GEMENGDE BERICHTEN. WEEK?,LAD VAN HA ATI LEMMERMEER. NIEUWS- en A D VEETEXTTEBL AD Ned. Get. Kerk. Beroepen: te Harderwijk, J. J. A. Ploos van Amstel te Reitsum. Bedankt: voor Ylaardingen, door D. M. Boonstra, te Oud- Alblas. Doopsgezinde Gemeente. Beroepen: te Arnhem, S. G. Binnerts, te Sappemeer; te Workum, H. Koekebakker Jr., te Zwartsluis. Prins Bismarck had vroeger het park te Friedrichsruhe voor bet publiek opengesteld. Vooral de Hamburgers maakten hier- van druk gebruik en reden er in grooten getale heen om den kanselier te zien. Sedert eenigen t.ijd echter is het park voor vreemdelingen gesloten. Omtrent de oorzaak van dezen maat- regel verneemt men het volgende. De vreemdelingen richtten ook allerlei schade aan. Bijna iedereen wilde een blad of een bloem tot aandenken tnedenemenhiermede was men nog niet tevreden maar ging met groote roekeloosheid te werk. Dit ergerde den rijkskanselier di-s te meer, omdat hij een groot liefhebber van bloemeu is; hij vertoeft iederen dag geruimen tijd in het park en verplant en snoeit met eigen hand de boomen en gewassen. Het geringste plantje keut hij en hij is er aan gehecht. Men weet, dat hij zich eens op den Rijksdag heeft laten ontvallen, dat het vroeger zijn lievelingsdenkbeeld was, zich op den ouden dag- geheel aan de verzorging en het onder- houden van zijn tuin te wijden. Men begrijpt dus, hoe zeer de bovengemelde roekeloosheid hem ergerde; tocli zocht hij eerst nog met scherts en goedheid de menschen opmerkzaam te maken op hunne verkeerde handelwijze. Toen, bijvoorbeeld, op zekeren dag eenige jonge dames bla- deren afplukten, zeide hij tot de schoone, die hij betrapte: //Dames! Wanneer ieder bezoeker slechts een blad uit het park wilde tnedenemen, zoudeii er spoedig even weinig bladeren over- blijven, als er haren op miju hoofd zijn". Later drukte hij zich nosj duidelijker uit, waar het pas gaf. Op zekereri dag leunden eenige heeren in zeer gemakkelijke hou- dihg tegen een kostbare sierplant, welke tlaardoor niet weinig gedrukt en gekneusd werd. Plotseling klopte Bismarck een der heeren van achteren op den schouder en zeide emstig: Wanneer gij weet, hoeveel moeite het kost, zulk een plant op te kweeken, zoudt gij daar- tegen niet leunen". Toen dit alles echter niet hielp en bekendmakingen en bordjes met waarschuwingen zonder gevolg bleven, werd een groot deel van den tuin en het park voor het publiek gesloten. Mevrouw Elluiui, bestolen zangeres, komt van lieverlede weder in bezit van hetgeen van haar klemoodien over is ge- bleven. B'j de laatste ontdekking in het veld, niet ver van de plek waar de diefstal werd gepleegd, vond men de diaman- ten parure, wier waarde de eigenares op fr. 38.000 schat, be- nevens een ivoren doosje. Niet ten onrechte vraagt een der bladen, welk voordeel de dieven uit hunne misdaad trokken, nu zij na het plunderen van den koffer al de kostbaarhedt n en de effecten hebben weggeworpen. De zaak is zeer raadselachtig en de rechterlijke amtenaren met het onderzoek belast verkeeren in groote veriegenheid. In de bekende uitspanningsplaats „De Vink" nabij Lei den heeft gisteren een droevig ongeluk plaats gehad. Eenige heeren uit 's Gravenhage, collectanten in de R. K. kerk aan den Boschkant aldaar, waren dien dag met hunne dames per rijtuig naar //De Vink" gegaan om hun gewoon jaarlijksch feest te vieren. Men zou theedrinken vdor de bovenzaal. Een der heeren en eene dame leunden daar tegen eene balustrade, welke plotseling brak, zoodat beiden op de straat vfelen. De heer K. een huisschilder uit 's Gravenhage, bleef op de plaats dood, terwijl de dame zoodanige verwondmgen bekwam, dat haar toe- statid ernstige bezorgdheid inboezemt. Te Novi (Italie) hebben volgens de Wiener Allg. Zlg., in de gerechtszaal bloedige schermutselingen plaats gehad, ten- gevolge van eene uitspraak der gezworenen. Zij hadden namelijk den kassier van de stedelijke spaarbank, die beschuldigd werd uit de kas honderdduizend lire te hebben ontvreemd, niettegen- staande eene volledige bekentenis van zijne schuld, vrijgespro- ken. Hierover zeer ontstemd, verbrak het publiek met den uitroep: //dood aan den dief!" het afsluitingshek en viel de gezworenen aan, om ze te lynchen. De politieagenten schoten eerst hunne revolvers in de lucht af en trokken, toen dit niet hielp, met de blanke sabel op de aanstormende menigte los. Deze nam in eene verschrikelijke paniek de vlucht. Op de straat rotten de oproerig gezinden weer opnieuw samen, om op den vrijgesprokene de lynchwet toe te passen. Deze moest, streng bewaakt, in het gerechtshof blijven, om des nachts onder bege leiding van een escorte te worden weggebracht. Signorina Maria Pecci, de derde nicht van paus Leo XIII, zal weldra in den echt treden met graaf Moroni, een der edelen, die de lijfwacht van Z. H. vormen. De uitzet is grootendeels te Parijs besteld door tusschenkomst van een Fransche dame, die dikwijls 's winters Rome bezoekt. De paus bekostigt dien uitzet eu schenkt bovendien een huwelijksgift van 4000 p. Leo XIII heeft drie neven en drie nichten. De oudste neef woont op het landgoed Carpineti. De tweede in Gardenoble. De derde is gehuwd met een Zuidamerikaansche dame, die een aanzienlijke erfenis te wachten heeft. Twee nichten zijn getrouwd met Ita- liaansche edelieden van voorname en zeer vermogende familien. President Grevy heeft afwijzend beschikt op het verzoek om gratie door madamp Sabatier ten behoeve van Pranzini bij hem ingediend; dus zal deze moordenaar weldra de doodstraf oudergaan. Dezer dagen heeft te Parijs een duel plaats gevonden, dat niet zoo kalm is afgeloopen als doorgaans met de Fransche duels het geval is. Een luitenant der cavalerie te Gray ergerde zich in een kof- fiehuis aan hetgeen een der aanwezigen vertelde. Hij eischte den man op, hem naar de wacht te volgen, doch natuurlijk werd dit geweigerd. Kort daarna keerde de heer De Melville zoo heette de officier in uniform met eenige dragonders terug, die op bevel van hun superieur den man met geweld uit het koffiehuis sleurden en naar de wacht brachten. Een der aanwezigen verwittigde terstond de politic van deze gewelddaad en weldra werd de persoon in quaestie weer uit zijn kerker bevrijd. De Cri du Peuple, het anarchistisch orgaan van Madame Servirine, keurde dit eigenmachtig optreden van den officier in de meest heftige bewoordingen af en de heer De Melville vond daarin aanleiding den redacteur uit te dagen. De schrijver van het stukje was de heer De Labruyere, die onmiddellijk de uit— daging aannam. Het duel had plaats te Villebon en wel op den degen, het wapen, door den beleedigden officier gekozen. De Melville viel zeer heftig aan en trof zijn tegenstander weldra in de rechter borst, zoodat de punt van den degen aan den rug uitkwam, na de long te hebben doorboora. De La- bryere riposteerde onmiddellijk en trof den luitenant midden in de borst. De kling stuitte af op een been, richtte zich zijwaarts eu doorboorde de linkerborst. De getuigen en doctoren verklaarden dat aan de eer was voldaan en brachten beide patienten weg. De luitenant, die zonder verlof uit zijn garnizoensplaats was vertrokken, wilde in alien gevalle naar Gray terugkeeren, doch hij kon het niet verder brengen dan Parijs, waar hij in 't ziekenhuis wordt verpleegd. De Journalist bleef te Villebon en wordt daar verpleegd door mad. Serverine, die terstond den redacteur van haar blad ter hulp snelde, De toestand van beide kampioenen is zeer emstig, maar alleen die van den officier is voor het oogenblik gevaarlijk. De echtgenoote van een abbonne op het Berliner Tageblatt heeft een briefje aan den redacteur gezonden, dat aanvangt: //De zon is nauwelijks twee minuten verduisterd geweest, maar den hemel van mijn huwelijksleven hebt gij, zonder het te willen, voor jaren geheel verduisterd. En dat alles door uw naar artikel, waarin gij aan uwe abonnes den raad gaaft om van Donderdagavond tot vrijdagmorgen op te blijven. Mijn man beriep zich op u en nam den huissleutel, het teeken van mijn vrouwelijk gezag, mede. Eerst wilde ik meegaan, maar mijn Emil verklaarde met bijzonderen nadruk dat u gezegd had dat ik te huis zou blijven en hem tegen den volgenden ochtend eene lekkere haringsalade zou bereiden. Ik bleef dus te huis en mijn man ging Donderdagavond om acht uur uit; en weet u nu hoe laat hij te huis is gekomen? Zaterdagmorgen 4 uur! //Dit verzeker ik u, heer redacteur eindigt het door de eclips bedroefde vrouwtje dat ik bij de eerst volgende zonsver- duistering, ook als het geen totale is, Emil niet alleen laat gaan. Zoo lang als nu zal het dan wel niet duren en de kostelijke haringsla zal dan tenminste gegeten worden en behoeft niet aan de meid te worden gegeven, omdat de olie een beetje ranzig was geworden." - Te Massowah, de Italiaansche havenstad aan de Roode Zee, heerscht eene hitte, die het verkeer volkomen verlamt en onder de Europeanen talrijke slachtoffers maakt. Gemiddeld is de tera- peratuur er 50 gr. Celsius (113 gr. R.) in de schaduwmaar er zijn ook dagen van 48 en 50 gr. Bij dag is de hitte vree- selijk, bij nacht ondragelijk. Om een uurtje te slapen moet men de lakens in ijswater dompelen, ze op een enkele inatras van een veldbed leggen en dan geheel ontkleed ter ruste gaan. De vermoeide oogen sluiten zich wel dadelijk, maar weldra dwingt de hitte, om, ondanks vermoeidheid, de legerstede weer te verlaten. Niemand durft het wagen, zonder natte doeken, een breedgeranden hoed en zonnescherm zich aan de zonnne- stralen bloot te stellen. De ziekenhuizen zijn gevuld en zonne- steken aan de orde van den dag. Een aangehouden Duitscher Carl Lobtz, verdacht van diefstal te Tilburg, heeft getracht uit de gevaugenis te Breda te ontvlucjiten. Door middel van een spijker had hij in den muur een opening weten te maken, welke reeds zoo groot was, dat hij er zijn hoofd kon doorwerken, doch des smorgens vond een der bewaarders hem in bewusteloozen toestand, tengevolge van een voortdurenden arbeid van drie nachten. De politie te s'-Gravenhage kreeg kennis van een diefstal met inbraak, welke onder de volgende omstandigheden bedreven is. Op het kasteel Oud-Wassenaer, bewoond door den heer V. d. Oudermeulen en familie, hoorde de huisknecht in den nacht van 21 op 22 dezer voetstappen in den provisiekelder. De bediende ging naar beneden en werd in den gang bij den kelder beetgepakt door twee manspersonen, die zich vermomd hadden. De beide nachtelijke inbrekers bonden den knecht aan handen en voeten en stopten hem een prop in den mond. Een dienst- bode vond des ochtends den knecht in dien toestand, waarin 't hem onmogelijk was zich te bewegen of geluid te geven, in de vestibule liggen. De weerloos gemaakte man vond later zijn koffpr opengebroken en vermist daaruit een gouden tiengulden- stuk, 20 mark en eenig klein geld. Van eene andere zijde wordt gemeld, dat men den huisknecht heeft gevonden in bewusteloozen toestand, en met een wonde aan het hoofd, waarschijnlijk door een slag toegebracht. Onder het gestolen geld bevinden zich eenige oude munten, waaronder een zeer zeldzame. In de vergadering van dearmverzorgersvan Ballymena.in Ierland, verscheen Zaterdag 11. zekere Robert Davison, zeventig jaar oud, en verzocht hun hem eene vrouw te bezorgen. Men besloot den directeur van het werkhuis te verzoeken, hem in het werkhuis rond te leiden en hem al de daar aanwezige huwbare vrouwen en meisjes te laten zien of hij het soms ook met eene van die omtrent de zaak eens kon worden. Het bezoek verwekte groote vroolijkheid in het werkhuis, maar had niet het gewenschte gevolg. Hij moest erkennen, dat de daar aanwezige vrouwen en meisjes niets gedaan hadden dan een loopje met hem nemen. De voorzitter gaf hem daarop plechtig te kennen wat reeds terstond had kunnen geschieden dat de vergadering zich niet geroepen achtte, aan hen, die eene vrouw begeerden er eene te verschaffen. De gewezen keizerin Eugenie zal, naar berieht wordt, Zuid-Afrika binnenkort weer een bezoek brengen. Onlangs kwam te New-York op Castle Garden eene jonge Zweedsche vrouw aan, aan wie door de overheid, belast met het toezicht op de landverhuizers, verboden werd aan wal te gaan, daar zij een zuigeling bij zich had, maar noch den vader van het kind, noch de noodige geldmiddelen meebracht. De jonge vrouw schreef een brief aan hare zuster Christine, die te Brooklyn in dienst was, en aan deze gelukte het om het landen van hare zuster op de volgende wijze te bewerken. Christine begaf zich naar een logement voor Zweedsche land verhuizers, waar zij eene kennismaking wist aan te knoopen met een Zweed, Bjorndahl genaamd, die eerst voor korten tijd in de Nieuwe Wereld was gekomen. Zij verhaalde hem het geval, waarin hare zuster zich bevond, vertelde dat Pauline een ver- mogen had van 22,000 gouden kroonen, en voegde er bij dat wanneer er iem?nd was, die haar wilde huwen, zij ongehinderd aan land zou kunnen komen. De 22,000 kronen lieten niet na op den jongen man een diepen indruk te maken, en hij verklaarde zich bereid, zijne landgenooten uit de veriegenheid te helpen. Men begaf zich dadelijk naar Castle Garden, waar Bjorndahi, nadat hij te voren met Pauline gesproken had, evenals zij verklaarde, de vader te zijn van het kind der jonge Zweedsche; bovendien voegde hij er aan toe, dat hij haar uit Europa had laten overkomen om haar tot zijne echtgenoote te maken. Dit verhaal werd voor waarheid aangenomen, en het huwelijk dadelijk aan boord voltrokken, waarop de vrouw verlof kreeg om naar den wal te gaan. Het nieuwbakken echtpaar, benevens de zuster der bruid gingen de stad in. Onderweg gaf de vrouw haren man geld om eenen nieuwen hoed t- kaopen, en toen Bjorndahl den hoedenwinkel verliet, waarvoor de beide zusters zouden blijven wachten, waren dezen verdwenen. Dezer dagen hebben we medegedeeld dat een logementhou ster uit Louden te Beekbergen gearresteerd is, daar zij een minderjarig meisje ontvoerd zou hebben. Het meisje is later weder tot haar ouders teruggekeerd en de vrouw weder in vrij- heid gesteld. In Gelria treffen wij eenige bijzouderheden aan, die op de zaak een ander licht werpeu en waaruit blijkt dat er van ontvoering eigenlijk geen sprake was. Die logementhoudster te Londen, zegt Gelria, is eene hoogst fatsoenlijke vrouw, Hollandsche van geboorte en uit Haarlem afkomstig. Zij is gehuwd met een Engelschman, die te Londen eene goede handelsbetrekking heeft, en houdt zelve aldaar een "boar- dinghouse" dat door gedistingeerde families wordt bezocht. Onlangs bij bloedverwanten te Haarlem zijnde, kwam zij door eene advertentie op de gedachte een huisje te koopen in de buurt van Apeldoorn, om daar door het inademen der droge lucht genezing te vinden voor de borstziekte, die haar kwelt. Door hare betrekking te Londen, die haar met nette families deed omgaan, ontving zij ook te Beekbergen bezoeken van land genooten, die dan bij haar hun intrek namen. Dat was ook dezen zomer geschied, waarop toevallig de kennismaking volgde met de jonge Hollandsche, aan welke, zooals boven is verraeld, op haar uitdrukkelijk verlangen, een passende werkkring te Londen is bezorgd. Het berieht dat de jonge Hollandsche goed te Londen was aangekomen, daar vriendelijk opgenomen, maar reeds, om aan het gevraagde verzoek te voldoen, op de terugreis was, werl dan ook weldra ontvangen. Onmiddellijk werd nu die logementhoudster uii Louden in vrijheid gesteld. Op haar verzoek geleidde de cipier der gevan- genis haar naar hare woonplaats terug en trof aldaar de beide nog achtergebieven Engelsche jongelui aan: den een, een zoon van den //Attorney-general at the High Court of London," den ander student in de medicijnen in zijn laatste studiejaar. Dat noch zij, noch de beide heeren goed te spreken waren, is niet te verwonderen, waar een ongelukkige samenloop van omstan digheden oorzaak is geweest, dat eene fatsoenlijke vrouw een nacht in de gevangenis heeft moeten doorbrengen. Te Eindhoven is de heer V., toen hij uit een koffiehuis kwam, achtervolgd door eenige sigaren-makers, die hem onder weg aanvielen en deerlijk mishandelden. Zij sneden hem zelfs met een mes over het aangezicht, zoodat de heer V. bewuste- loos in een naburig koffiehuis moest gebracbt worden. Men ver- moedt dat deze sigarenmakers, pas uit des heeren V's dienst ontslagen, zich op deze wijze hebben willen wreken.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Weekblad van Haarlemmermeer | 1887 | | pagina 3