No. 31 ZONDAG 29 NOVEMBER 1914 3de Jaargang. VOOR ZANDVOORT EN AERDENHOUT Allerheiligen. DE ZONDAGSBODE VERSCHIJNT ELKEN ZATERDAG Abonnementsprijs Per Jaargang voor Zandvoort 1.50 buiten (franco) 2.50 Afzonderlijke nummers0 05 REDACTIE: G. POSTHUMUS MEYJES - Zandvoort. Jhr. Dr. M. F. van LENNEP - Aerdenhout. Adres voor de Administratie P. SAAF, Burgemeester Engelbertsstr. 9-13 Zandvoort - Telefoon No. 27 Advertentiën 1—5 regels0.55 Elke regel meer0.10 Dienstaanbiedingen 1—5 regels 0.35 Elke regel meer0.06 Bij abonnement extra korting Zendings-Zondag 29 November 1914, Ned. Herv. Gemeente V. m. 10 uurDs. G. POSTHUMUS MEYJES Extra-collecte voor de Zending. (Zie onder „Uit de Gemeente".) Alle de heiligen groeten U. Filipp. IV vs.'22a. IV. Geen Evangeliebelijder kan aan Rome's heiligendienst deelnemen. Hij verwerpt dezen van ganscher harte, hem, evenals de Paapsche Mis, beschouwende als „een vervloekte afgoderij (Heidelb. Cat. antw. 80). Hij onderschrijft het 30ste antwoord van datzelfde leerboek waarin verklaard wordt dat zij, die hun zaligheid en welvaart bij de heili gen zoeken „verloochenen met de daad den eenigen Heiland en Zaligmaker Jezus, ofschoon zij Hem met den mond roemen". Hij ontkent dat de heiligen-vereering vereenigbaar zou wezen met de gehoorzaamheid aan het woord van Hem, wiens woord alléén de waarheid is„gij zult den Heer uwen God aanbidden en Hem alleen dienen" (Matth. 4 vs. 10). Hij noemt de voorbidding der heiligen in strijd met het middelaarschap van onzen eenigen Hoogepriester, „Christus, die gestorven is, ja wat meer is, die ook opgewekt is, die ook ter rechterhand Gods is, die ook voor ons bidt". (Rom. 8 vs. 34). Hij aarzelt niet om de roomsche leer der heili gen een staaltje te noemen van grof bijgeloof, dat allerminst van onschuldigen aard is, daar de zielen daardoor worden afgeleid van God, die spreekt „Ik ben de Heer. dat is mijn naam, en mijn eer zal ik geenen anderen geven, noch mijn lof aan de gesneden beelden" (Jesaja 42 vs. 8) Hij weigert te gelooven dat zij, die nu waarlijk als heiligen in den hemel zijn, anders behouden werden dan enkel uit genade, door het geloofniet uit de werken, opdat nie mand roeme. (Efeze 2 vs. 8, 9) Hij bedankt voor hun voorspraak, want hij weet dat „wij hebben éénen voorspraak bij den Vader, Jezus Christus den rechtvaardige" (I Joh. 2 vs. 1), die „ook volkomenlijk kan zaligmaken degenen die door Hem tot God gaan, alzoo Hij altijd leeft om voor hen te bidden". (Hebreen 7 vs. 25. Hij kent geen andere heiligen, dan die de Schrift kentgeloovigen, die geen „overtollige goede werken" doen, maar zelf de eersten zijn om te erkennen „dat ook onze beste werken in dit leven alle onvolkomen en met zonden bevlekt zijn" (Heidelb. Cat. antw 62). Hij weet van geen „verdienstelijkheid" van goede werken, maar acht die alleen noodzakelijk als de kenmer ken van een levend geloof (Jacobus 2 vs. 17, )8) en als „vruchten der dankbaarheid(Heidelb. Cat. antw. 64). Of wij dus, als Protestanten, geen „Allerheiligen" kun nen vieren Ziet, in de twaalf geloofsartikelen belijden wij ook dit „Ik geloof ééne heilige, algemeene, christelijke kerk de gemeenschap der heiligen". En daarmede bedoelen wij ditdat alle geloovigen, hoe ook verdeeld en verscheurd, in den grond der zaak allen leden van één lichaam zijn. Er zijn onnoemelijk vele kerken en kerkjes, die ieder haar bijzonderen naam dragen. Maar die zijn allen bestemd om te verdwijnen. Alleen de Gemeente van Jezus Christus, die Hij zich verzamelt uit alle zichtbare kerken, heeft de be lofte der eeuwigheid. (Matth 16 vs. 18). „Eén lichaam is het en één Geest, gelijkerwijs gij ook geroepen zijt tot één hoop uwer roeping één Heer, één geloof, één doop één God en Vader van allen, die daar is boven allen en door allen en in u allen". (Efeze 4 vs. 4 6). Er is gèèn alleen zaligmakende kerk. Er is alléén een alleen-zaligmakende Zaligmaker. Allen die Hem hebben aangenomen, vormen samen de „gemeenschap der heiligen", onverschillig tot welke zichtbare kerk zij overigens behooren. Ach, wat wordt diè gemeenschap bitter miskend 1 Welk een strijd en twist tusschen broeders van hetzelfde huis, die als broeders moesten samenwonen 1 Diè „broederschap des gemeenen geloovens" te belijden én te doorvoelen én te beleven, dat is het éénig Godge vallige Allerheiligen-feest. Intusschen, tot de Gemeente van Christus behooren niét alleen de nog op aarde levende geloovigen. Ook zij, die uit de strijdende kerk zijn overgegaan tot de zegevierende hierboven, moeten wij tot haar rekenen. Niet verloren zijn degenen, die in Christus ontslapen zijn. Zij zijn opgenomen in heerlijkheid, heengegaan naar den Vader. Straks worden wij, voor zoovelen wij Christus in onver derfelijkheid hebben liefgehad, met hen hereenigd. Dan zullen zij ons het welkom toeroepen bij bet betreden van het Vaderhuis, in heilige geestdrift zingende „Alle heiligen groeten U 1" In die hoop reizen wij onzen weg, over bergen en door dalen henen naar Gods blijde zalen. En onder het voort gaan heffen ook wij éénstemmig óns optochtslied aan „Alle heiligen groeten U U, hemelsch Jeruzalem, Stad Gods, waar de vreemdeling schap is vergeten en wij met alle heiligen, die den troon Gods omringen, zonder einde zullen samen zijn 1 U, Vader, Zoon en Heiligen Geest, Drieëenig God, in Wien wij gelooven, en Dien wij straks zullen zien van aan gezicht tot aangezicht U, lieve dooden 1 die ons zijt vooruitgereisd en ons in heerlijkheid opwacht bij God Alle heiligen groeten Ui P. M. W. GERTENBACH - Van Ostadestraat 13 - Telef. 145. Depót van de STOOMVERVER1J en CHEMISCHE WASSCHERIJ J. LOTTGERING, Groote Houtstraat 5a, Haarlem-Telef. 1561 en 771 Stoomt en verft alle soorten Dames- en Heeren-Garderohe ving en onberispelijk, sar Spetiale inrichting vnor het stoomen van Dekens, Bedden en Matrassen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

De Zondagsbode voor Zandvoort en Aerdenhout | 1914 | | pagina 1