VOOR ZANDVOORT EN AERDENHOUT
No. 48
ZONDAG 29 MAART 1914
Gehoorzaamheid geleerd.
2de Jaargang.
ZONDAGSBODE
i,
VERSCHIJNT ELKEN ZATERDAG
abonnementsprijs
Per Jaargang1.50
3 Maanden0.50
Afzonderlijke nummers005
REDACTIE:
G. POSTHUMUS MEYJES - Zandvoort.
Jhr. Dr. M. F. van LENNEP - Aerdenhout.
Adres voor de Administratie
P SAAF, Burgemeester Engelbertsstr. 9-13
Zandvoort - Telefoon No. 27
Advertentiën 1—5 regels0.55
Elke regel meer0.10
Dienstaanbiedingen 1 -5 regels 0.35
Elke regel meer0 06
Bij abonnement extra korting
Zondag 29 Maart 1914, Ned. Herv. Gemeente
v.m. 10 uur: De Heer J. A. HOEKENDIJK van Heemstede.
(Zie onder „Mededeelingen".)
n.m. 7 uur: Ds. G. POSTHUMUS MEYJES.
Herdenking van 10-jarige Evangeliebediening te Zandvoort.
(extra collecte voor de Kerk.)
„Hoewel Hij de Zoon was, heeft Hij
nochtans gehoorzaamheid geleerd uit
hetgeen Hij geleden heeft."
Hebreen 5 vs. 8.
Er is een nauw verband tusschen Jezus' lijden en Zijn
gehoorzaamheid aan den Vader. Uit het eerste heeft Hij de
laatste geleerd.
Hierin is een geheimenis. Moést Jezus dan gehoorzaamheid
leerenWas dan 's Vaders wil niet steeds Zijne spijze?
Deed Hij niet altijd en vanzelf wat Hem wel behagelijk was
De schrijver van den Hebrëerbrief heeft blijkbaar zelf
ook gevoeld dat wij hier voor een raadsel staan. Op een
toon van hooge verwondering spreekt hij van Jezus'gehoor
zaamheid, gelijk Hij die uit lijden leerde. Immers zegt hij
„hoewel Hij de zoon was" en dan volgt er bovendien
„nochtans
Er zijn geloovigen die met deze voorstelling zeer verlegen
zijn. Volgens de gevestigde orthodoxie was en deed Jezus
alles wat Hij geweest is en gedaan heeft voor ons, maar
niét voor ziehzèlren. Van den aanvang van Zijn aardsche
leven bleef Hij dezelfde tot het einde toe. Hij wist alles en
behoefde daarom niets te leeren allerminst gehoorzaamheid.
Hij leed om ónzenticille, in onze plaats. Voor Hemzèlven
was Zijn lijden geheel onnoodig.
Deze meening is evenwel een schadelijk gevolg van de
schadelijke eenzijdigheid der meeste orthodoxen om alléén
nadruk te leggen op Jezus Zoonschap. Z.66 doet men aan
Zijn waarachtige menschheid te kort. Hel Woord is vleesch
geworden. Het WoordHet Woord dat in den beginne
was Maar terwijl die benaming „Het Woord" sterk ge
accentueerd moet worden tegenover allen die Jezus' god
heid miskennen, mag niets worden afgedaan van hetgeen
er volgtis vleesch geworden En „vleesch worden" is niet
alleen heeft op aarde geleefd in de gedaante van een mensch
maar is geworden mensch, waarachtig mensch met zwak
heden omringd, voor smarten vatbaar, aan den dood onder
worpen, door lijden tot heerlijkheid moetende ingaan. Jezus'
mensch-zijn was geen vertooning, geen schijn, geen bedrog.
Van de vleeschwording des Woords is mede het moeten
leeren der gehoorzaamheid een gevolg. Hij, die van den
beginne des Vaders wil deed in den liemel, moet, mensch
geworden, dien wil volbrengen op aarde. Hoe anders is de
gehoorzaamheid den Vader betoond als Zijn Zoon, met
Hem gezeten in Zijnen troon en de gehoorzaamheid, den
Vader te bewijzen tot den dood, ja den dood des kruises
Kende de Zoon de eerste gehoorzaamheid van eeuwigheid,
de laatste heeft Hij moeten leeren. En de leer-school is voor
Hem, gelijk voor ons, de lijdens-school.
Misschien dat wij het geheimenis, dat in onzen tekst niet
wordt verklaard maar alleen geconstateerd, ook zóó eenigs-
zins benaderen, als wij bedenken dat er tiveëerlei leeren is
het leeren van voer ons vreemde dingen én het leeren van
dingen die met onzen aanleg en onze natuur overeenstemmen.
Welk een verschil is het te leeren loopen én te leeren
zwemmen. Het een, zoowel als het ander, moet worden ge
leerd. Maar, terwijl het leeren loopen voor een mensch
eigenlijk alleen is loop-oefeningen maken, omdat hij feitelijk
loopen kan, is het leeren zwemmen voor hem het aanleeren
van voor hem vreemde bewegingen met armen en beenen.
Om te leeren loopen behoeft enkel het potentieel-kunnen
actueel-kunnen te worden. Maar de potentieele zwem-potentie
heeft de mensch niet.
In ons, menschen, woont het beginsel der gehoorzaamheid
niet. Wij moeten gehoorzaamheid leeren, meest door een
gedurig afleeren van ongehoorzaamheid. Maar den
menschgeworden Zoon van God is het beginsel der ge
hoorzaamheid eigen. Zijn leeren is: het aanwenden der in
Hem wonende gaven en krachten het toenemen in, het zich
oefenen in, het ontplooien van de heerlijkheid die Hij uit de
eeuwigheid medebracht in den tijd.
Er zijn menschen die nooit leeren piano spelen. Er zijn
er die het eindelijk, na veel inspanning, leeren. Maar er
zijn ook geboren musici genieën, die het zich spelender
wijs hebben geleerd. Toch oók de verstgevorderde musicus
zal blijven studeeren. In heilige ontevredenheid zal hij
nooit zeggen dat hij de volmaaktheid heeft bereikt.
Ofschoon Hij de Zoon was, heeft Hij gehoorzaamheid ge
leerd, zegt de tekst. Wij kunnen ook zeggen juist omdat
Hij de Zoon was. Zoo iemand, dan mocht Hij Zijn talent
niet begraven. Zoo iemand, dan moest Hij er mede woe
keren, het verdubbelen, omdat alleen de hóógste gehoorzaam
heid in staat was Hem het werk, door den Vader te doen
gegeven, ook te volbrengen.
Zwaar is deze les den Heiland gevallen. Denkt aan
Gethsemané Maar ziet dan ook hoe Hij daar de proef op
zijn gehoorzaamheid koninklijk doorstaat. Hij begint met
te zeggen „indien het mogelijk is, laat deze drinkbeker
aan Mij voorbijgaan!" Maar straks ziet Hij klaarder in in den
Raad Gods en spreekt„indien dan deze drinkbeker niet
voorbij gaan kan, tenzij dat ik hem drinke." Eerst is het
„niet mijn wil, uw wil geschiede Maar Hij verlaat Gethse
mané niet, eer Hij het tot volkomene overgave heeft gebracht.