2e Blad van „De Zondagsbode" van Zondag 5 September 1915. Uit de Gemeente. Mededeelingen. Bloemendaal. Veertig jaar Dokter. Veertig jaar dokter! Dat zeldzame feest heeft Dr. Bakker den I011 September mogen vieren. Feest? Ja zeker is dat feest. Wanneer we tenminste nog altijd „feest' mogen noemen de hoogtijden in ons leven, waarbij het al net precies gaat als met de vlag, die we uitsteken op zulke heuglijke dagen. Die vlag vertolkt den jubel, verkondigt de blijheid. En toch heeft die vlag niet enkel de kleur der blijheid, 't onbesmette, door niets aangeraakte wit. Die vlag heeft ook donkerder kleuren. Zelfs twee banen donkerder kleur, en van die twee nog één diep-donkere kleur, tegen ééne baan wit. Spreekt daarom die vlag niet van feest? En dat zonder opgeschroefdheid, zonder inbeelding, heel spon taan. Heel spontaan. Dus opgekomen uit het hart. Zoo gaat het ook met het feest van Dr- Bakker. Ik geloof, dat er bij dozijnen zouden wezen in Bloemendaal, die t' hinderen zou, als die dag ongemerkt voorbijging. Hinderen uit op rechte genegenheid, uit liefde. Want het is mogelijk 40 jaar ergens te wonen en te werken, en dan na die 40 jaren nog geen mensch te hebben, die zich daar iets van aan trekt, of door dien arbeid eenigen zegen ontving. Maar het is niet mogelijk 40 jaren ergens zóó te wonen en te wer ken als Dr. Bakker dat heeft gedaan, en dan niet talloos velen te vinden, die trouwe vrinden, dankbare patiënten werden. En nu overdrijf ik niet, wanneer ik zeg: talloos velen. Ik denk als Dr. Bakker dien 1™ September den vinger der herinnering zag wijzen, terug naar al die ziekenkamers, terug naar al die zieken, naar al wie genazen en wie henen gingen, dat eindeloos lang werd de reeks van namen, ein deloos lang de stoet menschen, die uit deze jarenreeks aan zijn oog zijn voorbijgegaan. Wat al bezorgden gerust gesteld wat al pijnen gestild; wat al lijden verzacht; wat al tranen meegeschreid; wat al zorg zien worden tot blijdschap; wat al hoop zien omslaan in wanhoop; wat al worsteling, om den dood te beletten zijn prooi te rooven; wat al kinderen voor het eerst en menschen voor het laatst zien schreien; wat al dankbaarheid gedeeld om geslaagd hulpbetoon; wat al lafheid en dapperheid ontmoet, bij opgelegd kruis en te dragen ellende. Zoo optellende, heb ik meteen al gezegd, wat aan Dr. Bakker bij zoovelen een plaats heeft gegeven in hun hart. Zijn warme hart; dat medeleven met zijn zieken. Potgieter vertelt ergens van zijn ergernis, toen hij een dokter, die kwam uit het huis waar hij zijn patient juist had zien ster ven, terstond een boekje uit zijn zak zag halen, en daarin een schrapje zetten achter den naam van den patient, 't Zooveelste schrapje voor de zooveelste visite. Verder trok die dokter zich dat geval niet aan. Ik begrijp de ergernis van Potgieter. Maar dat is nu juist vierkant het tegendeel van Dr. Bakker's opvatting van zijn taak. Nooit zijn zieken hem nummers geweest, met schrapjes achter hun naam. Dat oprechte meeleven, dat met allesbehalve voorgewende belangstelling deelen in al wat zijn zieken aangaat. Zie, ik geloof niet, dat hij daarin overtroffen wordt. Geëvenaard, dat is mogelijk. Overtroffen, dat is onmogelijk. Zou hij, de ervaren medicus, die alle mogelijkheden van gevaar kende, niet menigmaal onrustiger geslapen hebben, dan de omgeving van den zieke, die dacht dat het „nog al goed ging"'? Hij is huisarts. En langs dien weg ontzaglijk dik wijls vriend van de zieken en van de gezonden. Raadsman in veel gevallen, waar het geen „zieke'' betrof. Hulp in veel andere, waar goede raad duur, soms heel duur was. Ja, velen zullen nooit vergeten, hoe Dr. Bakker moeilijke, zorgvolle tijden aan het ziekbed van wie ze liefhadden, mede doorleefd heeft. Nooit, hoe hij zich verblijdde met de blijden, en weende met de weenenden in dagen van vreugde en rouw. Dus feest? Ja. Maar ik weet zeker, dat over dat feest een breede, zware schaduw ligt. Om één leege plaats. Om één graf. Om één mokerslag, vlak naast hem, waarmede de dood met schrijnende hardheid toonde, dat alle medische wijsheid 't aflegt, als hij zijn Koningschap over alle vleesch wil toonen. Ja, dat is als eene diepe ontroering gegaan door de harten van al Dr. Bakker s vrienden. En door zijn eigen hart? Ik schrijf daar niet over. Maar als op I September zeker de eerste gedachte van den in trouwen dienst ver grijsden dokter, zal gaan naar de vrouw die zoolang zijn steun en blijdschap was, dan zullen velen mét hem harer gedenken. En wie onder zijne vrienden het bidden nog niet verleerd heeft, zal den Heer van leven en dood dan ken en vragen voor den beminden arts. Danken, omdat het een voorrecht is een man als hij is naast zich gehad te hebben in ernstige tijden. Vragen, omdat men weet, dat uit de onzichtbare hand van God zoo menige vertroosting en vreugde kan toekomen aan ieder, die dat noodig heeft. In den handdruk en in het woord van velen op zijnen feest dag, zal Dr. Bakker, die de Bloemendalers heel goed kent, iets van die dankbaarheid en liefde speuren. „Nog lang", zullen ze zeggen. En hijzelf? Heerlijk om te kunnen terug zien op zulke welbesteede jaren, met zooveel ontvangen en gegeven zegen. BI. J. A. v. L. Bloemendaal Alle catechisaties van Ds. van Leeuwen zullen wederom aanvangen in de week die begint met 5 September, op dezelfde uren en dagen als vóór de vacantie. Evenzoo de catechisaties van den heer Koopman. De meisjesvereeniging wordt gehouden in Maranatha, Donkere laan, tegenover Wildhoef, des Maandagavonds van 8 10 uur. De samenkomsten beginnen weer a.s. Maandag 6 September, leder meisje boven 17 jaar is welkom. Burgerlijke Stand van Bloemendaal. GeborenAmerencia, dochter van P. Rolvers en M. van der Valk. Catharina Agatha, dochter van G. van den Berg en C. van den Berg. Ivonne Antoinette, dochter van A. C. A. Baron van Dedem en A. E. H. Zubli. Trijntje, dochter van H. Timmer en T. Woudstra. Aleida Geertruida, dochter van E. K. Hoekstra en en H. J. C. Schuckinck Kool. Johanna Dorothea, dochter van A. Koebrugge en J. A. ten Broeke. Levenl. zoon van H. Beekman en M. van den Berg. OndertrouwdJ. J. van der Moolen en J. Bosgraaf. Getrouwd: G. D. Smitshuysen en G. Bakker. Overleden: K. Witsen, 42 jaren. M. Verhoef, 67 jaren. Burgerlijke Stand van Zandvoort. 27 Aug.—3 Sept. 1915 Geboren: Johanna Margaretha, dochter van P. de Lugt en J. van Oostende. Trijntje, dochter van G. van der Mije en A. van der Putten. Jacob, zoon van A. Koning en A. Koper. Overleden G. de Leeuw 24 jr.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

De Zondagsbode voor Zandvoort en Aerdenhout | 1915 | | pagina 3