Zandvoort, Aerdenhout, Bloemendaal en Overveen
No. 2
ZONDAG 9 MEI 1915
4de Jaargang
Predikbeurten
Hetgeen wij niet zien en wel zien.
DE ZONDAGSBODE
VOOR
VERSCHIJNT ELKEN ZATERDAG
ABONNEMENTSPRIJS:
Per Jaargang voor Zandvoort en
Bloemendaal 1.50
elders (franco) 2.50
Afzonderlijke nummers0.05
RED A, O T I E
G POSTHUMUS MEYJES - Zandvoort
Jhr. Dr. M F. VAN LENNEP - Aerdenhout
J. A. VAN LEEUWEN - Bloemendaal
Mej C. BIENFA1T - Aerdenhout
Adres voor de Administratie:
P. SAAF - Zandvoort - Telefoon No. 27
PRIJS DER ADVERTENT1ËN
1-5 regelsƒ0.55
Elke regel meer0.10
Dienstaanbiedingen, 1 5 regels 0.35
Elke regel meer0.06
Bij abonnement extra korting
Ned. Herv. Gemeente. Zondag 9 Mei 1915.
Zandvoort, v. m. 10 uur: Ds. G. POSTHUMUS MEYJES.
(Doopsbediening.)
Bloemendaal, v. m. 10 uur: Ds. J. A. VAN LEEUWEN.
Hemelvaartsdag 13 Mei 1915.
Zandvoort, v.m. 10 uur: Ds. G. POSTHUMUS MEYJES.
Bloemendaal, v.m. 10 uur: Ds. S. A. BALJON,
pred. te Spaarndam.
Nu zien wij nog niet dat hem alle
dingen onderworpen zijnmaar wij
zien Jezus met heerlijkheid en
eer gekroond.
Hebreen II vs. 8b, 9a.
Met instemming citeert de schrijver van den Hebreërbrief
■den 8sten Psalm, waarin de dichter, Gods majesteit bezingend,
het besef uitspreekt van eigen kleinheid. Wat is de mensch
Hoe is het mogelijk dat God zich met zulk een nietig
schepsel inlaat! Maar dan op eens overweldigt den zanger
de gedachte dat die hulpelooze, zwakke mensch toch aan
God verwant is, dat die groote God zijn God is. En terwijl
die blijde zekerkeid zich van zijn ziel meester maakt, klimt
zijn lied uit de diepte naar boven. En dezelfde mensch,
die zich daareven nog zag alleen in zijn onwaarde, heft
nu, met tintelende geestdrift, een lofzang aan op 's menschen
heerlijkheid„Gij hebt hem een weinig minder gemaakt
dan de Engelen en hebt hem met eere en heerlijkheid ge
kroond 1 Gij doet hem heerschen over de werken uwer
- handen, gij hebt alles onder zijne voeten gezet".
Nauwelijks evenwel heeft de schrijver van den Hebreërbrief
deze hymne aangehaald,of er rijst een bedenking bij hem
op. l.f de mensch waarlijk met eer en heerlijkheid gekroond
Zijn hem inderdaad alle dingen onderworpen? En het
antwoord dat hij geeft op die vraag is de onomwonden erken
ning: „nu zien wij nog niet dat hem alle dingen onder
worpen zijn".
Bij deze negatie laat hij het evenwel niet. Het oog op
den mensch Jezus Christus gericht, die door lijden is inge
gaan in zijn heerlijkheid, ziet hij de oplossing van het
raadsel, dat hem een oogenblik in verwarring bracht„maar
wij zien Jezus met heerlijkheid en eer gekroond".
Wonderlijke uitspraak, dat woord van den tekst! Zijn, wij
die haar hooren, niet geneigd om op ónze beurt onze be
zwaren in te brengen tegen de stelling die daarin geponeerd
wordt? Is er geen aanleiding om de zaak om te keeren en
te zeggen: „nu zien wij nog niet dat Jezus met heerlijkheid
en eer is gekroond, maar wij zien den mensch, wien alle
dingen onderworpen zijn"? Is het niet zóó: dat wij niét
zien wat de Hebreërbriefschrijver verklaart juist wél te zien
en dat wij juist wél zien, wat hij zeide niét te zien? Is nu,
in onze eeuw, de mensch niet machtig? Hij beheerscht de
aarde; hij onderwerpt zich de krachten der natuur; de
wetenschap staat voor niets meer; uitvindingen en ontdek
kingen worden gedaan, die ons t recht benemen om van
iets, a priori, te zeggen dat het ónmogelijk is voor den mensch.
En daartegenover: wat zien wij van Jezus en Zijn heer
lijkheid? Zijn Evangelie wordt nog verkondigd, maar hoelang
zal dat nog duren? Ziet het er niet naar uit dat straks de
nieuwe, aan het Christendom vijandelijke stroomingen tot
zelfs de herinnering aan den Nazarener, zullen hebben
weggevaagd? Men spreekt, zelfs onder Christenen, van de
Christus-mythe. Door anderen wordt Hij voorgesteld als een
legendarisch iemand, van wien niemand met zekerheid iets
weet. Bij niet weinigen is de belijdenis van den levenden
Heer verstard tot een dogme. Jezus lichamelijke opstanding
uit de dooderi is, zegt men, een kunstig verdichte fabel,
vroom bedrog, of hoe men 't anders noemen wil. En zijn
hemelvaart? Dat verhaal is natuurlijk een sprookje, een
mooi sprookje, maar ook niet meer dan dat.
Onze tekst doet denken aan het bekende spelletje, onder
kinderen geliefd; „ik zie, ik zie wat gij niét ziet!"
Ik zie, zegt de schrijver, ik zie nog niet dat den
mensch alle dingen onderworpen zijn 1
Wij daarentegen zeggenwij zien den mensch met heer
lijkheid en eer gekroond!
Ik zie, herneemt hij, ik zie Jezus met heerlijkheid en eer
gekroond
En wij antwoordenwij zien Jezus beladen met smaad
en schande!
Wie ziet er nu goed? wie ziet de waarheid?
Wie is er nu blind, hij of wij
Bij het rustig indenken dezer vraag, blijkt het al spoedig
dat er inderdaad van 's menschen alvermogen heel wat
minder te zien is, dan, oppervlakkig beschouwd, wel schijnt.
De mensch een koning? Alsof hij niet geregeerd werd
door allerlei machten, waartegenover hij ten eenenmale
machteloos staat!
Hij bedwingt de natuurkrachten, maar ten koste van
verpletterende nederlagenhij stijgt op stalen vlerken hoog
W. GERTENBACH - Van Ostadestraat 13 - Telef. 145
Depót van de STOOMVERVERIJ en CHEMISCHE WASSCHERIJ
J. LOTTGERING, Groote Houtstraat 5a, Haarlem - Telef. 1561 en 771.
Stoomt en verft alle soorten Dames- en Heeren-Garderohe ving en onberispelijk,
i«r Speciale inrichting voor het stoomen van Dekens, Bedden en Matrassen, -«a