No. 21
ZONDAG 20 SEPTEMBER 1914
3de Jaargang.
VOOR ZANDPOORT EN AERDENHOUT
Nog is het einde niet.
Loitgenng,haarlem.
DE ZONDAGSBODE
VERSCHIJNT EL KEN ZATERDAG
Abonnementsprijs
Per Jaargang voor Zandvoort 1.50
buiten (franco) 2.50
Afzonderlijke nummers0-05
REDACTIE:
G. POSTHUMUS MEYJES - Zandvoort.
Jhr. Dr. M. F. van LENNEP - Aerdenhout.
Adres voor de Administratie
P. SAAF, Burgemeester Engelbertsstr. G-13
Zandvoort - Telefoon No. 27 -
Advertentiën 1—5 regels0.55
Elke regel meer„0.10
Dienstaanbiedingen 1—5 regels 0.35
Elke regel meer0.06
Bij abonnement extra korting
Zondag 20 September 1914, Ned. Herv. Gemeente:
v.m. 10 uur: Ds. G. POSTHUMUS MEYJES.
„Nog is het einde niet."
Matth. 24 vs. 6c.
I.
Het is zeker allerminst bevreemdend dat vele geloovigen
in de verschrikkingen van den rampzaligen oorlog, waar
door Europa nu wordt geteisterd, de duidelijke voorteekenen
zien van het nabij zijnde einde der wereld en verwachten
dat welhaast het daverend krijgsrumoer zal worden over
stemd door het geschal der bazuinen van het jongste gericht.
De vreeselijke dingen die nu geschieden zijn, naar hun
overtuiging, het begin van het einde. Daarom houden zij
gedurig de oogen naar den hemel gericht om te zien of
niet reeds daarin verschijnt het teeken van den Zoon des
menschen. Dan zullen al de geslachten der aarde weenen
en zullen den Zoon des mènschen zien, komende op de
wolken des hemels, met groote kracht en heerlijkheid.
Geen wonder, zeg ik, dat dit geloof aan een op handen
zijnde wederkomst des Heeren tal van harten vervult en
uitdrukking vindt in menig gebed en in vele toespraken,
waarbij dan bij voorkeur Jezus' voorzeggingen, in ons tekst-
hoofdstuk bewaard, worden aangehaald om dit gevoelen te
bevestigen.
Toch mogen wij ook nü niet de waarschuwing vergeten
om nuchteren te zijn en te blijven en wel moeten wij toe
zien de lessen der hfstorie niet te vergeten.
Hoe dikwijls beeft men al niet in den loop der eeuwen
geprofeteerd van het einde als zeer nabij zijnde, zonder
dat de uitkomst die voorspellingen heeft gerechtvaardigd.
Daarbij Mattheus 24 is een hoofdstuk dat ons bij de
verklaring voor zeer vele en zeer groote moeilijkheden
plaatst. En allerminst is het geoorloofd om daaruit enkele
teksten op-den-klank-af aan te halen, los van het verband
waarin zij voorkomen, om daarmede dan het bewijs te
leveren dat wij nu inderdaad staan aan den vooravond van
den jongsten dag.
Naar aanleiding van Jezus' voorzegging omtrent den
ondergang van Jeruzalems tempel, vragen de discipelen
Hem inlichting over drieërlei bijzonderheid. Eerst heet het
„wanneer zal dat zijn Dan „welk is het teeken van
uw toekomst?'' Eindelijk: „welk is het teeken van de
voleinding der wereld
In Zijn antwoord op deze vragen doet de Heer eerst een
waarschuwing tegen valsche voorspiegelingen hooren velen
zullen komen onder Zijnen naam, zeggende ik ben de
Christus, en zij zullen velen verleiden. Voorts zullen zij
hooren van oorlogen en geruchten van oorlogen. Maar nog
is het einde niet
Dan komt Jezus op Zijn aankondiging der verwoesting
van stad en tempel terug. Er zullen zijn hongersnooden
en pestilentiën en aardbevingen in verscheidene plaatsen.
De discipelen des Heeren zullen worden overgeleverd in
verdrukking en worden gedood. Velen hunner zullen ge-
ergerd worden en zullen elkander overleveren en haten.
Vele valsche profeten zullen opstaan en zullen er velen
verleiden. De ongerechtigheid zal vermenigvuldigd worden
daarom zal de liefde van velen verkouden. Intusschen, ook
daarmede zal de laatste toekomst des Heeren nog niét zijn
aangebroken. Wat déze betreft, duidelijk verklaart Jezus
dat van dien dag en die ure niemand weet, ook niet de
Engelen der hemelen, dan Zijn Vader alleen, (vs. 36).
En wederom gij weet niet in welke ure uw Heer komen
zal. (vs. 42). En andermaalin welke ure gij het niet
meent, zal de Zoon des menschen komen (vs. 44.)
Tegenover deze ontkennende antwoorden staan twee
bevestigende.
Het eerste is ditdat het evangelie des Koninkrijks in
de geheele wereld zal gepredikt worden tot een getuigenis
allen volkeren. En dan zal het einde komen. (vs. 14)
Geen andere tijdmeter is er dus voor de gangen van het
Koninkrijk Gods, dan de arbeid der zending. Jezus zegt
niét dat alle volkeren het Evangelie moeten hebben aan
genomen. Maar het moet hun zijn gebracht. Dan is het
einde daar.
Wanneer wij dit bedenken, kunnen wij dus met stellig
heid zeggen dat het einde nog zeer verre moet zijn. Wat
moet er nog ontzaglijk veel geschieden, eer het Evangelie
woord in alle landen en aan alle stranden zal zijn ver
nomen De wereldkaart is voor het grootste deel nog zwart
gekleurd. Ja, is het niet waarschijnlijk dat het einde veel
verder is, dan wij nog voor korten tijd dachten Welk een
vlucht nam de heidenzending God verhoorde ons gebed
om de komst van zijn Koninkrijk zoo, dat wij die verhooring
niet meer konden bijhouden. Overal open deuren. Het
Evangelie brak zich baan met onweerstaanbare kracht. En
nu, en nu De gebeurtenissen van den laatsten tijd hebben
een streep gehaald door onze berekeningen. Ook nü hebben
wij kennelijk meer haast gemaakt met het einde, dan Hij,
voor wien één dag is als duizend jaren en duizend jaren
als één dag. Ook voor de Zending zal de zich al meer
uitbreidende volkerenkrijg onberekenbaar-nadeelige gevolgen
hebben. De moloch van den oorlog verslindt alle schatten,
ook die, welice het Godsrijk moesten dienen. Vóór het uit
breken van den wereldbrand was het al zód dat de
Ververij en Chemische Wasscherij 8toonit en verft alle soorten
DAMES- en HEEREN GARDE-
Jj -.11^ rr Gr. Houtstraat 5a ROBE, vlug cn onberispelijk.