Zandvoort, Aerdenhout, Bloemendaal en Overveen No. 38 ZONDAG 16 Januari 1916 4de jaargang. Predikbeurten. DE ZONDAGSBODE VOOR VERSCHIJNT ELKEN ZATERDAG ABONNEMENTSPRIJS: Per Jaargang voor Zandvoort en Bloemendaal f 1.50 elders (franco) 2.50 Afzonderlijke nummers0.05 R E D A. C T I E G POSTHUMUS MEYJES - Zandvoort Jhr. Dr. M F. VAN LENNEP - Aerdenhout J. A. VAN LEEUWEN - Bloemendaal Mej. C. B1ENFAIT - Aerdenhout Adres voor de Administratie: P. SAAF - Zandvoort - Telefoon No. 27 PRIJS DER ADVERTENTIËN: 1—5 regelsf 0.55 Elke regel meer010 Dienstaanbiedingen, 1—5 regels 0.35 Elke regel meer0.06 Bij abonnement extra korting Dit nummer bestaat uit 2 bladen. Ned. Herv. Gem. Zandvoort, v. m. 10 uur Zondag 16 Januari 1916. Ds. G. POSTHUMUS MEYJES. (Viering van het H. Avondmaal.) Bloemendaal, v.m. 10 uur: Ds. J. A. VAN LEEUWEN, 's avonds ó1/» uur: de heer K. KOOPMAN. Het morgenoffer van den dag der Avondmaalsviering. Eindelijk alzoo de dag der Avondmaalsviering aange broken Voorbereid door uwe overdenking zult gij dan nu weldra uwen God ontmoeten in al den rijkdom zijner barmhartigheid aan de tafel der gedachtenis van den kruis dood des Heeren Jezus, en den Heer Jezus aanschouwen in den rijkdom zijner genade bij de teekenen van zijn lichaam en bloed. Welk een dag voor u In den geest te mogen staan bij de offerande, door welke allen, die geheiligd worden, in eeuwigheid volmaakt zijn Uwe ziel love den Heer, die deze offerande gebracht heeft, en zij make den God en Vader aller genade groot, die voor u het licht uit de duisternis heeft geroepen. Nu moogt gij u vroolijk opma ken want vreugde is heden bereid voor allen die treuren over hunne zonden en die vol zijn van de droefheid naar God. Nu met stille dankzegging het aangezicht Gods ge zocht, voor dat gij u aan de Avondmaalstafel pfthatst, en Hem het morgenoffer gebracht ter inwijding van dezen heiligen feestdag. Mochten wij ons morgenoffer uit het Zijne nemen, dan was het zeker waardig, dat Hij er met welgevallen op neerzag. Maar die Hem iets wil offeren moet zijn offerande uit eigen overvloed kiezen en wat zal de overvloed zijn van ons, die ons arm voor God moeten achten En wat ons eigenlijk zoo arm maakt, wij zijn geheel onrein. Ver ontreinigd zijn onze lippen, die anders een offerande des lofs zouden kunnen brengen. Verontreinigd zijn onze han den en ons hart. Waar vinden wij dan een morgenoffer, dat onzen God welbehagelijk zijn zal? Er is iets te noemen, waarmede gij voor Gods aangezicht naderen kunt. Plaats u slechts voor het woord van den man, die zelf zulk een offerande heeft gebracht. Hij moge u door zijn voorbeeld vrijmoedigheid geven, om aanstonds met uw morgenoffer tot God te gaan, als gij deze ver klaring verneemt: „De offeranden Gods zijn een gebroken geest. Een ge broken en verslagen hart zult gij, o God, niet verachten." (Ps, 51 vs. 19.) (Uit „Avondmaalgids" door J. I Doedes.) ROOMSCH OF PROTESTANT? IV. De Mirakelen. De wijze waarop Mej. Dorper in haar boekje over „de mirakelen" spreekt, maakt het mij waarlijk niet gemakkelijk haar overtuiging daaromtrent te toetsen. Haar redeneertrant is ook hier hoogst eigen aardig. De teksten, waarop zij zich beroept, zijn de gewone, door Rome uit den treure aangehaalde, z.g.r,. voorbeelden uit O. en N.T. Eerst II Kon. 13:21, waarin verhaald wordt dat men een dooden man wierp in het graf van Elisa. Bij de aanraking met het gebeente van den gestorven profeet, werd de doode man levend. Is dat geen mirakel? Zij, die het er voor houden dat wij hier een legende hebben, worden door Mej.' D. eenvoudig genegeerd. „Wie voor het gezag van zijn Bijbel heeft leeren buigen, heeft niet begrepen, maar geloofd en aanvaard", waar hij dat wonderverhaal las. Derhalvehet staat in den Bijbel en dus is het gebeurd. De ervaring leert dat het vruchteloos is het apriorisme te bestrijden, dat „wonder" en „wonder verhaal" eenvoudig vereenzelvigt. Ik geloof aan wonderen. Niet alleen aan hun mogelijkheid, maar aan hun feitelijkheid. Maar daarom geloof ik nog niet alle wonderverhalen die men mij gelieft te vertellen- Hoevele daarvan hebben hun oorsprong in misverstand, overdrijving of bepaalde bedoelingenDe betrouwbaarheid ook der bijbelsche wonderverhalen is en blijft, evenals van alle andere verhalen in dat Boek, een zaak van historisch-critisch onderzoek. Ten opzichte van hetgeen met Elisa's gebeente moet hebben plaatsgehad, kan dit onderzoek natuurlijk niets beslissen. Daarvoor ontbreken de nood zakelijke gegevens. Maar met „gelooven en aanvaarden" richt men hier evenmin iets uit. Het klinkt bijster vroom als iemand zegt: „ik buig voor het gezag van mijn Bijbel." Maar wie niet leerde buigen voor het gezag van termen en phrases, weet dat zulk buigen voor de autoriteit der Schrift niets anders is dan buigen voor een men- scheiijke autoriteit, die haar vooropgezette meening: „alle verhalen in den Bijbel zijn geschiedkundig betrouwbaar" tot dogma heeft verheven. Maar ook als we de historiciteit van dit verhaal aannemen, dan nog rechtvaardigt het de Roomsche reliquieën-vereering niet. Want 1" zijn de z.g.n. wonderdoende overblijfselen, door de Roomsche Kerk den volke ter vereering voorgehouden „made in Rome". Zóó: de tand en de paar haren van Petrus, het splintertje van Jezus'kruis, de doek van Veronica en al die z.g.n. heilige gewaden, die afkomstig heeten te zijn van Maria, Johannes den Dooper en jezus. Van de eerste worden te Aken vertoond „het heilige kleed, dat Maria, de moeder Gods. heeft aangehad in den heiligen kerstnacht, toen Jezus Christus, waarachtig God en mensch, uit haar geboren werd". Van den tweede „het heilige kleed, waarop het hoofd van St. Johannes den dooper werd afgeslagen, waarin zijn heilig bloed vloeide". Van Jezus bewaart men daar „De heilige doeken, waarin Hij na zijn geboorte door zijn moeder gewonden werd" En „Het heilige kleed, dat Hij aan had aan het heilige kruis, toen Hij den bitteren, onschul- digen dood voor ons geleden heeft". Op niet minder dan 21 plaatsen wordt de „heilige rok" van Christus bewaard. Van dit aantal zijn er dus minstens 20 onrecht. De te Trier bewaarde rok zonder naad schijnt wel de echtste(i) te zijn. in 1844 heeft deze althans (en wie voor het gezag der geestelijkheid heeft leeren buigen, heeft het niet begrepen, maar geloofd en aanvaard) minstens 18 genezingswonderen verricht. W. GERTENBACH - Van Ostadestraat 13 - Telef. 145. Depót van de STOOMVERVERIJ en CHEMISCHE WASSCHERIJ J. LOTTGERING, Groote Houtstraat 5a, Haarlem - Telef. 1561 en 771. Stoomt on verft alle soorten Dames- en Heeren-Garderobe vlug en onberispelijk, ges- Speciale inrichting voor hst stoomen van Dekens. Bedden en Matrassen, -mt

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

De Zondagsbode voor Zandvoort en Aerdenhout | 1916 | | pagina 1