2e Blad van „De Zondagsbode" van Zondag 20 April 1913
Voor eiken dag.
Uit de Gemeente.
Mededeelingen.
schilligheid, afkeerigheid in zich zelf ontdekt, dan moet men
daarop tet dege acht geven, 't Is een teeken dat er iets
verkeerds bij ons schuilt, waardoor Gods zegen wordt tegen
gehouden. Er is dan een afgodsoffer op het altaar van ons
hart, dat den Heiligen Geest verhindert woning bij ons te
maken. Er is een liefde in ons hart, die Gods liefde tegen
werkt. Als de plant gaat kwijnen, dan moet gij zoeken naar
den worm, die aan haar wortel knaagt. Gij moet zoeken
naar de geheime zonde, die uw leven bezoedelt.
Aarzel dan niet ook het laatste offer aan uw' Meester te
brengen, opdat Zijn gunst tot u wederkeere. Tracht het te
verstaan dat, omdat gij in uw hart plaats hebt gegeven aan
een' vijand van God, gij daardoor zelf zijn vijand toont te
zijn. En erken dat gij Hem niet liefhebt, zoolang gij die
vijandschap niet wegdoet. Verneder u als zondaar, nadat
gij als uitverkorene hebt gejubeld. Beken dat het werk, dat
u zoover gevorderd toescheen, weer op nieuw moet begonnen
worden. En draag 't uwen barmhartigen Heiland op. Hij
zal u niet begeven of verlaten. Hij zal 't gekrookte riet niet
verbreken. Hij versmaadt 't gebroken harte niet. En de
zegepraal van nederigheid, berouw en kinderlijk vertrouwen
zal niet uitblijven.
Zalig zijn de armen van geest! (Naar Vinet).
ZEVEN WOORDEN VAN LUTHER.
Eene degelijke, waarachtige vreugde is een gerust ge
weten, 't welk steunt op Gods goedheid en barmhartigheid.
Waar de zonde heerscht, daar kan geen waarachtige vrede
des gewetens bestaan.
Men behoort te werken, alsof men niet ophouden zou
te leven, en echter zoo gezind te zijn, alsof men ieder
oogenblik zou sterven.
Een christen zonder bidden kan men niet vinden, even
min als een levend mensch zonder pols.
Christus moest mensch worden, dewijl Hij menschen
wilde opvoeden; zoo moeten wij insgelijks aan kinderen
gelijk worden.
In den Bijbel kunt gij niet te veel lezen, en wat gij er
in leest, kunt gij niet te wèl lezen, en wat gij wèl leest,
kunt gij niet te wèl begrijpen, en wat gij wèl begrijpt,
kunt gij niet te wèl in toepassing brengen.
Een luie dief is beter dan een luie dienstknecht, want
de eerste steelt langzaam en weinig, maar de tweede steelt
alle dagen veel.
Werpt uwe bekommernissen op Hem 1 Wie dit „werpen"
niet leert, blijft een verworpen, een uitgeworpen, een om
geworpen mensch.
Uit de oude Doos van het Kerkelijk Zandvoort.
De zee ontfermde zich over het wicht.
Anna van der Leijden, te Katwijk aan Zee overleden
zijnde, naar dat haar man, Willem van Duijn, reets te
voren alhier gestorven was, zo wierden de Diakonen ver
zocht over te komen, teneinde het onmondige kind van
daar te halen en vervolgens te bezorgen; daar komende
bevond men wel ras, daUiet geld, 't geen van den boedel
komen zoude, met het vaders bewijs en nog enige aange
ërfde penningen, op verre na niet toereijkende was om
het kind tot zijn meerder jarigheyt behoorlijk te besorgen
en op te brengen, als bedragende naar gissing het een
met het ander niet meer dan 200 Gl. en zijnde het kind
pas 13 jaren oud. Men stelde overzulx den voogden voor,
of zij van de voogdijschap wilden af zien en het kind aan
de bezorging der Diakonie overgeven? dat in het eerste
scheen te zullen gelukken; terwijl zelfs de Schout ook,
wanneer we bij hem quamen, zeijde, een acte der afgestane
voogdij ons te zullen overhandreijkendan den 8 May 1768
Schout en gerecht vergadert zijnde en de Diakonen om
voor gemelde acte versoekenden, waren de hekken geheel
verhongen. Schout en gerechten zeijden dat de voogden
het kind aan zig hielden, en dat men dus de geeijschte
acte niet konde of zoude geven. Men drong er op aan dat
dan de voogden tekenen wilden, datze nimmer de Diakonie
met het onmondig kind zouden lastig vallen, dan hiertoe
wilden ze in liet geheel niet verstaan; weshalven wij naar
ingenome advies van den Heer Galé te Haarlem met alge-
meene toestemming geresolveert hebben (gelijk dit trouwens
uit de natuur der zaken zelve voortvloeijt") om, wanneer
men ons naderhand het kind wilde opofferen, nimmer het
zelve aan te slaan, en voor altijd de handen daar van af
te wasschen. tot gedachtenis van 't welk wij dit in ons
kerkenboek hebben aan en opgetekent.
(Dit kind op zee verongelukt zijnde, so heeft dit nu
uijtgedient.)
'n Aanzienlijke traktementsverhoging op conditie.
Jan George Zimmerman Mr. Chirurgijn, van hier naar
Assendelft beroepen zijnde, en op de sterke aandrang dei-
ingezetenen alhier wel willende blijven, mits dat zijn Trak
tement wat verhoogt wierd, zo is besloten deszelfs Trak
tement met 5 Gl. jaarlijks voor ons aandeel te vermeerderen,
dan onder deze 3 voorwaarden:
I. Dat Schout en gerechte hun uijterste best zullen doen
om Jacobus van Houten het scheren te verbieden.
II. Dat zulx verboden zijnde, het Traktement op den
ouden voet wederom komt.
III. Dat Mr. Zimmerman binnen de drie jaar naar deze
gestelde verhoging van hier naar elders beroepen wordende,
en die beroeping involgende, verplicht zal zijn de genotene
vermeerdering voor elk jaar te restitueren.
Geen maaltijden meer.
Is besloten in Syn. Noordholl. gehouden te Amsteldam
1772, dat voortaan alle maaltijden bij de bevestiging en
het halen van beroepe predikanten, zullen zijn afgeschaft,
alsmede de Afscheijdmaaltijdenzullende deze resolutie
den beroepenen Predd. bij het peremptoir Examen worden
bekent gemaakt, ten eijnde zig daar na te reguleren.
Gemoedelijk.
Zijn (naar bekendmakinge) verschenen 23 Junij 1767 de
E.E. Heeren Visitatoren, nam. Henrikus Spijkers en Jacob
Klinkhamer, respective Predd. te Haarlem en Wormerveer,
dog alle de Broederen absent zijnde, en van mij (Ds. Schadd),
vernemende dat alles in rust en vrede was, zijn met ge
noegen weder vertrokken.
Mededeelingen, vragen, berichten enz. moeten, om in het eerstvolgend
nummer te worden opgenomen, aan het adres der Redactie worden
toegezonden des Dinsdags, vóór 1 uur namiddags.
Voor 't inzenden van stukken ter plaatsing in de rubrieken
„Vragenbus" en „Ingezonden" is de gelegenheid thans
weer opengesteld.