Eet het Brood van Zending. Vragenbus. Allerlei. Abonneerd U op De Zondagsbode We zien ons echter bij het begin van het winterseizoen niei alleen geplaatst voor een klein tekort, maar het ontbreekt ons ten eenenmale aan fondsen, om aan onze plannen uitvoering te kunnen geven. Het luttele bedrag aan zaalhuur zal waarschijnlijk door de leerlingen zelf wel kunnen worden bijeengebracht, maar hout en gereed schap (klein timmermansgereedschap, figuurzagen, messen, enz.) en wat er aan kleinigheden bij mocht komen? Allicht zijn er weer vriendelijke lezers, die ons willen helpen, zoodat het gezang der kinderen in „Ons Huis" weldra begeleid zal worden door 't vroolljk tikken dei- hamertjes en 't ruischen van vijlen en zagen. Wie wil ons helpen? Materiaal te zenden aan den heer Schmidt, Heemskerk straat 7; giften aan Mej. Reintje Qertenbach, Penning- meesteresse, Kerkstr. Zandvoort. Uit de Oude Doos van het Kerkelijk Zandvoort. IN EERE HERSTELD. 12 Mei 1838. Is kerkeraadsvergadering gehouden, in welke de Schoolmeester gekomen zijnde, zijne betrekking als koster en voorzanger, nu op eene beleefde wijze terug verzocht met bekentenis van berouw van alzoo te hebben gehandeld, vooral ook jegens den Predikant, bij wien hij des morgens vooraf gekomen was, om zijne spijt en zijn leedwezen te betuigen en te verzoeken de leden des kerkeraads en kerkvoogden, zijn vraag voortestellen, en waarna hij den Predikant zijne hand aanbood. In de vergadering werd den Schoolmeester zijne be trekking als koster en voorzanger teruggegeven, met enne toespraak des Predikants tot vergevensgezindheid en broederlijke liefde, hetgeen met de onderlinge toereiking der hand werd aangenomen nadat al het voorgevallene nu niet meer in aanmerking komt en vergeven is en J. Koning wederom tot koster en voorzanger is aangesteld. Wij onderteekenen dit verhaal naar waarheid, verheugd zijnde over de goede uitkomst. C. SWALUË, V. D. M. J. VAN DUIJN, Ouderling. C. VAN DER WERFF, Ouderling. Bezoek bij 'nen Pastoor. (V e r v o 1 g.) Nog en had ik dat alles niet genoeg bekeken, of de pastoor, een man van in de vijftig, kwam de kamer in, smorend een klein houten pijpke. Na een openhartigen groet, deed ik hem mijn zaak uiteen „Mijnheer, ik reis met Christelijke boeken en ik heb het voorrecht er een zeer goed te kunnen aanbieden tegen goedkoopen prijs. Het is van een onzer verdienste lijkste Christelijke sch „O mijnheer, 't en is niet vandoen. Ik en ga dat zeker en vast niet koopen. Ik lees niet!" „Lezen de menschen van uw parochie niet, mijnlieer de pastoor „Gelukkig niet „Mijnheer toch, is dat zoo gelukkig? Lezen ontwikkelt immers, verfijnt het gevoel en den smaak van den inensch, kweekt goede zeden en deugd en bezorgt een aangename, vruchtdragende bezigheid". Da's allemaal waar, doch ik heb veel liever dat ze niet lezen. Vooral geen boeken! Daar zijn veel te veel slechte boeken". „Maar de Christelijke boeken dan, bijv. die van Mej Bslpaire". „Mej. Belpaire heeft tegen Mgr. den Bisschop geschreven. Wat kan zij goed stichten oproer en ongehoorzaamheid. En daarbij, goede vriend, waarom moeten mijn paro chianen lezen alles wat ze van doen hebben leer ik hun immers". „Dat is een reuzenwerk, mijnheer de pastoor!" ,,'t Is voorzeker niet gemakkelijk, doch we zijn goed georganiseerd. We hebben hier een boerenbond, een pen sioenkas, een patronage en de congregaties, 's Zondags en hebben we nooit gedaan vóór negen uur 's avonds. De onderpastoor leidt de jonge menschen, de congregatie en de patronageen ik heb de oude menschen en den boerenbond. Vooral met den boerenbond doe ik veel werk. We hebben zeven leden, die herberg houden en een zaal hebben. Eiken Zondag achternoen, na vijf uur, be zoeken we met de leden die zeven herbergen. Daar drinken we oen potteke bier, besju-eken we onze zaken en al klappende geef ik hun nu en dan een sermoentje. Zoo leeren ze alles wat ze weten moeten." „Maar, mijnheer, in de herbergen wordt toch zooveel slechte klap verteld en er wordt zoo ontzettend veel gedronken. Durft daar zoo komen?" „Wel zeker, en er een pijp smoren ook. We gaan in een hoekske zitten. En op mijn parochie drinkt men bij kans niets dan bier, en van dat bier kunt ge een volle ton drinken zonder zat te zijn." „Te veel drinken heeft toch nadeelige gevolgen." „Die veel drinkt wordt een papzak en da's al." v. L. {Slot volgt). (Niet onderteekende vragen worden niet beantwoord). Vraag. Wie zijn de Herodianen, waarvan wij o.a. lezen in Mattheus 22 16? Antwoord. De Herodianen behoorden tot de omgeving of de partij van Herodes Antipas, en waren voor het meerendeel den Ro meinen goedgezind, daar zij alles aan de gunst van den keizer te danken hadden. Zij stonden dus lijnrecht tegenover de Farizeeën, die als echte Patriotten, het romeinsche juk verfoeiden en zich toch hier met hun tegenstanders verbinden om Jezus een strik te spannen. Verzameld door C. B. HET GEBED VOOR DE LAATKOMERS. De Engelsche prediker Rowland Hill bedroefde er zich altijd ten diepste over, dat verscheidene leden zijner gemeente de gewoonte hadden, Zondag aan Zondag te laat in de kerk te komen daarom sprak hij eens aan het slot van zijn voorgebed de navolgende bede uit„O Heer onze God! zegen allen die reeds hier zijn ,-ontferm u over hen, die nog onderweg zijn en maak ook hen zalig, die nog voornemens mochten zijn, hierheen te gaan Amen." ff Prijs per jaargang f 1.50 ADVERTENTIE N. H.J.CARELS

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

De Zondagsbode voor Zandvoort en Aerdenhout | 1913 | | pagina 3