Zandvoort, Aerdenhout, Bloemendaal en Overveen No. 40 ZONDAG 30 Januari 1916 4de Jaargang. Predikbeurten. Wat ijdel en wat niet ijdel is. DE ZONDAGSBODE VOOR VERSCHIJNT ELKEN ZATERDAG ABONNEMENTSPRIJS: Per Jaargang voor Zandvoort en Bloemendaal f 1.50 elders (franco) 2.50 Afzonderlijke nummers0.05 R E D A. O T I E G POSTHUMUS MEYJES - Zandvoort Jhr. Dr. M F. VAN LENNEP - Aerdenhout J. A. VAN LEEUWEN - Bloemendaal Mej C. BIENFAIT - Aerdenhout Adres voor de Administratie: P. SAAF - Zandvoort - Telefoon No. 27 PRIJS DER ADVERTENTIËN: 1—5 regelsf 0.55 Elke regel meer010 Dienstaanbiedingen, 1—5 regels 0.35 Elke regel meer0.06 Bij abonnement extra korting Dit nummer bestaat uit 2 bladen. Ned. Herv. Gem. Zondag 30 Januari 1916. Zandvoort, v. m. 10 uur: Ds. J. A. VAN LEEUWEN, Predt. te Bloemendaal. n. m- 7 uur de heer F. W. A. Korff, uit Amsterdam. (Zie onder „Mededeelingen"). Bloemendaal, v.m. 10 uur: Ds. VUNDER1NK, Predt. te Haarlem, 's avonds uur: de Heer K. KOOPMAN. IJdelheid der ijdelheden, het is al ijdelheid. Pred. 1 12. als die weet dat uw arbeid niet ijdel is in den Heer. 1 Cor. 15 58. In het boek „de Prediker" klinkt ons een toon van diepe melancholie tegen. Telkens keert dat refrein terug ijdelheid der ijdelheden, alles is ijdelheid. IJdel, dat is leeg, hol, zonder wezenlijke waarde, vergankelijk. Zoo ziet de Prediker het menschenleven met al zijn begeerten, werken en streven ijdel het geld, dat zich vleugelen maakt en ook, als het blijft, den bezitter niet waarlijk kan gelukkig maken, noch zijn hoogste behoeften bevredigen ijdel het geluk, dat heden is en morgen misschien voor goed is verdwenen ijdel de roem, die voor een oogenblik schittert maar niet bevredigt, veel -nin verzadigtijdel het genot dat als een morgenwolk voorbijgaat en vaak bitteren nasmaak achterlaat ijdel de macht van den wereldbeheerscher die met hem in het graf zinkt; ijdel zelfs de groote wereldrijken, waarvan slechts de herinnering over is alles is ijdel, alles is ver gankelijk, alles gaat voorbij. Moedeloos klinkt het woord van den dichter Iets te zijn is de droom van den knaap, En de worstling des mans iets te worden Maar op eens overvalt ons de oneindige slaap, Terwijl we ons de lenden nog gorden. „Niets geweest, niets geworden", schrijf dat op de zerk. Die het stof van zoo menig komt drukken En gij volgend geslacht, drijf uw vruchteloos werk, Tot ook gij voor uw noodlot moet bukken. De mensch, die zich in deze levensbeschouwing verdiept en daarin opgaat, wordt pessimist. Waartoe is eigenlijk het leven 7 Waartoe al de moeite die de mensch zich geeft Ware het niet beter niet te zijn 7 En van die gedachte tot de daad zichzelven dat ijdele leven te benemen, is de overgang maar al te gemakkelijk. Aan het einde van „de Prediker" klinkt ons, Gode zij dank, nog een andere toon tegen, die der eeuwigheid en van het eindoordeel en van de vreeze des Heeren die allen menschen betaamt. Maar het licht is toch nog flauw, de toon is onzeker, de hoop is niet vast. De schrijver ziet de ijdelheid tot het einde en de ijdelheid het meest. Melancholiek is die toon van ons bijbelboek, en toch, het is goed dat die ook gevonden wordt en het ware te wenschen dat velen in onze dagen die „ijdelheid" wat meer zagen, haar in elk geval wat meer opmerkten. Zij wordt in dezen vreeselijken oorlogstijd wel gezien, dat is zeker, maar wordt er meer op gelet dan anders, of zijn de menschen er al weder aan gewoon geraakt 7 Men zou het denken, als men ziet hoe ijdel veler leven ondanks alles gebleven is. Hoevelen leven eigenlijk altijd, alsof al die ijdele dingen, wier ijdelheid wij opmerkten, geld geluk, roem, genot, macht, levensjaren, niet ijdel, maar integendeel zeer vast en blijvend waren, ja de eeuwigheid konden verduren. Zij leven alleen daarvoor, zij hechten zich zoo er aan, dat als die dingen bezwijken en in hun ijdelheid openbaar worden, met die ijdele dingen hun ook alles begeeft en zij niets overhouden. Zonder God is alles ijdel. Zij hebben God niet in hun leven en houden dus slechts de ijdelheid over. Zonder God is alles ijdel. Maar als de ijdele mensch God heeft, God medeneemt in zijn ijdele leven, dan wordt alles op eens zoo heel anders. De Prediker ziet de wereld en het leven met al zijn strijd en moeite zonder God, en alles wordt hem ijdel; de p.salmdichter ziet diezelfde dingen in Gods licht en zij worden hem heerlijk. (Zie de psalmen 8, 19, 104;. Nu is dit de blijde boodschap van Nieuwe Testament: die ijdele wereld, om de zonde aan de ijdelheid, de ver gankelijkheid onderworpen (Rom. 8 20), is door Christus van dien vloek verlost en verwacht nu de verheerlijking. Voor den mensch in Christus is niets meer ijdel, dan de zonde. Die blijft ijdel, leeg, ten doode gedoemd en wordt het hem meer en meer. Maar overigens is alles in Christus geheiligd en door Gods licht, het licht der eeuwigheid be straald. Wij zijn des Heeren, in leven en sterven-Ons leven is dus niet meer ijdel, want het is in den dienst van God. Dit aardsche lichaam ja, wordt verbroken en is bestemd te vergaan, maar het lichaam der opstanding wacht. Onze arbeid is niet ijdel, niet ledig, niet doelloos, want hij ge schiedt voor den Heer en in zijn kracht en tot zegen van W. GERTENBACH - Van Ostadestraat 13 - Telef. 145. Depót van de STOOMVERVERIJ en CHEMISCHE WASSCHERIJ J. LOTTGERING, Groote Houtstraat 5a, Haarlem - Telef. 1561 en 771. Stoomt en verft alle soorten Dames- en Heeren-Garderobe ving en onberispelijk, «ar Speciale inrichting voor bet stoomen van Dekens, Bedden en Matrassen. -«■

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

De Zondagsbode voor Zandvoort en Aerdenhout | 1916 | | pagina 1