NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD.
n
VAN
26e Jaargang. No. 44.
Zaterdag 31 October 1885.
AAN LANDBOUW, GEMEENTE- EN POLDER-BELANGEN GEWIJD.
Abonnementsprijs:
6.
Hoofd-Agent P. VAN CITTERT ZON-EN te Haarlem.
Prijs der Advertentien
van 1—6 regels 75 Cent, elken regel meer 12Vs Cent.
Groote Letters naar plaatsruimte.
Abonnementen en advertentien worden aangenomen door alle boekhandelarenpostkantoren, brievengaarders en postboden.
PLAATSELIJKE BERICHTEN.
Van verhuizing binnen de gemeente Haar-
lemmermeer, moet volgens art. 91 der alge-
meene Policie-verordening, binnen veertien
dagen ter Secretarie (niet bij den Veldwach-
ter) worden kennis gegeven.
Overtreding wordt gestraft met eene boete
van 3.
Woensdag 28 Oct. des morgens 11V2 uur is
het schip van R. de Haan te Leeuwarden, in
lading met suikerbieten in de ringvaart nabij
llillegom, met een houtvlot en een baggermachine
no. 4, gesleept door de sleepboot „Anna", Kapt.
v. Duin, in aanraking gekomen, zdddat de balken
door het schip drongen. Het lek is gestopt, docb
men moest het laden staken.
Den 29 dezer des avonds 9 uur, is afgebrand
een huis met houten schuur staande aan den
Veldweg bij Sloten, behoorende aan W. Ket en
bewoond door C. van Wilgenburg.
Oorzaak onbekend.
Inboedel (verzekerd) is grootendeels gered.
Het huis was niet verzekerd.
De boerderij van K. Bakker groot 40 hektaren,
aan den Sloterweg, J J kavel 25 en 26 heeft in
publieke veiling op den 29 October 1885 opge-
bragt 25.100. Kooper den heer Avis te Haarlem.
BURGERLIJKE STAND van 20 27 Oct. 1885.
GEBORENWillemina, dochter van A. Bonsing en N.
G. van EgmondCornell'?, zoon van J. Overbeek en J.
StruikAagje, dochter van C. Kempenaar en C. Kistemaker;
Hilletje, dochter van M. van Andel en W. Verkuil; Maria
Eleonora, dochter van II. C. R. Folmer en M. E. Bilroth;
Cornelis, zoon van C. Koster en J. Krijnen; Anna Mar-
grieta, dochter van G. J. Tiemens en A. BurghoutHendrik,
zoon van L. Nieuwkoop en A. Lingbeek.
OVERLEDENj Johannes Wilhelmus, oud lOweken, zoon
van G. Heselaars en K. van DoomMarijtje, oud 6 maan-
den, dochter van W. Snieder en T. Groenewoud; Paulu?,
oud 9 maauden, zoon van P. Bakker en H. Onrust; Anna,
oud 6 weken, dochter van H. Filius eu C. A. de Kam;
Maria, oud 13 dagen, dochter van R. Ewouds en R. Schui-
ling; Jan. oud 12 weken, zoon van P. van Meel en E.
Hoekman.
ONDERTROUWD: A. Kamkes en C. RomeinJ. Romein
en K. de Gier; J. Langereis en M. J. Yerbeek.
GETROUWDW. Meijer met G. vanTelgen; D. Harting
en A. Terlouw.
DE VERDEELING DER REGEAHOEVEELIIEID, OVER
YATTE TI.JDPERKEX VAX VERSCHILLENDE
LE\GTE\, TE HAARLERMERiUEER.
Aadat er op de drie eerste dagen der weldra afgeloopen
maand October reeds een matige hoeveelheid regen gevallen
was, begon op den 5en een zeldzaam hevige regen pdriode,
die tot op den I4en aanhield. In die 10 etmalen viel er
te Hoofddorp 135.1 m.M. waterhoogte.
aan den Leeghwater 177.8 u
Cruquius 125.- n
h n Lijnden 204.6 u n
De hoeveelheid van ruim 200 m.M., die thans in 10 et
malen aan den Lijnden viel, wordt veelal en werd vroeger
algemeen aangenomen voor ons land te zijn het maximum,
dat de bemalingswerktuigen der polders in den tijd van eene
maand moeten kunnen wegschaffen. Indien men echter ziet,
dat zulk een hoeveelheid in 10 dagen kan vallen, is dan niet
eene maand een te langen tijd voor het vervvijderen daarvan
En, zoo ja, in welken tijd behoorde men dan die hoeveelheid
te kunnen uitwerpen?
Een deugdelijk antwoord daarop zal van velerlei zaken
afhankelijk moeten zijn, en in de eerste plaats van de vraag
op welk een regenval v<5<5r en na dergelijk hevig regentijdperk
te rekenen is, of, met andere woorden, in het algemeen van
de vraag hoe de regen zich over natte tijdperken van ver-
schillende lengten verdeelt.
Uit de gegeven cijfers blijkt al dadelijk, dat er een groot
onderscheid was tusschen de regenhoeveelheden op verschil-
lende punten gevallen. Des zomers, bij donderbuijen, die
dikwijls slechts plaatselijk voorkomen, zijn zelfs grootere ver-
schillen in regenval niets bijzonders, maar in onze najaars-
regen-perioden is een verschil van ruim 60 pCt., zooals nu
tusschen de regens aan den Cruquius en den Lijnden voor-
kwam, hoogst zeldzaam voor een zoo geringe afstand als deze
waarnemingsplaatsen uit elkaar liggen, en het is zeer belangrijk
daardoor te zien, dat men uit de regenmetingen op een be-
paald punt verrigt, inderdaad nog gten gevolgen van eenige
juistheid trekken kan.
Voor den geheelen Haarlemmermeerpolder is waarschijnlijk
de in totaal gevallen hoeveelheid water het naauwkeurigst uit
de verrigte waarnemingen te vinden, door het gemiddelde te
zoeken van de metingen aan den Lijnden, het Hoofddorp en
den Leeghwater, de drie punten, die juist op de langste rnid-
denlijn des polders zijn gelegen, terwijl de waarnemingen aan
den Cruquius, de uiterste westelijke punt, worden weggelaten.
omdat men niet over waarnemingen op de uiterste oosteli]ke
punt beschikken kan.
Rekent men dus wat gemiddeld te Lijnden, Hoofddorp en
Leeghwater viel in de 10 etmalen 4-15 October 1885, zou
vindt men
In totaal 172.5 m.M., of 17V« m.M. per etmaal.
In de 25 jaren sedert den aanvang der mtiteorologische
waarnemingen te Haarlemmermeer, kwamen er vele andere
natte regentijdperken van ongeveer gelijke lengte voor. De
ergste daarvan waren
Lijnden 124.8 m.M.
24 Sept. tot 4 Oct. 1871. I Hoofddorp 141.4 n
Leeghwater 152.5
In 11 etmalen gemiddeld 142.9 mM. of 13.- mM. per etmaal.
I Lijnden 173.9 mM.
en 20-29 Sept. 1872 j Hoofddorp 176.-
Leeghwater 159.3 n
In 10 etmalen gemiddeld 169.1 mM.of 16.9 mM. per etmaa',
zoodat 415 October 1885 de hevigste 10 daagsche regen
periode was, die in 25 jaren vootkwam.
In korter en langer tijdperken dan van 10 dagen is echter
sorns veel meer gevallen dan in de herfst van 1885.
De ergste 3 daagsche periode was thans:
1 Lijnden 80.9 mM.
5-7 October 1885. Hoofddorp 56.4
Leeghwater 59.7
In 3 etmalen gemiddeld 65.6 mM. of 21.9 mM. per etmaal
terwijl vroeger werd waargenomen
1 Lijnden 81.6 mM.
2-4 October 1871. Hoofddorp 94.7
Leeghwater 94.4 u
In 3 etmalen gemiddeld 90.2 mM. of 30.1 mM. per etmaal
I Lijnden 70.2 mM.
en 20-22 Sept. 1872 Hoofddorp 88.7 u
I Leeghwater 94.2 n
In 3 etmalen gemiddeld 84.4 mM. of 28.1 mM. per etmaal
Zoo ook was de meeste regen in 6en etmaal thans:
t Lijnden 46.3 mM.
op 7 Octbober 1885. Hoofddorp 27.9 n
Leeghwater 34.- n
In 1 etmaal gemiddeld 36.1 mM. terwijl de meeste regen
op 66n dag waargenomen in de laatste 25 jaren was:
j Lijnden 52.5 mM.
op 15 October 1872. J Hoofddorp 55.6 u
I Leeghwater 43.4
In 1 etmaal gemiddeld 50.5 mM.
198.-
208.- mM.
213.5
231.6
Opmerkelijk is, dat al deze hevigste regentijdperken vddr
de tweede helft van October vielen.
Doch niet alleen kortere, maar ook langere dan 10 daagsche
perioden kwamen voor, die meer water gaven dan in 1885.
De maand het rneest met regen belast in dit jaar was:
1 Lijnden 259.5 mM.
16 Sept. tot 15 Oct. 1885. Hoofddorp 187.6 u
I Leeghwater 275.5
In 1 maand gemiddeld 237.5 mM., terwijl v<5<5r dezen,
uoch ook slechts tienmaal in 25 jaren, grooter regenval in
den tijd van een maand voorkwam, namelijk
Lijnden 300.4 mM.
17 Sept. tot 16 Oct. 1872 Hoofddorp 292.4
Leeghwater 282.3
In 1 maand gemiddeld 291.7 mM.
De naast daaropvolgeud natste maanden waren
1 Lijnden 230.9 mM.
8 Oct. tot 7 Nov. 1870 Hoofddorp 194.1
Leeghwater
In 1 maand gemiddeld 207.7 mM.
Lijnden
en 29 Oct. tot 28 Nov. 1878 j Hoofddorp
Leeghwater
In 1 maand gemiddeld 217.7 mM.
Men ziet uit dit alles duidelijk, dat, hoewel zeer veel
regen viel, de herfst van 1885 toch nog volstrekt geen on-
gekend groot waterbezwaar leverde.
Uit de waarnemingen op het Huis Zwanenburg, vlak bij
Haarlemmermeer verrigt, heeft men in der tijd afgeleid, dat
in 99 jaren geen grooter waterbezwaar per maand voorkwam
dan in October 1841, toen 213 mM. regen en 17 mM.
verdamping werden gemeten. Thans blijkt uit de hier ge-
gtven cijfers, dat in de laatste 25 jaren te Haarlemmermeer
dikwerf grooter en soms veel grooter waterbezwaar per maand
is ondervonden. Moet men derhalve aannemen dat de voch-
tigheid der streek is vermeerderd, of wel dat de waarne
mingen geen vertrouwen verdienen? Neen, noch het een,
noch het ander blijkt daaruit, want de manier," waarop uit
de Zwanenburgsche waarnemingen dat zoogenaamd grootste
waterbezwaar werd afgeleid, was niet correct. Men zocht
namelijk met naar al de natste tijdperken van eene maand
lengte in die 99 jaren, maar alleen naar die tijdperken
van zulk een duur, welke 1 tot aanvangsdatum hadden,
eene restrictie, die geheel ten onregte werd ingelascht, want
inderdaad is het vermogen eener polderbemaling wel van
regenhoeveelheid en regensnelheid afhankelijk, maar niet van
data. Hier werd integendeel op al de natste tijdperken van
een maand lengte, die Haarlemmermeer in 25 jaren onder-
vond, gelet, en het is zeer begrijpelijk dat zoodoende perioden
van meer regen werden gevonden dan door de aangeduide
manier, waarop de Zwanenburgsche metingen werden ge-
bruikt.
Zoekt men nu, welke de maxima-regens waren in 25
jaren te Haarlemmermeer ondervonden, in perioden van ver-
schillende lengten, zoo vindt men:
In 1 etmaal 50 mM.
id. 3 etmalen 90 of 30.0 mM. per etmaal
id. 10 n 172 17.2
id. 30 292 u 9.7 n
en het is niet onmogelijk, dat in het vervolg deze hoeveel-
heden zelfs maxima voor veel meer dan 25 jaren zullen
blijken te zijn.
Men kan beweren, dat het vermogen eener polderbemaling
met gegrond moet wezen op zulke, zeker uiterst zeldzaam
voorkomende maxima-regens, omdat men daardoor werktuigen
zou verkrijgen, die verreweg den meesten tijd onprakiisch
groot zouden wezen.
Ook ik ben van die meening en wensch de cijfers der
bovenstaande schaal slechts te geven als grondslagen voor
het maximum vermogen, dat in onze streken bemalingswerk
tuigen, bij het stellen van verschillende eischen omtrent den
tijd waarin het gevallen water te verwijderen is, niet moeten
overschrijden.
- - - - - .v.
11 A A It L E M M E11M E E 3i
per jaar
Enkele Nommers 15 Cent.
ALLE TOEZENDINGEN, REDACTIE EN UITGAVE BETREFFENDE
te adresseeren aan den Uitgever J. H. de Bussy,
ROKIN 60, te AMSTERDAM.