LANDBOUW. KERKELIJKE BERICHTEN. RECHTZAKEN. GEMENGDE BERICHTEN. WEEKBLAD VAN HAARLEMMERMEER NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD Landbouw-Crediet. In de vierde Vergadering van het Neder- landsch Landbouw-Comite, waarvan de notulen cms welwillend werden toegezonden werd o. a. mededeeling gedaan van een adres inzediend aan Zijne Majesteit den Koning en behandelende het onderwerp Landbouw-Crediet. In dit adres wordt op even lieldere als zake- lijke wijze uiteengezet, hoe den ongunstigen economischen toestand waarin de landbouw zich beviudt, uit twee hoofd-oorzaken voortspruit, n. 1.: uit onze Jiscale wetgeving en uit gebreken in onze burgerlijke wetgeving in verband met de eenzijdigheid der bestaande organisatie van het bankwezen. Door de vele lasten welke den landbouwer drukken, is hij vaak niet in staat aan zijne verplichtingen te voldoen. Gedwongen verkoop van land is daarvan het gevolg, dit veroorzaakt meer aanbod dan vraag en hierdoor daalt natuur- lijk de prijs der landerijen, waardoor niet alleen de landbouwer, mear ook de fiscus en de kapi- talist getroffen worden. Daarna wijst het adres er op hoe nergens in ons land het landbouw-crediet behoorlijk is ge- organiseerd, en zelf's hier en daar een min of meer clandestien karakter heeft aangenomen. //Trouwens," zegt het adres, //welke andere benaming is te geven aan de rol, die in vele streken de notarissen inoeten op zich nemen als zij als bankiers optreden in het vooruitzicht, dat de celdopnemer al spoedig de rente niet meer zal kunnen betalen en tot verkoop zijner goederen door middel van hem, notaris moet overgaan Dezelfde vraag ware te doen, ten opzichte van de vooral in Friesland en in sommige afdeelin- gen der Hollandsche Maatschappij sterk ont- wikkelde gewoonte, om voorschotten te ontvan- gen van boter- en kaaskoopers, vee- en graan- handelaren, suikerfabrikanten enz. waardoor de landbouwer van deze personen afhankelijk wordt en vaak verhinderd is om zijne producten te markten, waar zulks voor hem het voordeeligst zou zijn. Ligt misschien hierin een voorname oorzaak van daling der plaatselijke marktprijzen, soms ver onder de algemeene marktpiijzen der producten Als middelen ter verbetering worden in het bijzonder twee zaken aanbevolen. Ten eerste om het recht van verkoop met recht van wederin- koop binnen een of twee jaar te vergemakkelij- ken, terwijl als tweede gewenschte verandering wordt aangegeven, dat de onlangs in Indie tot stand gebrachte regeling betreffende hetpandrecht of privilegie op te veld staande oogsten, ook hier te lande worde ingevoerd. Ten slotte wordt het verzoek tot de Regeering gericht in bovenbedoelden geest wettelijke rege ling te treffen en elke poging te ondersteunen welke gedaan zal worden, om eene instelling ter bevordering van het landbouw-crediet in het leven te roepen. Zooals onzen lezers bekend is, staat de in- schrijving voor deelname in het kapitaal der Nederlandsche Landbouwbank open. Dat een zoo gezaghebbend lichaam als het Ned. Landbouw-Comite, de wijze waarop de landbouwer zich thans het benoodigde werkka- pitaal moet verschaffen ten eenemale afkeurt, zal gewis voor velen een krachtige aanleiding zijn, hun steun te verleenen aan die onderne- ming, die ongetwijfeld tot heil en ten nutte van den landbouw werkzaain zal kunnen zijn. Het plukken van het ooft in de boomgaarden. Nu de pluktijd der vruchten daar is, beschou- wen wij als niet overbodig de vraag, of dat plukken wel altijd met de meeste zorgen ge- schiedt en niet dikwijls aanleiding geeft en oor zaak is van het schenden der ooftboomen Geenszins ten ourechte vestigt het Belgische blad Be Landman, daarop de aandacht; te meer, omdat de eigenaren van boomgaarden en de landbouwers in 't algemeen liunne vruchten niet zelven laten plukken, maar ze nog op den boom 't zij publiek laten verpachten of uit de hand verkoopen aan de fruithandelaars. De laatsten moeten voor het plukken weer een aantal onder- geschikten gebruiken en 't ligt voor de hand dat het eerbiedigen der boomen voor velen dezer lieden, niet de eerste noch zwaarst wegende zorg uitmaakt. Daarom is het zeker hoogst nood- zakelijk dat de eigenaars of huurders der boom gaarden een wakend oog op de plukkers houden willen zij niet na korten tijd groote schade lijden en hunne boomgaarden onvruehtbaar zien worden. In de eerste plaats moet er op gelet worden, dat de plukkers geen te zware ladders gebruiken en deze zoo recht mogelijk tegen de boomen moeten geplaatst worden, ten einde door haar gewicht zoo weinig mogelijk op de boomen of takken te drukken. In jonge boomgaarden is het gebruik van dubbele ladders bij voorkeur aan te bevelen, dize stellen de plukkers in staat met meerdere zekerheid en gemak te werken. Vooral ook moet hun worden aanbevolen geen takken te breken en het ooft voorzichtig met de hand te plukken niet af te wringen ter vddrkoming dat de kleine vruchttakjes be- schadigd worden. Overigens is het noodig en nuttig dat de plukkers een haak bij zich hebben om daarmede de vruchtdragende takken die ver uitsteken, naar zich toe te kunnen halen. Nooit moet men toestaan dat de boomen ge- schud worden, het allerminst de jonge boomen, want daardoor zou men den wortelhals, ja zelfs den wortel kunnen losmaken, wat den dood van den boom na zich kan slepen. Eindelijk geldt het de belangen zoowel van den boomgaard-eigenaar als die der ooftkoop- lieden, om de zomer-en herfstvruchten eenigen tijd voor haar volkomen rijpheid te plukken; met de wintervruchten mag men integendeel bij droge weersgesteldheid wachten tot dat de koudere nachten aanbreken, die vruchten zullen er bij winnen, zoowel in zwaarte als in smaak. Landbouwcommissle. Bij koninklijk besluit van 11 dezer is, op de voordracht der ministers van w., h. en n., justitic, financien en binnenlandsche zaken, het volgende bepaald //Met aanvulling van ons besluit van 18 Sep tember 1886 no. 28, waarbij eene Staatscom- missie is benoemd tot het instellen van een onderzoek naar den toestand van den landbouw hier te lande, en tot het indienen van voorstellen betreffende de middelen, waarop van Regeerings- wege de ontwikkeling van den landbouw in Nederland zou kunnen worden bevorderd, als- mede tot het geven van advies, zoo dikwijls de Regeering dit van haar mocht verlangen, worden benoemd tot leden dier commissie: inr. H. J. Carsten te Hoogeveen en F. H. H. Borret te Klundert". Naar gemeld wordt, zou de Engelsche Regee ring bereid zijn, de Engelsche markten weder te openen voor het Nederlandsche vee, mits door onze regeering geen vrijstellingen meer worde gegeven van het koninkl. besluit, waarbij invoer van vee uit besmette landen verboden wordt. Ned. Ilerv. Gemeente. Beroepen: te Bredevoort (cl. Zutfen), J. Gann Dunn te Angerloo; te Boornbergum, F. A. Hingst te Lichlenvoorde; te Akmarijp, E. Loen te Grijpskerk c. a.; te Stellendam, A. Guldenarm J. Hzn., te Alkmaar. Aangenomen: Naar Drachten, door W. Van der Scheer te Groot-Schermer. Bedanktvoor Ten Boer (cl. Appir.gadam), door F. A. Hingst tn Lichtenvoorde; voor Wil ms, door W. R. Kalshoven te Eede; voor Opheusden (cl. Tiel)dr. E. A. Lazonder te Oosterwolde (Gel.) Herst. Luth. Kerk. loegelaten tot de evangeliebediening J. Berg man, J. J. L. Duyvendak ev J. L. F. De Meijere Job. Cz. Evang. Lulh. Kerk. Drietal te Bodegraven, Tiel, Wildervank en Veendam; J. Bergman, J. J. L. Duyvendak en J. L. F. De Meijere Joh. Cz. Proponenten te Amsterdam. Bedankt: voor Weesp: P. v. Wijk Jr., te Enkhuizen. R. C. Kerk. De bisschop van Haarlem heeft aan den heer L. Berk, pastoor te Nes en Zwaluwebuurt, op zijn verzoek, eervol ontslag uit de H. bediening verleend en in zijn plaats tot pastoor benoemd den heer M. A. Van Zanten, die professor was aan het semenarie Hageveld te Voorhout. Verder benoemd tot professor van Hageveld den heer W. P. H. Jansen; tot kapelaans: te Helder den heer J. B. Van den Berg; der parochiekerk van 0. L. V. Rozenkrans en II. Dominicus te Haarlem den heer B. J. Klekamp, der parochiekerk van 0. L. V. Hemelvaart te Gouda den heer P. L. Dessens; te Schagen den heer C. F. J. Van der Deyl; te Naaldwijk den heer B. Van Geldorp; te Voorburg den heer J. A. Van Leeuwen; te Westwoud den heer P. De Wit, te Schoonhoven den heer H. C. J. Bakker; te Wateringen den heer H. J. Van de Ven en te Alfen a/d. Rijn den heer A. H. Hulsker. De bisschop van 's-Hertogenbosch heeft be noemd tot rector van de eerw. Zusters Fran- ciscariessen te Hareu bij Megen den heer B. J. W. De Iloog; tot kapelaans: te Driesen den heer Th. Rijbroek; te Ewijk den heer II. V. M. Van Rijckevorsel van Kessel; te Tongelre den heer W. Van Lieshout en te Heeze den heer J. J. F. Bronsgeest. Diefstal van een koe. Voor het gerechtshof te Amsterdam stond terecht een boerenarbeider, genaamd K., die op 9 Augustus jl. uit een weide boven Haarlem, aan den Schooterweg, een koe gestolen had. Op een politiebureel te Amsterdam gebracht, onder- teekende hij het proces-verbaal, hetwelk men daar tegen hem opmaakte, valsehelijk met den naam van Willem K., ten einde vroegere ver- oordeelingen, door hem ondergaan, te bedekken. Het 0. M. requireerde tegen hem, ter zake van diefstal en valschheid in geschrifte, een jaar en 6 maanden gevangenisstraf en f 50 boete. De verdediger inr. Hiltermann beval hemindecle- mentie van het hof aan.. Iioffiedietstai. Daarna verscheen voor het hof een man be- schuldigd van diefstal. De bekl. bekende ter terechtzitting, dat hij in den laten avond van 18 Augustus j.l„ toen het donker was, in een roeibootje, dat aan zekeren P. toebehoorde, zon- der diens verlof in gebruik genomen heeft en. daarmede gevaren is naar het in .de Nieuwe Vaart liggende stoomschip Venus. Dit stoomschip had niet lang te voren een partij koffie aange- bracht, waarvan een gedeelte was overgeladen in een zolderschuit. Bij die zolderschuit nu legde de nachtelijke roeier aanhij nam er een baal koffie uit en wierp die in zijn bootje. Hetzelfde spelletje wilde hij bij een andere zolderschuit beginnendaar echter ging 't minder gemakke- lijk. De schipper nl. was nog wakker en aller minst op het bezoek van den dief gesteld. Deze van zijne zijde ging met zijn vaartuig spoedig er van door, maar had toch het verlies van zijn net, dat de schipper hem afgekaapt had, te be- treuren. De bekl. ging met de ontvreemde baal terstond naar zijne woning en vermengde de koffie, die hij zich toegeeigend had, met eigen koffie. De zak waarin zij gezeten had, sneed hij stuk. Deze voorzorgen konden toch de ontdek- king niet verhoeden. In de eerste plaats hadden sommige knechts, die aanwezig waren op zolder- schuiten in het vaarwater waarin bekl. zich be- woog, hem herkend, in de tweede plaats consta- steerden deskundigen, dat de koffie, die men bij bekl. in huis in beslag nam, gelijksoortig was met het ontvreemde. Ontkennen hielp hier niet. Bekl. beleed dan ook berouwvol zijne schuld. Hij heeft een huishouden met twee jonge kinderen. Gebrek aan werk bracht hem tot zijn daad. Het O.M. eischte bij inonde van den adv.-gen. mr. Jolles eene gevangenisstraf voor den tijd van een jaar. De verdediger mr. Hilterman beval bekl. in de clementie van het hof aan. Den 19 October a.s. zal voor het Gerechts hof terechtstaan Arnoldus Daniel Prillevitz, oud 37 jaren, steenhouwersbaas, geboren te Leiden, wonende te Haarlem, in hechtenis ter zake brand- stichting, waarbij niet te voorzien was dat eenig menschenleven daardoor in gevaar kon worden gebracht. De feiten zijn als volgt: Op 14 Juli 11. des avonds te omstreeks 9 uur, heeft hij met het oogmerk, hetzij om zich langs dien weg van een deel der assurantiepenningen meester te ma- ken, hetzij om althans den tegen 31 Juli 1886 aan- gekondigden gedwongen verkoop van zijne woning op te houden, terwijl al zijne huisgenooteu af- wezig waren in zijne in de bebouwde kom der gemeente Haarlem gelegen woning, begrensd door bewoonde huizingen en aan de achterzijde belendende eenerzijds aan de uitgebreide kaaspak- huizen van den heer Heijl en anderzijds aan de timmerloods en werkplaats van den timmerman en aanneraer Mulder, terwijl het hard woei, op den zolder op twee verschillende van elkander verwijderde plaatsen waar zich vele licht ont- vlambare voorwerpen bevonden met terpentijn gevulde voorwerpen heeft nedergezet, terpentijn uitgestort en daarna die terpentijn of de daar mede gedrenkte voorwerpen in brand gestoken heeft, met het bepaalde doel daardoor brand te doen ohtstaan. Dit doel is ook in zooverre be- reikt, dat verschillende der evengenoemde voor werpen vlam gevat hebben en de brand zich op beide plaatsen reeds voortgeplant had tot de op den zolder aanwezige tet afscheiding dienende vaste houten beschotten en op eene plaats ook reeds de tot den kap behoorende balken aange- tast had, zoodat een ernstige brand uitgebroken zou zijn, ware A niet dat door spoedige tusschen- komst der buren de verdere voortgang van den brand gestuit ware en men dien gebluscht had. De beschuldigde ontkent alles. Tien getuigen zullen in deze zaak gehoord worden en als ver dediger is ambtshalvetoegevoegd mr. D. E. LionL Een moordaanslag bracht de gemeente Voor burg in rep en roer. Bij de Geestbrug werd een oppassend 27-jarig jongman, P. J. J. In 't Hout genaamd, te Voorburg wonende en daarheen uit 's-Graven- hage terugkeerende, aangeroepen door een hem onbekend persoon, die onder toevoeging van eenige verwijtingen, plotseling a bout portant, een tweeloops met hagel geladen jachtgeweer bp hem afschoot en hem deerlijk in buik, heup en rechterarm trof. De dader vluchtte, volgens sommigen, nadat hij den getroffene had mede- gedeeld dat hij zich in den persoon vergist had. Den getroffene werd in da nabuurschap de eerste geneeskundige hulp verleend door een geneesheer, terwijl de te Voorburg gestationeerde brigadier van de Rijksveldwacht Driessen ter stond een voorloopig onderzoek ten huize van den gewonde instelde en brigadier-majoor Gou- driaan te 's-Gravenhage den dader in zijne woning arresteerde en in tegenwoordigheid van den gewonde bracht. Aanvankelijk ontkende de dader, zekereC.de rede, uit 's-Gravenhage, het feit, doch werd door den brigadier-majoor ten slotte tot beken- tenis gebracht. Hij verhaalde dat hij op het Zieken te

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Weekblad van Haarlemmermeer | 1886 | | pagina 2