LANDB0UW.
KERKELIJKE BERICHTEN.
RECHTZAKEN.
WEEKBLAD VAN HAARLEMMERMEER NIEUWS- en ADVERTENTIEBLAD.
Hollandsche IJzeren Spoorweg-Maatschappij.
Ned. Handelmaatschappij.
of bijna 10 pCt. minder dan het vorige jaar. Het opereerend kapitaal
was gemiddeld 20 millioen beneden het gemiddelde der laatste 20
jaren, dat 92 millioen bedroeg. De vermindering was algemeen, zoo
bij de hoofdbank als bij de bijbank en de agentschappen.
Aan disconteeringen is ruim 1 millioen rente ontvangen, of/330,000
minder dan in 1885/86; aan beleeningen is genoten f 1,160,000 of
f 209,000 minder.
Het gezamenlijk winstcijfer bedraagt2,489,500, waarvan/719,250
onkosten enz. afgegaan. "Van het saldo ad 1,770,000 werd op
voorstel der directie besloten, /107 per aandeel uit te keeren.
De heer H. H. Beels werd als directeur herkozen en tot commis-
sarissen zijn herkozen Mr. J. G. Gleichman en Mr. J. H. Molkenboer.
Zoodra het wetsontwerp tot yerlenging en wijziging van het Bank-
octrooi door de Staten-Generaal is behandeld, zullen de aandeelhouders
worden opgeroepep om over de voortzetting te beslissen.
Het- dividend der Hollandsche IJzeren Spoorweg-Maatschappij is
vastgesteld op 60 per aandeel, van welk bedrag 1 Oct. reeds f 20
was uitbetaald.
Volgens een bij de Nederlandsche Handelmaatschappij ont-
vangen telegram is het dividend van de JavascheBank over 1886/87
vastgesteld op 6 pCt. of /30 Ind. Crt. per aandeel.
De koninklijke familie vertrekt 16 dezer naar het buitenland.
's Oohtens 8 uur vertrekken H.H. M.M. van 't Loo, zullen eerst
over Winterswijk tot het station Vrexen reizen en van daar per
rijtuig naar Arolsen. Na een verblijf aldaar van eenige dagen zal
de koninklijke familie naar Wildungen vertrekken.
De opening der tentoonstelling van voedingsmiddelen is thans
voor goed bepaald op 15 Juni e. k.
Het onderwijs aan de kookschool is, naar wij vernemen, opgedragen
aan mevr. II. Alting Mees te Londen en mej. O. A. Corver alhier.
Onder de groote aantrekkelijkheden op de Voedingtentoonstel-
ling zal eene geheel in stijl gemeubelde eetzaal behooren. Voor de
gedekte tafel leveren de beste Nederlandsche huizen het porselein,
glas, zilver, tafelgoed, enz. De meeste dezer voorwerpen worden
opzettelijk voor deze inzending vervaardigd.
Er komt ook een model-keuken. Het is nog niet zeker of wat
daarin behoort door eene firma zal worden tentoongesteld, dan wel
eene gezamenlijke inzending wordt.
UlTZICHTEN VAN DEN GRAANBOUW.
ten belangrijk artikel komt in de Quarterly Review voor
over de uitzichten van den graanbouw in Europa en Amerika.
De schrijver acht het volstrekt niet zeker dat de Britsche
landbouwer ten ondergang gedoemd is. In 1885 is op grcnd
van een onderzoek berekend, dat een met graan beteeld land
gemiddeld f 240 per bunder productiekosten heeft. Sedert zijn
echter de paehten gedaald en zij zullen nog lager worden. Ge-
beurt dit in behoorlijke mate, wordt de oogst goed behandeld
(het stroo maakt vaak dat de opbrengst winst geeft), de noodige
verbeteringen aangebracht en de lasten matig gesteld, dan geeft
een prijs van 8 h 9 per hectoliter winst. En behalve Indie,
kan geen ander land z<5<5 goedkoop graan leveren. Het voor-
beeld van Amerika bewijst het. Daar is de uitgestrektheid tarwe-
land van 1880 tot 1886 met 400,000 bunders afgenomen, of-
schoon de bevolking met 10 millioen is gestegen. Yolgens het
officieel landbouwverslag der Unie over 1885 gaf de oogst van
1884 geen winst, waar niet 18 h 23 hectoliter per bunder werd
verkregen. Slechts een staat (Colorado), met niet meer dan
47,000 bunder tarweland, gaf gemiddeld 18 hectoliter per bunder
in 1884, een prachtig oogstjaar, en slechts vier staten bereikten
nog maar J van hetgeen geacht wordt een winstgevende oogst
te zijn. De gemiddelde prijs, welken de Amerikaansche land
bouwer in 188486 voor zijn tarwe kreeg, was/50 per bunder,
en dat is veel te weinig om zelfs onder de gunstigste omstan-
digheden met voordeel te werken. Waar in Engeland de kosten
J 240 per bunder zijn, is het niet aannemelijk dat men in
Amerika met f 50 uitkomt.
Ook in Nieuw-IIolland is de graanbouw verminderd van
925,000 hectaren in 188485 tot 790,000 in 188586; en
de berichten over de graanboeren luiden niet gunslig. Ook in
Canada is trots de ontginning van nieuwe gronden de
uitgestrektheid bouwland sedert 1884 afgenomen. In 188485
bedroeg de uitvoer van daar slechts 250,000 hectoliter en de
volgende oogsten waren veel kleiner, zoodat Canada thans zeker
meer graan iuvoert dan uitvoert. Uit andere landen komen ge-
lijksoortige berichten over het weinig winstgevende van den
graanbouw bij de tegenwoordige prijzen. En dat het wat Britsch-
Indie betreft anders is, wordt uitsluitend toegeschreven aan de
lage goudwaarde van de ropij.
ADRES-V EEH ANDEL
De heer D. P. van Capelle, grondeigenaar en veehouder te
Kapelle a/d IJsel, en ongeveer 200 anderen uit de gemeenten
in den omtrek van Rotterdam, Gouda en Utrecht, alien belang-
hebbenden bij den veehandel, hebben zich tot den minister van
binnenlandsche zaken gewend met het volgend adres
//Dat zij onlangs met vreugde begroetten de tijding, dat, ten
gevolge der doeltreffende maatregelen, de Nederlandsche veestapel
sedert geruimen tijd bevrijd is gebleven van besmettelijke vee-
ziekten, als longziekte, enz.
//dat zij met genoegen hebben gezien, dat de Nederlandsche
regeering, bewust van den druk, welke op den Nederlaudschen
uitvoerhandel rust, ten gevolge van bepalingen op den invoer
van vee in Engeland sedert 1877 van kracht, bij het Engelsche
gouvernement stappen heeft gedaan, om te verkrijgen de weder-
openstelling van den vrijen onbelemmerden invoer;
//dat zij echter met leedwezen hebben kennis genomen van de
verklaring van lord John Manners, in de zitting van het Huis
der Gemeenten dd. 28 Maart jl., waaruit blijkt, dat de Engelsche
regeering heeft gemeend geene wijziging te moeten brengen in
de op dit oogenblik van kracht zijnde bepalingen op den invoer
van Nederlandsch vee, omdat het Nederlandsche gouvernement
nog steeds toestond den doorvoer, door haar grondgebied, van
Duitsche schapen, zoodat, hoe degelijk overigens de maatregelen
moeten geacht worden, door Nederland genomen tot wering en
vernietiging van besmettelijke veeziekten, zij aan de Engelsche
regeering geen voldoenden waarborg op den duur kunnen geven
tegen den invoer van besmet vee, zoolang de invoer van Duitsche
schapen geoorloofd blijft;
/'dat bij kon. besluit van 8 December 1870 SlblNo. 194)
de inr en doorvoer van alle vreemd vee werd verboden, terwijl
tevens bepaald werd, dat, wanneer bijzondere redenen afwijking
van dat verbod noodzakelijk maken, zoodanige afwijking door Uwe
Exc. zou kunnen worden toegestaan;
//dat het ondergeteekenden voorkomt, dat het in geen enkel
opzicht noodzakelijk is, nog langer dispensatie te blijven verleenen
van genoemd konl. besluit integendeel, dat het, met het oog
op de verklaring van de Engelsche regeering, in het belang van
de welvaart van den Nederl. veehandel met Engeland bepaald
dringend noodig wordt, dat bovengenoemd konl. besluit voortaan
streng worde gehandhaafd, omdat bij de nauwgezette toepassing
daarvan de wederopenstelling van den vrijen invoer in Engeland
van Hollandsch vee zal kunnen worden verkregen;
I/Redenen waarom zij Uwe Exc. eerbiediglijk doch dringend
verzoeken, dat het Uwe Exc. moge behagen, de tot heden toe-
gestane disper.satien van bovengenoemd konl. besluit in te
trekken, en voortaan geene dispensation meer te verleenen, tenzij
dit in het algemeen landsbelang bepaald noodzakelfik mocht zijn,
en bij de Engelsche regeering wederom aaii te dringen op de
opheffing van de bepaling van 1877 ten opzichte van ons vee."
In den Gelderschen-Achterhoek staan over 't algemeen de
gewassen, rogge. haver, enz. uitstekend, ofschoon alles later is
dan gewoonlijkde vruchtboomen bloeien zonder uitzondering
prachtig en beloven een overvloedigen oogst.
Naar men uit de Betuwe schrijft, belooft dit jaar een
zeldzaam fruitjaar te zijn. ooral de kersenboorngaarden. waarvan
de Betuwe er honderden bij honderden telt, zijn een en al
bloesem; elke boomgaard gelijkt een reusachtigen bloemruiker,
die de lucht met de heerlijkste geuren vervult. Ook appel- en
pruimeboomen staan in den rijksten bloei, en beloven een niet
minderen overvloed. Perzik en abrikoos zijn reeds uitgebloeid,
en de vrucht zit rijk aan het hout, hoewel hier en daar de
bloesem geleden heeft van schrale oostenwinden en koude nachten.
De verleden week gevallen regens hebben den fruitboomen veel
goeds gedaan. Komt er nu warm en zonnig weer, dan lijdt het
geen twijfel, of de verwachting op een zeldzaam rijk fruitjaar
zal niet teleurgesteld worden.
Ned. Herv. Gem.
Beroepen: te Akkooi (cl. Zalt-Bommel) H. T. Barbas te Hol-
landscheveldte St.-Nicolaasga c. a. A. Renier te Elspeet; te
Rotterdam J. Vonk te Oldebroek en W. Ringnalda te Harmelen
te Valkenburg J. J. Gobius du Sart te Nijkerk op de Veluwe;
te Roordahuizum J. J. Keijzer te Tjallebert; te Blokzijl P. Moll
te Deutichem; te 's-Gravemoer H. van Veen Jr. te Arkel; te
Zwartsluis L. M. v. Noppen te Wijnjeterp c. a.
Aangenomen naar Lippenhuizen door Th. du Saar te Terwolde.
Bedanktvoor Deil c. a. door J. J. de Kat Angelino te
Varik; voor Gouda door L. Heldring te Zandvoort; voor Kou-
dum door J. G. Bruining te Workum; voor Soetermeer c. a.
door D. .T. Karres te Bruinisse; voor Wijckel (cl. Sneek) door
G. J. Barger te Driebergen (cl. Wijk); voor eiland Marken
door C. Verhagen te Ee (cl. Dokkum); voor Heinkenszand door
J. V. Hoek te Kapelle; voor Breedevoort J. van der Veen te
Rossum (bij Tiel)voor IJzendoorn door F. W. J. Wolf te Odijk.
Ned. Ger. Kerk.
Beroepen: te Lemmer, Eesterga en Follega J. J. A. Ploos
van Amstel te Reitsum.
Christ. Ger. Kerk.
Beroepen te In de Krim (Dedemsvaart) J. v, Haerincen te
Vroomshoop; te Enschede A. Vogel te Zalk.
R. C. Kerk.
le Breda zal aan de Ginnekenstraat eene nieuwe R. C. Kerk
(Lteve-Vrouwekerk) worden gebouwd in Gothischen stijl der XVe
eeuw en met zeer rijke ornamentatie. De toren krijgt een hoogte
van 90 M. 8 8
oor de rechtbank te Amsterdam, 5de Kamer, rechtdoende
in strafzaken, stond terecht een onderwijzer in het boekhouden,
wonende te s-Gravenhage. Verschillende ernstige misdrijven
werden hem ten laste gelegd.
Bekl. was van April 1885 tot October 1886 als boekhouder
in dienst geweest bij de firma Blok en Zoon te Amsterdam.
Hij was belast met een aanmerkelijk gedeelte der administrate
van de zaak, zoomede met het innen van sommen gelds op ver-
toon van door zijn patroons geteekende quitanties. Vijf malen
nu zou de bekl. op deze wijze een som gelds ontvangen en niet
verantwoord, maar ten eigen bate aangewend hebben. In de
tweede plaats zon hij in Sept. 1886 een bedrag van/160 ver-
duisterd hebben. De oude heer Blok heeft nl. eene dochter, die
verpleegd wordt in het gesticht Meerenberg, De verplegings-
kosten plachten door bemiddeling van de Ned. Bank overge-
maakt te worden. Aan bekl. zou in Sept. jl, een bedrag van
f 160 ter hand gesteld zijn, met opdracht het aan de Bank te
hezorgen. Die opdracht, dus luidde de beschuldiging, was door
bekl. niet uitgevoerd, maar het geld door hem ten eigen bate
aangewend. In de derde plaats werd ten lhste gelegd, dat
bekl., ten einde de verduisteringen waarvan hierboven melding
werd gemaakt, te bedekken, verschillende posten in de boeken
valschelijk opgeteekend had. In het afgeloopen najaar werd hij
door zijne patroons ontslagen en nadat eene klacht tegen hem
was ingediend, onderging hij op 19 Jan. jl. een verhoor voor
den commissaris van politie De Klopper te 's-Gravenhage. Deze
vroeg hem of hij de verschillende op quitantie ontvangene be-
dragen verdnisterd had? Bekl. antwoordde ontkennend; hij had
ze behoorlijk aan de firma afgedragen en ten bewijze daarvan
legde hij deze eene quitantie van den volgenden inhoud over:
//Ontvangen van den heeronzen boekhouder, de
somma van f 348.19 voor ohtvangen, doch niet op het werkboekje
gestelde posten. H. Blok Szn."
De naam H. Blok Szn. was op een plakzegel geschreven en
trok de aandacht van den commissaris, dewijl blijkbaar een oud
plakzegel was gebezigd, waarop de handteekening slechts gedeel-
telijk voorkwamBlok S. De letters H. en Zn. schenen er
door een vreemde hand bijgevoegd te zijn. Het feit werd door
de ter terechtzitting gehoorde deskundigen in dier voege ver-
klaard, dat men gelijk bekend is bij onderteekeuing van
een quitantie, op het plakzegel slechts een stuk van zijn naam
plaatst, terwijl een gedeelte op de quitantie zelf komt te staan,
Het plakzegel was dus denkelijk van eene oude quitantie afge
nomen en op de den commissaris vertoonde kwijting geplakt. De
bijgewerkte letters waren, naar de deskundigen raeenden, niet
van de hand des heeren H. Blok Szn. Op den 2den Eebruari
jl. werd de bekl. ter zake dezer quitantie opnieuw bij den heer
De Klopper oDtboden. Ten bewijze dat hij de man niet was
om vervalschte quitanties te produceeren, legde hij thans dezen
ambtenaar over een door zijn patroon afgegeven certificaat, waarin
deze een gunstige verklaring aflegde omtrent. het vgoed gedraw
en de bekwaamheid" van den bekl. Naast det goede gedrag en
die bekwaamheid werd ook gewaagd van //strikte eerlijkheid."
Deze laatste twee woorden waren er bijgevoegd buiten mede-
weten van den patroon, die uit goedhartigheid en ondanks het
gebeurde, het getuigschrift toch afgegeven had.
De bekl. ontkende op de tereehtzitting al wat hem ten laste
gelegd was. De posten die hij voor de firma gelnd heeft, zijn
behoorlijk afgedragen. De patroons ontkennen dit, doch zeer
weifelend. Blijkbaar zijn zij van de boekhouding hunner zaak
niet erg op de hoogte. Vandaar dat staande de zitting liun
nieuwe boekhouder ontboden wordt, om inlichtingen te geven.
Verder heeft bekl. in Sept. '86 geen /'160 ontvangen om die
bij de Ned. Bank te storten. De patroons en hunne beide dienst-
boden verklaren echter het tegendeel.
M at de valsche quitantie bet'eft, houdt bekl. stokstijf staande
dat de heer H. Blok Szn. haar wel degelijk geteekend heeft en
dat de letters H. en Zn. ter dege echt zijn. De heer Blok ont-
kent dit en de deskundigen steunen die ontkentenis door liun
onderzoek. Aaugaande het getuigschrift beweert bekl. dat hij dit
zelf geschreven en dat een der patroons het onderteekend heeft.
Na lang aandringen zou deze den bekl. hebben toegestaan de
woorden //strikte eerlijkheid" er bij te voegen. De heer Blok
spreekt dit tegen.
Na afloop van het langdurige getuigenverhoor was het woord
aan het O. M., waargenomen door den subst.-off. van just. mr.
Pleijte. In een uitgebreid betoog trachtte deze het bewijs van
de schuld des bekl. te leveren. Alle punten der aanklacht waren
z. i. behoorlijk gestaafd. Op deze gronden worden door hem drie
jaren gevangenisstraf geeischt. Als raadsman had de bekl. ge-
kozen den advocaat mr. D. Simons. Daar de tijd echter reeds
verstreken was, werd diens pleidooi uitgesteld tot Donderdagavond
8 uur.
Donderdagavond werd de zitting derhalve voortgezet. Alvorens
den verdediger het woord werd verleend, onderging de bekl.
nogmaals een verhoor, dat voornl. betrekking had op de wijze,
waarop hij de balans en het rekening-courantbauk had saamge-
steld. Heel duidelijk vond de rechtbank de zaak blijkbaar niet.
Mr. D. Simons daarna de verdediging van zijn client voor-
dragende, was van oordeel dat elk bewijs van de ten laste gelegde
verduisteringen ontbrak. Wat de beweerde valschheden in de
boeken aangaat, materieel ja, staan een paar vergissingen vast,
ma r alle elementen van valschheid ontbreken ten eenenmale.
En mocht er al valschheid bestaan, dan is zij in alien gevalle
eene zg. intellectueele valschheid, die pi. met een beroep op de
meest gevierde Duitsche criminalisten voor niet straf baar houdt.
De andere punten der aanklacht acht pi. overigens eveumin
bewezen. Op alle deelen acht hij derhalve eene vrijspraak nood
zakelijk.
Het O. M. zou op dit belangrijk pleidooi hebben moeten
repliceeren, maar alvorens dit daartoe in de gelegenheid te stellen,
verklaarde de v/orzitter dat de zitting een oogenblik geschorst
werd. Na de heropening las de voorzitter een incidenteel vonnis
voor, waarin overwogen werd, dat sommige punten nog duister
btissaasattas