlies van het gezigt
veroorzaken.
Het aanraken van deze dieren is zelfs gevaarlijkhet is na-
uielijk bij proefnemingen gebleken, dat de puisten die zich op
de huid van de pad zoo duidelijk, op die van andere krui
pende dieren minder duidelijk bevinden, een bepaald vergif
bevatten.
Gewoonlijk geloofde men dat de kikkers onschadelijk waren,
en toch is het bewezen dat de oorzaak van vele oogziekten
moet gezocht worden in het aanraken van het oogvlies met
de vingers, die met de huid van een kikker in aanraking ge-
weest waren. Men heeft de huid van den hals, die bij den
kikker veel klieren bevat, gewreven en zoo een vocht ver-
kregen, waarvan een druppel voldoende was om een musch
onder hevige stoiptrekkingen te doen sterven. Deze proef op
den kikker zelven toegepast, had een zelfde gevolg, doch na
verloop van langer tijd.
Men zy dus voorzigtig met deze dieren en zorge vooral
dat kinderen niet al te roekeloos met kikkers omgaan, zooals
op het land wel eens het geval is.
Bij Kon. besluit is benoemd tot Minister van Kolonien de
beer J. P. Sprenger van Eijk, lid van den Raad van Neder-
landsch Indie.
Te Weert (in Limburg) schijnt het in de Gemeenteraada-
zittingen niet altoos even vriendschappelijk toe te gaan. Zoo
werd b. v. onlangs beweerd, dat de burgemeester geknoeid
had by het benoemen van een wethouder. llij heett zich tot
den strafregter gewend, om de verspreideis van dit gerucht te
vervolgen, en deed daarvan raededeeling aan den Baad. „Dat
durft gij niet; ik geef 50 gulden aan de armen, als gij die
zaak durft doen vervolgen!" riep een der raadsleden hem toe.
De burgemeester antwoordde, dat bij in dat geval de armen
met deze f 50 gelukwenschte. Het was maar goed dat de
vergadering werd opgeheven, want aan een geregelde behan-
deling van de gemeente-begrooting zou in deze stemming
moeijelijk te denken zijn geweest.
De Koning en de Koningin, in den Haag teruggekeerd'
geven den lOn January eene kindeipartij, ter eere van he1
prinsesje Wilhelmina. Vele kinderen uit de aanzienlijke kringen
worden tot dit kinderbal uitgenoodigd.
In de week van 23 op 29 December kwamen te Oud-
Beierland 11 nieuwe gevallen van pokken bij, en 5 sterfge-
vallen. De oudste had den leeftijd van 27 jaar. Sedert het
begin der ziekte werden 625 personen aangetast, waarvan 189
zijn overleden.
Te Onna, gemeente Steenwijkerwold, zijn dezer dagen
in den grond gevonden 352 oude Bomeinsche muntstukjes
uit den tijd van Julius Cesar. Bijna alien zijn van zilver, ter
grootte van een kwartje.
Onlangs is, naar Daily Telegraph verhaalt, een geheele
stad, Aberayron, in het graafschap Cordigan (Wales), (2000
inwoners) te koop aangeboden, met al de inkomsten, regten
van gronden, gebouwen, belastingen, havenregten enz. Er
werd echter slechts den bod gedaan van 24,000 eu de ver-
koop ging niet door.
Een zeer ernstige zaak is ten aanzien van de spaar-
en hulpbank te Koog-Zaandijk aan het licht gekomende reke-
ning wyst een tekort aan van ruim f 10,000. Volgens een
voorloopige opname, is de spaarbank aan diverse deelnemers
schuldig 69,034.99; daarvoor is aan waarde slechts aan-
wezig f 58,915.28 '/2zoodat ieders inbrengst met ongeveer
'/0 zou moeten verminderd warden, naar het bestuur ter
toelichting opmerkt. Het Bestuur zegt, dat het tekort door de
schuld van den vorigen boekhouder ontstaan is, doch heeft
de zaak op Hinke wyze aangepakt en in orde gebragt. In de
Maandagavond gehouden vergadering werd door den voorzitter
medegedeeld, dat het tekort nog niet geheel te overzien was,
doch hoogstens 12,000 zou bedragen.
Hij vroeg hierop op welke wijze deze fout moet worden
hersteld? Twee dingen zijn mogelijk: of dekken of liquideeren.
Het laatste mag niet voor den goeden naam der beide ge-
meenten, en dus blijft alleen overig het eerste te doen.
Tot dozen maatregel werd door de vergadering besloten,
wanneer eene som van 13,000 wordt bijeengebragt.
De voorzitter deelde daarop mede, dat hij reeds tot een
bedrag van 10,000 toezegging heeft ontvangen, en dat dus
nog een bedrag van /3000 moet worden bijgedragen. Ge-
durende de vergadering werd zelfs nog eene som van5000
bijeengebragt.
Hierna besloot de vergadering, dat de spaar-eu hulpbank
onder de noodige wijzigingen zal blijven bestaan en dat ge-
waakt zal worden tegen eene herhaling van het gebeurde.
Aan de jongste Kajpsche berigten ontleenen wij het
volgende
Uit Lijdenburg wordt onder anderen gemeld van eene
donderbui in den namiddig van den lOen December: Eens-
klaps ontstond er, zonder eenigerlei voorafgaande teekenen,
een vreeselijke windvlaag, vergezeld van een hagelslag, welks
gelijke nog nooit door de oudste ingezetenen in dit district
gezien is. Bijkans een uur lang bleven de hagelsteenen vallen,
de takken van de boomen brekende en haast alles stuk slaande
waarmede zij in aanraking kwamen. Elk raara, dat naar het
oosten zag, werd in stukken geslagen en de lange rij winkels
en cantines in de hoofdstraat werden alle min of meer be-
schadigd. Ten gevolge van de buitengewoue hoeveelheid hagel
ontstond er een watervloed en werden de riolen totaal ver-
stopt door stukken ijs, die wel een voet dik lagen. Het
Masonic Hotel werd ernstig beschadigd, zijnde bijna elk raam
in het front en in de biljartkamer stuk geslagen. Het ge-
bouw ziet er uit alsof het een beleg van 12 maanden had
doorgestaan. Iedereen heeft min of meer geleden. Er is geen
perzik aan een boom en geen blad aan het gewas in de
tuinen overgebleven alle3 is stuk gereten. Nabij het zen-
deling-station werd een Mosuto Kaffer dood gevonden. Hij
moet een vreeselijk uiteinde gehad hebben, zijnde hij door
den hagel letterlijk dood gesteenigd. Onderscheidene hagel
steenen aldaar waren over de vier onsen zwaar. Ook is er
nog een ander lyk gevonden, terwjjl er heel wat geiten, ganzen
en ander pluimvee zijn omgekomen. Een ingezetene kreeg een
hagelsteen langs het hoofd, die hem tegen den grond sloeg.
In de nabijheid der stad werd de prachtig te velde staande
korenoogst geheel vernield. De stad ziet er uit alsof ze in
jaren tijds niet bewoond is geweest.
Volgens eene opgaaf in den Almanak van Limburg,
telt men in die provincie 45 vrouwen-en 28 maunen-kloosters,
te zamen dus 73 kloosters.
De Engelsche adel begint zich meer en meer met haudel
en nijverheid af te geven en over de vooroordeelen van zooge-
naamde „vooruaamheid" been te stappen. Zoo heeft Lord
Londonderry thans een kleinhandel in steenkolen, en is Lord
Sudeley deelgenoot in een gelei-handel te Teddington.
Practisch wezen is veel waard. Van een onlaugs te
New-York gehuwd meisje vertelde men, dat zij den dag na
haar bruiloft hare piano verkocht, zich voor het geld een
naaimachine en linnen aanschafte om hemden voor zich en
haar man te naaien. Een paar weken later wareo ook
hare vier zusters verloofd of reeds getrouwd.
Behalve vrouwelijke ambtenaren, advocaten, predikantet),
stationschefs enz zal men nu ook eerlang vrouwelijke scheeps-
kapiteins zien optreden. Een Amerikaansche dame, Mrs. Mary
A. Miller, van New Orleans, meldde zich onlangs aan voor
het examen van kapitein eener stoomboot. Zij voldeed aan
alle eischen, maar de inspeeteur durfde haar, om haar ge-
slacht, vooralsnog niet toelaten, en de zaak waeht op een ua-
dere beslissing.
Een Amerikaansch blad verhaalt de volgende vermake-
lijke bijzouderheid uit het leven van den beroemden president
Abraham Lincoln.
In den avond, die de congresvergaderingen voorafgiug,
kwam Lincoln eerst om 11 uur thuis. Den volgenden dag
maakte mevronw Lincoln, die niet tot de zachtaardigste be-
hoorde, haren echtgenoot hare raeening daaromtrent duidelijk.
Zij gaf hem onomwonden te verstaan, dat de politiek hem tot
allerlei slechte geiroonten verleidde, hem tot laat in den nacht
in allerlei koffiehuizen deed vertoeven, terwijl zij met de kin
deren alleen thuis zat, en dat zij in geenen deele van zins
was, dergelyke onordelijkheden verder te verdragen. „Van
daag',, zoo besloot zij haar sermoen, „zeg ik u, Abraham,
dat ik precies om 10 uur naar bed ga. Zijt gij voor dien
tijd thuis, dan is 't goed; zoo niet, dan laat ik u ook niet
meer in!"
Het sloeg 's avonds 10 uur en mevrouw Lincoln ging als
een vrouw van de klok en van haar woord, naar bed. On
geveer een uur later scbelde Lincoln aanhij had echter lang
schellen, eer er boven een raam open ging, waaruit een vrouwen-
hoofd verscheen, hetgeen riep:
Wie is daar?
Ik!
Gij weet Abraham, wat ik u gezegd heb?
Ja, maar vrouw, ik heb u iets heel bijzouders mee te deelen.
Laat me binnen
Dat zal wel weer politieke onzin zijn!
Neen, vrouw, het is bijzonder gewichtig. Ik heb een telegram
gekregen, dat ik tot president ben verkozen.
O, Abraham, riep mevrouw Lincoln op den toon van de
hoogsle verontwaardiging, nu is het wezenlijk te ergIk heb
tot nu toe slechts vermoed, dat gij u buiteushuis bedronkt,
nu echter heb ik zekerheid. Ga heen en slaap uw roes uit,
waar gij hem opgedaan hebt!"
Eatelend werd het venster dicht geworpen.
Tot niet geringe verwondering van de beminnelijke vrouw,
werd Lincolns benoeming den volgenden dag officieel bekend
gemaakt.
Of Lincoln, tijdens hij president was, de huissleutel mee
mocht nemen, verhaalt het Amerikaansche blad niet.
Naar aanleiding van de aanstaande opvoering van Benoit's
oratorium Lucifer te Milaan, wordt nan het 77. D. de volgende
merkwaardige herinnering gemeld:
Al de kosten, aan beide uitvoeriugen verbonden, worden
geheel gedragen door den hertog de Campocelise, die bovendieu
een aantel kunstvrienden uit Belgie heeft uitgenoodigd de Lucifer
te Milaan te komen hooren. Van de plaats, waar zij de reis
aanvaaiden af, zijn zij zijn gasten.
De hertog ontziet moeite noch kosten, om den bekwamen
Benoit in den waren zin des woords lot eene wereld-beroemdheid
te verheffen, en wordt daartoe uitsluitend geleid door een gevoel
van dankbaarheid.
In 't kort wil ik u zijn geschiedenis verhalenzij is er
romantisch genoeg toe.
De schatrijke hertog De Campocelise, die in de avenue Kleber,
te Parijs, in de onmiddellijke nabijheid van het paleis van
Koningin Isabella van Spanje, een prachtig hotel bewoont, is
een Nederlander van geboorte, wien het altijd nog goed doet,
als hij eens Hollandsch kan spreken. Zijne geboorteakte is
te vinden in de registers van den burgerlijken stand te Sittard,
als zoon van die en die en van een onbekendeu vader.
Was die vader officieel onbekend, feitelijk wist de zoon zeer
goed, wie de odrsprong van zijn leven was. De oude Heer,
een vermogend edelman, die o. a. in Italie uitgestrekte be-
zittingen had en zelfs op grond daarvan en van zijne afkomst,
rechlen kon doen gelden op een hoogen Italiaanschen titel,
bekomrnerde zich volstrekt niet om zijn zoon, met wien hij,
met de wet in de hand, immers ook niets te maken had.
De knaap moest dus maar zien zelf door de wereld te komen,
en nog al aanleg hebbende voor muziek, koos hij de muzikale
loopbaan.
Zoodoende ging hij naar Antwerpen en ontmoette daar Benoit,
die hem een eerste viool toevertrouwde in een muziekcorps,
waarvan hij aan het hoofd stond.
De jeugdige violist, hoewel in den aanvang ingenomen met
zijn succes, wilde echter spoedig verder ophij wilde wat meer
van de wereld zien en haakte naar Amerika. Maar daar
was geld toe noodig, en ongelukkigerwijze ontbrak hem dit
geheel.
Hij sprak evenwel over zijne plannen met zijn directeur, den
Heer Benoit, die, met het oog op de bekwaamheid van den
jongen man, zijne goedkeuring hechtte aan diens voornemens
en "1200 fr. verschafte, om daaraan gevolg te geven.
Zoo toog de jeugdige violist door Benoit geholpenuaar
Amerika.
Iumiddels stierf de oude Limburgsche edelman en liet aan
het kind, met hetwelk hij zich tijdens zijn leven nooit had
willen bemoeien, een aanzienlijk fortuin na, zoowat een half
millioen.
Nauwelijks daarvan bericht ontvangen hebbende, keerde de
jonge man naar Nederland terug, om bezit te nemen van zijne
erfenis, terwijl een der eerste dingen, die hij deed, was, zich
naar Peter Benoit te spoeden, om dezen het geld terug te geven,
dat hij hem vroeger zoo edelmoedig had geleend.
Thans trachtte de gelukkige bezitter van zulk eene even
aanzienlijke als onverwacht verkregen erfenis ook den naam en
den titel des vaders aan te nemen. Deze pogingen werden
echter met geen gunstigen uitslag bekroond.
Toen toog hij naar Italie, met verschillende papieren in
zijns vaders nalatenschap gevonden, Daar was hij gelukkiger.
Hij verwierf er zich het recht op den naam van hertog de
Campocelise.
De hertog begaf zich nu op reis, trok Europa en Amerika
door en ontmoette op zijne tochten eene schatrijke dame, die
hij huwde, en met wie hij zich thans te Parijs heeft gevestigd.
Zijn vermogen wordt tegenwoordig geschot op 50 millioen fr.
Steeds der hulp indachtig, welke Peter Benoit hem indertijd
verleende, heeft hij zich thans ten taak gesteld, zijn vroegeren
weldoener alien mogelijken steun te verstrekken, die zijn tegen-
woordige liooge rang en zijn fortuin hem veroorloven.
Mon ziet het de dankbaarheid is de wereld nog niet uit.
Bij de Societeit Momus te Maastricht speelt het cijfer
11 een groote rol.
Het bestuur bestaat uit elf leden, waarvan de voorzitter
steeds teekent als „Flappinus XI." Bij de opening der Momus-