TUINGR1ND en SCHELPEN
een net DAGMEISJE.
HOENDERDOS BR ANDSTOFFENHANDEL
C. BEEKHUIS, Zandvoort. Handel in Brandstoffen en Schelpen,
Burgerlijke Stand van Zandvoort.
Bloemendaal.
Zending.
Vragenbus-
ADVERTENTIE N.
Gevraagd voor direct
A. VAN VELTHOVEN,
BLOEMENDAALSCHE WEG 1
TELEFOON 2857
BLOEMENDAAL
Zuster Dina heeft 1.1. Maandag met goed gevolg examen
gedaan en alzoo haar diploma gehaald. Hulde aan de wijk-
diakones, die al met duizend diploma's voor kundige en
liefdevolle behandeling van Zandvoortsche zieken in haar
zak liep!
7—14 Mei 1915.
Ondertrouwd: J. Heiliegers en M. Zwemmer.
Getrouwd: J. Kapteijn en H. M. v. d. Berg.
Geboren: Piet, zoon van G. Keur en G. Molenaar.
De kerkvisitatie te Bloemendaal heeft op den aan-
gekondigden tijd plaats gehad. Alle boeken werden met
groote aandacht bekeken, en voor zoover noodig, door de
visitatoren geteekend. Alle tabellen werden met cijfers en
aanteekeningen ingevuld. Alles was uitstekend in orde.
Heeren Kerkvoogden laten alle zenders van giften en
toezeggingen hartelijk bedanken voor de verleende steun,
gelijk die in het vorig nommer van De Zondagsbode, en
door Ds. van Leeuwen op twee achtereenvolgende Zondagen,
was gevraagd, 't Is bemoedigend, dat uit alle kringen
gehoor werd gegeven aan de vraag om hulp. Voldoende?
Zoodat het tekort is gedekt? En de toekomst zonder tekort?
Op geen der drie vragen kan nog „ja" worden gezegd.
Maar dat komt wel hopen we.
Een melaatsche Zendeling.
Aangrijpend is de hier volgende brief van een zendeling, die met
zegen werkzaam was in Engelsch-Indië, toen hij door de vreeselijke
melaatschheid werd aangetast.
„Er zijn ongeveer 15 jaar verloopen, sedert ik u voor 't laatst ge
zien heb. Ik heb in dezen tijd een zwaar kruis moeten dragen. Maar
ik mag met vreugde getuigen dat Gods genade mij genoeg was.
Aanvankelijk dreigde mijn hart in opstand te komenik had zulke
groote plannen voor de toekomst. In 't geheele ressort kwamen vele
zielen tot den Heer en ik hoopte 't volgend jaar omstreeks duizend
personen te kunnen doopen.
Ik had tot den Heer gezegd„laat mij Uw knecht zijn. vervul mij
met Uwen Geest! Al mijn kracht, geheel mijn leven wil ik U wijden 1"
Hij heeft mij verhoord. Maar in plaats dat ik Hem mag dienen
volgens mijne gedachten, heeft Hij mij den arbeid onmogelijk gemaakt.
Toen ik in het ziekenhuis lag en met ontzetting gehoord had. door
welke ziekte ik was aangetast, dacht ik vaak dat Hij mij had verlaten.
Maar dat was toch zoo niet. Hoe meer ik moest lijden, des te ge
makkelijker viel 't mij en thans kan ik mij van oogenblik tot oogen-
blik in mijn Heiland verblijden. Ik weet dat de tijd niet verre meer
kan zijn, dat ik bij Hem zal zijn. Maar zoolang ik leef, kan ik niet
zwijgen, maar moet ik getuigen, moet ik vertellen van Zijn groote
liefde jegens mij.
Hoe 't mij gaat
Ik heb eerst mijn gezicht verloren en nu mijn stemik heb voeten
noch armen meer; maar mijn hart is niet dood. Sterker dan ooit
verlang ik naar de komst van Christus' Rijk op aarde, Ik kan mijn
brieven niet lezen of schrijven, maar de zusters schrijven en lezen
voor mij. Toch heb ik alles wat ik behoef. Ik zou gaarne iets schrij
ven over mijn leven en werken in Indië en de groote behoeften van
dat zendingsveld, indien ik slechts iemand kon betalen om dit voor
mij te doen. Zoo lang ik leef, hoop ik anderen te bewegen naar
indië te gaanDe stervende Simson verkreeg kracht om
stervende meer Filistijnen te dooden dan hij in zijn leven had gedaan.
Zoo ook kan ik niet nalaten, hoewel ik langzaam aan 't sterven ben,
te doen wat ik kan om de komst van het Rijk van mijn Verlosser te
bevorderen.
Ik weet dat gij mij gedenkt in uw gebeden. Bid dat ik ootmoedig,
geduldig en getrouw blijve tot het einde. Wanneer ik mijn stem had,
zou ik den geheelen dag zingen, Vaak voel ik mij zoo gelukkig dat
ik verlang in 't Hemelsch Vaderhuis in te gaan en voor immer bij
mijn Heer te zijn". M. F. v. L.
(Niet onderteekende vragen worden niet beantwoord).
Vraag: Wat beteekent: „En ontfermt u wel over
eenigen, onderscheid makende". (Judas 22). Moeten wij ons
dan niet over allen ontfermen? En het volgende vers:
„Maar behoudt anderen door vrees en grijpt ze uit het vuur,
en haat ook den rok die van het vleesch bevlekt is".
Antwoord: Zooals de tekst in onze vertaling luidt,
zou de verklaring moeten zijn: „maakt onderscheid in de
wijze waarop gij de zielen tracht te winnen; sommigen
door teedere ontferming, anderen door hun heilzame vrees
in te boezemen voor het rechtvaardige oordeel Gods; ruk
ze als met geweld uit het vuur, waarin zij gevaar loopen
te verzinken. De geloovige moet zich dus wel degelijk
over alle ontfermen, maar juist daarom met wijs beleid en
op verschillende wijze met hen omgaan om hen voor zijn
Meester te winnen en uit de heerschappij der zonde te
verlossen. De tekst is echter in deze verzen onzeker.
Andere handschriften lezen: „Hebt medelijden met hen die
twijfelen en redt anderen door vrees". Anderen weer
anders. Wat de laatste zinsnede betreft, de „rok" is het
onderkleed, dat op het bloote lichaam gedragen werd en
daardoor terstond met de onreinheid van het lichaam in aan
raking kwam en bezoedeld werd. De bedoeling is dus:
„haat alles wat ook maar van verre of nabij met de zonde
in aanraking is geweest of nog is, opdat gij niet bezoedeld
wordt". M. F. v. L.
Adres: Mevr. STOM, Kostverloren-
straatweg 107.
GED1PLOM. SCHOENMAKER,
Bloemendaalsche Straatweg94. BIOBlTlBIldaal.
Verbindingsweg 7,
BEVEELT ZICH BELEEFD AAN.
TOT LEVERING VAN
HOUDEN WIJ ONS BELEEFD AANBEVOLEN
NAAMLOOZE VENNOOTSCHAP:
PAK VELDSTRA AT 14. LEVERING IN AERDENHOUT ZONDER PRIJSVERHOOG1NG