Maakt gebruik van den Rustdag om de heilswaarheden te overdenken en
U bezig te houden met gedachten der eeuwigheid!
Voor eiken dag.
Mededeelingen.
Uit de Gemeente.
FEUILLETON.
In beginsel kennen zij Hem met dezelfde volmaakte
kennis, waarmede hij den Vader kent.
Een Viereenheid van liefde.
Een Viereenheid van kennis.
Nu durf ik er niet meer van te zeggen.
Denk er u in, mijn Broeder en Zuster
Denk u zalig in deze zaligheid.
Ik moest een opschrift hebben boven wat ik hier schreef.
Ik kon geen beter opschrift vinden dan dit: „Halleluja".
Zoodra gij een beter gevonden hebt, zet er dat dan voor
in de plaats.
Prof. Dr. A. J. Th. Jonker.
Verzameld door C. B.
Het leven kan voor anderen een zegen worden of een
vloek; velen denken er niet aan en fladderen de wereld
door als een vogel, die zijn veeren glad strijkt en zijn
voedsel oppikt en van verantwoordelijkheid niet droomt.
Het geweten is een schrijftafel, waarop een geheimzinnige
hand al onze daden zonder verschooning aanteekent, en
waarop alles wat wij misdoen onverbiddelijk bij den rechten
naam wordt genoemd. Menigmaal gelukt het ons dat schrift
voor korter of langer lijd uit te wisschen of te bedekken,
maar gedurig verkrijgen die letters een nieuwen helderen
glans, waardoor de oogen onzer ziel pijnlijk worden aan
gedaan. Ebers.
Gelukkig het huisgezin, waar de Bijbel niet onder een
stapel dagbladen en illustraties, ook niet onder een stapel
godsdienstige lectuur ligt bedolven. N. N.
Begin te weven en God zal u 't garen geven.
Spurgeon.
Gelukkig te zijn, zooals de wereld dat opvat is eigenlijk
maar droomen; zoodra de droom is uit-gedroomd, is't ook
met het geluk gedaan. Vinet.
Al wat 'k doe is duizendmaal te weinig!
Luther.
Het gansche Evangelie bedoelt vreugde; alleen waar ge
meenschap is met God, daar is vreugde. Bengel.
Mededeelingen, vragen, berichten enz. moeten, 0111 in het eerstvolgend
nummer te worden opgenomen, aan het adres der Redactie worden
toegezonden des Dinsdags, vóór 1 uur namiddags.
De opbrengst van de collecte, Zondag 25 Mei, voor de
Zending gehouden, bedroeg ruim f28—.
De extra-collecte Zondag 1 Juni, voor de Kerk gehouden,
bracht op precies f25—.
Aan de leerlingen van de Zondagsschool is vacantie gegeven.
In dit Blaadje zal tijdig bekend worden gemaakt, wanneer
de Zondagsschool weer begint en dus ook de cursus wordt
hervat.
Evangelisatie-arbeid. Zaterdag, 7 Juni, 's avonds 8 uur in
„Ons Huis" Zangkoor voor kinderen van 12—16 jaar.
Zondag 8 Juni, 's avonds 8 uur, in „Ons Huis," samen
komst. Sprekerde Heer Schmidt.
Woensdag 11 Juni, 's avonds 8 uur, in „Ons Huis" (wijk-
kamer) Bidstond en Bijbellezing.
Vrijdag 13 Juni, 's avonds 8 uur in „Ons Huis" Propa-
ganda-samenkomst. Spreker de Hr Schmidt.
De Duitsch-Evangelische Godsdienstoefeningen zullen hier
dezen Zomer worden geleid door de Kurprediger Hartung
uit Gerurode a/Harz en Sartorius uit Radnitz. De komst
des eersten is bepaald op 10 Juli.
Uit de oude Doos van het Kerkelijk Zandvoort.
DAT WAS EENS MAAR NOOIT WEER!
Den 5 Febr. 1719 is verscheenen voor onse Kerkelijke ver-
gaadering Michiel van Dijk, betuygend met groot leedwesen
te zijn aangedaan, dat hij siek leggende, ten huyse sijner
moeder, Knier Knooprok, op halv-weegen Amsterdam (deese
laatste sijnd' paaps, gelijk ook de eerste te vooren geweest
was) sig door haar heeft laaten beweegen, om de laatste
(nam. paapse) kerkgeregten t' ontvangen, niet teegenstaand
hij den 31 Maart des voorleeden jaars, sijn geloovsbelijdenis
bij mij gedaan hadde, met volle afwijking van 't voorige
paaps geloov, - betuygende op nieuws ons Christel. Ge
reformeerd geloov (als hem gerust en seker stellende daarbij
de zaligheijt te vinden) tot den uytersten levensadem toe,
te sullen aanhangen; sonder daarvan, om eenige weereldse
Tevredenheid.
Er leefde eens, zoo luidt een Japansch ver
haal, een steenhouwer, die wel zijn dagelijksch
brood had, maar toch niet tevreden was met
den nederigen stand, waarin hij door God was
geplaatst. Hij wilde meer macht en aanzien
krijgenhij wilde „hooger op," zooals men
tegenwoordig wel zegt
„Had ik maar zooveel macht als die veld
wachter, die mij en mijns gelijken komman-
deert," zoo klonk zijn verzuchting. En die bede
werd verhoord Hij verkreeg zijn wensch. Op
eens was hij veldwachter en wandelde trotsch
met zijn degen rond en kommandeerde links
en rechts. Maar wie komt daar aan De
burgemeester, aan wien hij zijn dagelijksch
rapport moet doen, die hem kommandeert, die
hem zelfs berispt en bestraft, voor wien hij
buigen en beven moet. Daaraan had hij voor
waar niet gedacht, toen hij wenschte veld
wachter te zijn.
Spoedig kon hij die ondergeschikte betrek
king niet meer verdragen en bad: „Ach was
ik maar burgemeester!" Ook die bede vond
verhooring. Op een goeden dag ontwaakte hij
als burgemeester van zijn dorp. Welk een ge
luk! Den eersten tijd ging het heerlijk. Alles
gehoorzaamde hem alles boog voor hem hij
was de baas, de koning van zijn dorp. Daar op
eens komt er bericht, dat de gouverneur van
de geheele provincie een inspectie-reis door
zijn gebied houdt en op zulk een dag ook het
dorp van onzen nieuwen burgemeester zal
komen bezoeken. Aldus geschiedt; de goever-
neur komt in volle waardigheid aan. de bur
gemeester moet zich diep voor hem buigen
de goeverneur ziet alles na en vindt zooveel
aan te merken, dat de arme burgemeester alles
behalve op zijn gemak is. En diep in zijn hart
klinkt het: hoe heerlijk zou het zijn, als ik
goeverneur was 1"
En waarlijk, hij wordt goeverneur. Nu is hij
dan toch eindelijk en voor goed, naar hij meent,
gelukkig Niemand is nu hooger dan hij. zoo
denkt hij. Boven alle burgers, boven alle veld
wachters, boven alle burgemeesters heerscht
hij en zendt zijn bevelen, naar hartelust, overal
heen.— Maar welk geschrift ontvangt hij daar
op eens Een bevelschrift van den keizer om
voor hem te verschijnen en rekenschap van
zijn beheer af te leggen. Er zijn onregelmatig
heden ontdekt, er wordt geklaagd over wan
bestuur, en hij loopt gevaar afgezet te zullen
worden. „Alweer een, hooger dan ik," zucht hij
en begeeft zich met een bevend hart naar het
keizerlijk paleis.
Na lang wachten wordt hij eindelijk in de
tegenwoordigheid des keizers toegelaten. Hij
is verblind door de pracht, die van den heer-
scher uitstraalt. Hij moet zich met het aange
zicht ter aarde nederbuigen en mag slechts
fluisterend antwoorden op de vragen, die de
keizer tot hem richt.
(Wordt vervolgd)
v. L.