Uit de Gemeente.
maar in stilte meegeraden door velen, die al lang geen
kinderen meer zijn, t Was zooals het op een kinderfeest
en in de kerk behoort: de tijd was om, eer men het wist.
De bediening van den Doop zal niet 2 Januari maar
9 Januari plaats hebben.
Burgerlijke Stand van Bloemendaal.
GeborenFranciscus Anthonius Johannes, zoon van
Q. F. M. Roozen en A. A. Grippeling.
Geertruida Helena, dochter van W. P. P. Kol
en H. van Opzeeland.
OndertrouwdC. van Nugteren en A. M. M. E. Spoor.
GetrouwdA. F. Knoop en A. Vermeer.
Overleden: J. C. Englbertsen, 62 j.
M. M. H. Paps, 87 j.
J. van Eden, 85 j.
Zandvoort
6 Kerstfeestvieringen.
I. Woensdag, 22 Dec., werd met de Zondagsschool-leerlingen
Kerstfeest gevierd in de garage aan de Brederodestraat, daarvoor
geheel belangeloos bereidvaardig afgestaan door de eigenaars, de
H.H. Balte en Gravestein Alle bezwaren tegen een kerstboom in de
Kerk uitvoerig door mij uiteengezet in den Zondagsbode lsten
jaarg. No. 31 bestonden hier niet. Bovendien was de lokaliteit zóó
groot, dat ook de Ouders en nog eenige genoodigden tegenwoordig
konden zijn. En iets eigenaardigs was er in gelegen samen te zijn
in een stal. waarin immers ook de eerste Christus aanbidding door
de herders heeft plaatsgegrepen Ongezellig was het er overigens
in geen enkel opzicht. Twee flinke kachels, ons voor dit doel geleend,
verwarmden de ruimte tot in de uiterste hoeken Dank zij den heer
Wüst, behoefden we met de brandstof niet zuinig te zijn, want het
was geen kleine hoeveelheid anthraciet, die hij ons ten geschenke
gaf. Timmerman Koper had lange, dikke planken gelegd op stoelen
uit de Kerk en Hotel Driehuizen. En een groote kerstboom ons door
Mevr. Bijleveld—van der Vliet gegeven, stond opgetuigd door rappe,
hulpvaardige handen, naar alle kanten zichtbaar te stralen met de
massa's flikkerende kaarsjes, terwijl de eigenaardig prikkelende
sparren-geur de lucht in de feestzaal vervulde.
Ruim 6 uur ving de feestviering aan die zich onderscheidde door
volmaakte orde. Het kan niet anders of grooten en kleinen hebben
genoten. Want het ordelijke verloop deed niet het minste tekort aan
de opgewektheid. Het is trouwens een dwaling dat wanorde en
blijdschap zouden samengaan. God, die geen God is van verwarring
(1 Cor. 1433), is, zegt de Psalmist, de „God der blijdschap mijner
verheuging" (Ps. 43:4).
Welk eene voorbereiding heeft dit feest gekostMaar ook. welk een
hulpvaardigheid om alles zóó uitnemend te doen slagen. Die den boom
versierden en zelfs den kalen onderstam volle takken wisten in te planten,
hebben alle eer van hun werk. Paard en kar van den Pres. Kerkv. stonden
ter beschikking om alles aan en af te sjouwen voor de meubileering
der garage. Meester van Asperen, Hoofd van School B, dirigeerde
het zangers-corps, dat echter (heel begrijpelijk) soms meer oog had
voor den kerstboom dan voor Meesters-dirigeerstok, terwijl het, om
dezelfde reden, de orgel-begeleiding door Mevr. P. M. gedurig negeerde.
Natuurlijk werd het kerstverhaal verteld, waarbij de kinderen gelegen
heid hadden op Bijbelsche vragen te antwoorden, waarvan druk
gebruik werd gemaakt, zelfs door de allerjongste leerlingen. Maar
het oogenblik is toch eerst voor de kinderen aangebroken, als
Mejuffrouw Bienfait een Kerstverhaal gaat doen. Dit jaar werd hun
„Annie's Kerstfeest" verteld. Zij luisterden als vinken, zóó er-heele-
maal-in, dat de spreekster onmiddellijk werd geïnterrumpeerd, toen
ze Annie eens, bij vergissing, Corrie noemdeGedurende de beide
pauzen werd een versnapering rondgedeeld en aardig was het om
op te merken hoe ook toen uitkwam welk een groot onderscheid er
is tusschen het eene kind en het andere. Sommigen hadden de koek
in een ommezientje verorberdanderen zaten er langzaam van te
genietenenkelen raakten de lekkernij niet aan en gaven, gevraagd
of het niet smaakte, zachtjes ten antwoordik neem het meê voor
moeder of voor broer of zusje thuisMet een kerstgeschenk, zorg
vuldig voor ieder kind gekozen, gingen de kleinen huiswaarts.
Den inteekenaren op de kerstlijst, welke de gevraagde f300.-- op
f 1.25 na opbracht, dank voor hun steun, waardoor zij het ons mogelijk
maakten dit feest met de Zondagsschool-leerlingen te houden.
II. Donderdag, 23 Dec., verzamelden zich in den namiddag een
5-tal meisjes, in Zandvoorts omgeving woonachtig, leerlingen van
Mej. Bienfait, in de Pastorie, waar een sparreboompje, van volmaakten
vorm werd versierd met glinsterende ballen en ragfijn engelenhaar,
sneeuw en veelkleurige kaarsjes. Daarmede trokken zij er.naonderelkaar
voor eigen opgespaard geld inkoopen te hebben gedaan, om met warme
kleedingstukken een paar gezinnen te gaan verblijden, in gezelschap van
Mej. B. op uit, het zware kerstboompje torschend naar een huisje waar
men wist dat het bezoek zou komen, tegen donker. Maar om twee uur
zaten de kinderen al verlangend uit te kijken. Welk een spanning om
drie uren lang bij eiken naderenden voetstap den adem in te houden,
denkende: „daar zijn ze!" Maar eindelijk ging ook hier de adventstijd
over in dien der vervulling, in de donkere kamer traden de bezoek
sters binnen het kerstboompje werd neergezet en de kaarsjes werden
aangestoken. De werkelijkheid was nog veel schooner dan de ver
beelding deze had voorgesteld, zóó schoon dat een klein meiske
met haar fijne, hooge stemmetje er van ging zingen in een kerstliedje
dat zij kende. Een groot pak lieten de bezoekstertjes hier achter. En
toen ze heengingen, om aan nog een paar gezinnen vreugde te
bereiden, was er blijdschap ook in haar eigen hart, de blijdschap die
het geven tot zulk een zaligheid maakt.
111. Dienzelfden avond was 't feest in het Diakoniehuis. De boom,
in wiens licht de jeugd zich den dag te voren had verheugd, was
overgebracht naar de groote zaal en thans genoot de ouderdom van
zijn aanblik. Een schilderachtig „binnenhuisje" 1 Bedrijvig liepen de
beide zusters rond, dampende koffie en flinke stukken kerstkrans
ronddeelende aan de oudjes, die dankbaar van alles genoten, in
tegenstelling met het feest-rumoer der kinderen, was het stil en
vredig in deze omgeviiig, waaruit twee dagen geleden een hoogbe
jaarde weduwe werd uitgedragen naar den doodenakker, die toen
onder het smettelooze sneeuwkleed gedekt lag.
Bij den flikkerenden boom, die de zaal, waarin overigens geen
licht was, feestelijk verhelderde zaten, om gezellig aangerichte
tafels, ae bewoners van onze gezegende stichting' opgewekt bijeen.
Naast mij zaten Jaap en Leuntje, vroeger vader en moeder van het
z.g.n. „Gasthuis". Nu zijn ze weer -kinderen des huizes" geworden.
Maar hoeveel wonnen zij door deze veranderingMet blijdschap
heetten wij hen „welkom" in ons Diakoniehuis, waarin zij der
Besturende Zuster tot zooveel hulp kunnen zijn en reeds geweest
zijn. Naast Leuntje zat Stijntje, die ook tot de nog niet lang geleden
opgenomen verpleegden behoort. Dan Keetje, de werkvrouw, wier
moeder 't was die wij Dinsdags begroeven. Dan Neeltje, Kee en Tinus
en blinde Willem, die, 90 jaren oud onlangs zwaar ziek was, maar
weer herstelde, zoodat ook zijn onafscheidelijke pijp weer rookt als
een schoorsteen. Willem is de oudste inwoner van het huis, in levens
jaren én wat den tijd van zijn verblijf daar betreft. En hij heeft het
er, naar zijn eigen woorden, heel best en wil niets liever dan er nog lang
te mogen blijven. Dan volgde Weber. ook onlangs heel krank geweest
en nog thuisblijvende. Hij wil nog wel voort, maar kan niet meer,
net als de naast hem zittende „Prinsje", wiens beenen eveneens hun
dienst weigeren. anders, dan toen ze in den Pastorietuin hielpen
harken en planten en hout hakken. En eindelijk hebben we Loos nog,
die met Tinus en Jaap nog vlug ter been is en trouw boodschappen
doet voor het huis.
Het feest was al begonnen toen mijne vrouw en ik binnenkwamen.
Zoo was de rechte stemming reeds aanwezig, die mede verhoogd
werd en gewijd door de voorlezing van een stuk uit Jesaja 40, waar
aan ik een kerstmis-toespraak vastknoopte. Mej Koning die met nog
eenige belangstellenden tot de feestgenooten behoorde, bespeelde
het orgel en de oudjes zongen opgewekt allerlei kerstliederen, terwijl
zij ook, zonder begeleiding, versjes uit hun jeugd zongen, nog door
Ds. Swaluë geleerd; Jaap, die een stem als een klok heeft, zette
telkens in en dan vielen de andere stemmen bij. zwak en bevend de
meeste. En toch klonk dat koor aandoenlijk schoon.
Bóven lag een oud moedertje te bed. Zij kon helaas niet bij „de
feesthoudende menigte" tegenwoordig zijn Toch genoot zij van het
gezang dat door haar openstaande deur drong en aan het zieken-
kamertje iets van kerst-blijdschap meedeelde. Marij heeft hard gewerkt
en is de zusters steeds tot veel hulp geweest al die jaren, ge
durende welke ze nu reeds in het huis is. Vergtnoegd keek ze mij
aan toen ik haar een bezoekje bracht en met haar vriendelijk gezicht
lachte ze zuster Dina toe, toen deze haar nog eens heerlijk instopte.
In een kamertje beneden lag nog een oudje, de blinde Paap. wiens
bewustzijn is omfloersd, zoodat hij van de feestvreugde niet veel
bemerkte en moeite had mij te begrijpen toen ik ook hem sprak van
den voor ons geboren Zaligmaker.
Toen wij heengingen, nadat kerstgeschenken waren uitgedeeld,
hieven de oudjes spontaan het „Dat 's Heeren zegen op u daal'1"
aan. Wij stemden er mede in, Gods zegen toebiddend aan de beide
Zusters-Diakonessen, aan de mannen en vrouwen, die, na een veelal
veelbewogen leven, in ons Diakoniehuis in zulk een veilige, rustige
haven zijn aangeland.
Laat mij nog mogen vermelden dat voor dezen feestavond was
ingekomen: van N.N., aan de deur afgegeven, f 10.Van Mevr. S.
ook f 10.van Mevr. B. krentenbrood, kerstkransen en sigaren, van
Mevr. D. krentenbrood en van Mevr. K. koekjes, sigaren en kerstkrans.
IV. Buitengewoon lieflijk was het Kerstfeest, dit jaar voor het eerst
gevierd in de woningen van aan huis gebonden hulpbehoevenden
die de kerstboodschap in het Huis des Heeren niet konden
gaan hooren. Vrijdagmiddag, 24 Dec., togen twee groepjes, toen het
donker was geworden, de Pastorie uit om, zich splitsend, Noord-en
Zuidwaarts te gaan. De eene groep werd gevormd door Mevrouw
Posthumus Meyjes, Jonkvr. A. D L. van Lennep en Ouderling Drie
huizen de andere door Mej. C Bienfait, Zuster Dina en Diaken van
der Mije. In het geheel werden 17 bezoeken gebracht. Daar hun komst
van te voren was aangekondigd, kwamen zij nergens zonder verwacht
te worden. In het huis binnengegaan zijnde, werd het mêêgebrachte
versierde kerstboompje ontstoken. Dan werd door het nog buiten de
kamerdeur staand drietal een kerstlied aangeheven en onder he