GEMENGDE BERICHTEN,
WEEKBLAD VAN HAARLEMMERMEER.
NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD.
He aardbeving in Noord-Amerika.
Blijkens de op 2 September verschenen officieele
lijst, zijn door de aardbeving te Charleston 33
menschen gedood en 100 gekwetst. De schade
wordt thans op vijf inillioen begroot. De met-
selaars eischen vijf dollars daags. Reeds zijn
zeer aanzienlijke somraen bijeengebracht tot leni-
ging van den nood der slachtoffers. Een be-
kwaam architect heeft verklaard dat de gebou-
wen niet oppervlakkig beschadigd, maar tot in
hunne grondvesten geschokt zijn, zoodat aan her-
stellingswerken niet te denken valt, maar alles
wat is staan gebleven omvergehaald moet worden.
Zoo b.v. in de toren van de St. Michaelskerk,
in wezen maar op een gevaarlijken hoek, omdat
drie van de schoormuren tot de fundeering ge-
barsten zijn. Het gebouw van den Freund—
j schaftsbund vertoont zich voor het oog van den
beschouwer als ongedeerd, doch het dak is tus-
I schen twee muren gezonken, en zal dus al meer
en meer zakken.
De natuurverschijnselen trekken thans meer
dan in het begin de aandacht. De spleten in
den grond, die bij het stijgen van de zwavel-
rook ontstonden, ziet men niet in de stad alletin,
maar zelfs over een afstand van mijlen ver.
Uit deze spleten wordt zand gehaald, verschillend
van kleur: hier wit, daar rood. Uit andere
barsten in den grond spoot lauw water op tot
een hoogte van vijftien tot twintig voet. Al
die spleten waren niet het gevolg van het dalen
van den grond, maar worden door het scheuren
van de aardkorst veroorzaakt. Hier en daar
I zijn zij twintig yards lang, en hare diepte is
niet te bepalen. Tijdens de aardschokken kon
men die spleten zien wijder en smaller worden
zand, water en een vreemd olieachtig vocht kwa-
men er uit te voorschijn, op de wijze als het
«ap uit een geperste citroen druipt. Na deze
uitwerping bleven kegelvormige aardhoopen over.
Het water in de putten wies en daalde. Te
Summerville, de uitspanningsplaats der bevol-
king van Charleston, werden gedurende tien
minuten in alle richtingen ontploffingen gehoord,
die echter naar het schijnt niet met de aard
beving in verband stonden. Volgens geruchten
zou men vlammen uit den grond hebben zien
opstijgen.
Een spoortrein, die in voile vaart Charleston
naderde op het oogenblik van den schok, stampte
even als een schip op zee; want door een ver-
andering in de richting der aarbeving werden
de wagens tegen de andere zijde van het spoor
geworpen.
De toestand der oppervlakte van den grond
te Charleston en in de omstreken is hoogst
merkwaardig. Te Mount-Pleasant, tegenover
de stad, is een grot, die geheel droog was, thans
gevuld met zuiver water. Een huisje, door een
kleurling bewoond, is geheel omringd van gapende
kloven, die een omvang van tien voet en nog
meer hebben. Om dit alles heen bevinden zich
putten van drink water, en massa's klei met
groenachtige zachte zelfstandigheden, die nooit
te voren daar waren gezien. Vele betwisten de
meening van anderen, dat de klei enz. van vul-
kanischen aard zijn. Even na den eersten schok
werd door het geheele dorp de lucht van ont-
snappend zwavelzuurgas waargenomen.
Te Charleston ziet het er treurig uit. Overal
zijn tenten opgeslagen. Slechts zeer weinig
personen hebben tot ausverre den nacht in hunne
huizen doorgebracht, alle woningen staan ledig,
als ware de stad verlaten wegens een pestepidemie.
Talrijke menschen hebben in den nacht in de
parken en op de pleinen geslapen. Er werden
geene schokken gevoeld en dit geeft moed en
vertrouwen. Daarentegen hebben in California
twee hevige schokken, die kort na elkander
volgden, een paniek veroorzaakt.
Dingsdaguacht, 11. even na 12 ure, ontstond
brand op den zolder van het pand no. 5 aan
het Vriezeplein te Dordrecht, waarin eene tap-
perij en kleinhandel in kruidenierswaren wordt
uitgeoefend. Door spoedige hulp van eenige
burgers, die met emmers water het vuur in zijn
voortgang stuitten, en daarna door de slang-
brandspuit van het weeshuis en enkele gemeente-
spuiten, was de brand in korten tijd gebluscht,
zonder veel schade te hebben aangericht.
Daar op den zolder eene sterke petroleumreuk
heerschte, deed de commissaris van politie ter-
stond een voorloopig onderzoek instellen, waar-
door hij tot het vermoeden kwam, dat de brand
moedwillig was aangestoken. De vloer van den
zolder bleek namelijk doortrokken te zijn met
petroleum, terwijl mede gevonden werden eene
gebroken petroleumkan, die nog eenige vloeistof
bevatte, alsmede een stuk hout en een kinder-
mofje, kennelijk mede met petroleum overgoten.
Nadat die voorwerpen door de politie in
beslag waren genomen, heeft zij de vrouw van
den bewoner, onder verdenking van brand-
stichting, voorloopig naar haar bureau doen over-
brengen. Des ochtends werd het onderzoek op
de plaats des brands voortgezet en werden o.a.
gevonden de aan de petroleumkan ontbrekende
stukken, alsmede eenige kleedingstukken, lappen
en eenige doosjes geworie en Zweedsche lucifers,
alle met petroleum doorweekt, terwijl een partij
heibezems over den zolder was uitgespreid, ken
nelijk met de bedoeling om het vuur getnak-
kelijk voedsel te verschaffen.
De verdachte vrouw, daarna in verhoor ge
nomen, moet, naar de Ford. Crt. verneemt, vol-
ledige bekentenis hebben afgelegd dat zij en
hare oudste (19—jarige) dochter, den brand heb
ben gesticht, nadat haar man, die aan hard-
hoorendheid lijdt, en hare overige kinderen zich
ter ruste hadden begeven. Terstond na het
uitbreken van den brand heeft zij deze gewekt
en is zij behulpzaam geweest bij de berging
van den inboedel.
Voortdurende achteruitgang der zaken moet
de drijfveer tot de treurige daad zijn geweest.
Moeder en dochter zijn nog denzelfden avond
ter beschikking van de justitie gesteld en voor
loopig naar de cellulaire gevangenis overgebracht.
Tot heden is ruim f 3000 ontvangen aan
giften voor het personeel van het afgebrande
Kurhaus te Scheveningen.
Als een staaltje van de nauwlettendheid van
sommige Haagsche dierenvrienden moge het vol-
gende dienen
Een politiebeambte vond aan het Nassaaplein,
vobr een huis, waaruit de bewoners bij dag ver-
huisd waren, een opgezet hazewindhondje, klaar-
blijkelijk vergeten door de personen, die met de
verhuizing belast geweest waren.
De beambte vatte het opgezette hondje bij
den kop en droeg het op deze wijze naar't bureau.
Onderweg sprak hem een dierenvriend aan, en
beduidde hem dat dit geen manier was om een
hond te dragen.
Hij was spoedig uit den droom geholpen.
Terwijl een koopman met luchtballons liep te
venten op de Gedempte Gracht te Zaandam,
schoot een knaapje een pistool, af waarvan een
vonk een der ballons raakte. llet gevolg daarvan
was dat alle ballons, op twee na, welke naar
boven gingen, sprongen. De knal was zoo erg,
dat zij die in de nabijheid waren, dachten dat
er een gasontploffing plaats had. De koopman
viel bewusteloos neder, doch werd door de hulp
van een paar omstanders weder op de been ge
holpen, terwijl zij tevens met den hoed rond
gingen bij de menigte, welke was toegesneld;
zij mochten het genoegen smaken den koopman
hierdoor zijn verlies te vergoeden.
Zonderlinge gevolgtrekking. //Getroude mense
in Transvaal", zegt de Patriot, //sal ni meer
te veul van di besemstok kan gebruik maak ni,
as hulle geskille uit di wereld wil maak met
makaar, die di Volksraad 'n belasting van 1
shilling per stuk op di invoer van besems
geleg het".
Ten huize van den heer M. Moerman te Vlaar-
dingen ontstond in den nacht van Yrijdag op
Zaterdag 11. omstreeks half een uur op een bo-
venkamer brand, tengevolge van het springen
der petroleumlamp, die bij het naar bed gaan
eenigszins neergedraaid was. Op die kamer slie-
pen de twee dienstboden in £ene bedstede en
de zuster der echtgenoote van den heer M. sliep
met een tweejarig zoontje van hem in een ledi-
kant, dat dicht bij de tafel stond waarop de
lamp zich bevond. Door het springen, en juist
in de richting van het ledikant, is de brandende
olie onder het ledikant geloopen, waardoor de
matten van den vloer alsmede het ledikant van
onderen werden aangetast. Toen de vlam een groo-
teren omvang had genomen is bedoelde juffrouw
door de hitte wakker geworden en het ledikant
uitgesprongenzij vergat door den schrik het
knaapje mede te nemen en ijlde naar beneden.
Op haar noodgeschrei is de heer M. naar boven
geloopen en zag zijn beveling schreiende om
hulp in het brandende ledikant staan; het te
grijpen was voor den vader het werk van een
oogenblik.
Door den knecht van den heer M., alsmede
door de toegeschoten hulp der politieagenten
Roelofs en Mus, die gelukkig juist in de nabij
heid waren, was men den brand spoedig meester,
zoodat slechts het beddegoed geheel verbrand en
het ledikant eenigszins beschadigd is.
Het arme knaapje is overdekt met brandwon-
pen over het gelaat, hoofd, handjes rechterarm
en beentjes; de borst, buik en onderlijf zijn
vrij gebleven. De juffrouw, die in het ledikant
sliep, heeft lichte brandwonden aan handen en
gelaat bekomen en het haar eenigszins geschroeid.
De heer M. heeft zijn linkerhand. waarmede
hij zijn kind uit de vlammen haalde, ernstig
gebrand.
De toestand van het kind is zeer bedenkelijk.
Door dr. J. Voogd werd geneeskundige hulp
verleend.
Tijdens het zware onweder dat in den avond
van 5 dezer woedde, is de bliksem geslagen in
de boerderij van J. Hendrik te Overasselt.
Alles is totaal afgebrand, mede k wamen 3 geiten
in de vlammen om. Het huis was verzekerd, de
inboedel niet.
Bij een onweder, dat onlangs te Meijel woedde,
was een meisje met haren broeder op zolder
bezig water, dat ingeregend was, te verwijderen,
toen eeusklaps een bliksemstraal het meisje trof
en onmiddelijk doodde; zij had eene lamp in de
hand waarvan de ring zich om haren arm en
hals zoodanig door den bliksem vastgewerkt had,
dat men den ring met geweld heeft moeten
losslaan. De broeder, die naast haar stond, viel
bewusteloos neder zonder echter eenig letsel te
bekomen. De bliksemstraal kwam beneden te-
recht; het huis vatte vlam en werd geheel in
asch gelegd. Slechts eenige huismeubelen wer
den gered.
Op Zondag den 5 dezer, des middags 12 uur
heeft op het erf van G. De Ruijter, bij de grens-
scheiding tusschen Oudewater en Snelrewaard,
het volgei.de plaats gehad
De man, vrouw en dochter zaten op een bank
achter de woning. Onverwachts kwam een
boerenknecht naast de vrouw zitten, die over
dit bezoek haar ontevredenheid toonde.
Hierop werd haar man eensklaps aangegrepen,
en sprong een tweede boerenknecht over de
sloot, haalde een spade uit een openstaande
schuur, en gaf den landbouwer een slag met
den kant der spade op het hoofd, tengevolge
waarvan deze bewusteloos en bloedend ter aarde
stortte.
De vrouw wilde de aanvallers afweren, doch
hare krachten scboten te kort. Een derde boeren
knecht en de zoon van een buurrm.n kwamen
den ongelukkige verder mishandelen een dreigde
zelfs met een mes.
Toevallig kwamen twee personen op den dijk
langs de huizinge, snelden ter hulp en sleepten
den getroffene in bloed badend in huis. De
tusschenkomsl der politie werd ingeroepen, doch
de veldwachter J. M. Bos geraakte in hevige
woordenwisseling met een ooggetuige, een rond-
reizend bedelaar. De bedelaar nam een steen
en bracht J. M. B. een gat in het achterhoofd
toe; beiden geraakten worstelende op den grond,
en het bloed vloeide langs de uniform van den
veldwachter.
J. M. B. maakte nu van zijne sabel gebruik,
tengevolge waarvan de bedelaar met een bran
card naar zijn verblijf vervoerd moest worden.
Een der politieagenten, die den bedelaar
hielp knevelen, bekwam op zijn hand eenige
lichte sabelhouwen.
Van het voorgevallene is proces-verbaal opge-
maakt; de aanleidende oorzaak schijnt wraak-
zucht. Dr. Thier verleende den gewonden ge
neeskundige hulp. Naar men nog verneemt,
moeten de mishandelde, benevens de politiebe-
ambten zich naar omstandigheden vrij wel be
vinden.
(Utr. Farjbl.)
Onder de markten in Friesland was de Wil-
demarkt eens beroemd. In 't hartje van Gaas-
terland, in zijn open veld, omgeven door ge-
boomte, lag en ligt nog de plek, waar men
sints eeuwen aaneen jaarlijks Wildemarkt"
houdt. Ook onlangs weer, maar 't is niet
de markt van voorheen. Nabij die plek
stond in vroeger tijd een klooster, gesticht door
de Malta- of Hospitaalridders, en de boeren-
plaats, op die plek thans staande, heet in de
volkstaal nog het //spitsel", dat is het hospitaal.
In de kapel van dat klooster werd op den jaar-
dag van den beschermheilige St. Jan telken jare
een hooge kerkmis gehouden, waartoe veel volk
uit den omtrek samenstroomde. Natuurlijk trok-
ken kooplui partij van die samenkomsten, en
zoo ontstond na de kerkmis de kermis. De
Spanjaarden verwoestten in 1573 de stichting,
maar de kermis bleef. Deze verliep later tot
de 2e helft van Augustus en werd de bij ouden
van dagen nog zeer goed bekende //Wildemarkt".
Kramers uit Schoonhoven en andere Hollandsche
plaatsen kwamen met zilverwerk opdagen en
't was een stalen wet onder de meest gegosden,
dat een //zilveren aandenken" werd gekocht. De
omzet hierin was in die dagen zoo belangrijk,
dat de zilversmidsgezellen te Schoonhoven dien
dag aldaar werden onthaald.
Niet altijd waren deze tenten in de open
lucht even veilig voor de plunderzucht van
allerlei publiek. In 1693 b. v. ging het zoo
ruw toe, dat tal van kramen omver geworpen
werden en veel schats zoek raakte. Door deze
ruwheid ontstond de naam //Wildemarkt" en
't ging er wild toe. De befaamdste bekkensnijders
maten zich hier en de overwinnaar werd als
//konitig van de Wyldemerk" begroet. De fiscaal
te Balk maakte goede zaken en de predikanten
hielden jaarlijks voor en na //Wyldemerk"
preeken. Voorbij is die tijd, zelfs de harddraverij,
die hier vroeger van gemeentewege werd gehou
den; en eenige kinderen uit den omtrek loopen
op Wyldemerk bij de enkele tentjes en dischjes
hun centen te versnoepen voor wat appels en
zoetigheid.
T Logement Kippenburg is in later jaren op
dat historisch plekje gebouwd en de hoofdweg
van Balk naar 't schoone Rijs voert langs de
Wildemarkt. Den nieuwsgierigen bezoeker kan
evenwel de boom getoond worden (een oude eik),
onder welks lommer de bekende meistreel
kermiszanger Albert Bakker voor tal van
jaren de schare rondom zich lokte.
(Ass. CI.)
Een onzer stadgenooten schrijft ons uit Winsum
het volgende
Sedert eenige dagen is men bezig in het hoofd-
diep dat Winsum en Obergum scheidt te bag-
geren.
Bijna altijd vindt men bij het uitdiepen van
kanalen allerlei veTloren zaken terug en het
maakte dan ook geen grooten indruk, toen door
de werklieden een paar oude, zwart geworden
zilveren munten werden opgevischt.
Men bood ze eenen liefbebber van oude mun
ten aan, die er echter niet veel waarde aan
hechtte. Het waren een paar oude guldens en
eenige schellingen.