Egoïsme - de bodem vaw alle oppositie tegen Zondagsrust.
Voor eiken dag.
Mededeelingen.
FEUILLETON.
CHARLES CHINIQUY.
onzekere toekomst, die misschien komen zal, misschien
ook niet. Die hoop mat af.
In hope zalig zijn, dat is als een kind te leven in het
huis des volzaligen Vaders, wiens eeniggeboren Zoon ons
aannam tot Zijne „mede-erfgenamen". Die hope staalt.
In hope zalig zijn, is niet de verwachting van wat een
onzekere toekomst misschien in zich bergt, maar het blijde
bezit van den rijkdom des geloofs in Jezus Christus.
Waard om er alles voor te „verkoopen".
Zelfs voor den rijken jongeling.
En voor ons.
Overgenomen uit „Volmaakt in Hem",
door Dr. H. Th. Obbink.
(Verzameld door C.B.)
Wie voor zijn eigen beroep minachtend den neus ophaalt,
twist met zijn brood en boter. Spurgeon.
Het geluk maakt dikwijls zoo egoïstisch, dat wij voor
eigen vreugd het leed van anderen vergeten. H. H.
De nederigheid is als de asch, die het vuur verbergt en
het tevens onderhoudt. Vinet.
Wie boven berg en dal en wolken opwaarts ziet,
Of 't dondert om hem heen, en bliksem','t deert hem niet.
Silesius.
Geeft gij den Heer uw hart,
Hij geeft u 't Zijne weder,
O, kostelijke ruil
Gij stijgt en Hij daalt neder. N. N.
Een goed geweten geeft een voorsmaak van den hemel;
een slecht geweten geeft een voorsmaak van de hel.
Luther.
Vergunning.
De menschelijke wet vergunt dien man het tappen.
Gelijk gij lezen kunt.
Maar die zijn winkel in wil stappen,
Moet vragen of dat God vergunt. Laurillard.
Mededeelingen, vragen, berichten enz. moeten, om in het eerstvolgend
nummer te worden opgenomen, aan het adres der Redactie worden
toegezonden des Dinsdags, vóór 1 uur namiddags.
Attestatie aangevraagd naar Lisse door Maria Catharina
Plevier en naar Haarlem door Andries van Weelderen en
Willemina Wintersteijn.
EVANGELISATIE-ARBEID.
Zaterdag 29 Juni, 's avonds 8'/4 uur in „Ons huis" Samen
komst. Spreker: de Heer J. Weber van Amsterdam.
Woensdag 3 Juli, 's avonds 8'/< uur Bidstond, Kostver-
lorenstraatweg 28.
Woensdag 3 Juli wordt het Christelijk Nationaal Zendings-
feest gehouden op het landgoed De Vogelenzang. Zie voor
nadere bijzonderheden het vorige nummer van „De Zondags
bode".
Den Ouders,die hun kind 7 Juli wenschen te laten doopen,
wordt herinnerd aan de verplichting hun trouwboekje mede
te brengen bij de aangifte
De Wijkzusterdie ook haar hulp aan Badgasten van
alle gezindte verleent, is dagelijks van H/221/2 in het
Diaconiehuis te spreken.
Die zich op „De Zondagsbode" abonneerden, doch
slechts tijdelijk in Zandvoort vertoeven, ontvangen de courant
voortaan per post.
Klachten, de bezorging betreffende, s. v. p. direct te richten
tot de Administratie van dit Blad, die de klacht onmiddellijk
ter kennis zal brengen van de Post-administratie alhier.
De Bibliotheek der afdeeling Zandvoort der N. C. G.
O. V. is gevestigd in een der lokalen van „Ons Huis".
Boeken kunnen ter lezing worden afgehaald Dinsdags
avonds van 8 tot 9 uur.
Maakt de in uw Hotel, Pension of Kamers vertoevende
Badgasten op dit Blaadje opmerkzaam! Laat het lezen aan
uw Vrienden en Kennissenin Zandvoort en daarbuiten!
Helpt zóó abonnés en advertenties winnen!
4)
Wat al slapelooze nachten, in tranen en
gebeden doorgebracht, wat al boetedoeningen,
wat al belijdenissen in de biecht afgelegd, eer
het weder zoover gekomen was dat alle onge
loof, alle twijfel was gedood en verstand en
hart zich gebonden hadden overgegeven aan
de leer der kerk. Dan trad een tijdperk van
rust in, maar het was slechts een schijnvrede;
luider begon weêr de twijfel te spreken; sterker
werd weder de strijd, moeilijker werd telkens
de overwinning. Goddank, de ziel van den eer
lijken mensch, die waarheid zoekt, laat zich niet
binden. Wij zouden zeggen: vreemddatChiniquy,
die zoo goed bekend was met de H Schrift,
niet eerder tot de vrijheid van het Evangelie
gekomen is, maar wij kunnen ons als Protes
tanten moeilijk de ketenen voorstellen waarmede
hij is gebonden, die altijd geleerd heeft dat
zijne kerkleer onfeilbaar is, en dat elke gedachte,
die daarvan ook maar in het minst afwijkt, het
zij uit het eigen verstand opgekomen, hetzij
aan de uitlegging der H. Schrift ontleend, oogen-
blikkelijk als ketterij en als eene verleiding van
den duivel moet 'worden verworpen.
Eindelijk, in 1833, kwam de dag waarop Chini
quy door den Aartsbisschop van Canada in de
cathedraal van Quebec tot priester werd gewijd,
en. den volgenden dag sprak hij voor het eerst
bij de mis die plechtige woorden: „Hoe est enim
corpus meum" uit, waarbij het wonder der trans
substantiatie door zijne hand moest geschieden
Met heilige beving en ontroering had hij die
ure te gemoet gezien, den nachtte voren wakende
en biddende doorgebracht; en hadden niet vrien
den hem gesteund, hij zou in het plechtig oogen-
blik zijn bezweken. Want hij geloofde toen en
nog lang daarna waarlijk, met al den ernst zijner
ziel, aan het ontzaglijk wonder, en meermalen,
zoo verhaalt hij, heeft hij uren doorgebracht,
soms in bittere koude, in stille aanbidding van
den Heiland, dien hij zelf kort te voren had
gemaakt. Die hostie God was hem op zulke
oogenblikken veel nader dan de Heiland in den
hemel.
Vermakelijk zouden wij de verhalen kunnen
noemen, die Chiniquy ons doet omtrent ver
schillende lotgevallen van den „brood-god",
indien zij niet zoo diep ontroerend waren. Zoo
verhaalt hij ons hoe een zijner priester-kennissen
aan een diner de anecdote vertelt van een ander
priester die „le bon Dieu" aan een zieke ging
brengendoch onderweg aan het vechten geraakte,
en het zilveren doosje met de hostie verloor.
Veel later werd het teruggevonden,doch,treurige
surprise, „le bon Dieu était fondu"! En dat slot
van de geschiedenis werd met uitbundig gejuich
door de aanzittende priesters ontvangen Zoo
geeft de bisschop van Quebec lachende aan
Chiniquy den raad om „le bon Dieu incognito
in de straten der stad te laten reizen, door hem
eenvoudig in den vestzak te bergen, omdat er
zoovele Protestanten in de stad zijn, die er anders
den spot mede zouden drijven." Zoo verhaalt
hij ons hoe hij met eenige andere priesters op
een oester soirée, eigenlijk bal, was genoodigd,
toen een van hen, een eerste dandy, plotseling
bij een stervende vrouw geroepen werd. De
overigen beklaagden hem dat hij nu minstens
een uur van het feest zoude moeten missen,
doch tot aller verwondering kwam hij reeds na
tien minuten in de zaal terug en danste en
schertste den geheelen avond Tegen het einde
van het feest kwam hem Chiniquy op zijde en
vroeg hem, hoe het kwam dat hij zoo spoedig
van die stervende was teruggekeerd? - „O was
zijn antwoord „dat goede mensch was zoo ver
standig te sterven juist twee minuten eer ik haar
huis binnentrad; ik vermoed dat haar bescherm
engel, iets van dit heerlijk feest wetende, haar
een weinig vroeger naar den hemel heeft ge
zonden dan zij wel gedacht had, om mij te be
lieven." „Maar „le bon Dieu" dien gij hadt
medegenomen?" „Ha! ha! le bon Dieu," lachte
hij, „wel die zit heel zoet in mijn vestzak; en
indien hij zich hier even goed geamuseerd heeft
als ik, zal hij mij voorzeker dankbaar zijn dat
ik hem hier gebracht heb, zelfs en survenanl.
Maar zeg het niemand dat hij hier is, want dat
zou al onze pret bederven!"
v. L.
Wordt vervolgd