11A AIIL E M M E H M E E LI.
NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD.
Bjj Jit 1 nier letart sea BpcpeL
FEUILLETON.
27e Jaargang No, 3.
Zaterdag 16 Januari 1886.
VAN
Aan Landbouw, Gemeente- en Polder-Belangen gewijd.
PLAATSELIJKE BERICHTEN.
BUITENLAND.
DE BEELDHOUWER
Abonnementspr ij s
J. II. de BUSSY, Rokin 60, Amsterdam.
Prijs der Advertentien
Vergadering- van lloofdingelaiiden
van den Ilaaiiemmermeerpoider
Woensdac] den 20 Januari 1S 8 6,
des morgens ten 10y4 urn, in het
lokaal van Staats te Haarlem.
HUGH CONWAY.
HOOFDSTUK I.
3)
WEEKBLAD
Per jaar, met Bijvoegsel franco per post.
zonder Bijvoegsel
f 6.-
3.-
Enkele Nommers 15 Cent.
ALLE TOEZENDINGEN, REDACTIE EN UITGAVE BETREFFENDE
te adresseeren aan den Uitgever
Hoofd-Agent: P. VAN CITTERT ZONEN, te Haarlem.
van 16 regels 75 Cent, elken regel meer 12ty» Cent.
Groote Letters naar plaatsrnimto.
Abonnementen en advertentien worden aangenomen door alle boekhandelaren, postkantoren, brievengaarders en postboden.
OP
PlJNTEN TER BEHANDELING
Mededeelivgen
a. Praeadvies Dagelijksch Bestuur omtrent het
voorstel van den Hoofdingeland A. G. Voor-
dendag.
b. Voorstel Dagelijksch Bestuur naar aanlei-
ding der fortenbouw.
De loting voor de nationale militie lichting
1886 zal op 8 Februari a. s. voor de gemeente
Haarlemmermeer na den middag ten een
ure, en voor Sloten en Aalsmeer voor den
middag worden gehouden.
Van 7 op 8 dezer is gedeeltelijk uitgebrand
het huis van H. Stam bewoond door P. Kroo-
nenburg FF rd. 65 te Haarlemmermeer.
Bakkerij, Huis en inboedel zijn verzekerd in
de maatschappijen van de Heeren Agenten A.
C. Edel en P. Klomp.
BURGERLIJKE STAND
van 30 December tot 5 Januari.
Ondertrouwrlgeene.
Gelrouwdgeene.
Geboren-. Neeltje, dochter van A. de Regt en
C. Visser; Adriaan, zoon van D. Ruiter en A.
de Graaf; Cornelia, dochter van J. v. Oude-
naaren en M. Vermeer; Margaretha Gerritje,
dochter van J. v. Groningen en C. de Vos;
Bastiaan, zoon van J. A. Boeser en A. v.
Krimpen; Dingeman, zoon van A. v. d. Assen
P. v. d. Groef; Pieternella, dochter van K.
Koningen en H. E. Verhoeve; Gerrit, zoon
van D. Bredeveld en N. B. Bras; Abraham,
zoon van A. Stoel en T. Dekker; Dorothea,
dochter van C. v. Pijpen en G. PapenMaria,
dochter van A. Wijnhout en E. de Wolf; Cor
nelia, zoon van P. v. Dam en M. v. Donk
Adriaantje, dochter van J. v. Es en L. Maat;
Pieter, zoon van J. Venema en T. Tienstra;
Adrinna Maria Johanna, dochter van D. J.
v. Son en J. Qerritsen; Trijntje, dochter van
E. Louter en S. BraakmanJohanna, dochter
van J. Uitermark en J. v. van Workum;
Apolonia, dochter van C. Nouwen en C. C. Thur;
Daniel, zoon van L. v. d. Stroom en G. Offer-
man.
OnerledenDignum, oud 29 jaar, zoon van
A. Stokman en M. SchoorlPieter, oud 18 jaar,
zoon van J. v. Teulingen en M. Strijder
Gerardus van Es, oud 33 jaar, Geh. met Anna
Kunis; Bartel, oud 35 jaar, zoon van C. Boo-
gerd en E. Vijverberg; Sofia Elisabeth, oud 20 jaar,
dochter van C. Bom en J. C. Meenderinck;
Barbera Cecilia, joud 31 jaar, dochter van J.
Datema en M. v. Doom.
ENGELAND. De beide Huizen van het Parle-
ment hebben den 12n hunne werkzaamheden hervat.
Door het Lagerhuis werd met algemeene stemmen
tot Voorzitter (Speaker) herkozen' de heer Arthur
W. Peel, hoewel eerst na bij monde van den heer
Maccarthey namens de Parnellisten een kleine
terechtwijzing ontvangen te hebben over zijn ge-
brek aan onpartijdigheid.
Daags daarna is door den Voorzitter medegedeeld
dat hij geen termen kon vinden om den heer Brad-
laugh niet tot den eed toe te laten.
Spoedig zal men dus dit zoo lang buitengesloten
en telkens zoo hardnekkig terugkomende lid, zijn
plaats weder zien innemen.
Ook de Engelsche Regeering heeft thans
de Scevereiniteit van Spanje over de Carolinen
erkend, doch heeft daarbij van de gelegenheid partij
getrokken om voor zich dezelfde voorrechten te
bedingen als die welke aan Duitschland zijn toe-
gekend.
De Onder-Koning van Ierland, lord Car
narvon, zal in het laatst der maand zijne betrekking
nederleggen.
Tegen Parnell worden zeer ernstige beschul-
digingen ingebracht, n.l. het houden van strafbare
redevoeringen en bet belemmeren der vrije stem
ming. Mochten de beschuldigingen bewezen kun-
nen worden, dan zou Parnell in zeven jaar geen
zitting in bet Parlement kunnen nemen.
DUITSCHLAND. Reeds sints eenige dagen waren
geruchten in otnloop over eene annexatie der
Samoa-eilanden door Duitschland.
Wei spraken de Duitsche bladen het bericht der
annexatie tegen, doch gaven toe dat er wel iets
gebeurd kon zijn, waardoor de kommandant van het
stoomschip Albatros genoopt werd troepen aan land
te zetten om Duitsche kooplieden te beschermen,
Indien ecbter een heden ontvangen telegram
waarheid behelst, beeft de aanliechting wel degelijk
plaats gehad.
De Amerikaansche consul te Apia, de hoofdplaats
der Samoa eilanden, telegrapheerde n.l. aan zijn
Gouvernement dat Duitschland de eilanden in bezit
genomen heeft.
In de Engelsche kolonien in Australia, welke
zich als de rechtmatige meesters van PolynesiS
beschouwen, zal over daze zaak een geweldige storm
opgaan, en waarschijnlijk zullen Engeland en de
Vereenigde Staten hun stem wel verheffen tegen
de annexatie. Nadere berichten worden met balang-
stelling tegemoet gezien.
De Duitsche Rijksdag heeft de eerste lazing
van het wefsontwerp tot het aanleggen van een
Noord-Oostzeekanaal ten einde gebracht en het
ontwerp tot nader onderzoek verwezen naar ean
commissie van 21 leden.
Op het gebied der Binnenlandsche politiek
wordt alles op den achtergrond gedrongen door de
kwestie van het Brandcicijn-monopolie.
De staat wil n.l. het stoken van brandewijn aan
de particuliere nijverheid overlaten, maar dan al
het gedestilleerde opkoopen en als debitant optreden.
Bestaande branderijen kunnen blijven doorleveren,
doch voor het oprichten van nieuwe zal Vergunning
noodig wezen.
De zuivere opbrengst van het monopolie wordt
geraamd op 300.000.000 Mark.
De groote grondbezitters begroeten het plan met
ingenomenheid, doch overigens is men er meeren-
deels sterk tegen.
FRANKRIJK. Het is den heer de Freycinet
gelukt een ministerie bijeen te brengen.
De zamenstelling is als volgt: Freycinet president
en buitenlandsche zakenSarrien binnenlandsche
zaken; Sadi Carnot financien; Goblet openbaar
onderwijsgeneraal Boulanger oorlog; admiraal
Aube marine; Demole justitie; Bachaert openbare
werken; Develle landbouw; Lockroy koophandel;
Granet posterijen.
Men heeft thans bepaald dat de buitenlandsche
bezittingen van Frankrijk voortaan zullen ressor-
teeren onder het Ministerie van buitenlandsche
zaken en niet meer onder dat van Marine.
Daardoor zullen vooral in tijden van expedities
vele botsingen tusschen het Departement van
Marine en dat van Oorlog voorkomen worden.
BIT HET EnGELSCH VAN
Intusschen bracht Jerry, met een kloppend
hart, den heer Herbert naar boven en in eene
kamer waar zich geen ander huisraad bevond
dan een oude tafel en een stoel.
Een mand, half gevuld met gewone roode
klei stond in een hoek, en op de tafel stonden
verscheidene van die kleine poppetjes die des
pachter's gramschap liadden opgewekt. Hoewel,
raw van vorm en vol fouten, lag er echter ge-
noeg in de beeldjes, om de verbazing, bijna de
afgunst van den heer Herbert op te wekken.
Hij was iemand die de kunst aanbad, die
jaren lang geliefhebberd had in schilderen en
beeldhouwen, en die een begaafd kunstenaar
als een der meest gelukkige stervelingen be-
schouwde. Het woord wangunst was hier dus
niet geheel misplaatst.
Waarvoor bij zijn halve fortuin zou opgeofferd
hebben om te bezitten, was bij dezen knaap
aangeboren den zoon van een eenvoudige
boer was de kostelijke gave ten deel gevallen.
Zooals de beer Herbert verwacht had, was
de meest eerzuchtige poging, de minst geslaagde,
de //naakte vrouw" was op en top afschuwelijk.
Maar een andere groep naar het leven genomen
was nog nat, en nog niet bedorven door een
mislukte poging haar te bakkenhet was een
zeer dagelijksch onderwerp, n. 1. eene voorstel-
ling van Abraham Leigh's prijs-varkeD, om-
ringd door hare tien vette afstammelingen.
Dit werk toonde zooveel kracht en talent,
dat, zelfs al bad hij niets anders gezien, de
heer Herbert overtuigd zou zijn geweest dat
de knaap eenmaal een eerste plaats in de kun-
stenaarswereld zou innemen.
Indien hij behalve deze vaardigheid, dichterlijk
gevoel en verbeeldingskracht bezat, was het best
mogelijk dat een der grootste toekomstige beeld-
houwers van de liegentiende eeuw voor hem stond.
Terwijl de heer Herbert beurtelings de ruwe
klei-figuurtjes en de bleeke knaap beschouwde,
die ademloos en als iemand die zijn vonnis
afwacht voor hem stond, verwonderde hij zich
wat wel de reden had kunnen zijn van zulk
eene afwijking van de oude gewoonten der
Leigh's.
Toen herinnerde hij zich, hoe Abraham Leigh
een twintigtal jaren geleden eene vrouw gekozen
had, niet uit zijn eigen stand, maar een stadache,
eene gouvernante, die de comfortabele hoewel
ruwe woning van den pachter verkozen had
boven een leven van dienstbaarheid.
De heer Herbert kon zich haar nog zeer
goed voorstellen, en herinnerde zich hoe deze
beschaafde, te6re vrouw, geheel misplaatst scheen
te zijn als Leigh's echtgenoote; hij herinnerde
zich nu ook hoe zij, enkele jaren na de ge-
boorte van den knaap begon te sukkelen en
spoedig overleed.
Het was dus stellig van de moeder dat de
kuaap deze kunstenaars-neigingen had.
De heer Herberts was een vriendelijk maar
tevens een voorzichtig man.
Toch, begreep hij dat de knaap recht had
op een woord van aaDmoedigiug.
//Sommige van de beeldjes verraden stellig
talent", zeide hij. //Nu ik die gezien heb zal
het wel onnoodig zijn te vragen, of ge beeld-
houwer zoudt wenschen te worden De jonge
Leigh sloeg de handen ineen. //Oh, mijnheer!
riep hij uit. //Als er maar mogelijkheid op is!"
//Hebt ge geen zin landbouwer te worden
evenals uw vaderP"
//Ik zal nooit een landbouwer worden, mijn
heer. //Ik ben er niet geschikt voor".
//En toch, wanneer ge uw vader's beroep
volgt; zult gij een onbezorgd, nuttig leven
kunnen leiden. Indien gij de kunstenaars loop-
baan volgt, staan U misschien jaren van armoede
en ontbering te wachten, voordat bet werk met
succes wordt bekroond."
De knaap hief het hoofd op en zag de spre-