ARBEID ADELT.
Eet het Brood van
Beslist lstB kwaliteit.
G. KUIPER
Zending.
Vragenbus.
Allerlei.
GEVESTIGD
BETSy ESSER,
Depöt SAAfs KUNSTHANDEL, Zandvoort.
Vraagt Prijs-courant.
Voor sommige menschen is het leven een vastland, ge
heel aarde; dat zijn de aardschgezinden. Voor anderen een
eiland, geheel zee, buiten verband met iets rondom of
boven zichdat zijn de egoïsten. Voor anderen een land
tong tusschen den oceaan van twee eeuwighedendat zijn
de ongeloovigen. Voor sommigen eindelijk een Bethel, door
een ladder met den hemel verbondendat zijn de vromen.
Trouw is het geheugen van een beminnend hart.
Enggano.
Door Zendeling Th. Dannert.
Overgenomen uit het Tijdschrijt „de Rijnsche Zending".
IV
Sedert dien dag was zij begonnen te bidden voor de Engganeezen,
en had zij er bij de Duitsche en Holiandsche Zendingsgenootschappen
op aangedrongen, dat men een Zendeling naar het eiland sturen zou.
Twintig jaar heeft zij echter moeten wachten, eer zij haar wensch
vervuld zag. Ondertusschen was er door de Rijnsche Zending een
begin gemaakt met het Evangelisatiewerk op de Mentawei eilanden,
en van daar uit had zich Zendeling Lett naar Enggano begeven,
knoopte daar de eerste betrekkingen aan en het gelukte hem er een
bekeerden Batakker als leeraar te plaatsen Daarna werd ik naar
Enggano uitgezonden, en kwam er Juli van het jaar 1903 aan.
Ik herinner mij nog levendig de gewaarwordingen die mij vervulden,
toen ik met mijn bagage aan land gezet werd. en de roeiboot weer
naar het schip terugkeerde. Op 't strand lag mijn geheele bezitting
bijeen, veldbed zinken platen, bestemd voor het dak van mijn aan
staand huis, kisten, gevuld met gereedschap, spijkers, kleeren, levens
middelen, boeken, medicijnen en balen rijst voor mij en de Bataksche
timmerlieden, die met mij waren meegekomen. Ik wist zelf niet, waar
ik dien eersten nacht slapen zou. Als eenigste Europeaan moest ik
op Enggano verblijf houden eerst na drie maanden zou de boot er
weer terugkeeren De inboorlingen stonden in een kring om mij heen,
en bekeken mij r an het hoofd tot de voeten. Ik staarde het schip na,
tot dat alleen de schoorsteen nog slechts zichtbaar was.
Dien eersten nacht bracht ik door in een kleine dorpshut. De in
boorlingen kwamen rondom mijn veldbed liggen, en bleven daar
rooken en praten, tot diep in den nacht Niet zonder zorg lag ik over
de toekomst te denken. Hoe zou het gaan wanneer de levensmiddelen
verbruikt zijn? Veel van hetgeen ik meegenomen had, was reeds on
bruikbaar geworden. Zoo kwam bijv. het meel. bestemd voor het
bakken van het brood, in aanraking met wal er, doordat de zee tijdens
het inladen der goederen bijzonder woelig was geweest Gezond
zijnde, zou ik mij desnoods kunnen gewennen aan het voedsel der
Engganeezen, doch in geval van ziekte wat dan te doen Onrustig
heen en weer woelend, en tobbend over de toekomst, kwamen mij
gelukkig de troostende versregels uit een onzer Gezangen te binnen
„Die wolken, lucht en winden.
Wijst spoor en loop en baan,
Zal ook wel wegen vinden,
Waarlangs uw voet kan gaan
Toen sliep ik spoedig in, en genoot dien eersten nacht op Enggano
een verkwikkenden slaap.
Wordt vervolgd).
(niet onderteekende vragen worden niet beantwoord).
Vraag. Wie waren Euodia en Syntyche en de „med-
gezel", van wie wij lezen in Filipp. 4 vs. 2 en 3?
Antwoord. Euodia en Syntyche waren twee vrouwen
te Philippi, wier namen in liet verhaal van de stichting
der gemeente aldaar (Hand. 16) niet voorkomen. Maar uit
Philipp. 4 vs. 3 blijkt dat zij behoorden tot de werkzaam
ste leden dier gemeente, („die met mij gestreden hebben
in het Evangelie"). Overigens zouden beide vrouwen zeker
reeds lang vergeten zijn, indien zij niet met elkaar hadden
gekibbeld.
Waarover de twist liep of wie van beiden gelijk had,
zegt Paulus niet. Maar het vermoeden ligt voor de hand
dat haar geschil nadeelig inwerkte op het gemeentelijk
leven. Want in Paulus' brief, die in de vergadering der
gemeente werd voorgelezen, worden zij tot eensgezindheid
vermaand. Zeker niet prettig voor die beide zusters zoo
in 't openbaar tot de orde te worden geroepen. In den
oorspronkelijken tekst doet de Apostel het nog krasser dan
in onze vertaling. In 't Orieksch staan de namen voorop,
aldus: „iuodia vermaan ik en Syntyche vermaan ik". Éérst
worden ze bij name genoemd. En dan krijgen ze een
berisping; zij moeten eensgezind zijn in den Heer. Om den
vrede te herstellen, roept Paulus de medewerking in van
zijn „oprechte medgezel". Sommigen denken dat de vrouw
van Paulus of eene andere zuster te Philippi bedoeld is.
Maar uit 't Grieksch blijkt genoegzaam dat van een man
sprake is.
Anderen houden 't er voor dat Lukas, Silas of Thimo-
theus deze „medgezel" was. Maar dan had Paulus zich
wel wat duidelijker mogen uitdrukken.
't Beste voldoet mij de verklaring dat wij het woord,
door „medgezel" vertaald, voor een eigennaam moeten
houden. In het Grieksch slaat: „Syzygus". Deze naam
beteekent „mede-arbeider". Inplaats van „oprecht" zetten
wij voorts 't bijvoegelijk naamwoord „echt". Dan is de
zin duidelijk. Paulus zegt dan: gij, Syzygus, zijt een échte
mede-arbeider. Gij zijt wat uw naam is. Welnu, trek gij
u dan beide vrouwen aan en help haar door ze beiden
te verzoenen.
Verzameld door C. B
VAN BUITEN VAN BINNEN.
Ze zeggen dat dtez' knappe vent
Den Bijbel wel van buiten kent.
'k Zal maar geen onderzoek beginnen
Doch heeft hij 't Woord nu ook van binnen?
ADVERTENTIEN.
te ZANDVOORT
Tandarts.
Burgemeester Engelbertsstraat 16.
Spr.2-3 uur.
Bestellingen voor BADPAKKEN, KUSSENS voor Badstoelen en andere artikelen
worden aangenomen en spoedig uitgevoerd.
H.J.CARELS
Vleeschhouwerij en Varkensslachterij
Kerkstraat 14 Telefoon 102