2e Blad van „De Zondagsbode" van Zondag 23Januari 1916 Voor eiken dag. Uit de Gemeente. Mededeelingen. betaling van enkele centen per week, lid te worden van zekere Broederschap, naar ik meen die van het H. Hart van Maria. Hieraan ishetgroote voordeel verbonden dat „de Hemelkoningin'-dan, iedereu Zaterdag, in het vagevuur afdaalt om de zich daar bevindende zielen naar den Hemel over te brengen. Een assurantie, waardoor men zich dus verzekert tegen een langer verblijf in het louteringsvuur dan van hoogstens ééne week. Zöö weet Rome uit alles geld te slaan 1 P. M. Verzameld door C. B. Zonen der heiligen zijn niet degenen, die de plaatsen der heiligen innemen, maar zij, die de werken der heiligen voortzetten. Hieronymus. Er zijn menschen, die het Christendom door de weten schap trachten te verbeteren. Maar is dan het Christendom een wetenschap? Het is leven in God. En tot die hoogte klimt geen menschelijk weten op. Kan men ook de liefde voor zijn vrouw, of voor zijn kinderen verbeteren door de wetenschap? Sachsse. Minister Spulier heeft eens gezegd in een rede: „Waar om zou 'k het niet zeggen, als 'k 't denk?" Trotsch woord, tevens naief! Ja, als men alles mocht zeggen, wat men dacht!och, zoo heel veel waars zou er niet afen 't licht komen, het zelfbedrog steekt ook den innerlijken mensch in een fatsoenlijk pak kleeren. N. N. De Satan laat zich niet door geweld overwinnen den met het zwaard slaanden Petrus brengt hij ten val, maar den weenenden Petrus moet hij loslaten. Vinet. De taal van de waarheid is altijd onopgesmukt en een voudig waar, als de waarheid zelve. Marcellinus. Een groote fout van ons is deze: dat wij zooveel fouten maken in het berekenen van onze fouten. Luther. De opwekking van een doode kan niet zooveel tot be keering van een heiden uitwerken als het leven van een mensch, in wien Christelijke wijsheid is. Het eerste toch zal alleen met verbazing vervullen, maar het laatste zal hem tot zegen zijn. Chrysostomus. Zandvoort. Jongens-Catechisaties. Met de jongens-catechisaties van Dinsdagavond en Woens dagmiddag gaat het niet, zooals dat behoort. In beide klassen zijn uitnemende leerlingen, op wier ijver en gedrag niets valt aan te merken. Maar er zijn er ook, van wie dit niét kan gezegd worden. Velen komen zeer ongeregeld. Telkens komen er te laat. Voortdurend gebeurt het dat de leerboeken worden vergeten. Bij het opzeggen van de les blijkt het aanhoudend dat die óf in het geheel niet, bi zeer slecht is geleerd. Daarbij maken de jongens van Woensdagmiddag zich, vóór de les begint, schuldig aan onbetamelijk rumoer op straat. Ruim een half uur te voren bevinden velen zich op het Kerkplein, waar ze zóó te keer gaan, dat het er aller minst op lijkt dat ze zoo meteen godsdienst-onderwijs zullen ontvangen. Dit alles moet uit zijn. Terwille van de goede Leerlingen, die onder deze verkeerde toestanden onschuldig lijden terwille van het onderwijs dat zoo niet naar behooren kan gegeven wordenterwille ook van mij-zelven, want het 'verdriet mij, mij voortdurend te moeten boosmaken en te ergeren. Ik hoop dat de Ouders mij zullen helpen om mijn lessen te laten beantwoorden aan haar bedoeling. Daartoe hebben zij te zorgen le. Dat hun jongen niet verzuimt, dan alleen bij ziekte en in dat geval mij daarvan kennis te geven. 2e. Dat hij tijdig in de les aanwezig is. 3e. Dat hij zijn les goed leert. 4e. Dat hij zijn catechisatie-boeken niet thuis laat. Als de Ouders medewerken, kan alles naar behooren gaan. Maar dan moeten ze op geen enkele wijze van de catechisatie zeggen ,,'t is maar catechisatie." En dus b.v. niet op het uur van catechisatie met hun kinderen naar stad gaan om te winkelen. Den Ouders van de Woensdagmiddag-klasse wordt tevens dringend aangeraden hun jongens te verbieden, vóór de les begint, lawaai te maken op het kerkplein. Vóór 5 min. voor 2 uur hebben ze daar niets noodig. Mocht dit beroep op de Ouders der leerlingen niet helpen, dan zal ik, in het belang der goedwilligen, strenge maatregelen nemen en van mijn lessen verwijderen, die zich aan de voorschriften niet houden. P. M. IMMANUEL. De Zangvereeniging „Immanuel" kan terugzien op een welgeslaagde herdenking van haar 20-jarig bestaan. De groote zaal van „Ons Huis" bleek 1.1. Woensdag nog te klein om alle belangstellenden te kunnen bevatten, wel een bewijs dat „Immanuel" zich mag verheugen in de sympathie der Zandvoorters. Ds. P. M., de Eere-Voorzitter, opende, na het gemeenschappelijk zingen van Psalm 68 vs. 10, den avond met een woord van welkom, gericht tot de feestgenooten, inzonderheid tot de leden der jubileerende Vereeniging. Toen richtte hij het woord tot den Directeur, den Heer N. Kerkhoven, die van de oprichting af het zangers-corps had geleid en dat al die 20 jaren bleef doen met onverdroten ijver en met de beste resultaten. Spreker prees hem ook om zijn eindelooze lankmoedigheid, die hem nooit begaf bij de repetities. Als het al te roezig werd, dreigde hij „ik ga heen!" Maar meteen ging hij weer zitten en het instudeeren der verschillende partijen werd met hetzelfde geduld voortgezet. „Immanuel" is haar Directeur grooten dank verschuldigd. En de leden wilden hem een tastbaar bewijs van hun erkentelijkheid en vriendschap geven. Uit hun naam overhandigde de Eere-Voorzitter hem een barnsteenen sigarenpijpje, ter vervanging van het on langs gebrokene,en een lederen portemonnaie, zakportefeuille en sigarenkoker. Onder applaus van al de aanwezigen aanvaardde de Directeur het geschenk. Daarna ging het scherm op en eenige meisjes zongen den heer Kerkhoven tweestemmig een lied toe; een aardige verrassing, want het programma vermeldde deze hulde niet. Een koortje zong daarop den „Feestzang", waarna nog een andere surprise der feestvierende Vereeniging bereid was door den heer H. A. Schraal, die een, door hemzelf vervaardigd gedicht voordroeg, waarin hij Immanuel huldigde, inzonderheid haar Eere-voorzitter, Directeurende Bestuurs-leden. Op verzoek van Ds. P. M. stond de heer Schraal zijn poëtische ont boezeming af voor het archief der vereeniging. Luid hand geklap dankte hem ook daarvoor. Ook het „Vaandellied", indertijd nog gedicht door Ds. Hulsman, werd door de „schaar van dappren" opgewekt gezongen. En toen brak de stroom van Samenspraken en Voordrachten los, ten ge- getale van 24! De souffleur had "t erg gemakkelijk, want de rollen zaten er prachtig in. In de pauze werd een tombola gehouden, waarvoor de loten in een ommezientje waren uitverkocht. Het was al lang Donderdag, toen de laatste feestgangers huiswaarts keerden. C.B. Zandvoort- Het Evangelie in Spanje. De gemeente van Zandvoort heeft reeds herhaaldelijk voor het werk der evangelisatie in Spanje vriendelijk hare gaven geschonken. Thans zal er gelegenheid zijn van dien arbeid iets te zien en te hooren. Op Zondag 23 dezer hoopt

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

De Zondagsbode voor Zandvoort en Aerdenhout | 1916 | | pagina 3