VOOR ZANDVOORT EN A ERDENHOUT De Goël- No. 42 ZONDAG 21 FEBRUARI 1915 3de .Jaargang DE ZONDAGSBODE VERSCHIJNT ELK EN ZATERDAG Abonnementsprijs Per Jaargang voor Zandvoort 1.50 buiten (franco) 2.50 Afzonderlijke nummers0.05 REDACTIE: G. POSTHUMUS MEYJES - Zandvoort. Jhr. Dr. M. F. van LENNEP - Aerdenhout. Adres voor de Administratie P. SA AF, Burgemeester Engelbertsstr. 0-13 Zandvoort - Telefoon No. 27 Advertentiëu 1—5 regels 0.55 Elke regel meer0.10 Dienstaanbiedingen 1—5 regels 0.35 Elke regel meer0 06 Bij abonnement extra korting Zondag 21 Februari 1915, Ned. Herv. Gemeente: v.m. 10 uur: Ds. C. J. V AN PAASSEN, Pjred. te Haarlem. ii. Gij zijt de losser. Ruth 3 9. De goël moest in de tweede plaats den persoon lossen. Zoo lezen wij in Lev 25 47 en 48 „Wanneer uw broeder verarmd zal zijn, dat hij zich aan den vreemdeling die bij u is, verkocht zal hebben, dan zal er lossing voor hem zijn een van zijn broeders zal hem lossen." Het verlossen uit de gevangenis of de slavernij in een vreemd land stond buiten de macht van een eenvoudig bloedverwantdat het echter tot het verlossingswerk van den goël behoorde, blijkt uit de plaatsen, waar God, als Goël, zelf die taak op zich neemt. Zoo vinden wij het herhaaldelijk in Jesaja, bij voorbeeld 43 14: „Alzoo zegt Jehova, uw Goël, de Heilige Israëls om ulieder wil (namelijk om u uit de ballingschap te verlossen) heb ik naar Babel gezonden en heb hen allen vluchtend doen nederdalen, te weten de Chaldeën (of Babyloniërs.' Zoo ook Jeremia 50 33 en 34 „De kinderen Israëls en de kinderen van Juda zijn te zamen verdrukt geweest, en allen die ze gevangen hadden hebben geweigerd ze los te laten maar hun Goël is sterk. Jehova der heirscharen is zijn naam Hij zal hun twist zekerlijk twisten, opdat Hij het land in rust brenge, maar de inwoners van Babel beroere." Passen wij dit weder toe op Christus, als onzen Goël, wat vinden wij dan Adam en met hem het gansche menschengeslacht, zijn door de zonde slaven en krijgsge- angenen geworden van hun wreedsten vijand, den Satan. Christus, de naaste bloedverwant, onze broeder, lost zijn maagschap, maar niet door zilver of goud, maar door zich zelf aan dien aartsvijand over te geven. De mensch was door God tot een koning gemaakt, ge boren om te heerschen, allereerst over zich zelf en dan over de natuur, ten einde alles, ook zich zelf, te onder werpen aan God. Zoo zou hij waarlijk vrij zijn. Maar door zich aan de zonde over te geven, is hij een slaaf van den Satan geworden. Nu meent hij vrij te zijn en zijn eigen wil te volbrengen, maar in werkelijkheid is hij dienstbaar. „Een iegelijk, die de zonde doet, is een slaaf der zonde,'' heeft de Heiland gezegd (Joh. 8 34.) De mensch is een slaaf van zijn hartstochten en dient den Satan, een harden meester. Wat is zijn loon „De bezoldiging der zonde is de dood". (Rom. 6 23.) Geen enkel mensch was in staat zijn broederen uit die slavernij te verlossen, immers wie zal een reine geven uit een onreine En allen hebben gezondigd en derven de heerlijkheid Gods. En als de mensch in eigen kracht be proeft de slavenketenen der zonde te verbreken, dan ziet hij dat zijn pogingen jammerlijk falen en de Booze hem niet loslaat. „Ik ellendig mensch," zoo roept hij met Paulus uit, „wie zal mij verlossen?" Gode zij dank, op dien smartkreet is van Boven een antwoord gekomen. Op het smeekgebed „och, dat Gij de hemelen scheurdet, dat Gij nederkwaamt heeft de hemel zich geopend en is de ware Goël nedergedaald, die onzer één is geworden om zijn broederen te verlossen. Hij heeft ons vleesch en bloed aangenomen en ook de stoffelijke gevolgen der zonde gedragen. In het zweet zijns aanschijns heeft ook hij zijn brood gegeten. „Is deze niet de timmerman werd van hem gesproken. Honger, dorst, vermoeidheid heeft hij gekend. In alles is hij ons gelijk geworden, uitgenomen de zonde. Ja, op dit laatste komt het aan. Hij is vrij gebleven, een waar koning en heerscher, die in alles de goddelijke wet volkomen heeft vervuld. De Satan heeft geen vat op hem. Maar wat doet hij Hij, de koning, de gezalfde, heeft de slavernij voor zijn broederen op zich genomen. Voor dertig zilverlingen, een slavenprijs, is hij verkocht. „Hij heeft de gestaltenis van een dienstknecht (slaaf) aangenomen" (Filip. 2:7.) Hij, die niet behoeft te sterven, geeft zich zelf in den dood, ja den dood des kruises, een slavendood. Wat zal een mensch geven tot lossing van zijn ziel Op deze vraag moet de zondige mensch het antwoord schuldig blijven. Christus, de ware Goël, geeft het antwoord voor hem. „De Zoon des menschen is gekomenniet om gediend te worden, maar om te dienen en zijn ziel te geven tot een rantsoen (een losprijs) voor velen. (Mark. 10 45.1 Wat is voor ons het gevolg van deze liefdedaad van onzen Goël Dat wij, voor zoover wij in dien Heiland ge- looven en de hand leggen op zijn offer, rustende in zijn volbracht werk, vrijgekochten geworden zijn van de macht des Satans, der zonde en des doods, om voortaan Hem toe te behooren, dien Goël, die ons zoo uitnemend heeft liefgehad. Nu geldt voor ons de apostolische vermaning: „Gij zijt duur gekochtzoo verheerlijkt dan God in uw lichaam en in uwen geest, welke Godes zijn (I Cor. 6 20.1 En wederom „Wandelt in vreeze den tijd uwer inwoning, wetende dat gij niet door vergankelijke dingen, zilver of goud, verlost zijt uit uwen ijdelen wandel, maar door het dierbaar kostbaar) bloed van Christus, als van een onbestraffelijk en onbevlekt lam." 'I Petrus 1 1719.) En wederom „Indien dan de Zoon u zal vrijgemaakt hebben, zoo zult gij waarlijk vrij zijn." Joh. 8 36.) „Staat dan in de vrijheid, met welke Christus ons vrij gemaakt heeft." (Galaten 5:1) Eere zij onzen Goël v- L. W. GERTENBACH - Van Ostadestraat 13 - Telef. 145 Depöt van de STOOMVERVER1J en CHEMISCHE WASSCHERIJ I. LOTTGERING, Groote Houtstraat 5a, Haarlem-Telef. 1561 en 771. Stoomt on verft alle soorten Dames- en Heeren-Garderobe ving en onberispelijk, i* Speciale inrichting voor het stoomen van Dekens, Bedden en Matrassen.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

De Zondagsbode voor Zandvoort en Aerdenhout | 1915 | | pagina 1