GEMENGDE BERICHTEN.
WEEKBLAD VAN HAARLEMMERMEER. NIEUWS- sn ADVERTENTIEBLAI^
zijnde, eene instructs noodzakelijk was. Er werd derhalve ambts-
halve een nader onderzoek door den rechter-commissaris gelast
eg de zaak tot na afloop daarvan geschorst.
De zitting werd om ongeveer 10 uur 's avonds gesloten.
Voor de rechtbank te Amsterdam, kamer van strafzaken,
verscheen een negentienjarig jongeling, beklaagd van diefstal
met geweldpleging. Hij bevond zich in voorloopige bechtenis.
De eerste getuige was volgens schriftelijke verklaring van een
geneesheer zeer ongesteld (de deurwaarder beweerde zelfs: vlie-
gende tering) en was derhalve niet verschenen. Het O. M.
requireerde daarop dat de rechtbank de zaak onbepaald zou uit-
stellen. De toegevoegde verdediger, mr. J. Kappeyne van de
Coppello, had daartegen geen bezwaar, mits de rechtbank dan
ook den jeugdigen beklaagde aan zijne moeder, voor wie hij den
kost moest verdienen, teruggaf. Bij de herinnering aan zijne
moeder barstte de jongen in een luid geween los; blijkbaar
hadden de woorden van zijn raadsman zijn gemoed aangegrepen.
Nadat hij 0. M. zich tegen de voorloopige invrrheidstelling had
verzet en de verdediger hare wenschelijkheid met een beroep op
de beginselen van het nieuwe strafprocesrecht nog nader had
betoogd, ging de rechtbank in de raadkamer. Teruggekomeri
gelastte zij de onmiddellijke invrijheidstelling van den knaap.
Voor dezelfde rechtbank verscheen daarna A. W. van Achthoven,
22 jaren oud, wonende te Amsterdam, beklaagd van diefstal. In
den avond van den 14 April jl. was uit een winkel in de
Barendtsstraat een rol roode baai gestolen. Zij werd terugge-
vonden in een bank van leening, waar bekl. haar gebracht had.
De laatste gaf dit volmondig toe, maar van den diefstal wist
hij niets. Hij heeft de rol in het beleenhuis gebracht op ver-
zoek van een onbekende, een heer die te deftig gekleed was om
zelf den lombard binnen te gain. Als blijk van tevredenheid
gaf die onbekende hem een gulden en tevei.s de beleenbriefjts
ten geschenke. Het 0. M. waargenomen door den subst. offic.
v. just. jhr. mr. Baud, gelooft dat die onbekende van den be
klaagde de bekende //groote onbekende" is en dat beklaagde de
dief is. Het requireert 7 maanden gevangenisstraf. De verdediger,
mr. Th. Heemskerk, trachtte in een uitvoerig pleidooi te be-
toogen, dat des beklaagdes schuld niet is bewezen. Na re- en
dupliek is bepaald dat Dinsdag a. s. uitspraak zal gedaan worden
Twaalf centen.
Dezer dagen is in de Yolsvertegenwoordiging lang en breed
gesproken over de controle van de Algeineene Rekenkamer hier
te lande.
Niet onaardig is in het licht dier discussien het volgende
staaltje van streng toezicht door het college op de Rijks— uit-
gaven en schuldvorderingen ten laste van den Staat uitgeoefend.
Een officier van gezondheid was verplicht zich nu en dan voor
dienstzaken in verband met de militie te begeven van hier naar
een aan den Hollandschen spoorweg gelegen gemeente.
De militaire doctor bracht daarvoor het Rijk 70 cts. in reke-
ning, zijnde de pr'js van een spoorw.egkaartje eerste klasse.
De Rekenkamer maakte bezwaar de declaratie te vereffenen.
Zij vroeg inlichtingen omtrent de vraag of bedoelde officier al
of niet in uniform reisde.
Toen haar geantwoord was dat hij in burgerkleeren in het
■spoor was gestapt, werd zijne vordering met 12 cents, zegge
12 centen verminderd en herleid tot 58 cents, op grond dat
wanneer hij in militaire uniform had gereisd de spoorwegmaat-
schappij aan een officier de reductie van 12 cents had verleend.
De schuldeischer heeft ten slotte het Rijk de 70 cents cadeau
gedaan, nadat over dit zaakje een bundel stukken was gewis-
seld, waarvoor aan schrijfloon alleen reeds f 6 zou moeten be-
taald zijn.
Een goede vangst! De jachtopziener Gieltink, te Winters-
wijk, heeft onder het gehucht Meddoho twaalf jonge vossen
opgegraven en thuis gebracht. Bij Rijsen zijn de vorige week
zeven jonge vossen opgegraven, die thans door een hond ge-
zoogd worden.
Naar Be Sport verneemt, is de leening van f 27,000
voor een eigen ijsbaan voor de IJsclub van Kralingen en om-
streken zoo goed als volteekend. Men wanhoopt ten minste niet
meer aan een volledig succes.
Een dienstmeisje te Oosterhout had haar dienst verlaten
en wilde het er den dag, alvorens in hare nieuwe betrekking te
gaan, nog eens goed van nemen. Zij bleef dan ook tot laat in
den avond uit, met het gevolg dat haar vader haar weigerde
binnen te laten. Ten einde raad herinnerde zij zich dat haar
vriendin, die bij den notaris M. diende, haar wel een onderkomen
zou verschaffen. De geheele familie was echter uit de stad. Als
een vlugge hinde klauterde zij echter over een tamelijk hooge
oraheining en zag zich op de vliering een bescheiden plaatsje te
verschaffen. Zij was intusschen niet onopgemerkt gebleven. Een
buurman stelde de politie van het feit in kennis. Spoedig was
de burgemeester met agenten van politie ter plaatse en, flink
gewapeud, stelden, zij een onderzoek in, tot zij eindelijk de
negentienjarige schoon.e, in Morpheus armen rustende, op aan-
geduid plaatsje vond. Zij werd mede naar het politiebureau ge-
nomen, waar haar moeder haar des anderen daags op minder
hartelijke wijze vaudaan haalde.
Te Haarlem is gevarikelijk binnengebracht Otto Julius
Hubscher, oud 21 jaren, barbier, geboren te Berlijn, zonder
waste woonplaats, die te Eemnes, nabij Baarn, was aangehouden,
in het bezit van een groot aantal gouden en zilveren voorwerpen,
waaronder afkomstig van de diefstallen, in den laatsten tijd ge-
pleegd te Hillegom, Oestgeest, enz. Ook is hij gebleken de dader
te zijn van de diefstallen, door middel van braak, in vier ver-
schillende huizen, in den nacht van 26 op 27 April jl. onder
de gemeente Watergraafsmeer.
Doijderdagnacht had hij nog eene poging tot inbraak gedaan
op Larenberg, welke echter mislukte, daar alles goed was ge
sloten. Hij begaf zich daarop naar eene nabijzijnde villa, waar
hij inbrak, het geheele huis doorsnuffelde, doch niets van zijne
gading vindende, den weg insloeg naar Eemnes, waar hij werd
aangehouden.
Bij de poging tot inbraak op Larenberg vond de politie aan
een raam, waar te vergeefs getracht was de stopverf los te
snijden, 2 driehoekige stukjes staal, die eerst aangezien werden
voor puntjes van een mes, doch later bleken te behooren tot
den beitel, welken de dader in ziju bezit had, en waar de beide
punten van waren afgebroken.
Ook een wandelstokje hem toebehoorende, dat zeer zwaar is
en blijkbaar van binnen met lood voorzien, had hij in een kelder-
gat op Larenberg verloren en kon door den ijzeren rooster, die
er op lag, dit niet terugkrijgen.
Een hevige ontploffing had plaats in de kruitfabriek van
de heeren Harvey en Curtis, te Hounslow bij Louden. De
slag, daardoor veroorzaakt, was zoo hevig, dat men dien te
Londen duidelijk hoorde en velen aanstonds aan een nieuwen
dynamietaanslag geloofden. De meeste huizen. op een mijl afstand
van de fabriek zijn min of meer beschadigd.
Er waren 600 werklieden aan het werk, maar alien kwamen
er goed af, behalve een, die verpletterd werd. Het gebouw, waar
het kruit ontplofte, werd geheel vernield, terwijl ook de bijge-
bouwen zwaar beschadigd werden. In het westelijk deel van
Londen werd de slag het krachtigst gevoeld, zoodat daar eerst
groote ontsteltenis heerschte. Zoo ook te Uxbridge, dat 10 mijlen
van de fabriek is verwijderd. Te Richmond sprongen in meer dan
80 huizen de ruiten.
Een onbeschaamde manier van den Staat te bestelen, kwam
dezer dagen in Engelaud aan bet licht. Zekere Leckey, een beambte
bij de douane kreeg vijf-en-dertig jaren geleden pensioen. Toen
hij stierf achte zijne weduwe het onnoodig het departement met
het feit in kennis te stelleu. Zij bleef het pensioen gedurende
de rest van haar leven genieten en raden hare kinderen het-
zelfde te doen, wat deze deden. Hoewel de oorspronkelijke be-
zitter van het pensioen dit jaar 110 jaren oud zou zijn, bleef
het departement trouw uitbetalen tot op een goeden dag het
bedrog eensklaps werd ontdekt. Het gevolg is, dat de zoon van
den gepensionneerden Leckey tot drie maanden gevangenisstraf
is veroordeeld.
Volgens een telegram uit Melbourne zijn zes Engelschen, die
aan het visschen waren, bij het eiland Johannette, door inboor-
lingen van Nieuw-Guinea vermoord.
In de vorige week deed de boschwachter Aartsen, in het
Orderbosch bij Apeldoorn, eene vreemde ontdekking. Een bijna
ondoordringbaar boschje ingaande, vond hij al spoedig een krui-
wagen; toen ging hij het boschje verder in en kwam op eene
open plek, waar ongeveer 50 dennen waren afgezaagd en eene
groote, diepe opening in den grond was. Hij ging langs een
tegen den wand geplaatsten ladder naar beneden en bevond zich
in eene ruimte, die men blijkbaar als woonvertrek had willen
inrichten. Een tafel, een paar stoelen, tabakspot en verschillende
andere zaken en een vuurhaard van steenen gemaakt vond hij
daarin. 't Was natuurlijk, dat A. de politie hiermede in kennis
stelde, die dan ook dien nacht van 9 tot 3 uur de plek in hot
oog hield, doch zonder gevolg.
Al het draagbare is daarop door A. in zijne woning gebracht,
terwijl de ontdekking, die al spoedig bekend was, reeds Zondag
ruirn 100 nieuwsgierigen lokte.
Men vermoedt, dat een en ander het werk is van eenige
jongelieden van romantischen aard.
Eene dame te Kopenhagen kocht dezer dagen van eene
uitdraagster een zilveren ring, welke bij nadere beschouwing aan
den binnenkant den naam droeg van Maarten Luther en zijne
vrouw Katharina van Boras, met dagteekening eD jaartal, alsmede
de zinnebeelden van geloof, hoop en liefde. Men bood der dame
eene aanzienlijke som voor den ring, maar naar men zegt, zal
zij dien naar Engeland zenden, waar zij er nog meer voor hoopt
te ontvangen, indien kan bewezen worden wat echter te bezien
staat dat bet werkelijk de verlovingsring van Luther en zijne
vrouw is.
Bij de onlangs vermelde schipbreuk der //Tasmania" heeft
de „maharajah" Portab-Sind voor een millioen juweelen en
kleinoodien verloren, en bovendien de verzameling van edelge-
steenten, door al de rajahs van Britsch-Indie ter gelegenheid
van haar kroningfeest aan koningin Victoria gezondeu. Te Mar
seille beweerc men, dat deze wel 25 millioen waard zijn. Alle
hoop om ze te vinden is echter niet opgegeven.
Een Amerikaan, die meer dan twintig maal naar Amerika
overstak, heeft aan den correspondent van de Temps het volgende
verhaal gedaan van 't geen aan boord der Champagne gebeurde
na de aanvaring Diet de Ville de Rio Janeiro.
De passagiers hadden hun eerste ontbijt genuttigd en onze
zegsman died een dutj3, toen hij gewekt werd door hevig gefluit,
dadelijk gevolgd door een zwaren schok. De Steward kwam in
zijn hut en vertelde hen wat er gebeurd was. //Hoewel er geen
dadelijk gevaar is, zeide deze raad ik u op dek te komen,^uw
geld bij u te steken en een veiligheidsgordel om te binden."
De Amerikaan volgde den raad en kwam boven. Hij had veei
ongelukken op zee bijgewoond, maar nooit had hij zulk een
treurig schouwspel gezien als op de Champagne. De negenhonderd
Italianen waren dol van angst. Daar zij geen woord Fransch
verstonden begrepen ze de geruststellende verklaringen der
officieren niet." 't Eenige wat zij wel begrepen was, dat er te
weinig reddingsloepen waren, dat de eerste-klasse-passagiers
zouden voorgaan en dat zij het kind-van de rekening zouden
worden. Daaroro zochten ze de booten te vermeesteren. I wee
matrozen, de een gewapend met een stok en de ander met een
bij I, trachtten de Italianen uit de boot te houdendoch zij be-
zweken voor de overmacht. In den oogwenk was toen de boot,
die nog aan de touwen hing, vol, met dit gevolg, dat de touwen
braken en alien in zee vielen. Een vreeselijke angstkreet klonk
door de lucht; maar het zinkende schip vervolgde zijn weg naar
de kust. Dit vreeselijk tooneel bracht de andere Italianen tot
kalmte.
De noodschoten hadden onderwijl de aandacht getrokken van
het Engelsche kolenschip Vulture, dat - nu naderde. Weldra
schoof de Champagne op een zandbank en kon de ontscheping
beginnen. Eerst gingen de vrouwen over en daarna de eerste-
klasse-passagiers en de laridverhuizers.
De Italianen hadden het verkorven en werden dan ook op de
Vulture alles behalve aangenaam behandeld. Men beval hun in
het ruirn te gaan, maah nauwelijks waren alien beneden of de
ladders werden opgehaald zoodat ze feitelijk gevangen zaten.
Ze stonden als schapen op elkaar gepakt en op hun geschreeuw
en gejammer werd evenmin gelet als op het geblaat der dieren.
Sommige klommen, vlug als katten, naar boven om te ont-
vluchten; maar als zij het hoofd door de opening staken werden
ze door de matrozen in het tuim teruggesmeten, Waar ze de
vreeselijkste verwenschingen uitstootten. Dit duurde tot's avonds
negen uur, toen de haven bereikt werd.
In de tien districten van Bengalen werden in het dienst-
jaar 1885/86 niet minder dan ll,823 menschen door wilde
dieren en vergiftige slangen gedood. Dit is het hoogste cijfer in
de laatstverloopen vijf jaren. Als gewoonlijk werden negen tienden
dezer gevallen door slangen veroorzaakt. Voorts werden gedood
548 menschen door jakhalzen, 221 door krokodillen en kaai-
mannen, 22 door olifanten, 12 door buffelossen en 2 door
rauskusratten, wier beet klecp tetanosten gevolge heeft.
Terrien, de eigeuaar van het cafe de la Terrasse, boulevard
Bonne Nouvelle te Parijs, is door een klant, dien hij had weg-
gestuurd, 's avonds voor zijn deur vermoord. De moordenaar,
Weissmann, is geboren te Konstantinopel en van Oostersche
afkomst. Hij was reiziger en had standjes gehad met zijn vroe-
geren patroon P., die evenals hij het cafe bezocht. P. had aan
Terrien gezegd, dat als Weissmann nog kwam, hij wegbleef.
Daarop had Terrien Weissmann aangezegd niet meer te komen.
Er ontstond twist, die in een vechtpartij overging, en ten slotte
doorstak Weissmann Terrien met den degen van zijn degenstok.
Terrien viel dood neer. Weissmann werd met inoeite door de
politie uit de handen van het woedetide volk, dat hem wilde
//lynchen", gered. Men hield Weissmann voor een Duitscher
en dat maakte de woede nog heviger. De opwinaing was zoo
groot, dat een paar kantoorbedienden, die er bij stonden en
gebrekkig Fransch spraken, eveneens voor Duitschers werden
aangezien en eveneens werden mishandeld, hoewel zij met de
geheele zaak niets te maken hadden.
De /Grand Steeple-Chase de Paris", fr. 50,000, en de
//Grande Course de Haies d'Auteuil", fr. 25,000 worden te Auteuil
geloopen onderscheidenlijk 29 Mei en 1 Juni a. s. Vooreerstge-
noemde zijn 57 paarden, en voor laatstgenoemde 65 paarden
ingeschreven. Voor beide is de datum van forfeitverklaring 17
Mei a. s.
Te Parijs wordt op 5 Juni a. s. de ffGrand Prix de Paris",
fr. 100,000, geloopen. Tot heden zijn er te Parijs 28 en te
Het laatste forfeit moet 1
[Ned. Sp.)
Als een bijzonderheid kan gemeld worden, dat deze-week
zich op het bureau van den plaatselijken commandant te Breda
een jonge deerne aanmeldde voor dienstneming bij het leger in
Ned.-Ind. Zij had veel zin in het handgeld van 300, dat
voor zesjarige verbindtenis bij dat leger uitgekeerd wordt. Der
krijgshaftige maagd werd echter aan het verstand gebracht dat
de oproeping alleen betrekking had op mannelijke onderdanen
van den Staat, hetgeen zij niet geweten had. Haar voornemen
was geweest als raarketentster voor Indie in dienst te treden.
Londen 24 paarden staan gebleven.
Juni a. s. verklaard worden.
Een inwoner van Madrid ontbood onlangs zijn neef aan
zijn sterfbed, om hem een koffer toe te vertrouwen, welke eerst
na zijn dood geopend mocht worden. De neef dacht, dat het
een erfenis betrof, en liet na het overlijden van zijn oom, in
tegenwoordigheid van getuigen, den koffer opeuen. Doch hoe
groot was aller verbazing toen ttien geen geld maar 23 groote
dynamietpatronen vond.
Dezer dagen is te Parijs de beeldhouwer en graveur Eugene
Oudine gestorveri. Bij deze gelegenheid wordt de volgende anecdote
in herinnering gebracht. Oudine maakte het model van de eerste
munten der republiek van 1848, welke tot randschrift hadden:
Liberte, Egalite, Fraternite, terwijl pnder de buste van de repu
bliek zijn naamtjeekeningE. Oudinp, stond, Spotvogels lazen
dit opschrift aldus: Liberte point Egalite point F tatter-
nite point et oil dines? d. w.,z.,:' Noch vrijheid,,; uoiqh ge-
Hjkheid, noch bfoederschap, en waar zullen wij eten? .tawwas