GEBR. BEEKMAN - Bloemendaal Tentoonstelling Rijwielen en Automobielen Garage Stock Michelin. Zandvoort Allerlei. SAAF's KUNSTHANDEL C. BEEKHUIS, Zandvoort. Handel in Brandstoffen en Schelpen. Jezus Christus krachteloos zoeken te maken en den „Vader in de Hemelen" tot een „noodlot" verlagen? De kerkelijke ketterjagers zeggen„Wij hooren in de kerk en wie niet in alles zoo denkt en alles zoo zegt als wij, die moet er uit". Het is voor de kerk, maar vooral voor het Koninkrijk Gods, te hopen dat zij hun zin niét krijgen. Reglementen, for mulieren, uiterlijke maatregelen hebben nog nooit het bederf kunnen weren. Wat er na de bedoelde uitzwaveling zou overblijven in onze kerk zou me-je-krachtextract-wèl zijn! Vraag. In Genesis 43:34 staat dat Jozef zich met zijn broeders dronken dronk. Jozef was toch een vroom man. Is dat zich bedrinken dan niet af te keuren in hem Antwoord. Natuurlijk is dronkenschap af te keuren, vooral als zij voorkomt bij iemand die God vreest, hetgeen helaas nóg geen zeldzaamheid is en door geen Ieertucht is tegen te gaan (zie voorgaand antwoord). Een stom dronken Christen zal wel een uitzondering zijn. Maar men kan ook zooveel alcohol gebruiken, dat men in een chro- nischen „kennelijken staat" verkeert, al onthoudt men zich van echte dronkemans-manieren. Wat nu Jozef betreft, de schrijver van Genesis zegt het niet tot Jozefs schande, maar evenmin tot zijn eer; hij wil alleen te kennen geven hoe groot de overvloed van den maaltijd was. Zij aten en dronken volop. Het is ook best mogelijk dat we niet aan eigenlijke „dronkenschap" hebben te denken, evenmin als wij dat doen bij uitdrukkingen als b.v. liefde-dronken en vreugde dronken zijn. Vraag. Is de Bijbel van a—z letterlijk ingegeven door den H. Geest? En is hij dus onfeilbaar? Antwoord. Uw Bijbel is zeker niet onfeilbaar. Gij hebt alleen een vertaling van den Bijbei en die is, als alle vertalingen, vol fouten. Of dan het oorspronkelijk feilloos is? Ook de grondteksten zijn niét zonder fouten. Wij hebben trouwens niet dan copiëen der profetische en apostolische boeken. Zelfs de beste en oudste handschrif ten zijn maar copiëen. Het handschrift der bijbelschrijvers- zèlf is verloren geraakt. Hoe kan iemand dan zegeen dat het zoek geraakte zuiver-oorspronkelijke letterlijk gedicteerd was door den H. Geest en dus onfeilbaar? Wij hebben géén onfeilbaren Bijbel. Zoowel in de grond teksten als in de vertalingen, komen onnauwkeurigheden en tegenstrijdigheden voor. Ik denk er niet aan daarvan een lijstje te maken. Maar evenmin denk ik er aan 0111 de waarheid te verdonkeremanen. Op één fout wijs ik alleen. Juist omdat die zoo ruiterlijk wordt erkend door Calvijn, op wien de menschen, die beweren dat ze een onfeilbaren Bijbel hebben, zich zoo graag beroepen. Sla eens Matth. 27 ,vs. 9 op. Daar is sprake van Jeremia. Maar dat moet Zacharia zijn (XI vs. 12, 13. XIII vs. 7.). Wat doet nu Calvijn Ontkent hij de fout of tracht hij haar goed te praten? Allerminst! - Ronduit zegt hij in zijn uitlegging van Mattheus: „Ik moet zeggen dat ik niet begrijp hoe of hier de naam van Jeremia komt te staan en ik breek er mij het hoofd niet mede. Het is duidelijk dat Jeremia's naam bij vergissing voor Zacharia geschreven staat; want deze woorden worden niet bij Jeremia gevonden, noch iets wat er naar zweemt". Vraag. Nergens in den Bijbel lezen wij dat Jezus ooit gelachen heeft, wel dat hij weende. Zou het daarom zijn dat de Heer zijn roeping altijd zoo ernstig gevoeld heeft? Antwoord. Gij hebt gelijknergens wordt ons ver haald dat Jezus lachte. Maar is daarmede bewezen dat hij inderdaad nooit gelachen heeft? Er is een zondig lachen; een uit-lachen, een spottend lachen, een grijns-lach, een onnoozel-lachen, een hoon-lach. Zóó heeft Jezus zeker nooit gelachen. Maar er is ook een heilig lacheneen glim-lach, een lachen van vroolijke onbezorgdheid, een blij toelachen van Gods zegeningen en beproevingeneen be- lachen van den haat der wereld. Van God heet het in Ps. 2 dat Hij lacht, Zal Jezus nooit heilig gelachen hebben? Zou er geen zalig lachen zijn, dat, inplaats van met hoogen levensernst in strijd te wezen, daarvan juist de openbaring kan genoemd worden? Zal het „zich verheugen in den geest", wat wél van Jezus ge zegd wordt (Lukas 10 21) zich niet ook afgespiegeld hebben op Zijn gelaat? P. M. Verzameld door C. B. „Ik heb mijn jongen niet groot gebracht Voor kogels en granaten. Ik wil met de liefde van heel mijn hart Mijn trots en vreugd' van hem maken Wie durft te mikken met moordend lood Te schieten een moeders lieveling dood? O, volken bergt dat moordtuig weg! Beslecht uw twisten langs andren weg! Er zou geen gruwzame oorlog meer zijn, Als moeders zeiden in eeuwig refrein Ik heb mijn jongen niet groot gebracht Voor kogels en granaten." J. A. v. L. Naar het zoo bekende Engel- sche gedichtje van dezen tijd didn't raise my boy to be a soldier.") Ik wil uit dankbaarheid eenvoudig nederschrijven, Dat midden oorlogwee, dat midden vlam en vuur. Dat midden nood en dood, 0 Godtot op dit uur In dit mijn menschenhart Uw hemelvreê wou blijven. Waar zal de weerwolf ons, Uw schapen henendrijven? Uit huis en heiligdom, uit keld'ring stal en schuur, Uit 't Vaderland ■- het is al eender, maar de muur Van uw bescherming sterk, zal eeuwig, Heer, beklijven. Behoud in ieder hart, 0 God dit is mijn bede 't Genot dier zaligheid, bij Uwe komst beloofd Door Beth'lems EnglenzangUw vrede, vrede, vrede Dan zullen, d' Uwen al met vroom geheven hoofd Al verder gaan, en waar ze gaan bij elke trede Toch stamelen: de naam des Heeren zij geloofd! J. Hammenecker (uit „Van onzen Tijd"). ADVERTENTIËN. (naast den Watertoren.) PAKVELDSTRAAT 14. LEVERING IN AERDENHOUT ZONDER PRIJSVERHOOGING

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

De Zondagsbode voor Zandvoort en Aerdenhout | 1915 | | pagina 5