VOOR ZANDVOORT EN AERDENHOUT No. 17 ZONDAG 25 AUGUSTUS 1912 lste Jaargang. Rasch om te hooren. DE ZONDAGSBODE VERSCHIJNT ELKEN ZATERDAG Abonnementsprijs Per Jaargang1.50 3 Maanden0.50 Afzonderlijke nummers005 Adres voor de Redactie G. POSTHUMUS MEYJES - Poststraat 3 Adres voor de Administratie P SAAF, Burgemeester Engelbertsstr. 9-13 Zandvoort - Telefoon No. 27 Advertentiën 1—5 regels0.55 Elke regel meer0.10 Dienstaanbiedingen 1—5 regels 0.35 Elke regel meer006 Bij abonnement extra korting Zondag 25 Aug. 1912, Ned.-Herv. Gemeente v.m. 10 ure Ds. G. POSTHUMUS MEYJES v.m. I 1Uhr Deutsch-Evangelischer Gottesdienst (i. d. Prot. Kirche) Superintendent MOLLMANN aus Pinne in Posen. Een iegelijk mensch zij rasch om te hooren. Jakobus 1 vs. 19. 11. Een iegelijk mensch zij rasch om te hooren. Wat de Apostel dan wèl bedoeld heeft met deze vermaning? Wat het dan wèl is, waarnaar wij moeten luisteren? Allereerst naar God-zelven, als Hij tot ons spreekt. En dat doet Hij veelmaal en op velerlei wijze. Soms is het iets lieflijks dat Hij ons heeft te zeggen. Soms ook spreekt Hij tot ons in Zijnen toorn. Gezondheid en krankheid; voor- en tegenspoed.; blijdschap en droefheid 't zijn allen roepstemmen Gods. Hij spreekt tot ons door de Heilige Schriften; bij monde van onze ouders en vrienden, die ons waarschuwen en vermanen door middel van eer lijke tegenstanders, die ons vierkant de waarheid zeggen. De stem van ons geweten is Zijne stem. Iedere zonnestraal een boodschap des Heeren. Iedere donderslag een predi king Gods. Helaas, dat er onder de menschen zoo weinig opmerk zame hoorders zijn. Dat zoovelen doof zijn en doof blijven hun leven lang voor de woorden van God. Gods zegeningen worden zoo gedachteloos genoten zijn beproevingen zoo bitter slecht gevoeld als trekkingen des Vaders. De Bijbel wordt zoo werktuigelijk gelezen de goede raadgevingen van anderen zoo vaak in den wind geslagen door onze vijanden willen wij volstrekt niet geleerd worden, terwijl wij dadelijk klaar zijn om ons te beklagen over onbillijke bejegening en hardvochtige tegen kanting. En inde kerk, ach! wat wordt ook daar slecht geluisterd. Er komt zoo weinig terecht van de toepassing der ver kondiging in het dagelijksch leven. Wat wordt er veel ge slapen. Met dichte oogen en knikkend hoofd. En met open oogen, terwijl men er toch niet bij is, maar soest en droomt en dommelt. Een Amerikaansch prediker zag eens een zijner hoorders slapen en zei toen hardop tegen zich-zèlfprediker word wakker"; en dat had, verhaalt hij, ten gevolge dat de slapende hoorder ook ontwaakte. Nu, de schuld ligt ook heel dikwijls bij den donihté als de gemeente slaapt in de Kerk. Er wordt zoo dikwijls allervervelendst gepreekt. Me nige leerrede is een probate slaapdrank Als hij, die op den kansel staat, goed wakker is, zijn zij, die onder den kansel zitten, het doorgaans ook. Maar toch de schuld ligt toch menigkeer alleen bij de hoorders. Er zijn vróuwen die zich op haar stoel in de kerk zoo gezellig kunnen nestelen, en zoo n gemakkelijke houding aannemen, alsof ze alleen kwamen om uit te rusten. Er zijn mannen die den dominé niet eens een kansje geven om hen te boeien, zoo vleien ze zich neer in het hoekje van hun bank. Niet slapen in de kerk Maar, als Samuel, zeggen„spreek. Heerwant uw dienstknecht hoort En t dan doen ook. En als we dan nog bedenken hoe weinig menschen luisteren naar de inspraak van hun geweten welke wan hopige pogingen men al aanwendt om 't kloppertje van binnen het zwijgen op te leggen, neen, dan zullen wij niet zeggen dat Jakobus' vermaning om rasch te zijn in het hooren geen zin meer heeft in onze dagen. O, luisteren is zoo moeilijk Hooren naar de stem Gods, dat veronderstelt Zijne stem te kennen en te onderkennen uit alle andere stemmen. En daartoe is stilte van noode en dus beteugeling van het verlangen om zich te laten hooren en zich-zelf voortdurend te hooren een hebbelijkheid die aan vele menschen eigen is, en die, wèl beschouwd, niets anders is dan een onhebbelijkheid. Wees rasch om te hooren Ook als we zoodoende in de gelegenheid zijn om elkander te helpen. Er zijn menschen genoeg die behoefte hebben hun hart voor ons uit te stor ten. Maar eerlijk gezegd, wij zijn lang niet altijd bereid naar hun klachten te luisteren we hebben lang niet altijd lust om ons daarmee in te laten. Wij maken ons er vaak van af, zeggende dat we er toch niets aan kunnen doen, of dat we heusch op dit oogenblik geen tijd hebben. En dat, terwijl wij misschien door geduldig toe te luisteren, hun smart heel wat konden verzachten. Neen, daar doen wij niet goed aan. Uit eigen ondervinding weten wij heel best hoe soms een groot deel van ons verdriet werd weg genomen, toen wij 't eens konden uitspreken. Hoe er toen licht kwam in de duisternis en lucht in de benauwdheid. En nu zouden wij anderen verhinderen diezelfde ervaring op te doen Laat ons liever rasch zijn om te hooren naar hun droefheid. En wij zullen ook rasch zijn om te beproe ven of wij hen kunnen vertroosten. Ik denk nog aan iets anders. Ook naar anderer blijd schap moeten wij bereidwillig luisteren. Dat doen we ook niet altijd. Soms zijn we veel te veel begaan met ons eigen treurig lot, dan dat we een oor hebben voor hem die ons in zijn ^vreugde wil doen deelen. We hebben liever dat hij met ons meèweent, dan dat wij met hem moeten meêlachen. Alsof niet juist het blij zijn met de blijden een kostelijk middel is om zelf ook blij te worden 1 Soms ook weigeren wij te hooren naar hetgeen een ander ons zoo vroolijk komt vertellen, omdat wij jaloersch zijn op zijn geluk heimelijk boos dat 't hem zoo voor den wind gaat en ons niet. Hoe- velen kunnen de zon niet zien schijnen in het water van hun naaste, of ze worden wrevelig en kwaad. We moesten

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

De Zondagsbode voor Zandvoort en Aerdenhout | 1912 | | pagina 1