BUITENLAND,
BINNENLAND.
WEEKBLAD VAN HAAIiLEMMERMfiER. NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD.
es—
Vergadering' van den (aemeenternnd van
Haarleininermeer.
vrijze tot stand gebracht zou worden, alles overeenkoinstig Uw
besluit.
Mijn vertrouwen, helaas! is beschaarnd geworden thans, na
eene afwezigheid van biina zes jaren terugkeerende in dit district
en uwe gemeente bez«ekende, vind ik den toestand van het
School wezen te Hoofddorp nog onveranderd; van mijn geheel,
met zorg bewerkt, organisatieplan en dus ook van Uw eigen
besluit is eenvoudig niets uitgevoerd, en de uitvoering van het
aanaenomen leerpian heeft tot nog toe achterwege moeten blijven.
Ik zal met noodig hebben U, Mijne Heeren te verklaren, dat
deze mijne bevinding mij innig leed heeft gedaan. Gij zelven
zult dat gevoelen. Ik ga zelfs een stap verder, en spreek mijne
overtuiging uitj dat ook Gij spijt gevoelt over den loop dien
deze zaak heeft genomenUwe mij van ouds bekende belaug-
stelling in degelijk ondersijs der jeugd strekt, mij daarvoor ten
waarborg. Zonder daarom langer bij het feit zelf stil te staan,
en zonder naar de ooizaken van den tegenwoordigen. zoo hoogst
onvoldoenden toesiand van school No. 4 en het daar gegeven
uitgebreid onderwijs te zoeken, wil ik liever tot U komen
vol vertrouwen op Uwe welwillendheid, en mij verzekerd hou-
dende, dat eene zesjarige scheidtng in geen enkel opzicht schade
heeft gedaan aan de goede verhouding die steeds tusschen ons
heeft bestaan om U de middelen aan de hand te doen, ten
einde in dien toestand de gewenschte verbetering te brengen.
Het voor de hand liggende, meest eenvoudige en uiisschien
ook het meest afdoende middel tot verbetering zou wellicht zijn
dat door Uw EA. ira, in 1886 of 1887, uitvoering werd gege
ven, aan wat door Uwe geachte vergadering in 1880 werd
besloten.
Ik stel dat middel echter thans niet voorvooral niet, omdat
mij de noodige gegevens ontbreken om met grond te, verzekeren
dat het reorganisatieplan in 1880 door mij ontworpen, indien
het nu tot uitvoering zou worden gebragt, genoegzame waar-
borgen van welslagen zou aanbieden. Bovendien wensch ik nu
alle financieele bezwareu, zoo veel dat maar eenigszints mogelijk
is, te vooikomen en mij, wat de verbetering der localiteit aan-
gaat, alleen tot het volstrekt noodzakelijke te bepalen.
Ik dring dus voora'snog niet aan op den aanbouw van een
zesde schoolvertrek, hoe wenschelijk die aanbouw zekerlijk ook
zijn mogt, met het oog op de door mij gewenschte hieronder
nader te behandelen klassen-indeeling der school voor gewoon
lager onderwijs. Alleen wijs ik Uw E.A op het feit dat in weerwil
van het bepaalde in Art. 16 van het K. B. van 30 Aug. 1884
Staat-sbl. no. 197, nog steeds de kleedingstukken der leerlingen
(jassen, dassen, doeken, hoeden en petten) in de schoolvertrekken
worden geborgen en vooral bij vochtig en regenachtig weder
door liunne uitwasemingen de lucht in die bovendien reeds zeer
gebrekkig geventileerde vertrekken bederven, zeer ten nadeele
van de gezondheid en de lichamelijke ontwikkeling der kinderen,
en de verspreiding van tal van ongesteldheden en ziekten in de
hand werkende. Hit mag zoo niet blijven, en daarom verzoek
ik Uw Ed. Aehtbaren ernstig en dringend hierin verbetering te
brengen door op doelmatige wijze te voorzien in een passende
gelegenheid tot berging dier kleedingstukken buiten de school
vertrekken. In nauw verband hiermede staat de verschaffing van
goed wasch- en zuiver drinkwater voor de leerlingen. Ook deze
aangelegenheid beveel ik Uwe aandacht en goede zorgen aan.
Wordt vervolgd.)
8.
9.
Na eenige deliberatic over het al of niet aanstellen van
een of meer Veldwachters wordt besloten het adres te
stellen in handen van Burgemeester en Wethouders om
ad vies.
Het verzoek van den heer Zwart om eene afscheiding in
een der lokalen van school no. 10 te doen maken wordt
gesteld in handen van de Plaatselijke Schoolcommissie.
De heer Suidgeest deelt mede dat door een paar aangesla-
genen in de gremeentebelasting bij hem is geklaagd dat
zij door den Gem. Ontvanger worden vervolgd, niettegen-
staande zij betaald hebben.
De Voorzitter zegt dat hij den Gemeente-Ontvanger
hierover zal spreken.
10. Op de vraag waarom het rapport over de gemeentewerken
niet wordt behandeld, wordt meegedeeld dat Burg, en
Weth. nog niet met de zaak gereed zijn, dat de Gemeente-
Opzichter de stukken te laat, heeft ingezonden, en dat het
nazien der werken door Burg, en Weth. door de moeije-
lijkheid der reis is uitggsteld moeten worden.
11. Op de vraag hoe het staat met het TelegTaafkantoor
antwoord de Voorzitter dat hein daaromtront niet naders
bekend is.
Waarna de vergadering wordt gesloten.
In den nacht van 27^—28 December is bij den landbouwer
C. B. 'an den Spaarnwouderweg, ingebroken door instooting
van een glasruit en gestolet).
Naar men zegt heeft men op iemand vermoeden.
Uit het gestichl te Heemstede is een manspersoon van onge-
veer 30 jaren oud, weegeloopen, die lijdende was aan vallende
ziekte.
Zaterdag avond is op den lioofdweg bij den Bennebroekerweg
zekere llijstek bewusteloos neergevallen.
Iemand daar te paard passeerende, ontdekte hem door dien
't paard over hem sprong.
Na eenige verzorging was hij weei spoedig hersteld.
BURGERLIJKE STAND
van 22 lot 28 Dec.
Onderlrouwd-. N, C. van Oe'dermalsen en P. Stam.
GetrouiodGeene.
Geboren: Jacob, zoon van C. Koomen en K. de Jong; Jo
hannes 1'etrus, zoon van A. J. Kelder en A. Zijm; Elisabeth,
dochter van A. Littoo'j en A. Haarman; Leendert, zoon van
J. Visser en A. M. v. do Linden; Matje, dochter van C. de
Weerd en J. de Veer; Klaas, zoon van P. v. d. Ree en T.
Leegwater
OverledenCornelis, oud 10 maanden, zoon van A. Veischoor
en A. Coenradi; Wilhelmina, oud 4 maanden, dochter van P.
Geus en M. Ilogewoning; Jacoba Kramer, oud 70 jaar, ongehuwd.
OP
bonderdag 30 becemher, 1886, des morgens ten 10 ure, ten
Raadhuize.
Voorzitter de heer J. W. Lantzendorifer.
Tegenvvoordig 14 leden, alsmede de Secretaris, afwezig de heer
van Reeuwijk.
De Notulen der vorige vergadering worden goedgekeurd.
Behandelde onderwerpen
1. Ingekomen stukken en mededeelingen, o. a. goedkeuring door
Ged. Staten van 't Suppl. kohier van den Omslagdienst
1886; idem regeling Jaarwedde van den onderwijzer aan
School no. 4 op f 700; uitslag van aanbestedingengoed
keuring Gemeenterekening over 1885; goedkeuring Gemeente-
begrooting dienst 1887, en goedkeuring Raadsbesluit tot
heffiug van opcenten op de personeele belasting.
2. Suppletoir kohier van hondenbelasting 1886, wordt vast-
gesteld op een bedrag van f 20.124.
3. Verzoek van T. P. van der Werff, om eervol ontslag,
als onderwijzer aan school no. 10, (Ringdijk bij Sloten),
verleend met ingang van 1 Januari 1887 en in diens plaats;
4. Benoemd Pieter M. Labrijn, te Haarlemmermeer, om den
1 Januari 1887 in functie te tredeu.
5. Rapport van Burgemeester en Wethouders, omtrent het
schoon houden der scholen, wordt gelezen en conform
gesloten.
6. Brief van den distr. schoolopziener in zake de regeling van
het onderwijs aan school 4. (Hoofddorp,) na lezing wordt
besloten de iuschrijving van leerlingen eenmaal per jaar
te doen plaats hebben.
Tevens wordt gelezen en vastgesteld een ontwerp besluit
tot lieffing van schoolgeld op de avondschool, en de daarbij
behoorende verordening op de invordering.
7. Wordt gelezen een adres van G. C. Apfeld e. a. houdende
verzoek om bij Halfweg een Veldwachter te stationeeren en
aldaar een lantaarn te plaatsen.
DUITSCHLAND. De redevoering van generaal Boulanger (zie
onder Frankrijk) wordt door de oppositie gretig aangegrepen om
de leger-voorstellen te bestrijden, hetgeen door de regeeringsgezinde
bladen beantwoord wordt niet de opmerking, dat het van Gene
raal Boulanger's zijde alleen een krijgslist is.
Den 4n Jannarij komt de Commissie weder bijeen en dan zal
de zaak wel spoedig beslist worden.
Overigens schijnt de verhouding tnsschen Duitschland en
Frankrijk voor het oogenblik opperbest te zijn.
Of het echter de ware liefde wel zou wezen?
FRANKRIJK. De man die steeds de sporen deed rinkelen en
het zwaard deed kletteren, met den olijftak des vredes in de hand
te zien, is een even onverwacht als curieus verschijnsel.
Een ding is zeker dat Generaal Boulanger, als ware bij Barnum
in eigen persoon, uitstekend de kunst der reclame verstaat. Nu
heeft hij de smart trick uitgehaald, om door een uiterst vrede-
lievende redevoering, de aandacht niet alleen van Frankrijk, maar
van geheel het buitenland op zich te vestigen.
Het was bij gelegendheid van eene prijsuitdeeling van wege de
Societe de SauvetageDo redders hebben op de soldaten het
onschatbaar voorrecht, dat hunne lauworen niet noodwendig
bloedige lauweren zijn, verkregeu bij de vaneenrijting des vader-
lands. De redders vinden Iran roem in het helpeu van natuurgenooten
te midden van dien vrede, waaraan de volken zulk een groote
behoefte hebben, dat zij die met het bestuur belast zijn, huu
dien moeten verzekeren ten koste van alle opofferingen, voor
zoover deze noch de eer, noch de veiligheid des lands raken."
Is het niet of de president van den Vredebond aan het woord
is? Toch dachten wij onwillekeurig aan de Yos die de Passie
preekt.
En het fraaie van het geval is, dat nagenoeg alle Frausche
bladen, uitgezonderd de Justice, het oorgaan van Clemenceau, den
generaal zijne vredelievende rede zeer kwaljjk nemen. Het bedaarde
Journal des Debats, voegt den Minister van oorlog nijdig toe, dat
hij vroeger te veel schreef en nu te veel praat.
Met dat al slaat men dezen Franschen Generaal in het buiten
land met onrust gade. De Engelsche Economist ziet in dezen
Minister van Oorlog, wiens populariteit steeds wassende is,
de mogelijke toekomstige bondgenoot van den Russischen Czar,
omdat hij zijne positie misschien zoo sterk zal weteu te maken,
dat volgende ministerieele crisissen over hem heen zullen trekken,
zonder hem te deren. Daardoor zou hij de man worden met wie
Rnsland een bondgenootschap kan aangaan, zonder de kans te
loopen, dat eene verandering van Ministerie, eene verandering
der Fransche Buitenlandsche Staatknnde tengevolge zou hebben.
BELGIE. Door het hof van Assises te Brnssel is Defuissaux,
de vervaardiger van den beruchten Grand Cathechisme du Peuple
veroordeeld tot 4 jaar gevangenisstraf en 1000 frcs. boete.
ENGELAND. De Gladstonianen juichenlord Randolph
Churchill's uittreding uit het Ministerie, heeft veel kans de brug
te worden waarover zij en de radicalen, weder tot elkander zullen
komen.
Niemand minder dan Chaniberlain, heeft eene redevoering in
dien geest gehouden, en gezegd dat deze ministerieiile crisis eene
uitstokende gelegenheid voor de verschillende fracties der liberale
partij opleverde, zich met elkitar te verzoenen.
Daily News is over den loop van zaken zeer verheugd on heeft
alle hoop dat Gladstone en Chamberlain in het Iersche vraagstnk
tot een vergelijk zullen komen.
De Conservatieve bladen, met name de Standard, gelooven nog
niet aan die overeenstemming, want Gladstone's verbond met
Parnell maakt dit volgens hen, vrij wel onmogelijk.
Intusschen duurt de Ministerieiile crisis voort, de oplossing
daarvan baart trouweus in dit geval buitengewone moeilijkheden.
Het hoofd der Unionisten, lord Hartington ging dadelijk van
het vasteland naar Londen terug, om met lord Salisbury te
onderhandelen, maar niemand gelooft in ernst dat deze combi-
natie eenige kans heeft van slagen, en dan zal er wel niets over-
blijven dan Parlements-ontbinding
ooh,
De reizende en trekkende Bulgaarsche deputatie is thans
te Londen gearriveerd, en dit gedeelte van den tocht zal voor de
leden daarvan, wel het aangenaamste zijn.
Reeds werden de heeren op de meest hartelijke manier door
den Minister van Buitenlandsche Zaken ontvangen, die bun de
verzekering gaf van Engeland's welwillende gezindheid en hen
op zijn landgoed noodigde. De Engelsche bladen voegden hierbij
de nog al overbodige opmerking, dat de uitnoodiging werd aan-
genomen.
Na Londen komt Parijs aan de beurt. Een vroeger bericht
dat de deputatie eerst naar laatstgen'oemde plaats zon gaan,
berustte op een misverstand.
Uit Kaapstad komt het bericht dat de Gouverneur der
Kaapkolonie, Sir Hercules Robinson een bezoek bracht aan
Mauritius en van die gelegenheid gebruik maakte, den Gouverneur
van dat eiland aftezetten.
Wat tot deze onverwachte, krasse maatregel aanleiding heeft
gegeven, werd nog niet bericht.
Wij zijn en plein vacances de Noel, de parlementaire werk-
zaamheden zijn voorloopig gegindigd, op het Binnenhof is het
ledig en woest.
Waterstaat, Finaneien en een zesmaandsche krediotwet voor
het hoofdelooze Marine-departement. werden aangenomen, de
leden keerden terug in den schoot hunner respectieve families
en kunnen zich daar of elders vermeien tot nadere bijeenroepitig.
Waarschijnlijk zal dit wel zijn lot Februari, en znllen dan naar
alle berekening de voorstellen tot grondwets-herziening aan de
orde komen.
De Kerstdagen zijn voorbij, de laatste bracht ons sneeuw,
zooveel sneenw als wij in geen jaren onze straten en pleinen
zagen bedekken, zooveel dat men er zelfs in de hoofdstad na
drie maal vierentwintig uur, ondanks den ingevallen dooi, nog
niet van verlost was. Het jaar spoedt ten einde en bij het vele
nuttige en goede dat ongetwijfekl werd tot stand gebracht,
valt het niet te ontkennen dat de geschiedenis van dat tijdperk,
door zwarte, sombere schaduwen wordt verduisterd. Waardoor
die schaduwen, zoowel op IndiS als op Nederland, werden ge-
worpen, waarom de hoofdstad dat jaar met een zwarte kool
in hare geschiedrollen zal opteekenen, behoeven wij bier niet
nader uiteen te zetteu. Dat de tijd de wonden die geslagen zijn,
spoedig moge heelen.
Op de lijst der mannen van verdiensten die ons in dit jaar
door den dood ontviele i moest in de laatste dagen helaas! nog
den naam geplaatst worden van een man in binnen- en buitenland
wel bekend, en die in zijn werkzaam leven, zijn vaderland ook
in den vreemde tot eer verstrekte.
Wij bedoelen den heer J. Dirks, hoofd-ingenieur van den
Waterstaat, die zich o. a. door den aanleg van het Noordzee-Kanaal
en het aandeel dat hij naast de Lesseps, aan de doorgraving der
landengte van Panama heeft genomen, op waterbouwkundig ge-
bied een grooten naam had verworven. Ook als lid der Tweede
Kamer toonde hij een man van veelomvattende bekwaamheid te
zijn, zoodat zijn aftreden als zoodanig, in het begin van dit jaar,
zeer werd betreurd.
Naast de mannen die bouwen en opbouwen, heeft men hen
die enkel trachten af te breken en te slopen, en die in de plaats
van het vernietigde niets weten te stellen dan hunne zinledige
of zinnelooze theoriSn, hunne oprniende verdachtmaking, hunne
nrjdige verguizing.
In de afgeloopen week was aan Hengelo het geluk beschoren,
de heer Domela Nieuwenhuis, met eenige mindere socialistische
grootheden, zooals de beeren Bennink en Fortuijn, binnen hare
muren te hooren redevoeren, bij welke gelegenheid de werkgevers,
met name o. a. de fabrikanten Stork, het geducht moesten ont-
gelden
Ten slotte uitte Fortuijn zulke beleedigende taal aan het adres