Eet het Brood van Zending. Vragenbus. gemeubileerde Villa Het kruis voor een poos af te leggen, gaat niet. Er zijn wel kamerheeren en militairen buiten dienst, maar geen Christenen buiten dienst. Zij zijn allen ter beschikking van hunnen Heer. N. N. Doel van het gebed is niet, dat Gods wil moge veranderd worden, maar dat Gods wil moge worden volbracht. Kingsley. Daar zijn menschen, die 't zich minder aantrekken, als gij zegt„dat gedrag staat u leelijk", dan dat gij zegt „die hoed staat u slecht" 1 F.. Het gaat den gevallen mensch als den knaap, die in de gevangenis is geboren en opgevoed, en die zich verwondert over den angst en het weeklagen zijner moeder, omdat hij het licht nooit heeft gezien. Bernard van Clairvaux. Even als een pomp die lens is, weer aan den gang kan gebracht worden en zelf weer water begint te geven als men wat water in de pijp giet, zoo moet wat wij lezen ons in beweging brengen om ons eigen nadenken op te wekken. Spuroeon. Enggano. Door Zendeling Th. Dannert. Overgenomen uit het Tijdschrift „de Rijnsche Zending". VIII Voor dezen Dudi gevoelde ik spoedig een zeer levendige belang stelling. Eens in een heldere manenacht, zaten genoemde tolk en ik op een omgevallen boomstam. Nooit zal ik ons gesprek vergeten, dat meer dan Iwee uren duurde. Hij vertelde mij, hoe hij reeds sedert jaren geen heil meer vond bij de heidensche goden. Meer dan eens hadden Maleische kooplieden hem willen overhalen, Mohammedaan te worden. Hij had evenwel bemerkt dat deze lieden zelf een zeer zondig leven leidden, en zich niet ontzagen te liegen. „Met dien godsdienst schijnt het ook het rechte niet te zijn", zoo had hij toen tot zich zelf gezegd. Nu begon hij mij uit te hooren over de blijde boodschap, welke door mij aan de eilanders gebracht werd, over Christus en het leven hiernamaals. Hij vertelde mij o.a..Wij Engganeezen gevoelen een ontzettenden angst voor den dood, en dikwijls heb ik er over nage dacht, hoe 't mij in die vreeselijke ure zal gaan. Nu zijt gij echter gekomen, toewan, en verkondigt ons dat wij den dood niet behoeven te vreezen, en dat wij in den zaligen hemel zullen komen, wanneer ons door God de zonden zijn kwijtgescholden. Gelooft gij dat zelf werkelijk, toewan Daarop antwoordde ik hem: „Zoudt gij meenen. Dudi. dat het mij mogelijk ware geweest mijn vaderland, waar ik het goed had, te verlaten, om mij hier te vestigen, waar ik vele ontberingen lijd, indien ik niet de heilige overtuiging in mij omdroeg dal ik u allen iets groots en heerlijks heb te brengen Daarop begon ik hem te spreken over Gods gróote liefde en ge nade, en over het offer voor ons op Golgotha gebracht. Dudi staarde lang in gedachten verzonken voor zich uit, en knikte slechts nu en dan veelzeggend met het hoofd, als ging hem bij mijn woor den een licht op. Ik las toen in zijn oogen de bekentenis: Ja, dat alles kan het smachtend verlangen van mijn ziel tot rust brengen. Hij vraagde mij, of hij nog zou kunnen leeren lezen, niettegen staande hij reeds 42 jaar oud was, hij zou zoo gaarne in staat zijn zelf de Heilige Schrift ter hand te nemen. Toen ik hem dienaangaande gerust stelde, was hij zeer verheugd, en beloofde een vlijtige leerling te zullen zijn. Hij hield zijn woord. Een jaar later waren hij en zijn vrouw de eersten, aan wie de heilige doop op het eiland werd toegediend. Wordt vervolgd.) (Niet onderteekende vragen worden niet beantwoord). Vraag. Welke vertalingen van het N. T. bestaan er in het Nederlandsch Antwoord. De eerste Nederl. vertaling van het ge- heele N. T. dagteekent uit de 2de helft der 14e eeuw. De „Brieven" waren reeds vóór 1360 uit de Latijnsche ver- laling (Vulgata) in het Nederlandsch overgezet. In 1522 verscheen te Antwerpen een Nederl. vertaling van de vier Evangeliën. Hierop volgden, waarschijnlijk reeds in 1523, de Brieven van Paulus en de zeven Alge- meene Brieven. In 1522 verscheen in Duitschland Luthers vertaling van het N. T. en reeds in 1523 zag bij Adriaan van Bergen te Antwerpen een Nederlandsche bewerking daarvan het licht. Sinds ging er, tot 1545, bijna geen jaar voorbij of op de een of andere plaats verscheen een stuk van of het geheele N. T. In dien tijd heeft ook Erasmus zich bezig gehouden met de vertaling van het N. T. De in 1562 uitgegeven „Bijbel der Gereformeerden" be vatte een oorspronkelijke vertaling van het N. T. Op de Synode te Embden in 1571 werd de behoefte aan een betere vertaling uitgesproken, doch eerst op de groote Nationale Synode te Dordrecht 1618-' 19) kreeg deze zaak haar beslag. Daar werden de vertalers, hun plaatsvervan gers en revisoren aangewezenmet hulp van de Hoog mogende Heeren Staten Generaal der Vereenigde Neder landen werd deze arbeid ondernomen en in 1637 was het eerste exemplaar van deze z.g.n. „Staten-Vertaling" gedrukt. Deze vertaling is de Bijbel van ons volk geworden en heeft, zoowel op zijn taal als geestelijke ontwikkeling een onuitsprekelijk grooten invloed gehad. Hoezeer de „Staten-Vertaling" ook als een meesterstuk is te eeren, kleven er toch allerlei gebreken aan. Vandaar dat er hernieuwde pogingen zijn aangewend om een betere vertaling te geven. Ais zoodanig dient genoemd de over zetting van Dr. G. Vissering, Doopsgezind Predikant, die in 1854 te Amsterdam verscheen; de tweede uitgave is van 1859. Ook in de Algemeene Synode der Ned. Herv. Kerk werd de wenschelijkheid van een nieuwe vertaling uitgesproken. In 1848 wijdde zij het eerst haar aandacht aan dit gewich tige onderwerp en in 1854 droeg de Synode dit werk op aan eene commissie, bestaande uit de H.H. Professoren van Hengel. Kneuen, Scholten en Prins. In 1866 verscheen zij. Van de hand van Dr. G. J. Vos Azn. verscheen in 1893 een N. T. met aanteekeningen. Maar 't kwam niet verder dan tot de verschijning van de Evangeliën en de Hande lingen. Door een vernietigende kritiek van Dr. F. E. Dau- banton, thans Prof. te Utrecht, op Dr. Vos' vertaling uit geoefend, bleef de rest van diens vertaling achterwegen. In 1908 verscheen bij de Mij. voor goede en goedkoope lectuur het N. T., voor leeken leesbaar gemaakt, door H. Bakels, Doopsgez. Predikant, met een inleiding van Prof. Meijboom. Eindelijk verscheen in 1912 het N. T. opnieuw uit den grondtekst overgezet en van inleidingen en aanteekeningen voorzien door Dr. H. Oort. Van Ethische zijde is men bezig aan een oorspronkelijke vertaling, onder leiding van Dr. A. v. Velthuizen, Hoog leeraar te Groningen. TE MUUR; Vanaf 5 September een compleet op het Zuiden gelegen, vlak bij de halte E. S. M., bijzonder geschikt en geheel ingericht voor Winterverblijf. Huurprijs 35 gulden per maand. Franco brieven Lelt. A C F Bureau v- d. blad. ADVERTENTIEN. H.J.CARELS

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

De Zondagsbode voor Zandvoort en Aerdenhout | 1913 | | pagina 3